• No results found

VAN DE JONGEREN ORGANISATIE VRIJHEID EN DEMOCRATIE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "VAN DE JONGEREN ORGANISATIE VRIJHEID EN DEMOCRATIE "

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

MAANDORGAAN

NAADLOZE STALEN BUIZEN

N.V. Rijnstaal

vlh J, W. OONK & CO.

ARNHEM

Tel. 24941-44 Postbus 42

VAN DE JONGEREN ORGANISATIE VRIJHEID EN DEMOCRATIE

DE LIJN DOORTREKKEN

cm

et rasse schreden nadert de mei- maand en daarmede komt ook een politieke gebeurtenis van grote betekenis naderbij, die steeds meer in onze dagelijk- se belangstelling doordringt: de verkie- zing van de nieuwe leden van de Twee- de Kamer.

Op zichzelf vormen verkiezingen, vooral wanneer het daarbij gaat om de Tweede Kamer en dus de landspolitiek als inzet dienst doet, al een interessante aangele- genheid, die behalve tot het uitspreken van een oordeel van een geheel volk te- vens leiden tot een - jammer genoeg doorgaans vrij korte - opflikkering van de algemene politieke belangstelling.

Een bijzonder aspect - er wordt hier niet voor de eerste keer op gewezen - levert de vraag op, of de huidige grondslag van het kabinet voldoende steun zal vinden bij de kiezers om op de nieuwe weg, die in 1959 is ingeslagen, voort te gaan. Het oor- deel over de daadkracht en de doeltref- fendheid van het kabinet, geformeerd op basis van de formule De Quay, is bepaald niet overal even vleiend als het waar- schijnlijk onder de lezerskring van dit blad zal zijn.

Voor degenen, die niettegenstaande soms vrij ernstige detailbezwaren tegen het re- geringsbeleid, zoals dat in de afgelopen vier jaren is gevoerd, de overtuiging heb- ben, dat in de nieuwe richting moet wor- den voortgegaan, is het kiezersoordeel juist in dit opzicht zeer interessant.

Voor de liberalen komt daar nog een an- dere belangrijke kwestie bij: de nog steeds niet overwonnen verdeeldheid in het eigen kamp. Het zal zo langzamerhand wel voor niemand meer een geheim zijn, dat in de liberale partij - de V.V.D. - een sfeer van ongerustheid is ontstaan, die naar men moet vrezen een ongewenste nadelige invloed op de verkiezingsuitslag zal kunnen hebben.

* * •

q

"et heeft, dunkt ons, geen zin, om de

d-t

verschillen in opvattingen, die er in de V.V.D. bestaan met de "wade der vergetelheid" te omhullen. Juist door de moeilijkheden te verhullen en de discus- sies binnen de partij over die moeilijkhe- den tegen te houden of zelfs onmogelijk te maken, verscherpt men de nuance-ver- schillen, schept men een sfeer van wan- trouwen en - wat het belangrijkste is - ondergraaft men de eenheid. Alleen van een onbevangen en open gedachtenwisse- ling mag men een beter begrip verwach- ten.

De ontwikkeling, zoals die nu al geruime tijd in de V. V.D. aan de gang is. en die da lieden van de splinterpartijtjes wel eens meer kansen zou kunnen geven dan wie ook lief is, is des te meer te betreuren, omdat de verschillen van inzicht in hoofd- zaak van organisatorische aard zijn.

Er is in de V. V.D. naar men mag aannemen een niet onbelangrijke groep, die van me- ning is, dat de organisatorische opzet van de partij ernstige feilen vertoont. Er ont- breekt een doelbewuste meningsvorming in de partij van onder op.

Er is een veel te ge' contact tussen partijleiding en afdelmyen. Er ontbreekt te veel een doelbewuste, goed georgani- seerde voorlichting van het kiezersvolk over de doeleinden, die de V.V.D. wil verwezenlijken. Er is vrijwel nooit sprake van een slagvaardig reageren op actuele ontwikkelingen. In het partijblad mogen nooit eens onaardige dingen worden ge- zegd - dat wil zeggen, wanneer ze niet op politieke tegenstanders slaan.

• * *

QIJ1en kan in het algemeen deze bezwa- f I

l

ren wel samenvatten in de zin, dat de V.V.D. geen politieke partij in de ware zin van het woord is. Men komt in vele opzichten niet uit boven het niveau van een wat ouderwets aandoende kiesver- eniging. Dat is niet zozeer een zaak van politiek dan wel van mentaliteit.

Een citaat uit een brief van de propagan- dacommissie van één van de Kamercen- trales in dit verband ter illustratie: "Zwaar was de storm, waarin het V.V.D.-schip na de verkiezingen van 1962 terecht kwam.

Uiteraard gevaarlijk was de branding, die het beukte. Maar het hield stand en ver- nieuwd en verjongd zal het zich mengen in de verkiezingsstrijd voor de Tweede Kamer op 15 mei a.s." Het is misschien een fraai stuk proza - dat is een kwestie van smaak. Wij kunnen er echter niet meer in zien dan wat holle frasen.

Het zijn gebreken van het soort, die hier zijn gesignaleerd, die vele liberalen zwaar op de maag liggen. Het is waarschijnlijk aan dit soort gebreken te wijten, dat een prominente liberaal als drs. H. A. Kort- hals met zijn uitstekende staat van dienst geen belangstelling meer heeft voor het lidmaatschap van de Tweede Kamer en dat deze tot de uitspraak is gekomen, dat het erelidmaatschap van de J.O.V.D.

thans zijn sterkste band met het liberalis- me vormt. Dat is in wezen een veel ernsti- ger zaak dan de sterk opgeblazen affaire- Van der Putten.

(.:)elukkig kan men tegenover deze ';;;1 negatieve zaken_ ook enkele posi- tieve stellen. Er zal inderdaad enige ver- jonging in de Tweede Kamerfractie plaats- vinden. Er is inderdaad enige vernieuwing bezig door te breken in de organisatori- sche opzet van de partij.

Door het onverenigbaar verklaren van de functie van partijvoorzitter met die van voorzitter van de Tweede Kamerfractie en van ondervoorzitter met die van voor- zitter van de Eerste-Kamerfractie en door een verbetering van de regeling voor de verkiezing van het Hoofdbestuur van de partij zijn de eerste schreden gezet. Boven- dien wekken de namen van degenen, die over niet al te lange tijd de leiding van de partij zullen overnemen, een zeker ver- trouwen.

Maar hierbij zal het toch niet kunnen blij- ven. Wil de V.V.D. metterdaad uitgroeien tot een hechte volkspartij dan zal men de nu wat aarzelend omgebogen lijn op forse wijze verder moeten doortrekken. Dan zal men de verstarring van de laatste jaren doelbewust te lijf moeten gaan.

Een politieke partij kan nu eenmaal niet zonder het vertrouwen van zijn leden functioneren. Zoals de situatie op het ogenblik is lijkt het er nog steeds op, dat bij velen dat vertrouwen slechts ten dele aanwezig is.

Hopenlijk zullen de Tweede Kamerverkie- zingen in mei voor de V.V.D. een resul- taat opleveren, dat een herstel inhoudt ten opzichte van de verkiezingen van het vorige jaar. Hopenlijk zullen de splinter- partijtjes, die er al in al te grote getale zijn, geen schijn van kans hebben. Maar als de uitslag zo zal uitvallen dan is het tevens te hopen, dat men daardoor niet in slaap wordt gesust. Ook dan zal de lijn moeten worden doorgetrokken.

EVERT HOVEN

Het Algemeen Secretariaat van de J.O.V.D. is gevestigd

HUIS TE HOORNKADE 6 RIJSWIJK Z.H.

*

(2)

2

DE DRIEMASTER

Political Science FictiOD(Venslot)

De 2e helft van de 20e eeuw

Tot dusver zijn uit de periode 1950-2000 een paar belangrijke politiek-histo- rische proc,essen aan de orde gesteld, zoals de met moeite gewonnen strijd om de vrede en ontwapening, het op gang brengen van de integrale hulp aan ontwikkelingslanden, de vestiging van evenwichtiger verhoudingen in de Atlantische maatschappij en de slijtage van de marxistische leer.

Dat gebeurde op een wat oppervlakkige manier en al mogen de aangestipte ontwikkelingen belangrijk genoemd worden, zij hebben niet de pretentie de geschiedenis van dit tijdsperk zelfs maar in een grove schets weer te geven.

liet is alleen de bedoeling gewe,est in het kort te beschrijven hoe een aantal klemmende (wereld)politieke vraagstukken werden aangepakt en geheel of deels tot een oplossing kwamen.

Misschien is het mogelijk later eens in te gaan op andere onderwerpen van groot belang. Gedacht wordt b.v.

aan de groeiende invloed van de Verenigde Naties, de geleidelijke in- tegratie (= volledige acceptatie) van de onderneming in de westerse maat- schappij, de ontwikkelingen in de Duitse problematiek met zijn vele facetten en verder aan de opbouw van de staatsinstellingen van de Europese, Afrikaanse en Z.-Ameri- kaanse unies.

Intussen is het interessant eens een paar gebeurtenissen te bekijken, die zo op het eerste gezicht niet tot het eerste plan behoren, maar daartoe in menig opzicht wel gerekend kun- nen worden. Ze slaan in de eerste plaats op de W.-Europese verhou- dingen.

Eurobronto en taartose Na 1950 werd er in de meeste West- Europese landen gedokterd aan het onderwijs. Hier en daar werden de schooltypen veranderd, er werd ge- dacht aan de onderlinge koppeling van de scholen en het "iedere leer- ling op de juiste school" (zoiets als the right man on the right place).

Maar intussen bleef het eigenlijke leersysteem veel te duitserig: er moesten en zouden massa's levenloze beelden in het kinderbrein worden opgestapeld.

In Nederland was in 1963 de zgn.

Mammoetwet aangenomen, een "ka- derwet", die vooral ging over school- typen en aaneenschakeling. Een paar jaar daarna was het al heel duidelijk, dat de mammoet op zijn minst door een brontosaurus gevolgd moest worden om de binnenkant van het onderwijs eens radicaal ten goede te veranderen. Op Nederlands initia- tief werd toen een Europese werk- groep ingesteld om de "eurobronto"

voor te bereiden.

Langzaam maar zeker kwam dat beest tot wasdom, zijn voer bestond vooral uit Zweeds materiaal omdat in Zweden de onderwijsresearch het meest was opgeschoten. Zonder veel tegenstand werd deel I van de wet in 1975 door het Europese parlement aangenomen; deel II volgde drie jaar later. Op de rug van de eurobronto is het onderwijs in Europa heel goed geworden; ook aan de vorm was weer 't nodige verbeterd.

De verschillen met vroeger zijn op- vallend: De klassen zijn veel kleiner geworden; het onderwijzend perso- neel, scherp geselecteerd (en dat kan door het vrijkomen van veel mensen door de automatisering van de pro- duktie), is onderwezen in de moderne trant, die begrip van en bij het kind primair stelt; er is een behoorlijke verscheidenheid naar de aanleg van de leerling en de kennisoverdracht gebeurt in nauw contact met de praktijk. Vooral dit laatste is teke- nend. Het contact met de praktijk wordt gelegd o.a. door excursies, stages, taken tv en praktijkvoorbeel- den. Stel daar eens tegenover, dat nog in 1960 een student in de econo-

mie één maand stage moest lopen op een studie van zes jaar. En na af- loop maar met de zere ogen knippe- ren in het daglicht van de praktijk!

Ook aan zoiets als de belachelijke, stomvervelende en eindeloze (zo maar) goochelalgebra van de middel- bare scholen (wat de ouderen zich nog wel herinneren) is drastisch een eind gemaakt.

Veel wordt gedaan om de ingewik- kelde samenleving duidelijk te ma- ken, waarbij ook gebruik wordt ge- maakt van het werksemester: het is goed om de jeugd van 17-18 jaar een half jaar eenvoudig en zwaar werk te laten doen o.l.v. leerkrachten, die een dag per week een cursus geven in maatschappijleer. En het vangt tegelijk het tekort van ongeschoolde krachten enigszins op.

De resultaten van dit onderwijs zijn aan de eenvoudigste dingen te mer- ken. Zo kan iedereen met een mo- derne scholing een behoorlijk briefje schrijven. Geen wonder, dat zoveel ouderen bijscholing nemen, want die willen dat ook wel leren. Vooral een 25 jaar geleden werd hun meteen gevraagd aan de kinderen, die kun- nen en willen, een goede school te geven.

Het onderwijs is in 1974 kosteloos geworden (het kost natuurlijk wel wat). De gelijke kansen - hoe in- drukwekkend konden de vroegere liberalen met die woorden wapperen om te laten zien hoe progressief ze wel waren - zijn dus een realiteit geworden.

Het spreekt vanzelf, dat het moderne onderwijs ook voor de vrouw veel te betekenen heeft. Hierdoor kon de zgn. emancipatie eindelijk worden afgesloten. In 1950 dacht iedereen, dat het daarmee wel goed zat, hoe- wel het onderwijs voor meisjes erg dunnetjes was en vrouwen eigenlijk alleen in sociaal werk wat mochten presteren (en dan zo mannelijk mo- gelijk moesten optreden, wat ze vaak ook deden). Het aantal vrouwen in allerlei (hoge) functies, ook in be- stuur en vertegenwoordiging, was lang niet in overeenstemming met hun 50°/o. Nu liggen de verhoudingen al heel anders en "de opmars van de vrouw" is nog niet ten einde.

Maar veel verder zal het daarmee toch niet komen omdat de carrière van de vrouw nu eenmaal wordt ge- matigd door de tijdelijke binding aan het gezin. Er zijn nogal wat heren, die dit als een zegen beschouwen; zij spreken met gevoel van kinderzegen.

Dat is niet op zijn plaats want er zijn genoeg functies en we zijn niet matriarchaal aan het worden. Zelfs de mama-mia-cultuur in Italië is aan oplossing onderhevig, evenals het

"Mommism" van de U.S.A.

De plaats van de vrouw in het ge- zin wordt overigens wel naar zijn hoge waarde geschat, temeer nu er door een betere voorbereiding meer van de eigenlijke opvoeding terecht komt dan vroeger het geval kon zijn.

Toen was een moeder vaak zo onge- veer de werkster van haar eigen ge- zin.

De gehuwde vrouw zocht na haar

"kindertijd" weer een betrekking, misschien niet eens in de eerste plaats om het inkomen, maar voor- al om weer opgenomen te zijn in de samenleving. Het verhoogt haar zelfstandigheid en vermindert de kans op isolement als ze weduwe mocht worden. Bovendien hebben de psychomedici ontdekt, dat de ge- zondheid van vrouwen boven de 40 gebaat is bij flink werken. Dat voor- komt de gevreesde taartose, een psy- chosomatische afwijking, die ont- staat door lediggang (bonbons eten, hondje uitlaten, kletspraatje maken, auto-attentie, enz.).

Een and,er aanzien

In de laatste 30 jaar is veel gedaan aan stedebouw en verfraaiing van het landschap. Dit betekent niet, dat rustig is doorgegaan met de dwang- matige vervanging van verpieterd platteland door fraai bedoelde voor- steden, zoals het vroeger ging. Ze- ker, er is land omgezet in woonoor- den; op een betere manier. Maar het meest opvallend is toch wel de nieu- we opzet van de oude steden. Oude stadskernen zijn gebleven, geheel of deels; daaromheen werd en wordt terwille van het nieuwe een genade- loze slachting gehouden onder de wonderschone architectuur van ±

1850-1950. De grote Brusselse ten- toonstelling "Bouwen sinds Ur" laat duidelijk zien wat voor een rommel er is neergezet in die tijd: Noodwo- ningen, gebouwd in een tijdperk van nood en alleen zo enigszins te ver- ontschuldigen.

Aan het ontwerpen van de nieuwe bouw (niet te verwarren met de on- gunstige term "nieuwbouw") werken de allerbesten van het vak en ook bestuurders, sociologen en consumen- ten. Er is al veel van te zien over heel het Europese continent. Het aanzien van het werelddeel veran- dert en ten goede. Het is aardig, dat in de bouwstijl hier en daar aziati- sche elementen te vinden zijn; in de andere kunsten en het denken komt dat ook voor.

Na de verkeerscrisis in de jaren 1966-'75 is ook met alle macht ge- werkt aan openbaar vervoer en we- gen; niet alleen in de steden maar ook daarbuiten.

Op het land worden storende zaken weggehaald of gecamoufleerd, met bebossing in variaties.

Dit alles draagt bij tot de welvaart, die niet alleen te meten is in per- soonlijke inkomens voor persoonlijke uitgaven. Geen wonder, dat als maatstaf voor welvaart meer en meer het totaal-produkt wordt gebruikt i.p.v. het totaal-inkomen, hoewel die twee elkaars spiegelbeeld zijn.

Een politiek geval is nog geweest de

"speculatiekwestie", waarin een eind werd gemaakt aan de grondspecula- ties in de dichtbevolkte streken. Het ging weer om de niet essentiële vrij- heid van de één, die de wezenlijke vrijheid van menigeen (b.v. om re- delijk te wonen) in de weg stond.

Enfin, daarover hebben we het ge- noeg gehad in het voorgaande.

Er zijn nog steeds mensen, die er niets van begrijpen.

Met al deze en nog veel andere be- zigheden is er de afgelopen jaren niets van een fin de siècle-stemming gekomen. Het is niet bekend of de dichters er naar hebben uitgezien.

Tegen alle voorspellingen van Or- weil en Huxley zijn die er wel en ze gaan hun gang. Zij en anderen wor- den niet opgesloten en gedéformeerd door een inhumaan gezag.

De voorspelling van Huxley en Or- weil is dus niet uitgekomen. De mens is zichzelf kunnen blijven met al

zijn menselijk kunnen in zijn mense- lijke beperktheid. Hij heeft een vrij- heid, waarmee hij uit de voeten kan.

Dat is een heel ding en daartoe moesten we oplettend zijn.

Als altijd is het de kunst om in onze vrijheid niet over de vrijheid van anderen te willen beschikken. Die kunst vraagt steeds weer onze op- lettendheid.

De tekortkomingen van deze tijd?

We zouden het alleen hebben over de periode tussen 1950 en 2000 en niet een analyse maken van de tegen- woordige samenleving. Het is intus- sen al zowat 2001. Verbazend hoe snel die tijd toch gaat. Dat is in ieder geval hetzelfde gebleven als vroeger:

Ook toen werd daar al over geklaagd.

H. JONGEDIJK

IERN\VAPENEN

Het artikel van ir. F. Wagenmaker in uw januari-nummer, had - be- houdens enkele punten - m.i. on- geschreven kunnen blijven. Ieder fatsoenlijk denkend mens vindt de atoombom iets verschrikkelijks; de opinies van verschillende personen behoeven niet vermeld te worden.

Het gaat erom, dat de Synode zich geheel buiten de praktijk van het leven heeft gesteld en niet de beno- digde kracht en mentaliteit heeft op- gebracht voor het uiteindelijk win- nen, althans niet verliezen van de bestaande koude oorlog.

Deze mentaliteit is het beste aan te duiden door het "On les aura" van Clemencau in 1914/18 en de uitspraak van Churchill na het "ausradieren"

van Coventry: "I will give it them back, threefold hundredfold". Deze mentaliteit heeft Hitier weerhouden de toen alom verwachte alles ver- nietigende "gasoorlog" te ontketenen.

Hij wist met een tegenstander te doen te hebben, die zeer zeker het gas hundredfold over Duitsland zou brengen. Een dergelijke mentaliteit kan alleen een atoomoorlog voorko- men.

De Synode heeft twijfel gezaaid, waar eensgezindheid moest zijn. Op alle aanbiedingen om de atoombewa- pening stop te zetten is steeds geant- woord met njet! Het Westen bood overal vrije inspectie aan. Kan het eerlijker en fatsoenlijker? En de te- genpartij ... ?

Wie is hier te laken, het christelijke westen of de anti-christelijke Sov- jet?

Wanneer de minister-president ver- klaart, dat het Pugwashcomité niet deskundig is voor een gesprek en admiraal Bos dat ook meent, dan is het m.i. ongepast en blijkgevend van een grote zelfoverschatting te schrij- ven: De regering gelooft zeker in een locaal atoomoorlogje! Apropos! Het Pugwash-comité zegt, dat de Vere- nigde Staten 30.000 ton megaton in voorraad hebben aan kernwapens, doch waarom niet verteld hoeveel megaton bij de Sovjet ligt?

De heer Wagenmaker verkiest com- munistische overheersing boven de dood. Accoord, dat is zijn zaak! Doch waarom gaat hij dan nu niet alvast naar "achter het ijzeren gordijn?"

Dan kan hij met zijn zienswijze het westen misschien nog "redden" als ..

hij zich daar vrij kan uiten. In dit verband zij hem de lezing aanbevo- len van "Een schorpioen voor een ei"

van C. J. Ooms-Vinckers.

A.W.G.BOELEv.HENSBROEK

Commentaar: De heer Boele van Hensbroek zij de lezing aanbevolen van het interessan- te boekje "Het ei en ik". F. W.

(3)

Minister Korthals op de twaalfde districtsdae in Zuidlaren:

De jongeren zijn het geweten van het liberalisme

De twaalfde UAG van het district Noord ligt nu een maand achter ons. Ik schrijf DAG want het is inderdaad een dag geweest die met hoofdletters in de annalen van de JOVD kan worden opgetekend.

Na een officii'le ontvangst van de genodigden door burgemeester Roukema van Zuidlaren op zijn prachtig ingericht,e gemeentehuis, tog·en wij naar de Prins Bernhardhoeve, waar reeds enkeie honderden JOVD-ers aanwezig waren.

Daar opende de presidente van het district Noord, mevrouw J. Jensema-Vos, deze districtsdag met het uitspreken van een rede, waarin zij, na de vele officiële gasten welkom te hebben geheten, aandacht besteedde aan de vele g1·ote problemen van onze tijd: de onderontwikkelde gebieden, de (kern)-be- wapening, de Europese éénwording en het communisme. Zij besloot haar op.eningswoord met een oproep aan ons JOVD-ers, pa.l te, staan t,egenover socialisme en communisme. Hierna gaf zij het woord aan zijne excellentie drs. H. A. Korthals, onze vice-ministerpresident.

Minister Km·thals, sprekend over

"praktische politiek en principiële vragen", zag voor de JOVD grote taken. De JOVD is de krachtgevende band tussen gelijkgezinden. Zij schoolt haar leden in politieke zaken maar ook in mensenkennis.

De JOVD kan het liberaal beginsel verdiepen, dC' jongeren zijn het ge- weten van het liberalisme omdat zij het niet, zoals de ouderen, die com- promissen moeten zoeken, met hun geweten op een akkoordje behoeven te gooien. Verder kan de JOVD een werkzaam aandeel hebben in de vernieuwing. De minister noemde zijn ere-lidmaatschap van de JOVD:

"thans mijn sterkste band met het liberalisme''.

Sociaal-economische groei Ingaande op de praktische politiek constateerde de minister, dat het na de oorlog voor de KVP en PvdA steeds moeilijker werd tot een goede samenwerking te komen. In 1958 bleek het zelfs niet meer mogelijk.

Toen trad op een regering met con- fessionelen en liberalen, die van start ging onder de eerst wat aarze- lende leiding van prof. De Quay.

Maar de minister-president heeft zich een groot leider getoond, een man van capaciteiten, fatsoen, ernst en vasthoudendheid. Hij heeft het kabinet uitstekend bij elkaar gehou- den.

Waaróm is het zo goed gegaan onder het kabinet-De Quay? Onze tegen- standers zeggen: de regering maakt een tijd van hoogconjunctuur mee, het moest wel goed gaan. Maar ook in 1956 had de regering de wind in de zeilen, terwijl toen de loon- en

Liberaal, dus sociaal

Onder dit motto organiseren ver- schillende afdelingen op 1 mei, de Dag van de Arbeid, openbare bij- eenkomsten gewijd aan de sociale aspecten van het liberalisme. Van de volgende afdelingen is het pro- gramma reeds bekend:

Amsterdam: dr. E. Nordlohne (re- dacteur van Liberaal Reveil) en drs. E. Nypels (landelijk-voorzit- ter der JOVD) spreken beiden over: Liberaal, dus sociaal.

Deventer: de heer J. W. Verbeek (vice-voorzitter der JOVD) spreekt over: Liberaal, dus so- ciaal.

Gooi en Omstreken: de heer H. J.

L. Vonhoff (secretaris van de VVD-Amsterdam) spreekt in Hamdorff in Laren over: Libe- raal, dus sociaal.

In het nummer van april hopen wij een definitief programma- overzicht te kunnen publiceren.

prijsspiraal met een bestedingsbe- perking bedwongen moest worden.

Onder de regering-De Quay is het gelukt de prijzen vrij stabiel te hou- den. De lonen zijn van 1959 tot 1962 met 260/o gestegen.

Het werknemersaandeel is gegroeid van 68 tot 72,50/o. De sociale voorzie- ningen zijn uitgebouwd, er is een minimale werkloosheid, de werktijd is verkort. Nog nooit is er in ons land een zo grote sociaal-economi- sche vooruitgang geweest. De libera- len, zo zei de heer Korthals, hebben in deze regeringspolitiek hun opvat- tingen gekristalliseerd gezien.

Uitvoerig stond de minister stil bij de activiteiten van het departement van Verkeer en Waterstaat. Hij zag voor zijn ministerie drie taken: de strijd tegen het water, het toeganke- lijk maken van onze havens en de

uitbreiding van het wegennet. De minister illustreerde met talrijke fei- ten hoe zijn departement aan deze taken had gewerkt en nog werkt.

Politiek-zakelijk

In EEG-kader moeten we voortgaan met de opbouw, maar de kloof met Engeland mag niet breder worden.

Ook moet de EEG altijd open blijven.

Uit praktische overwegingen (span- ning in de wereld verkleinen), maar vooral ook uit idealisme, moeten we voor de onderontwikkelde gebieden iets doen. De liberale waardering voor de medemens is wereldwijd.

Ieder moet de gelegenheid hebben zich te ontplooien.

Minister Korthals zei, het lijstaan- voerderschap van de VVD afgewezen te hebben om politiek-zakelijke en niet om persoonlijke redenen. Deze redenen zijn aan de partijtop bekend.

Maar de minister achtte het niet juist verder op deze kwestie in te gaan.

Mijn weigering moge, zo zei de mi- nister, het sein geven: weest op Uw hoede. Drs Korthals zei de reorgani- satie en de overdenkingen in de partij af te wachten, waarna hij hier- over zijn mening zal geven.

Ook de groepjes, die "op de kant werken" moeten voor de partij aan- wijzing zijn de koers te wijzigen.

Maar een splitsing in de VVD is zeer te betreuren. Voor de oorlog is ge- bleken, dat een splitsing in liberale kring tot onmacht voert.

De heer Korthals zei verder, dat niet alleen het communisme de demo- cratie bedreigt. Ook dienen wij te waken tegen hen, die overheidsgezag aantasten door kleine zaken op te blazen.

Drijfveer

Van de liberalen, zo besloot drs Korthals zijn rede, zegt men altijd, dat zij in de politiek hun verstand laten prevaleren. Maar inhoud aan alles geeft de liefde, die drijfveer voor ons handelen moet zijn. Wan- neer de liberale politiek daardoor ge-

dreven zal worden, dan heeft het liberalisme de toekomst!

De presidente van het district dankte de minister met de traditionele Zuid- laarder Bol, en gaf vervolgens het woord aan de hoogbejaarde senator Baron de Vos van Steenwijk, die dit jaar helaas zijn speech niet aan tafel kon houden omdat het weer hem noopte eerder naar huis te vertrek- ken. Wel werd tijdens de voortref- felijke Drentse koffietafel het woord gevoerd door dr. K. van Dijk en door het lid van verdienste der JOVD, de heer 0. Tammens.

's Avonds

Het avondprogramma gaf ons een gloedvolle opvoering van de éénacter

"De vioolmaker van Cremona", door de rederijkerskamer uit Humster land,

waarvan alle aanwezigen bijzonder genoten. Daarna gaf Hans Heyting in "ernst en humor in Drents dialect"

enkele aardige verhalen ten beste, die zelfs voor niet-Drentse oren zeer wel begrijpelijk waren.

En aan het slot van de avond na- tuurlijk het grote districtsbal! Vele honderden JOVD-ers hebben zich nog nooit zo voor de liberale zaak ingezet als op dit feest. Zij deden dit met een enthousiasme, dat de orga- nisatoren goed gedaan zal hebben.

Rest mij nog te vermelden, dat deze organisatoren ons aller lof verdienen en dat mevrouw Jensema, de dis- trictspresidente, deze DAG met HOOFDLETTERS op een grandioze wijze heeft geleid. Hulde!

H. WIEGEL

Concept- resolutie Inzake hel communisme

De J.O.V.D. enz.

ER VAN UITGAANDE

dat de huidige internationale poli- tiek in sterke mate wordt bepaald door de tegenstelling tussen het communisme enerzijds en een demo- cratisch, op particulier initiatief en privé bezit gebaseerd stelsel ander- zijds,

dat het communistische stelsel voor een liberaal onaanvaardbaar is en dat uitbreiding ervan derhalve als een ernstige bedreiging moet worden gezien van onze op liberale grond- slagen gebaseerde maatschappelijke orde,

OVERWEGENDE,

dat onder de tegenwoordige omstan- digheden het grootste gevaar voor een verdere verbreiding van het communisme is gelegen in de moge- lijkheid, dat dit stelsel in de ontwik- kelingslanden vaste voet krijgt, ook al valt aan te nemen, dat een uit- breiding van het communisme een toenemende verbrokkeling van het communistisclie blok met zich zal brengen,

VOORTS OVERWEGENDE,

dat een uitspraak van de J.O.V.D.

over deze centrale problematiek van het internationale gebeuren wense- lijk is, terwijl daarnaast een beslis- sing dient te worden genomen aan- gaande de houding die de organisa- tie moet aannemen ten opzichte van toekomstige, van communistische zijde georganiseerde jeugdfestivals, SPREEKT ALS HAAR MENING UIT,

dat voor de uitslag van de ideologi- sche worsteling tussen de vrije we- reld en het communisme beslissend is de wijze, waarop de moeilijkheden worden opgelost, waarvoor de ont- wikkelingslanden zich gesteld zien, en dat ook al daarom - doch zeker niet daarom alleen - de vrije we- reld alles dient te doen om een op- lossing van die moeilijkheden in de·

mocratische zin te bevorderen, dat het westen hiertoe in de eerste plaats kan bijdragen door zijn eigen interne problemen op te lossen op een sociaal rechtvaardige wijze, zo- dat het westerse stelsel de rest van de wereld tot navolging noodt, dat daarnaast de materiële en tech- nische hulp, die het westen aan de ontwikkelingslanden verleent, moet worden uitgebreid, terwijl bij deze hulpverlening een zo groot mogelijke doelmatigheid moet worden be-

tracht en verspilling, in het bijzon- der door plaatselijke corruptie, moet worden vermeden,

dat het uitgangspunt bij de hulpver- lening moet zijn, dat het in de eerste plaats de initiatieven en inspanning van de ontwikkelingslanden zelf zijn, die tot de oplossing van hun moeilijkheden moeten leiden, en dat hulp van buitenaf, hoe noodzakelijk ook, een aanvullend karakter draagt, dat hieruit de noodzaak voortvloeit om de hulp in de eerste plaats te richten op die landen, die zich zelf de grootste inspanning getroosten, en dat de eis van een zo groot moge- lijke doelmatigheid de noodzaak met zich brengt van een deugdelijke con- trole, welke dient te geschieden door internationale instellingen, dat daarnaast de liberalen voor de vraag worden gesteld, welke wijzi- gingen het liberale denken moet on- dergaan - in het bijzonder met be- trekking tot de rol van de Staat in het economische leven - om in de ontwikkelingslanden bruikbaar te zijn, d.w.z. tot de oplossing der daar bestaande moeilijkheden bij te kun- nen dragen,

dat daarbij de grondslagen van het liberale denken uiteraard behouden moeten blijven en dat alles moet worden gedaan om aan het politiek bewuste deel der volken in de ont- wikkelingslanden de grote waarde van deze grondslagen duidelijk te maken, hetgeen westerse aanwezig- heid noodzakelijk maakt, overal, waar internationale contacten tot de meningsvorming van jonge mensen uit de ontwikkelingslanden bijdra- gen,

dat op grond van deze overweging deelneming aan jeugdfestivals, ook al zijn deze door communisten geor- ganiseerd, niet mag worden afge- wezen, doch dat alleen tot deelne- ming mag worden besloten, wanneer men beschikt over personen, wier intellect en scholing naar de mening van het Hoofdbestuur deelneming rechtvaardigt in het licht van bo- vengenoemde doelstellingen, dat tenslotte de Nederlandse jonge- ren in de toekomst meer aandacht zullen moeten geven aan de bestude- ring, zowel van het communisme als van de ontwikkelingslanden, tenein- de een beter inzicht te krijgen in dè grote vraagstukken van de tijd, waarin wij leven,

en gaat over tot de orde van de dag.

februari 1963.

(4)

4

OM DE BURGEMEESTER

Met stijgende verbazing las ik in de Driemaster van november 1962 en februari 1963, de voorstellen van de heer A. J. B. Hubert om in den ver- volge burgemeesters te kiezen in plaats van te benoemen. Na de aan- tekening, dat ik me geenszins met zijn standpunt kan verenigen, wil ik hier enkele kanttekeningen plaatsen, voor de opname waarvan ik de re- dactie de meeste dank verschuldigd ben.

De heer Hubert noemt voorbeelden van goed-functionerende burgemees- tersposities in de USA en Frankrijk.

Hierbij zou ik willen opmerken, dat de burgemeester in die landen een heel andere plaats inneemt, een plaats welke niet te vergelijken is met die van de Nederlandse burge- meester. Hij immers heeft in zijn als uitvoerende macht omschreven functie, een volledige dagtaak. In vele landen is het burgemeester- schap een erebaantje, voor de rijk- ste (en dus vaak de meeste invloed hebbende bankier of zo). In die lan- den wordt deze functie ook dien overeenkomstig gesalarieerd.

De Nederlandse burgemeester moet vaak voorspraak doen voor zijn ge- meente bij Kroon en Provincie.

Daarom is het gewenst een represen- tatieve figuur, die boven - althans buiten - de partijen staat, op deze post te weten.

Verkiezing zou, met oog op het hier- voor gestelde, vooral voor de kleine gemeenten, fatale gevolgen kunnen hebben. Persoonlijk zie ik het als een groot goed, dat in kleinere plaatsen burgemeesters benoemd worden, die afkomstig zijn uit an- dere plaatsen.

Voorts noemt de heer Hubert het een misgreep, dat een falend minis- ter burgemeester is geworden en dat Den Haag een katholieke burge- meester heeft. De geachte redactie stelde reeds, dat deze falende minis- ter een voortreffelijk burgemeester is geweest. De laatste tijd wordt de tendens gelukkig merkbaar, dat Ne- derland boven de hokjesgeest uit gaat groeien. (Ligt hier juist geen grote taak voor het moderne libera- lisme?) Als een persoon geschikt wordt geacht het burgemeesterschap van Den Haag op zich te kunnen ne- men, dan moet het niet van belang zijn of deze man R.K., Ned. Her-

':De ':Driema~ter

Maandorgaan van de Jongeren Organisatie Vrijheid en Demo- cratie (J.O.V.D.)

Hoofdredacteur: E. T. Hoven.

Leden van redactie:

H. Wiegel,

ir. F. Wagenmaker.

Drs F. A. Hoogendijk {secr.) Redactie-adres:

Krugerlaan 78, Gouda.

Adres - Administratie:

Gooiergracht 163, Laren (N.H.) Telefoon 02953-3563.

Abonnementsprijs minimum f 3,- per jaar. (Voor leden gratis).

Abonnerr.ents·· en advertentie- gelden uitsluitend aan G. Stern- pher Laren (N.H.), Postgiro 244397 of op bankrekening, Hollandsche Bank-Unie N.V., Herengracht 434--438, Amsterdam.

DE DRIEMASTER

vormd, dan wel Joods of Mohamme- daans is.

Tenslotte pleit schrijver voor demo- cratisering, hetgeen ik een zeer lof- felijk streven zou willen noemen.

Dit moet echter niet te ver doorge- voerd worden, waarmede ik zeggen wil, dat ook democratie haar ziekten heeft. (Zouden wij onze hoogge- roemde rechtspraak ook moeten ver- vangen door de zo democratische juryrechtspraak?)

De lezer die geïnteresseerd is in deze materie kan ik aanraden het boek "De Burgemeester" van dr.

Claudius A. Prinsen, uitg. W. Berg- mans, Tilburg, te lezen.

Mheer (Z.L.)

F. G. J. M. BECKERS

Misplaatst

In het artikel "Nee" van de heer Marcuse (januarinummer) houdt deze terecht een kort pleidooi tegen verdere gratieverlening aan de oor- logsmisdadigers, die te Breda gevan- gen zitten.

Misplaatst in "Nee" is echter de (ter- loopse?) constatering betreffende prof. mr. J. M. v. Bemmelen: "mede- werker van het dagblad De Tele- graaf".

Immers, nu zal de lezer het bedoelde gratieverzoek kunnen gaan asso- ciëren met de houding van De Tele- graaf in de oorlog.

Hoe radicaal ook het nee mag klin- ken tegen bedoelde gratievoorstellen, een dergelijke associatie insinueren, in een zó precaire zaak als deze, be- hoort te allen tijde vermeden te worden. Zij verlaagt het artikel tot roddelarij en de Driemaster tot een roddelblaadje, hetgeen toch nimmer in de bedoeling van de heer Marcuse gelegen kan hebben.

G.H.B.VERBERG

NOGMAAlS: NEE

Jarenlang reeds staat de levenslange gevangenisstraf vermeld in het Wet- boek van Strafrecht. Een aanzienlijk aantal Nederlandse misdadigers kreeg deze straf opgelegd. Maar nu gaat het om Duitse oorlogsmisdadi- gers en waarachtig, daar gaan en- kele figuren zich het hoofdbreken over de onmenselijkheid van deze straf, over de marteling, die hen hier- door wordt aangedaan.

Onder hen bevindt zich de heer Van der Most. Ook hij is van mening, dat deze straf te onmenselijk is. Het moet nu maar gauw met het marte- len zijn afgelopen want we leven alweer achttien jaar verder.

Inderdaad, v. d. M. heeft gelijk met zijn bewering, dat levenslang in ze- kere zin een onmenselijke straf is.

Gelukkig stelt hij daarnaast, dat de daden van deze oorlogsmisdadigers veel en veel onmenselijker zijn ge- weest.

Deze vier Duitsers ontliepen de doodstraf alleen, omdat zij niet di- rect na de bevrijding in 1945, maar pas een aantal jaren later terecht- stonden. Als v. d. M. dus meent te kunnen aannemen, dat er blijkbaar geen voldoende termen aanwezig waren voor de doodstraf, dan doet hij dat zeer waarschijnlijk te goeder trouw, maar volkomen ten onrechte:

slechts de tijd redde hen van de doodstraf. Zij werden hiertoe welis- waar veroordeeld, maar uit humane overwegingen is deze veranderd in levenslang.

En nu, ruim vijftien jaar later, staan

hier en daar wat mensen op, die enerzijds met volkomen irrelevante argumenten komen opdraven, terwijl er anderzijds wat vaag gefilosofeerd over en gegoocheld wordt met be- grippen als 'genade', enz.

v. d. M. behoort tot de laatste cate- gorie. Hij komt in de Driemaster van februari tot de hierboven. reeds vermelde conclusie. Het zal hem niet verbazen, dat ik met hem van me- ning blijf verschillen. Voor deze vier oorlogsmisdadigers mag geen ver- dere genade gelden.

R. M. MARCUSE

Boeren en democratie

De ontruimingen in Hollandsche Veld hebben weer heel wat sentimenten waker geroepen. De arme aardige boertjes, die door gehelmde "vopo's"

uit hun hofsteden werden gezet, waar hun vaderen in geboren waren, wekken het medelijden van velen op. Bovendien heeft verzet van de enkeling tegen een machtig lichaam als het Landbouwschap of de Staat altijd de sympathie van de gemid- delde Nederlander.

Hoewel de liberalen niet veel liefde voor de wet op de bedrijfsorganisa- tie en daaruit voortvloeiende con- centraties als het Landbouwschap (het groene front) hebben kunnen OJ?brengen, en het geval Hollandsche Veld bij een ieder enige vraagtekens heeft doen rijzen: a) moest dat nu zo (de actie met de 40 agenten) en b) de publiciteit vanwege het Land- bouwschap is beneden minimumpeil, moet mij toch van het hart, dat de relletjes zelf en de reacties er op voor mij een teken. aan de wand zijn van ondemocratische neigingen in ons volk.

Wetten zijn in ons land op democra-

Het adres van de algemeen penningmeesteresse luidt:

Mej. A. A. van der SLUIS Noordeind 7, Emmen

Giro 953500

tische wijze tot stand gekomen en moeten door iedereen uitgevoerd worden, ook al is men het er niet mee eens. Al die (helaas vele) boeren, die dezelfde mentaliteit hebben als hun drie eigenwijze collegae in Hol- landsche Veld en de wetten negeren of tegenwerken, doen aan de zaak der democratie ernstige afbreuk.

Vooral van liberalen lijkt het mij ondenkbaar, dat ze een afbrokkeling van de liberale democratie dulden.

Laten ook de liberale boeren zich eens duidelijk uitspreken!

Tussen twee haakjes: Het zou wel eens interessant zijn de bedrijfsre- sultaten te zien van die boeren, die geen heffingen, maar ook geen ge- neugten van het Landbouwschap willen aanvaarden (zoals de over- heidssteun op vele produkten, egali- satiefondsen enz.). Zo principieel, dat ze deze geneugten ook afwijzen, zijn de boeren echter niet, integen- deel, ze halen deze met graagte in en klagen er bovendien nog over, dat het Landbouwschap er niet voor ge- zorgd heeft, dat ze nog groter zijn.

Dubbele moraal is hier troef.

F.W.

Heu,

lncassi op het buitenland •••

I I I I I I

specialistenwerk!

Deskundigheid en voortvarend- heid van Uw bankier vormen een noodzakeiijke voorwaarde voor de vlotte afwikkeling van Uw transacties met het buitenland.

be HBU beschikt over een uitgebreid net van buitenlandse kantoren en corres- pondenten en is daardoor ver,J:rouwd met de plaatselijke eisen en omstandigbeden •..

waar ook ter wereld.

Geef daarom Uw documentaire incassi aan ons tet behandeling; wij staan voor U klaar ••• direct!

Ook voo,. INOASSI: de HBU

I I

L: OLLANDSCHE BANK-UNIE

N::Jv.

· AMSTERDAM • DEN HAAG • ROTTERDAM

---

(5)

---

KVP-

cryptogrammatica

De KVP heeft onlangs zijn traditione, le Overijsselse landdag gehouden. De meest prominente KVP-ers van het ogenblik spralten de verzamelde me- nigte toe: minister-president De Quay, minister Cals en de (tijdelijke) leider van de Tweede Kamerfractie, dr. De Kort.

De rede van dr. De Kort was zowel zeer cryptisch als hoogst irritant te noemen. Op de welbekende Rommi- aanse wijze liet de fractieleider niets blijken van hetgeen men in de KVP- leiding na de u.s. Kamerverkiezingen het liefst zou willen doen. Men kan zich vóór de verkiezingen uiteraard niet vastleggen tegenover de kiezers.

Maar de kiezers hebben er recht op van iedere partij te weten, naar wel- ke coalitie de voorkeur uitgaat.

Zo heeft prof. Vondeling reeds laten weten, dat de PvdA een herstel van de brede basis begeert, eventueel zelfs zonder de protestants-christe- lijke partijen. Uit de rede die minis- ter Toxopeus korte tijd geleden hield, kan men duidelijk afleiden, dat de VVD continuering van de huidige coalitie gewenst acht.

Dr. De Kort hield voor iedereen de deur open. De PvdA kreeg een pa- triarchaal klopje op de schouder, om- dat zij de verkiezingsstrijd zo rustig begonnen was en de VVD werd op soortgelijke wijze bemoedigend toe- gesproken. Dr. De Kort zei bepaald niet ontevreden te zijn over het in de afgelopen vier jaren gevoerde beleid. Dat is één. De situatie bleek voor de KVP weer eens heel gemak- kelijk te zijn: Volgens de heer De Kort kan zijn partij zowel met de socialisten als met de liberalen in zee gaan. En dat is twee.

Ik weet niet, hoe het met de intel- lectuele vermogens van de gemid- delde KVP-lcden gesteld is, maar zij moeten het stadium van de debili- teit naderen, <lis zij de woorden van de heer De Kort voor zoete koek ne- men. De KVP is dus lang niet onte- vreden over de resultaten van de regering-De Quay. Een normaal mens zal dus concluderen: de KVP zal continuering van de huidige coalitie op prijs stellen. Zo niet dr.

De Kort: Zijn partij zal net zo goed met de PvdA kunnen samenwerken.

Hoe denkt men in de KVP dit cryp- togram voor haar leden en buiten- staande belangstellenden op te los- sen? Herstel van de brede basis be- tekent, dat de katholieken overstag zullen gaan en ineens een regerings- programma moeten steunen, dat een bepaald ander karakter zal hebben dan dat van De Quay sum suis. En dat, terwijl de KVP tijdens haar ver- kiezingscampagne niet zal ophouden iedereen te vertellen hoe tevreden zij is over de huidige regering. Want de PvdA zal zeker niet volkomen overstag gaan, al wil zij nog zo graag in de regering terugkomen. Men vraagt zich af wat de intellectuele(re) KVP-leden (want die zijn er toch zeker?) hiervan denken.

Irritant was de manier waarop in het bijzonder dr. De Kort de andere partijen besprak. Duidelijk bleek weer eens hoezeer de KVP ervan overtuigd is, dat zij de sleutelpositie in ons politieke leven inneemt en dat zonder haar niet geregeerd kan wor- den. De arrogante wijze waarop vooral de PvdA en de VVD werden toegesproken deed bij mij weer eens de gedachte opkomen, hoe prettig het zou wezen, als nu eindelijk de KVP in de oppositie zou gaan. En niet alleen prettig: De KVP maakt

sinds 1917 onafgebroken deel uit van de regering. Zij is als het ware ge- worden tot een lichaam, dat alleen functionarissen levert. Voor een ge- zonde ontwikkeling van onze demo- cratie zowel als voor de KVP zelf zou het hoogst bevorderlijk zijn, in- dien de katholieken eens buiten de regering bleven.

Ik ben me ervan bewust, dat dit op het ogenblik wishful thinking moet worden genoemd. Samenwerking tus- sen PvdA, VVD (en (een van) de pro- testantse partijen) is dit jaar niet te verwachten en misschien zelfs on- gewenst. Maar met vreugde zal ik de dag begroeten, waarop de KVP haar sleutelpositie in ons politieke leven zal verliezen. Dit in de weten- schap, dat de PvdA dan deze plaats (tijdelijk) zal overnemen.

R. M. MARCUSE

Wat is liberalisme?

Studiecommissie gewenst.

"Laten de liberalen, die dat kunnen hun mening over deze begrippen (t.a.v. liberalisme) eens op papier zetten. Het is een dwingende eis voor de toekomst van het liberalisme".

Hiermee besloot F. Wagenmaker zijn artikeltje "Liberale Literatuur" in de Driemaster van jan. j.l.

"Er wordt wat afgesold met het be- grip liberaal!", zo verzuchtte een commentator van het Alg. Handels- blad in zijn krant van 7 maart 1963.

Het liberalisme is inderdaad "iets"

van een ontstellende vaagheid. (Dat is al een lange tijd zo). Niettemin, of juist daardoor hebben de woorden liberaal en liberalisme voor velen nog steeds een grote aantrekkings- kracht. Zo hebben we tegenwoordig een Liberale Partij van Vrije Bur- bers, een Liberale Staatspartij (wat die staat daar nu in moet; daar heeft Van Rappard toch zo'n hekel aan?), een Liberale Unie en een Liberaal Democratisch Centrum. Verder zijn er nog partijen als de VVD en de Vrije Democratische Unie, die zich ook liberaal noemen, zij het niet rechtstreeks. Wie al deze groeperin- gen kent, weet, dat ze met elkaar zich uitstrekken van behoorlijk rechts tot duidelijk links. Hierdoor wordt de politieke bruikbaarheid van de term liberaal danig afbreuk gedaan, want de belangrijkste politieke tegenstel- ling is juist die tussen links en rechts, tussen maatschappelijk voor-- uitstrevend en maatschappelijk con- servatief.

Kan iedere politieke groepering, die niet confessioneel en niet socialis- tisch is (wat is intussen socialisme?), en iets (ja wàt dan; dat is van be- lang!) wil doen met "het vrijheids- beginsel" zich met recht liberaal noe- men? Is het nodig te spreken van links-liberaal en rechts-liberaal?

De JOVD is een bij uitstek geschikte organisatie om via een studiecom- missie te trachten een antwoord te geven op de vraag: Wat is liberalis- me? Daar komt nog al wat voor kij- ken: een historisch, een sociologisch en een literatuuronderzoek, een wijs- gerige fundering. Dit alles en mis- schien nog meer om te komen tot een verantwoorde eigentijdse formule- ring van het begrip liberalisme. Kan deze commissie volgend jaar aan het werllt gaan?

Den Haag.

H. JONGEDIJK A. V. Th. KOCH

BOEI{BESPREKING

Om de vrfiheid

Onder deze titel is bij de Uitgevers Maatschappij "West-Friesland" te Hoorn een door mr. P. Zonderland geschreven boekwerk verschenen (153 pag.).

Het geeft een schets van het libera- lisme van vroeger en nu en is voor jonge liberalen zeer de moeite waard om te lezen. Niet alleen geeft het een objectieve samenvatting van wat enige vooraanstaande liberalen over kernbegrippen als "vrijheid", "de- mocratie" en "liberalisme" dachten en denken, het geeft ook een afbake- ning van het liberalisme tegenover conservatisme, socialisme en het po- litieke confessionalisme.

Tot slot geeft het de eigen visie van de schrijver over deze onderwerpen weer ("een beperkte bijdrage tot eerherstel van het begrip Liberalis- me") en beschrijft het ehige liberale taken op sociaal-economisch gebied.

Als bijlage is de Narede van Thor- becke opgenomen.

De schrijver zegt niet te pretende- ren een Nederlands standaardwerk over het liberalisme te schrijven.

Toch is het bijzonder verheugend, dat hij dit boekje heeft geschreven, om- dat het als het ware een eerste werkvloer legt voor een daarna op te bouwen hechte fundering van het liberalisme. Wij hebben in dit blad al vaak de wens geuit, dat er zich liberalen beschikbaar zouden stel- len deze beginselen eens wat te ver- duidelijken.

Mr. Zonderland wijst hier ook op.

Inmiddels heeft hij zich in ieder ge- val zeer verdienstelijk gemaakt met het schrijven van dit boekje door een weg te wijzen in welke richting er gewerkt moet worden.

In zijn keuze van citaten van beken-

de liberalen heeft hij zijn persoon- lijke opvattingen over het "ware liberalisme" mee laten spreken en dit geeft uiteraard wel een bepaalde kleur aan het boek. Mr. Zonderland gaat duidelijke uitspraken niet uit de weg, hetgeen overigens niet onbe.:.

kend was.

Ook in dit boekje komt zijn eigen mening duidelijk naar voren, b.v.

(blz. 28) "Socialisten en liberalen die- nen zich niet tegen elkaar te laten ophitsen, maar zich veeleer af te vragen welke grote gemeenschappe- lijke taken er liggen bij het verweer tegen beider principiële tegenstan- ders, conservatisme en politiek con- fessionalisme". Op blz. 105 geeft hij een groot aantal interessante (rhe- torische) vragen weer betreffende liberale taken op sociaal-economisch gebied. De P.B.O. kan in zijn ogen geen goed doen.

Het boekje doet een duidelijk mo- dern liberalisme horen, dat vele jon- geren zal aanspreken. Er blijven ook bezwaren, bv. de niet-voldoende scheiding en in verschillende opzich- ten vereenzelviging van geestelijk en politiek liberalisme (de "filosofie van het liberalisme", "het liberalis- me is anti-dogmatisch" enz.). Boven- dien zal het mr. Zonderland toch ook wel zijn opgevallen, dat de ker- ken tegenwoordig wel wat belang- rijker uitspraken doen dan over de haardracht der vrouw. Het is jam- mer, dat par. 5 de nieuwe ontwikke- lingen in de kerken niet vermeldt (b.v. het herderlijk schrijven: Chris- ten zijn in de Nederlandse samen- leving).

De bezwaren doen overigens niets af aan de wenselijkheid, dat vele JOVD-ers dit boek-lezen. Een ver- dieping van de liberale beginselen is een zaak van de hoogste urgentie.

F.W.

Een bezoek aan het NATO-hoofdkwartier in Parijs

Tesamen met de heren Ruys en Wal- lis de Vries als JOVD-ers, heeft schrijver dezes van 13-16 februari via het Atlantisch Jongeren Comité Nederland een oriëntatiereis ge- maakt naar het NATO-hoofdkwar- tier in Parijs. Naar aanleiding daar- van een enkele opmerking.

Eerste morgen: inleidend filmpje over de NATO en algemene inlei- ding in gesproken vorm over de or- ganisatie. De NATO heeft géén supra-nationale bevoegdheden en dientengevolge moeten alle beslui- ten van de Raad unaniem (dat zijn dus 15 stemmen voor en geen tegen) worden genomen. Elk der 15 deelne- mende landen is vertegenwoordigd door iemand met de rang van am- bassadeur, die de bevoegdheid heeft om voor zijn land bindende overeen- komsten aan te gaan; een maatre- gel, die snel werken in een nood- toestand mogelijk maakt.

Financiëel gezien werkt de NATO op vrijwillige basis: immers, zou zij bepaalde betalingen kunnen afdwin- gen, dan zou dit weer de nationale beslissingsbevoegdheid der deelne- mende landen beperken! Jaarlijks worden vragenlijsten naar de lan- den gestuurd; na deze lijsten inge- vuld weer terug ontvangen te heb- ben, stelt een speciaal budget com- mittee in een "annual review" de verdeel-sleutel der lasten vast. Ons werd in antwoord op een desbetref- fende vraag verzekerd, dat de in- vloed, die de VS op beslissingen

uitoefent, duidelijk minder is dan

zou overeenkomen met haar bijdra- ge in de kosten.

Voor het milit2.ire aspect werd 's-middags een bezoek aan het mili- taire NATO-hoofdkwartier in Euro- pa, SHAPE, gebracht. De voorlich- ting, hier door een Engelse en een Nederlandse voorlichtingsofficier ge- geven, was ver beneden peil. De eerste spreker, die voortreffelijk Ne- derlands sprak, hield zijn inleiding toch in het Engels, omdat hij hem kennelijk in die taal uit zijn hoofd kende. Toen hij dan ook even onder- broken werd door een vragensteller, had hij duidelijk moeite, de naald weer op de juiste plaats in de groef te plaatsen.

De Nederlandse militaire spreker schatte het peil van onze groep, die voor het merendeel uit studerenden bestond, ongeveer ter hoogte van de eerste klas van een MM.S en praatte dienovereenkomstig over uiterst be- langrijke aangelegenheden op een veel te familiare en slappe toon. Op _vele vragen werd een de kern van de zaak ontwijkend, vaag verhaaltje als antwoord gepresenteerd. Uiter- mate teleurstellend. Het geheel kon geenszins worden goedgemaakt door een borreltje in de officiersmess achteraf.

De morgen van de tweede dag werd - een bezoek gebracht aan de OECD, een evenzeer alleen internationale organisatie voor de coördinatie van economische hulp aan onderontwik- kelde gebieden. Hoewel de behande- (vervolg zie pal(. 7)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ik leerde hem kennen als een bescheiden mens, die alles rus­ tig overwoog voor hij zich een mening vormde en die als raadgever zijn mening zeker niet opdrong..

Mede omdat het Christen Democratische fata morgana bijna zeker lijkt te verdwijnen en zich onder invloed hiervan ook steeds groter wordende verschillen in de

Omdat het knpitcrlisme zich nu eenmaal niet bekommert om de werk- nemer als mens, maar de mens uitsluitend als een produktie- factor beschouwt, die men zonder

Helaas bleek ons dat het niet de heer Van Riel zelf was, die een artikel ge- schreven had over zijn vraagstuk van de pornografie. van Helden te zijn. Deze

Onder andere wordt gesugge- reerd dat de heer Van Riel een fascist zou zijn (letterlijk citaat: &#34;Wij dachten, maar dat kan misschien naïeviteit zijn,

Laat hen dan echter eens ingepeperd worden dat met elke veldslag met de politie de Telegraaf, een van hun voor- naamste werkelijke politieke tegen- standers,

Volgens de JOVD beginselen betekent vrijheid gebondenheid. Zou men te veel vrijheid toe kennen aan mensen, die er geen oordeel over kunnen vormen, geen

.,Toxopeus zou natuurlijk eerlijker zijn geweest wanneer hij erbij gezegd had dat hij aan negatieve image-building t.a.v. zijn tegenstanders actief meedoet. De