• No results found

OVERVERHITTING (max 6500kh)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "OVERVERHITTING (max 6500kh)"

Copied!
13
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

EPB-voorafberekening – bijlage aan lastenboek

Dossiernummer: 190922642 MT LG Datum: 20/11/2020

Betreft: EPB-verslaggeving bouwen van 2 halfopen woningen - Warmoes-Lebegge Jan en Lies - Molstraat 57-61 - 8870 - IZEGEM

Telefoonnummer bouwheer: ; 0472/74 51 01, architect Verbeke Steven: 056/72 99 78; 0495/63 28 05, : ;

VERSIE EPB-VERSLAG DATUM WIJZIGINGEN

Versie 1 20/09/2019 basisverslag Versie 2 24/03/2020 planwijziging

Versie 3 04/05/2020 Toevoegen van ventilatievoorontwerp, EPB-eisen 2020

Versie 4 02/09/2020 12 cm vloerisolatie, 10cm plat dak, ramen 1,35 W/m²K, blowerdoortest hoger ingerekend Versie 5 20/11/2020 Wijzigingen volgens mails

1. Resultaten (EPB-eisen 2020)

Het project voldoet aan de EPR.

EENHEID S-PEIL

(max S31)

E-PEIL (max E 35)

OVERVERHITTING (max 6500kh)

HERNIEUWBARE ENERGIE OF E-max 10% STRENGER (max

E32)

Woning links S 31 E 35 2818 Voldoet

Woning rechts S 31 E 35 2618 Voldoet

Het E en S-peil werden berekend aan de hand van de hierna beschreven technische gegevens (materialen, diktes, installaties, …).

Wijzigingen mogen tijdens de uitvoering aangebracht worden mits het verbeteringen zijn voor het S-peil, E-peil en het binnenklimaat. De wijzigingen dienen ons steeds vooraf gemeld te worden.

Om de certificaten te kunnen afleveren, is het noodzakelijk dat alle EPB-plichtige werken zijn uitgevoerd conform dit EPB-verslag.

Bij het einde van de werken dient de bouwheer op eigen initiatief de stavingstukken te bezorgen aan de EPB-verslaggever voor de opmaak van de EPB- aangifte. Een geldig stavingstuk voor een EPB-aangifte is een factuur, foto’s vanop de werf, gegevens op het geplaatste materiaal en/of toestel, uitvoeringsplannen, installatieberekeningen, lastenboeken die een onderdeel vormen van het aannemingscontract, ondertekende offertes i.c.m. één van bovenstaande gegevens, kortom een bewijs dat dit bepaald product gebruikt is op deze werf. Een technische fiche die op internet kan teruggevonden worden is dus niet voldoende.

De zaken waarvan minimaal een stavingstuk dient te worden bezorgd, staan hieronder aangeduid in het rood.

Zonder deze stavingstukken kunnen we de EPB-aangifte niet indienen.

(2)

2. Beschermd volume

Volgende ruimten werden niet in het beschermd volume opgenomen:

- geen (= alle nieuw gecreëerde ruimten werden opgenomen in het beschermd volume)

Ruimten buiten het beschermd volume hebben geen eisen naar isolatie, ventilatie en technieken volgens de EPB-regelgeving. Er mogen dan ook geen verwarmings- of koelingselementen in deze ruimten geplaatst worden.

Ruimten of gebouwen waarin mensen wonen, werken, logeren, sporten, verzorgd worden, inkopen doen, hun vrije tijd doorbrengen,… zijn steeds EPB- plichtig.

(3)

3. Bouwkundige gegevens

THERMISCHE INERTIE

Lichte constructie Matig zware constructie Half zware constructie Zware constructie

VORMINFORMATIE LINKER WONING VORMINFORMATIE RECHTER WONING

VLOER IN CONTACT MET DE GROND

0,14 W/m²K

Lagen

(van buiten naar binnen)

Samenstelling Dikte

Beton Gewapend beton

Isolatie Gespoten PUR (λ max 0,026 W/mk) GECERTIFICEERD 13 cm

Afwerking Uitvulling + vloerafwerking

Opmerking: Vloerisolatie dient overal op de gelijkvloerse verdieping op gelijkaardige manier geplaatst te worden, dus ook in de garage.

VLOER IN CONTACT MET DE BUITENOMGEVING (ENKEL BIJ RECHTER WONING)

0,26 W/m²K Lagen

(van buiten naar binnen)

Samenstelling Dikte

Afwerking Bv. : ALU, PVC, hout,…

Isolatie PUR/PIR (λ max 0,022 W/mk) 10 cm

Beton Gewapend beton

Afwerking Uitvulling + vloerafwerking

Opmerking: Deze scheidingsconstructie voldoet niet aan de maximale U-waarde van 0,24 W/m²K. De constructie wordt echter vrijgesteld door de 2%-regel.

BUITENMUREN GEVELSTEEN

0,21 W/m²K

Lagen

(van buiten naar binnen)

Samenstelling Dikte

Metselwerk Gevelsteen

Spouw Matig geventileerde luchtlaag

Isolatie PUR/PIR (λ max 0,022 W/mk) 10 cm

Metselwerk Snelbouwstenen (λ max 0,35 W/mk) 14 cm

Afwerking Pleisterwerk

BUITENMUREN MET AFWERKING IN ALU

0,23 W/m²K

Lagen

(van buiten naar binnen)

Samenstelling Dikte

Afwerking ALU

Hout Multiplex 18 mm

Spouw Matig geventileerde luchtlaag

Isolatie PUR/PIR (λ max 0,022 W/mk) doorlopend geplaatst 10 cm

Metselwerk Snelbouwstenen (λ max 0,35 W/mk) 14 cm

Afwerking Pleisterwerk

(4)

BUITENMUREN MET AFWERKING IN HOUT

0,23 W/m²K Lagen

(van buiten naar binnen)

Samenstelling Dikte

Afwerking Hout

Spouw Matig geventileerde luchtlaag

Isolatie PUR/PIR (λ max 0,022 W/mk) doorlopend geplaatst 10 cm

Metselwerk Snelbouwstenen (λ max 0,35 W/mk) 14 cm

Afwerking Pleisterwerk

BUITENMUREN MET AFWERKING IN LEIEN

0,23 W/m²K

Lagen

(van buiten naar binnen)

Samenstelling Dikte

Afwerking Leien

Hout Multiplex 18 mm

Spouw Matig geventileerde luchtlaag

Isolatie Minerale wol (λ max 0,035 W/mk) tussen houten stijlen 18 cm

Afwerking Gipskartonplaten

TUSSENMUREN TUSSEN WONINGEN ONDERLING

0,44 W/m²K

Lagen Samenstelling Dikte

Afwerking Gipsplaten

Metselwerk Snelbouwstenen (λ max 0,35 W/mk) 14 cm

Isolatie Minerale wol (λ max 0,035 W/mk) 5 cm

Metselwerk Snelbouwstenen (λ max 0,35 W/mk) 14 cm

Afwerking Pleisterwerk

GEMENE MUREN TEGEN BEBOUWING AANGRENZEND PERCEEL (ENKEL RECHTER WONING)

0,52 W/m²K Lagen

(van buiten naar binnen)

Samenstelling Dikte

Metselwerk Bestaande muur

Isolatie Minerale wol (λ max 0,035 W/mk) 5 cm

Metselwerk Snelbouwstenen (λ max 0,35 W/mk) 14 cm

Afwerking Pleisterwerk

PLAT DAK OP GEPROFILEERDE STAALPLATEN (PLAT DAK GARAGE)

0,23 W/m²K Lagen

(van buiten naar binnen)

Samenstelling Dikte

Afwerking Dakdichting

Isolatie PUR/PIR (λ max 0,022 W/mk) 10 cm

Staal Geprofileerde staalplaten

PLAT DAK OP GEWELVEN

0,21 W/m²K

Lagen

(van buiten naar binnen)

Samenstelling Dikte

Afwerking Dakdichting

Isolatie PUR/PIR (λ max 0,022 W/mk) 10 cm

Beton Hellingsbeton

Draagstructuur Gewapend beton

Afwerking Pleisterwerk

HELLEND DAK

0,19 W/m²K

Lagen

(van buiten naar binnen)

Samenstelling Dikte

Afwerking Dakpannen

Spouw Intensief geventileerde luchtlaag Onderdak Vezelcement of doek

Isolatie

Minerale wol (λ max 0,035 W/mk) tot en met plafond verdiep

22 cm

Spouw Niet-geventileerde luchtlaag Afwerking Pleisterwerk of gipskartonplaten

(5)

RAMEN EN SCHUIFRAMEN

Glas

Max K1.1

Dit is de maximale toegelaten Ug-waarde.

Het is mogelijk dat er beter glas nodig is om te voldoen aan de eisen hieronder Zontoetreding glas ZTA 0.50

Omtrek van het glas In functie van de te behalen Uw-waarde hieronder (bv.: thermisch verbeterde afstandshouders) Materiaal profielen ALU/PVC

Isolatie profielen In functie van de te behalen Uw-waarde hieronder Totale isolatiewaarde

voor alle ramen (max gemiddelde per EPB-eenheid)

Uw-waarde max 1,35 W/m²K

(te staven via een Uw-waardenrapport van de ramenfabrikant of –leverancier waarin per raamgeheel de Uw-waarde (inclusief eventuele raamroosters) en de netto glasoppervlakte af te lezen zijn)

INTENSIEVE VENTILATIE (TEN VOORDELE VAN EEN LAGER RISICO OP OVERVERHITTING)

1 Alle woon- en slaapkamers zijn voorzien van 1 of meerdere opengaande delen.

(opengaande oppervlakte per ruimte is minimum 6,4% van de netto ruimteoppervlakte)

2 De opengaande delen bevinden zich op minstens 2 gevels waarvan oriëntatie 90° of meer verschilt OF de gemiddelde hoogte tussen 2

opengaande delen is minimum 3m (verticale as).

3 Elke meegerekende opening (punt 1) is voorzien van een beveiligde stand.

(vaste stand van het raam waarbij de hoogte of de breedte van de luchtstroom niet groter is dan 15cm)

×

GEÏSOLEERDE BUITENDEUREN

Materiaal deuren ALU

U-waarde totaal Max 1,50W/m²K (te staven via een Uw-waardenrapport van de deurenfabrikant of –leverancier waarin per deur de Uw-waarde en de eventuele netto glasoppervlakte af te lezen zijn)

GEÏSOLEERDE POORTEN

Materiaal deuren ALU

U-waarde totaal Max 1,50 W/m²K (te staven via een sticker op de poort of een U-waarderapport van de fabrikant of –leverancier)

4. Luchtdichtheid

LUCHTDICHTHEID

Uitvoering Luchtdichtheidstest uit te voeren na de werken (per woning) die een resultaat haalt van:

Ingerekende waarde

Max. 8,30 m³/h/m² (woning links) Max. 7,10 m³/h/m² (woning rechts)

EPB-nummer 36008-G-OMV_2020005812

De luchtdichtheidstest (of blowerdoortest) wordt in de software forfaitair ingerekend op 12m³/h/m², om een betere waarde te kunnen en mogen inrekenen is het noodzakelijk om de luchtdichtheid te testen. Het inrekenen van een luchtdichtheidstest kan nodig zijn om een voldoende laag E-peil te halen of om te voldoen aan de maximale waarde voor de netto-energiebehoefte.

Indien gewenst kunnen wij instaan voor deze blowerdoortest. U kunt steeds een offerte aanvragen op info@feysbvba.be

5. Technische installaties

ONTWERP

Verwarming Centrale verwarming Koeling Geen actieve koeling

OPWEKKINGSSYSTEEM VERWARMING

Condenserende ketel op aardgas: Vaillant VCW 286/5-3A

Min. 98,7% rendement bij 30% deellast (tegenover de bovenste verbrandingswaarde) Ketelinlaattemperatuur bij 30% deellast: 30°C

Toestel staat binnen het beschermd volume De ketel kan volledig afkoelen

Gaskleppen en/of ventilatoren aanwezig

Deze opwekker staat ook in voor de opwarming van sanitair warm water De ontwerpretourtemperatuur: forfaitair ingerekend

Om een betere (dan de forfaitaire) ontwerpvertrek- en retourtemperatuur te mogen inrekenen is een stavingstuk vereist. Dit bestaat uit een gedetailleerde warmteverliesberekening op ruimteniveau volgens EN12831, samen met een dimensioneringsnota van de aanwezige afgifte-elementen met de berekende ontwerpvertrek- en retourtemperatuur.

HULPENERGIE POMPEN

Pomp 1 Natlopende circulatiepomp met pompregeling: EEI = max. 0,23 Pomp 2 Natlopende circulatiepomp met pompregeling: EEI = max. 0,23 Pomp 3 Natlopende circulatiepomp met pompregeling: EEI = max. 0,23

(6)

VERDEEL EN AFGIFTESYSTEEM

Combinatie oppervlakteverwarming (vloer, muur, plafond) en radiatoren / andere T°-gestuurde regeling per ruimte (bv.: met thermostatische kranen): NEE

Variabele instelwaarde vertrektemperatuur (bv.: via een buitenvoeler of modulerende thermostaat): JA Geen warmteafgifte-elementen voor beglazing

Alle leidingen binnen isolatielaag beschermd volume Geen buffervat aanwezig

OPWEKKING SANITAIR WARM WATER:

FABRICAGE-DATUM VAN OPWEKKER NA 26/09/2015

Via condenserende ketel op aardgas die ook instaat voor de ruimteverwarming Ecodesign richtlijn van toepassing!

De Ecodesign richtlijn is enkel van toepassing voor toestellen die op de markt gebracht zijn vanaf 26/09/2015. Als deze datum niet beschikbaar is, kunt u zich baseren op de fabricage-datum van het toestel.

Warmteopslag Zonder warmteopslag (Bv.: doorstroom)

Plaats Wasplaats

Capaciteitsprofiel XL Energie-efficiëntie 87%

CIRCULATIELEIDING/COMBILUS VAN TOEPASSING: NEE

VENTILATIE (minimumdebieten: zie bijlage ventilatie achteraan)

Type D

Mechanische toevoer Mechanische afvoer

Warmteterugwinapparaat met volledige zomer by-pass en automatische regeling*

Merk en type: Sentinel Kinetic Advance 350S

Min. 85% rendement volgens bijlage G van bijlage V van het energiebesluit.

Erkende producten terug te vinden op volgende website: www.epbd.be

*Automatische regeling: continue meting van het toevoerdebiet en continue meting van het uitgaand debiet.

Ventilator

Gelijkstroomventilatoren met maximum elektrisch vermogen (geïnstalleerd): 174W Regelstrategie van het ventilatiesysteem: Toerentalregeling en variabele druk Type toerentalregeling van de ventilator: EC-motor met commutatieregeling

Belangrijke voorwaarde aan deze methode: alle mechanische minimumdebieten moeten gehaald worden Uitvoering In de verdere bijlage zijn de theoretische minimumdebieten gemeld per ruimte.

Praktisch moet het totale pulsie- en extractiedebiet per wooneenheid zo goed mogelijk in evenwicht zijn.

Uitvoeringskwaliteit

m-factor = max 1,24

Deze m-factor wordt behaald indien de gemeten toe- en afvoerdebieten het minimum EPB-debiet behalen, én de gemeten debieten zijn ook niet hoger dan 120% van dat minimum EPB-debiet.

6. Hernieuwbare energie

FOTOVOLTAÏSCH ZONNE-ENERGIE SYSTEEM

Plaats panelen Bovenste plat dak Datum plaatsing Na startdatum werken

Piekvermogen systeem Min. 1800 Wpiek voor de linker woning Min. 1500 Wpiek voor de rechter woning

Aansluiting Telkens op de officiële teller van de betreffende wooneenheid

Helling 20°

Oriëntatie Zuid

Beschaduwing Geen

Technologie Mono- of poly-kristallijne technologie Eigenschappen Fotovoltaïsche panelen in inbouw: NEE

Omvormer met een transformator met galvanische scheiding: JA Opmerking: E30: 2600Wp in totaal links en 2400 Wp in totaal rechts;

E20: 4200Wp links en 4200Wp rechts.

(7)

7. Bouwknopen

Voor het inrekenen van de bouwknopen werd er gebruik gemaakt van methode B.

Volgende bouwknopen zijn ingerekend als toeslag:

NIET EPB-AANVAARDE BOUWKNOPEN

1. Funderingsaanzet bij ramen, deuren en poort tot vloerpas 2. Aansluiting ramen en deuren op muurisolatie ter hoogte van vloer 3. Aansluiting ramen op muurisolatie onderaan

4. Aansluiting garagepoort rondom rond 5. Stalen liggers carport doorboren muurisolatie 6. Stalen liggers doorboren vloerisolatie

Alle andere bouwknopen worden verondersteld EPB-aanvaard te zijn en voldoen bijgevolg aan één van de basisregels. Indien één of meerdere

bouwknopen niet voldoen aan één van de basisregels, gelieve dit door te geven zodat deze kunnen ingerekend worden als niet-EPB-aanvaarde bouwknoop waarbij de impact op het K- en E-peil kan gecontroleerd worden.

AANDACHTSPUNTEN VAN TOEPASSING OP DIT PROJECT

1. Funderingsaanzet ter hoogte van de wanden is EPB-aanvaard uit te voeren. Voorbeelden:

cellenbeton (bv.: Ytong Kimblok C4/500 @ 0.125W/mK) met min. 20cm hoogte OF

Cellenglas (bv.: Foamglas Perinsul S) met min. 10cm hoogte ter hoogte van de vloerisolatie OF

Marmox Thermoblock R2 nano ter hoogte van de vloerisolatie OF

Ploegsteert Lambdabloc OF

Dumoulin K-blok

2. Aansluiting van buitenvloerisolatie op de spouwisolatie is EPB-aanvaard uit te voeren.

Aan de onderkant van de draagbalk dient er minimum 5cm PUR/PIR met lambda 0,022W/mK geplaatst te worden. Deze strook isolatie maakt de verbinding tussen spouw- en buitenvloerisolatie.

3. Aansluiting hellend dakisolatie met muurisolatie is EPB-aanvaard uit te voeren.

Ook ter hoogte van de topgevels.

EPB-aanvaard indien bv. de verbinding op topgevel door middel van min. 5cm PUR gerealiseerd wordt.

Indien er binnenmuren of andere draagstructuren tussen een houten roostering voorzien worden, moet de aansluiting tussen de dakisolaties ook voorzien worden van bv. min. 5cm PUR.

4. Dakrand plat dak is EPB-aanvaard uit te voeren.

EPB-aanvaard indien 10cm cellenglas of 25cm cellenbeton @ 0.125W/mK ter hoogte van de plat dak isolatie.

Ook ter hoogte van de omgekeerde betonbalken. EPB-aanvaard indien plat dakisolatie aansluit op muurisolatie door middel van min. 5cm PUR met lambda max. 0,022W/mK.

5. Aansluiting plat dak met opgaande spouwmuur is EPB-aanvaard uit te voeren.

Bijvoorbeeld via een cellenbeton @0.125W/mK met min. 25cm hoogte + cellenbeton verbinden met muurisolatie.

6. Aansluiting muurisolatie op ramen (eventueel door tussenvoegen van isolatie)

7. Aansluiting plat dakisolatie op hellend dakisolatie EPB-aanvaard uit te voeren via rechtstreeks contact met elkaar.

Een bouwknoop is EPB-aanvaard indien hij voldoet aan één van volgende basisregels:

OF minimale contactlengte isolatielagen

d contact ≥ ½ x min (d1,d2)

isolatielaag tegen raamprofielen

OF d contact ≥ ½ x min (d1,d2) bij raam zonder thermische onderbreking

OF d contact ≥ thermische onderbreking raam

OF tussenvoeging isolerende delen

EN lambda ≤ 0,2W/mK

EN R ≥ min (R1/2, R2/2, 2) of R ≥ min (R1/2, 1.5) bij raam- en deurprofiel EN d contact ≥ ½ x min (d insulation part, dx)

OF weg van de minste weerstand lengte ≥ één meter

OF berekende waarde voldoet aan limietwaarde Ψe ≤ Ψe, limiet

8. Premies

Voor het behalen van premies kan het aangewezen zijn om extra te isoleren of bijkomende technieken te plaatsen.

De bouwheer kan deze mogelijkheden nazien op www.energiesparen.be/subsidies

(8)

Bijlage ventilatieverslaggeving

Voor een wooneenheid is ventilatieverslaggeving vereist voor bouwaanvragen vanaf 01/01/2016.

Dit houdt in dat er een ventilatieverslaggever moet worden aangesteld die een voorontwerp opmaakt en indient bij een kwaliteitskader (SKH / BCCA) en ons het attest daarvan bezorgt.

Na uitvoering en afregeling van de ventilatie, dient de bouwheer de ventilatieverslaggever te contacteren om de ventilatiecomponenten op te meten en te attesteren. Dit ventilatieprestatieverslag dient bezorgd te worden aan de EPB-verslaggever voor de EPB-aangifte.

RICHTLIJNEN EN AANBEVELINGEN

Op de volgende pagina’s kunt u de plannen van het ventilatievoorontwerp terug vinden. De bedoeling van dit voorontwerp is om reeds in een vroeg stadium advies te geven. Dit kan de opdrachtgever reeds een duidelijk beeld geven van de praktische aspecten van de gekozen ventilatie. Dit met het uiteindelijke doel een kwalitatief en efficiënt ventilatiesysteem te bekomen. Het voorontwerp werd onder andere opgemaakt volgens de richtlijnen opgenomen in de eengemaakte technische specificaties ‘Systemen voor balansventilatie in residentiële toepassingen (STS P73-1)’.

Hierna worden een aantal belangrijke elementen afkomstig uit onder andere deze STS beschreven. Het is aan te raden om de richtlijnen die van toepassing zijn op het gekozen ventilatiesysteem te volgen. Afwijken van deze richtlijnen kan zorgen voor een minder kwalitatief of minder efficiënt ventilatiesysteem.

2. Natuurlijke toevoer: ventilatieroosters te voorzien op min. 1,80m boven het afwerkt vloerpas.

3. Ventilatiesysteem D zonder warmteterugwinning: het voorzien van een vorstbeveiliging in de wooneenheid.

4. Ventilatiesysteem D met warmteterugwinning: filters aanbrengen en vervangen volgens voorschriften fabrikant.

5. Mechanische ventilatiesystemen: aanwezigheid van een regeling met minstens drie regelstanden, te bedienen vanuit een gemakkelijk bereikbare plaats.

6. Mechanische ventilatiesystemen: in de nominale stand (meestal hoogste regelstand) moet het totaal debiet van de gemeten debieten gelijk of groter zijn aan het totaal van de minimale geëiste debieten.

7. Mechanische ventilatiesystemen: het kanalennet is voorzien van voldoende luchtdicht afsluitbare toegangsopeningen voor schoonmaak.

8. Isoleren van kanalen:

a. Systeem C: alle kanalen buiten het beschermd volume te isoleren

b. Systeem D: alle kanalen die zich bevinden tussen de ventilatiebox en de grens van het beschermd volume.

c. Isolatie: met gesloten cellen of een dampscherm aan de buitenzijde van het isolatiemateriaal.

d. Dikte isolatie: afhankelijk van gewenste klasse. Voorstel hier gegeven voldoet aan klasse 3 (klasse met hoogste R-waarde):

- tot een lengte van 3,5m: min. 0,65m²K/W

- lengte > 3,5m: 0,2 x lengte van het kanaal in m [m²K/W]

9. De ventilatiebox niet plaatsen in een droge ruimte (bv.: slaapkamer, bureau, speelkamer, leefruimte,…) of een ruimte in open verbinding met een droge ruimte (bv.: open keuken).

10. Geluidsdemper te voorzien tussen toe- of afvoerventiel en de ventilator.

Akoestische demping van elke tak: minstens 16dB bij 250Hz en 38dB bij 200Hz.

11. Mechanische lucht toe- en afvoer (van en naar buitenomgeving) moeten voldoende beschermd worden. Voorzien van o.a. een afschermkap tegen regen.

12. Positie mechanische luchttoevoeropening tussen ventilator en buitenomgeving:

a. De positie van de luchttoevoer ten opzichte van een lucht- of rookgasafvoeropening van ventilatie, dampkap of gasverbranding dient minstens te voldoen aan één van volgende voorwaarden:

- Ofwel bevindt de luchttoevoeropening zich minstens 2 meter lager dan de rookgasafvoeropening (hoogteverschil).

- Ofwel bedraagt de afstand tussen de luchttoevoer en de lucht- of rookgasafvoeropening minstens 10 meter. Afstand tussen deze twee openingen wordt bepaald door de kortste afstand te beschouwen die de lucht moet afleggen tussen beide openingen (dus met inbegrip van afstand rond obstakels).

b. De positie van de luchttoevoer ten opzichte van rookgasafvoeropeningen met een andere brandstof dan gasvormig (hout, stookolie,…) dient aan volgende beide voorwaarden voldaan te worden:

- luchttoevoeropening is geplaatst op een andere wand dan de rookgasafvoeropening.

13. De ventielen van het ventilatiesysteem dienen steeds toegankelijk te blijven voor afregeling en meting met de trechter van het meettoestel. Gelieve hier rekening mee te houden wanneer deze bijvoorbeeld worden weggewerkt boven een kast.

14. Naast de voorgestelde ventilatie wordt sterk aangeraden de bergingen en garage eveneens te ventileren.

15. De dampkap in de keuken is niet geldig als afvoer.

16. De eventueel voorgestelde ventilatieroosters houden geen rekening met het al dan niet aanwezig zijn van rolluiken of schuivende raamgehelen. Dit dient dan door de raamleverancier op elkaar afgestemd te worden.

17. Voor een gedetailleerde uitleg wordt verwezen naar de Belgische norm NBN D 50-001 en de bijlage V van de EPR die hierop van toepassing is 18. Enkel de bouwheer is verantwoordelijk voor het niet naleven van de voorschriften.

(9)

19. Deze gegevens steeds aan de aannemers en/of leveranciers doorgeven.

20. Het ventilatievoorontwerp dient steeds afgetoetst te worden met het stabiliteitsplan.

21. Doorstroomopening(en) in de ruimte voorzien voor een doorstroming van 25 m³/h.

Een doorstroomopening is een niet-afsluitbare permanente opening of spleet waardoor de lucht vrij van de ene naar de andere binnenkamer kan stromen. Een doorstroomopening kan een rooster in de muur of deur zijn, maar kan tevens een spleet van minimum 5mm onder de deur zijn.

25m³/h komt overeen met 70cm² opening of een spleet onder de deur van 9mm (bij netto deurbreedte van 82cm).

Het debiet mag verdeeld worden over meerdere openingen.

22. Systeem C: Veluxen zonder extra toevoerrooster (ZZZ 214K) voldoen niet aan de EPR m.b.t. ventilatie (onvoldoende debiet en niet regelbaar).

OPMERKING

a. Indien de Velux elektrisch bediend wordt (type “Integra”), is het niet mogelijk om een extra toevoerrooster (ZZZ 214K) te voorzien.

En/of

b. Indien de Velux een manuele buitenzonnewering type “MHL” heeft, is het niet mogelijk om een extra toevoerrooster (ZZZ 214K) te voorzien.

Met een manuele buitenzonnewering type “MIV” is dit wel mogelijk.

En/of

c. Indien de Velux 3- of 5-voudig glas heeft, is het niet mogelijk om een extra toevoerrooster (ZZZ 214K) te voorzien.

En/of

d. Bij een Velux van het type GTL - GTU - GXL - GXU is het niet mogelijk om een extra toevoerrooster (ZZZ 214K) te voorzien.

Ruimten met Veluxen waar A, B, C of D van toepassing is, wordt de ventilatietoevoer indien nodig best voorzien doormiddel van één of meerdere Renson Sonovent D roosters in het hellend dakvlak.

(10)

GELIJKVLOERS

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h 75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm Ø180 mm

Bij beide systemen: bediening bv. bij toestel Toe - en afvoer mondjes voorzien van een demper Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm Ø180 mm

Bij beide systemen: bediening bv. bij toestel Toe - en afvoer mondjes voorzien van een demper

75m³/h 75m³/h

49m³/h 49m³/h 75m³/h 75m³/h

25m³/h 25m³/h

50m³/h 50m³/h

Opp: 7,71m² Opp: 17,20m²

Opp: 13,37m²

Fictieve scheiding Fictieve scheiding 50m³/h Opening 140cm²50m³/h Opening 140cm²

25m³/h Spleet ≥ 70cm² 25m³/h Spleet ≥ 70cm²

25m³/h Spleet ≥ 70cm² 25m³/h Spleet ≥ 70cm²

25m³/h Spleet 70cm²25m³/h Spleet 70cm²

75m³/h 75m³/h

36m³/h 36m³/h

75m³/h 75m³/h

25m³/h 25m³/h 50m³/h

50m³/h

Opp: 7,71m² Opp: 17,20m²

Opp: 9,98m² Fictieve scheiding

Fictieve scheiding 50m³/h50m³/h Opening 140cm²Opening 140cm²

25m³/h Spleet ≥ 70cm² 25m³/h Spleet ≥ 70cm²

25m³/h Spleet ≥ 70cm² 25m³/h Spleet ≥ 70cm²

25m³/h Spleet ≥ 70cm² 25m³/h Spleet ≥ 70cm²

(11)

EERSTE VERDIEPING-INSTORT

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h 75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm Ø180 mm

Bij beide systemen: bediening bv. bij toestel Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm Ø180 mm

Bij beide systemen: bediening bv. bij toestel Toe - en afvoer mondjes voorzien van een demper Ø125 mm

Ø125 mm

Ø100 mm Ø100 mm Ø125 mm Ø125 mm Ø125 mm

Ø125 mm

Ø80 mm Ø80 mm

Ø100 mm Ø100 mm

Ø 160mm

2X 140X60mm

140X60mm

140X60mm

140X60mm

2X 140X60mm

2X 140X60mm

Ø125 mm Ø125 mm

Ø100 mm Ø100 mm

Ø125 mm Ø125 mm

Ø125 mm Ø125 mm

Ø80 mm Ø80 mm Ø100 mm

Ø100 mm

Ø 160mm

2X 140X60mm

140X60mm

140X60mm

140X60mm

2X 140X60mm

2X 140X60mm Ø 100mm Ø 100mm

(12)

EERSTE VERDIEPING

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h 75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm Ø180 mm

Bij beide systemen: bediening bv. bij toestel Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm Ø180 mm

Bij beide systemen: bediening bv. bij toestel Toe - en afvoer mondjes voorzien van een demper Ø100 mm

Ø100 mm Ø125 mm Ø125 mm

Ø 160mm

50m³/h 50m³/h 41m³/h 41m³/h 27m³/h

27m³/h

58m³/h 58m³/h

50m³/h 50m³/h

25m³/h Spleet ≥ 70cm² 25m³/h Spleet ≥ 70cm²

25m³/h Spleet ≥ 70cm² 25m³/h Spleet ≥ 70cm² 25m³/h Spleet70cm²25m³/h Spleet70cm²25m³/h Spleet 70cm²25m³/h Spleet 70cm²

Opp: 15,97m² Opp: 6,79m²

Opp: 7,31m² Opp: 11,23m²

Ø100 mm Ø100 mm Ø125 mm Ø125 mm

Ø 160mm

50m³/h 50m³/h 41m³/h

41m³/h 27m³/h 27m³/h

58m³/h 58m³/h 37m³/h 37m³/h

25m³/h Spleet ≥ 70cm² 25m³/h Spleet ≥ 70cm² 25m³/h

Spleet ≥ 70cm² 25m³/h Spleet ≥ 70cm²

25m³/h Spleet 70cm²25m³/h Spleet 70cm²25m³/h Spleet 70cm²25m³/h Spleet 70cm²

Opp: 15,97m² Opp: 6,79m² Opp: 7,31m² Opp: 11,23m²

(13)

ZOLDER

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h 75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm

Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm Ø180 mm

Bij beide systemen: bediening bv. bij toestel Opmerkingen:

WTW-toestel

Toevoerventiel Afvoerventiel Pulsie stijgleiding

Extractie stijgleiding Verse lucht stijgleiding Afblaas stijgleiding Pulsiekanaal in opbouw

Extractiekanaal in opbouw

Geïsoleerd kanaal verse buitenlucht Geïsoleerd kanaal afblaas

Doorvoeropening Regelbare toevoeropening 25m³/h

Spleet ≥ 70cm²

75m³/h

Systeem C Unit

Er dient gecontroleerd te worden of het ventilatievoorontwerp verenigbaar is met het stabiliteitsplan.

Toegankelijkheid van het kanalennet: via de toevoer- en afvoermondjes gezien de korte afstand van de kanalen.

Bij systeem D: condensafvoer voorzien Voor de instortkanalen werden als voorbeeld renson easyflex kanalen toegepast

Bediening bv. bij toestel Condensafvoer voorz ien!

Bediening bv. bij toestel

Pulsiekanaal ingestort Extractiekanaal ingestort

Demper

Ø180 mm

Ø180 mm Ø180 mm

Ø180/2 10 mm Ø180/2 10 mm Ø180 mm

Bij beide systemen: bediening bv. bij toestel Toe - en afvoer mondjes voorzien van een demper Ø100 mm

Ø100 mm Ø125 mm Ø125 mm Ø 160mm

Ø100 mm Ø100 mm Ø100 mm Ø100 mm

Ø125 mm Ø125 mm

Ø 80mm Ø 100mm

Ø 80mm Ø 100mm

Ø 100mm Ø 125mm

Ø 125mm

Ø 160mm

Ø 100mm

Ø 125mm

Ø 160mm

Ø 160mm Ø 160mm toevoer via dak Ø 160mm afvoer via dak Condensafvoer voorzien!

Bediening bv. bij toestel Luchttoevoer min. 2m lager dan afvoer (hoogteverschil)!

Ø100 mm Ø100 mm Ø125 mm Ø125 mm Ø 160mm

Ø100 mm Ø100 mm Ø100 mm Ø100 mm

Ø125 mm Ø125 mm

Ø 80mm

Ø 100mm

Ø 80mm Ø 100mm

Ø 100mm

Ø 125mm

Ø 125mm Ø 160mm Ø 100mm

Ø 125mm Ø 160mm Ø 160mm

Ø 160mm toevoer via dak

Ø 160mm afvoer via dak

Condensafvoer voorzien!

Bediening bv. bij toestel Luchttoevoer min. 2m lager dan afvoer (hoogteverschil)!

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

A De plaatselijk geldende wetten, richtlijnen en voorschriften voor een correct gebruik en verwijdering van afval moeten in acht worden genomen, ook als ze hier niet uit-

Dankzij de beperkte opbouwhoogte kunnen de Renson ® Easyflex luchtkanalen eenvoudig ingebouwd worden in chape, beton of valse muren en plafonds..

Piezo (afknelbeveiliging) minimaliseert het risico op schade aan de kast of FPL veroorzaakt door botsing met een obstakel.. UK: The standard supplied switch can be used

voor opdekdeuren of stompe deuren, standaard voorzien mét bovenlicht en een standaard deurgarnituur.. De

U kunt de standaardinstellingen voor beeld en geluid van alle zenders zelf bepalen.. Dit omvat volume, contrast, helderheid, kleurintensiteit

Om de functie RAAM OPEN* in te stellen dient u het symbool te markeren in het submenu `Energie´ en drukt u op de toets om deze te openen. Gebruik de en toetsen om omhoog

Overschakelen naar statische bypass uitgeschakeld Informatief UPS-alarm: De uitgang wordt geactiveerd wanneer er een informatief alarm optreedt.. Informatief systeemalarm: De

Met een interface module zijn 8 interventie modulen aan te sturen met elk 8 digitale uitgangen, oftewel totaal 64 digitale uitgangen zijn aan te sturen met één interface module.