Verslag werkwinkel verteltassen LOP Tienen BaO Inleiding door Ria Baldewijns, voorzitter LOP Tienen BaO

1

Verslag werkwinkel verteltassen LOP Tienen BaO

Inleiding door Ria Baldewijns, voorzitter LOP Tienen BaO

 Situering Tienen:

Tienen is een kleine stad met een groeiend aantal kansarmen:

- centrum: 40 % indicatorleerlingen;

- in de deelgemeenten: 25 % indicatorleerlingen.

Er is een goede samenwerking tussen de directies, de stad Tienen inzonderheid de werkgroep basisonderwijs van de preventiedienst en de participerende organisaties.

 Verteltassen – hoe het groeide?

- De decretaal bepaalde doelstellingen (optimale leer- en ontwikkelingskansen voor alle leerlingen realiseren, vermijden van uitsluiting, segregatie en discriminatie en het bevorderen van sociale cohesie) trachten we te realiseren via het beleidsplan. Om de 6 jaar wordt een nieuw beleidsplan opgemaakt. In dit plan worden alle ideeën van scholen en externe participanten samengebracht.

Als concrete actie is enkele jaren geleden, vanuit het LOP, ‘De Huiswerkbrug’ gegroeid. Dit project, gefinancierd met tussenkomst van de stad, gaat kansarme kinderen aan huis helpen bij hun

huistaken en ook de ouders hierin begeleiden. Daarnaast wil het ook werken aan het huiswerkbeleid van de scholen en hen sensibiliseren rond kansarmoede.

In samenwerking met De Huiswerkbrug en het dagelijks bestuur van het LOP kreeg Het Gelijke Kansen charter vorm. Dit is een 10-punten programma dat door alle directies ondertekend werd tijdens een netoverschrijdende pedagogische studiedag waarop de burgemeester, de schepen van onderwijs en alle leerkrachten aanwezig waren. Het werd ook overhandigd aan de burgemeester en hangt in het stadhuis. In alle scholen hangt er ook een kopie.

Rond ieder punt werden door de scholen concrete acties voorgesteld. Eén van die acties was: werken met verteltassen. Dit was al bekend in de scholen van het Gemeenschapsonderwijs.

Gelijke kansen voor ieder kind trachten we te realiseren o.a. door veel aandacht aan samenwerking ouders – school en aan taalontwikkeling.

Het project verteltassen werd gefinancierd met eigen LOP-gelden en LOP-restgelden. Dit bood ons de kans om aan iedere 3de kleuterklas 2 verteltassen te bezorgen.

Na overleg met het Dagelijks Bestuur organiseerden we een infovergadering voor directies en zorgleerkrachten geleid door mevrouw Ilse Aerden van de KUL-CEGO.

We legden zelf een zestal thema's vast, gekaderd in kansarmoede, waarrond een tas kon worden samengesteld.

Alle scholen van de stad Tienen zijn dan gestart met de concrete uitwerking van de tassen en het werken ermee in de school. Eind maart organiseerden we een eerste evaluatievergadering rond het werken met de tassen.

Uit deze evaluatie kwam naar boven dat de basisschool De Luchtballon, waar van mevrouw Renilde

Dewaelheyns directeur is, het verst gevorderd is in het werken met verteltassen. Daarom hebben we

2

haar gevraagd om concreet de werking toe te lichten. Zij heeft ook tassen uit de school meegebracht. Tijdens de pauze kan u het materiaal inkijken.

Toelichting door Renilde Dewaelheyns, directeur De Luchtballon Zie ppt

Afsluiter door Ina Buvens, LOP-ondersteuner Tienen BaO

Na het horen van het verhaal van één school  vraag: hoe loopt het in de andere scholen? hoe wordt daar een gezamenlijk LOP-verhaal van gemaakt?

Vanuit het LOP: blijven ‘bewaken’ dat er een gezamenlijke’ zorg / aanpak / visie in zit Daarom:

 voorbereidende vergadering met de zorgjuffen en/of kleuterleidsters vanuit alle scholen waarin de krijtlijnen werden vastgelegd

 eerste ‘evaluatievergadering’ met diezelfde groep op 30 maart

 een toon- en uitwisselingsmoment op de AV van 27 april Doelstelling: op verschillende vlakken uitwisseling:

- Tussen de meest direct betrokkenen (zorgjuffen) die heel enthousiast waren en mekaar heel concrete tips gaven

- Tussen de directies onderling die vooral benieuwd waren hoe men in de andere scholen aan de slag was gegaan binnen de opgelegde contouren

- Tussen directies en welzijnspartners. Welzijnspartners vonden dit een interessant gegeven, voor hen was het erg vernieuwend. Ook zij kunnen met verteltassen werken, zeker die diensten die opvoedende tips geven aan ouders. Dit willen we verder bekijken.

Tijdens de evaluatie met de zorgjuffen is naast de concrete uitwerking vooral aan bod gekomen hoe het zit met de communicatie en bekendmaking naar ouders, hoe ouders mee krijgen in dit verhaal aangezien dit een belangrijke succesfactor is.

Ook de reacties van de (kansarme) ouders, een aantal stereotypen/vooroordelen zijn daar ontkracht, bv rond feedback van kansarme ouders (hoe je ziet dat iedere ouder/kind toch zijn best doet om daar op de eigen manier feedback over te geven). Er zijn maar heel weinig ouders die liever niet zo’n tas meekrijgen en daar zijn de scholen dan ook al aan het nadenken over alternatieven (een oudere leerling met een kleuter met die tas laten aan de slag gaan).

In het kader van het bestrijden van kansarmoede is het continue denken om iedereen mee te krijgen toch wel een belangrijke basisvoorwaarde en daar ligt onze verdere rol als LOP; blijven bewaken dat ieder kind kans krijgt om hieraan deel te nemen.

Wat we vooral hebben meegenomen, is dat de juffen meegeven dat je een kind ziet ‘groeien’ als het

zo’n tas meekrijgt, dat het zeker een meerwaarde heeft voor het kind. En dan kan je eigenlijk toch

wel zeggen dat zo’n project geslaagd is.

3

Bespreking met vragen vanuit de deelnemers

 Hoe krijg je het team mee in dit verhaal want het betekent toch wel wat extra werk?

Het is echt gegroeid vanuit de noden. Aan de slag gaan vraagt inderdaad een grote

inspanning. Maar als je de resultaten van de kinderen op het einde van het 6

leerjaar ziet, motiveert dit de leerkrachten ook wel om er extra dingen bij te nemen.

• Er werd gesproken over huiswerkbegeleiding op school. Worden de ouders daar ook in betrokken? Bij het afhalen van de kinderen krijgen ze tips. Daarnaast is er voor alle Tiense scholen een project waarbij er begeleiding aan huis komt.

 Het wordt positief bevonden dat in dit project verschillende aspecten aan bod komen: het

geeft de kans te werken rond ouderbetrokkenheid, taalvaardigheid, kansarmoede, …

Verslag: Ina Buvens