• No results found

Inspectierapport De Kleine Prins (KDV) Laren

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Inspectierapport De Kleine Prins (KDV) Laren"

Copied!
13
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Team Toezicht Kinderopvang

Burg. de Bordesstraat 80, 1404 GZ Bussum Postbus 251, 1400 AG Bussum

T (035) 692 62 22 www.ggdgooi.nl

Inspectierapport De Kleine Prins (KDV)

Laren

(2)

2 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 02-07-2015

De Kleine Prins te LAREN NH

Inspectierapport

De Kleine Prins (KDV) Eemnesserweg 15 1251NA LAREN NH

Registratienummer 745710657

Toezichthouder: GGD Gooi & Vechtstreek In opdracht van gemeente: Laren

Datum inspectie: 02-07-2015

Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek

Status: Definitief

Datum vaststelling inspectierapport: 16-07-2015

(3)

Inhoudsopgave

Het onderzoek...4

Observaties en bevindingen ...5

Pedagogisch klimaat ...5

Personeel en groepen...7

Veiligheid en gezondheid ...8

Accommodatie en inrichting ...9

Inspectie-items... 10

Gegevens voorziening... 12

Gegevens toezicht... 12

Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ... 13

(4)

4 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 02-07-2015

De Kleine Prins te LAREN NH

Het onderzoek

Onderzoeksopzet

Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek.

In dit inspectierapport zijn niet alle items beoordeeld, omdat er sprake is van risico gestuurd toezicht (RGT). De inspectieactiviteit richt zich primair op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk, aangevuld met aandachtspunten uit vorige inspecties. Het onaangekondigde jaarlijkse

inspectiebezoek bij KDV De Kleine Prins vond plaats op 2 juli 2015.

Beschouwing Algemeen:

Kinderdagverblijf de Kleine Prins is gevestigd in een gerenoveerd pand naast basisschool de Binckhorst. In hetzelfde pand zit ook een buitenschoolse opvang van Koningskinderen. Het

kinderdagverblijf heeft 4 stamgroepen waarvan 3 op de begane grond en 1 babygroep op de eerste verdieping. Het kinderdagverblijf is geopend sinds maart 2012.

Inspectie geschiedenis:

In 2012 werd voldaan aan de geïnspecteerde voorwaarden.

In 2013 werd bij de reguliere inspectie aan twee items niet voldaan. Bij het nader onderzoek wat daarop volgde werd aan de items wel voldaan.

In 2014 heeft de houder aan alle getoetste items voldaan.

Huidige inspectie:

Op 2 juli 2015 vond een onaangekondigd inspectiebezoek plaats.

Enkele documenten, zoals een verklaring omtrent gedrag, diploma's en toestemmingsformulier zijn ter plaatse ingezien.

De observatie vond plaats van 10.00 tot 11.00 uur. De groep peuter 1 is geobserveerd en het buitenspelen van peuter 1 en 2.

Advies aan College van B&W Geen handhaving.

(5)

Observaties en bevindingen

Pedagogisch klimaat

Dit hoofdstuk beschrijft de inspectiebevindingen over de getoetste items binnen het domein

‘pedagogisch klimaat’.

Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld:

• Emotionele veiligheid

• Persoonlijke competentie

• Sociale competentie

• Overdracht van normen en waarden

De competenties en de overdracht van waarden en normen zijn waargenomen en positief beoordeeld.

Pedagogische praktijk

Op basis van het gesprek met de beroepskrachten en de observatie van de pedagogische praktijk is het item zorg dragen voor de uitvoering van het pedagogisch beleid positief beoordeeld.

Op het moment van observeren was ook de ondersteunende pedagoog op de locatie aanwezig.

Zij geeft aan het personeel regelmatig te observeren en zo te ondersteunen bij de pedagogische praktijk.

Bij de beoordeling van de emotionele veiligheid is met name gekeken naar de professionaliteit van de beroepskrachten en de aanwezigheid van bekende leeftijdsgenoten. Tijdens de observatie is opgemerkt dat:

Er is een dagschema met dagelijkse routines en activiteiten in een herkenbare en vertrouwde volgorde. Dit biedt houvast voor kinderen. Het laat ruimte voor enige flexibiliteit voor onvoorziene situaties of uitloop van geplande activiteiten.

Het dagschema is voor de kinderen erg duidelijk. Zodra het vaste onderdeel, zoals het verschonen van kinderen, is afgelopen gaan de meeste kinderen meteen over tot spel.

Ondanks een vast ritme is er vandaag ook gekozen om er van af te wijken, zo spelen ze vandaag in de ochtend buiten in plaats van in de middag wat ze gewend zijn te doen. Dit omdat door het warme weer het hitte protocol in werking is gezet.

Tijdens de observatie was er een dreumes van 1 jaar oud die niet tot spel kwam, hij heeft de periode van verschonen en insmeren (20 min) stil aan tafel gezeten terwijl de andere 5

kinderen aan het spelen waren op de groep. Buiten kwam hij ook niet tot spel, na 20 min liep hij heel rustig naar de groep kinderen in de zandbak. De beroepskracht heeft hem toen gemotiveerd om in de zandbak te komen spelen, daar is hij op in gegaan.

Bij navraag van de vaste beroepskracht vertelde ze dat de jongen erg de kat uit de boom kijkt en veel tijd neemt om uiteindelijk tot spel te komen.

De beroepskracht heeft ruim de tijd genomen voor ze over is gegaan in het bieden van steun.

Steun bieden bij kwetsbare kinderen in een groep is bevorderend voor de emotionele veiligheid.

Bij de beoordeling van de persoonlijke competentie is er met name gekeken naar de

vaardigheden van de beroepskrachten in het uitlokken en begeleiden van spel, de aanwezigheid van bekende leeftijdsgenoten en de manier waarop de ruimte is ingericht en materialen en activiteiten worden aangeboden. Het volgende is waargenomen:

Tijdens de observatie waren er twee groepen buiten aan het spelen. De kinderen konden met water spelen in een klein badje en verschillende emmertjes met water. Alle andere kinderen zijn in de zandbak onder de parasol aan het spelen.

De beroepskrachten hebben bewust gekozen om geen fietsjes naar buiten te doen ivm het hele warme weer. Kinderen hadden voldoende mogelijkheid om tot spel te komen.

(6)

6 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 02-07-2015

De Kleine Prins te LAREN NH

Bij de beoordeling van de overdracht van normen en waarden is met name het gedrag van de groepsleiding en de kinderen geobserveerd. Hieruit blijkt het volgende:

De kinderen zijn bewust van de regels die gelden op de groep, zo schuiven alle kinderen zonder te vragen hun stoel aan. Lopen de kinderen niet de groepsruimte uit terwijl de deur open staat en wachten ze netjes tot ze geroepen worden om naar de verschoon tafel te komen.

De beroepskracht geeft aan hier veel aandacht voor te hebben omdat ze regelmatig alleen op de groep staat en regels dan extra belangrijk zijn om het groepsproces goed te laten verlopen.

De beroepskrachten treden op een professionele manier op in de omgang met andere volwassenen, zoals collega’s. Zij gaan respectvol met elkaar om, zijn vriendelijk, luisteren en tonen begrip en betrokkenheid, vragen elkaars hulp en geven advies. Zij zijn zich bewust van hun uitstraling als mede-opvoeder en vertrouwenspersoon en maken dit zichtbaar in hun lichaamshouding, taalgebruik en omgangsvormen.

Tijdens de observatie zijn de drie competenties en de overdracht van waarden en normen waargenomen en positief beoordeeld.

Gebruikte bronnen:

 Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (de heer J. Kruyt)

 Interview anderen (beroepskrachten werkzaam op 2 juli 2015 en de pedagoog)

 Observaties (2 juli 2015)

 Pedagogisch beleidsplan (mei 2015)

(7)

Personeel en groepen

Dit hoofdstuk beschrijft de inspectiebevindingen over de getoetste items binnen het domein

‘personeel en groepen’.

Binnen dit domein heeft er een steekproef plaatsgevonden van passende diploma’s en geldige verklaringen omtrent het gedrag van de beroepskrachten.

De beroepskracht-kindratio en de opvang in groepen zijn getoetst door middel van roosters, presentielijsten en bezettingslijsten.

Binnen dit domein zijn geen overtredingen geconstateerd.

Verklaring omtrent het gedrag

Alle medewerkers uit de steekproef beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag.

Passende beroepskwalificatie

Alle beroepskrachten uit de steekproef beschikken over een geldige beroepskwalificatie.

Opvang in groepen

De opvang vindt plaats in stamgroepen van maximaal 16 kinderen. Wanneer kinderen in een andere stamgroep dan hun eigen stamgroep worden opgevangen, dan heeft de ouder hiervoor schriftelijk toestemming gegeven.

naam groep leeftijd kinderen maximaal aantal aanwezige kinderen

babygroep 1 0-2 jaar 12 kinderen

dreumesgroep 1 1-3 jaar 12 kinderen peutergroep 1 1-4 jaar 14 kinderen peutergroep 2 2-4 jaar 16 kinderen

Beroepskracht-kindratio

Ten tijde van de onaangekondigde inspectie is de volgende beroepskracht-kindratio geconstateerd;

naam groep leeftijd aanwezige

kinderen aanwezige

beroepskrachten beroepskrachten

nodig opmerkingen

babygroep 0-2

jaar 6 2 2

dreumesgroep 1-3

jaar 5 1 1

peuter 1 1 jaar 6 1 1 op dit moment

veel 1 jarigen.

peuter 2 2-4

jaar 12 2 2

Conclusie uit de waargenomen praktijk is dat er aan de minimale eisen betreffende de beroepskracht-kindratio wordt voldaan.

Gebruikte bronnen:

 Observaties (2 juli 2015)

 Verklaringen omtrent het gedrag

 Diploma's beroepskrachten

 Presentielijsten

(8)

8 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 02-07-2015

De Kleine Prins te LAREN NH

Veiligheid en gezondheid

Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein veiligheid en gezondheid. Binnen dit domein is in de praktijk gekeken naar de kennis van de beroepskrachten met betrekking tot de risico-inventarisaties en uitvoering van de actieplannen.

Aan alle getoetste items wordt voldaan.

Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid

Tijdens de observatie was het een hele warme dag. Het hitte protocol van de Kleine Prins is in werking gezet. Zo zijn de volgende maatregelen getroffen:

- kinderen krijgen extra water aangeboden

- kinderen worden ontzien van warme kleding, mogen in rompertje op de groep spelen.

- kinderen gaan in de morgen naar buiten omdat dan de zon nog niet volledig in de tuin staat.

- alle kinderen worden ingesmeerd met factor 50 voordat ze naar buiten mogen.

- babygroep wordt te heet in de middag, dan gaan de leidsters met de kinderen naar beneden om een koeler plekje op te zoeken.

Het plan van aanpak wordt goed uitgevoerd.

Gebruikte bronnen:

 Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (de heer J. Kruyt)

 Interview anderen (beroepskrachten werkzaam op 2 juli 2015 en de pedagoog)

 Observaties (2 juli 2015)

 Actieplan gezondheid

 Huisregels/groepsregels

 Pedagogisch beleidsplan (mei 2015)

(9)

Accommodatie en inrichting

Dit hoofdstuk beschrijft de inspectiebevindingen over de getoetste items binnen het domein

‘accommodatie en inrichting’.

Binnen dit domein is de buitenruimte beoordeeld.

Hierbij gaat het om het aantal vierkante meters dat beschikbaar is per kind en de inrichting van de ruimten.

Binnen dit domein zijn geen overtredingen geconstateerd

Buitenspeelruimte

De buitenruimte van het kindercentrum is aangrenzend en beschikt over voldoende vierkante meters voor het aantal aanwezige kinderen.

De buitenruime heeft een aantal verschillende speelhoeken. Tijdens de observatie zijn de fietsjes niet naar buiten gekomen omdat het veel te warm is om deze activiteit uit te voeren. De meeste kinderen spelen in de ruime zandbak waar voldoende speelmateriaal aanwezig is voor iedereen.

De tuin heeft als ondergrond alleen tegels, deze ondergrond is niet geschikt voor baby's en kruipende kinderen. Als deze doelgroep buiten speelt wordt hier rekening mee gehouden.

Gebruikte bronnen:

 Observaties (2 juli 2015)

(10)

10 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 02-07-2015

De Kleine Prins te LAREN NH

Inspectie-items

Pedagogisch klimaat

Pedagogische praktijk

De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Personeel en groepen

Verklaring omtrent het gedrag

De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013.

(art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.

(art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht, vrijwilliger, is niet ouder dan twee jaar.

(art 1.50 lid 4, 8 en 9, art 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie

Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen

De opvang vindt plaats in stamgroepen.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

(11)

De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OFDe stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio

De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:

- 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar;

- 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar;

- 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar;

- 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar.

Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en

peuterspeelzalen)

Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Veiligheid en gezondheid

Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid

In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn

respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en

peuterspeelzalen)

Accommodatie en inrichting

Buitenspeelruimte

De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

(12)

12 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 02-07-2015

De Kleine Prins te LAREN NH

Gegevens voorziening

Opvanggegevens

Naam voorziening : De Kleine Prins

Website : http://www.konings-kinderen.nl

Aantal kindplaatsen : 54

Gesubsidieerde voorschoolse educatie : Nee Gegevens houder

Naam houder : Koningskinderen B.V.

Adres houder : Nieuwe 's-Gravelandseweg 27

Postcode en plaats : 1405HK BUSSUM

Website : www.konings-kinderen.nl

KvK nummer : 32057627

Gegevens toezicht

Gegevens toezichthouder (GGD)

Naam GGD : GGD Gooi & Vechtstreek

Adres : Postbus 251

Postcode en plaats : 1400AG BUSSUM

Telefoonnummer : 035-6926377

Onderzoek uitgevoerd door : P Reedijk Gegevens opdrachtgever (gemeente)

Naam gemeente : Laren

Adres : Postbus 71

Postcode en plaats : 3755ZH EEMNES

Planning

Datum inspectie : 02-07-2015

Opstellen concept inspectierapport : 15-07-2015

Zienswijze houder : Niet van toepassing

Vaststelling inspectierapport : 16-07-2015 Verzenden inspectierapport naar houder : 16-07-2015 Verzenden inspectierapport naar

gemeente : 16-07-2015

Openbaar maken inspectierapport : 23-07-2015

(13)

Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum

De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.

De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4

1. Een buitenschoolse opvang, een kinderdagverblijf, een gastouder- bureau of een voorziening voor gastouderopvang wordt niet in exploitatie genomen voordat een onderzoek door de

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4