• No results found

Eucharistie. 4 e zondag 40-dagen. Zondag 14 maart 2021

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Eucharistie. 4 e zondag 40-dagen. Zondag 14 maart 2021"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Eucharistie

4

e

zondag 40-dagen

Zondag 14 maart 2021

(2)

Intrede

Openingslied: De Heer zal ons bevrijden.

De Heer zal ons bevrijden, Hij neemt ons leven aan, voor nu en alle tijden, dat wij in vrede gaan.

Hij zegt: Ik zal verhoren wie roept en Mij verwacht, zijn naam gaat niet verloren in’t holle van de nacht!

Door vasten en versterving, door water en woestijn, geleidt ons zijn ontferming en voert ons aan het eind

de gouden straten binnen en door de gouden poort, zo laat ons Gode dienen en vragen naar zijn Woord!

Wij zijn voorgoed geboren, wij zien het levenslicht, wij proeven van tevoren het heil dat vóór ons ligt.

Wij moeten ons verblijden, het is nog niet te laat, aan’t einde van de tijden staat onze moederstad.

Begroeting Schuldbelijdenis

Allen: Ik belijd voor de almachtige God, en voor u allen, dat ik gezondigd heb in woord en gedachte, in doen en laten, door mijn schuld, door mijn schuld, door mijn grote schuld.

Daarom smeek ik de heilige Maria, altijd maagd, alle engelen en heiligen, en u, broeders en zusters, voor mij te bidden tot de Heer, onze God.

V.: Moge de almachtige God zich over ons ontfermen, onze zonden vergeven en ons geleiden tot het eeuwig leven.

Allen: Amen.

Kyrie eleison - Kyrie eleison Christe eleison - Christe eleison

Kyrie eleison - Kyrie eleison.

(3)

Collectagebed

Eerste lezing

2 Kronieken 36, 14-16. 19-23

Uit het tweede boek Kronieken.

In die dagen maakten ook al de voornaamste priesters en het volk zich herhaaldelijk schuldig aan de gruweldaden der heidenen en ontheiligden de tempel van Jeruzalem die aan de Heer gewijd was. En de Heer, de God van hun voorvaderen, stuurde al maar gezanten naar hen toe, want Hij had medelijden met zijn volk en met zijn woning. Maar zij verachtten Gods gezanten, spotten met hun boodschap en maakten zich vrolijk over de profeten zodat tenslotte de toorn des Heren wel genadeloos moest losbarsten over het volk. De koning der Chaldeeën liet de tempel in brand steken en de muur van Jeruzalem afbreken en alle paleizen liet hij plat branden, zodat alle kostbaarheden verloren gingen. Allen die aan het zwaard ontkomen waren, liet hij in ballingschap wegvoeren naar Babel waar zij hem en zijn zonen als slaven moesten dienen tot het Perzische rijk aan de macht kwam. Zo ging de voorspelling in vervulling die de Heer bij monde van Jeremia gedaan had: Zolang het land zijn sabbatjaren niet vergoed gekregen heeft, zal het braak blijven liggen: zeventig jaar lang. In het eerste regeringsjaar van Cyrus, de koning van Perzië, ging de voorspelling in vervulling die de Heer bij monde van Jeremia gedaan had: de Heer wekte de geest op van Cyrus, de koning van Perzië. Deze liet in heel zijn koninkrijk de volgende boodschap afkondigen en ook schriftelijk verspreiden: Zo spreekt Cyrus, de koning van Perzië: De Heer, de God des Hemels, heeft mij alle

koninkrijken der aarde geschonken. Hij heeft mij opgedragen voor Hem te Jeruzalem in Juda een tempel te bouwen: laten allen onder u die tot het volk des Heren behoren, onder de hoede van de Heer, hun God, terugkeren naar Jeruzalem.

Zo spreekt de Heer.

Allen: Wij danken God.

(4)

Tussenzang: Mijn herder is de Heer.

Refrein: Mijn herder is de Heer, het zal mij nooit aan iets ontbreken. (2x)

Hij brengt mij in een oase van groen,

daar strek ik mij uit aan de rand van het water, daar is het goed rusten.

Refrein.

Ik kom weer tot leven, dan trekken wij verder,

vertrouwde wegen, Hij voor mij uit, want God is zijn naam.

Refrein Al moet ik het duister in van de dood, ik ben niet angstig,

U bent toch bij me, onder uw hoede durf ik het aan.

Refrein.

Gij nodigt mij aan uw eigen tafel, en allen die tegen mij zijn moeten het aanzien: dat Gij mij bedient, dat Gij mij zalft, mijn huid en mijn haren, dat Gij mijn beker vult tot de rand.

Refrein.

Overal komen geluk en genade mij tegemoet mijn leven lang, en altijd kom ik terug in het huis van de Heer, tot in lengte

van dagen.

Refrein.

Tweede lezing: Efeze, 2, 4-10

Uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Efeze.

Broeders en zusters,

God, die rijk is aan erbarming, heeft wegens de grote liefde waarmee Hij ons heeft liefgehad ons met Christus ten leven gewekt, hoewel wij dood waren door onze zonden; aan zijn genade dankt gij uw redding. En Hij heeft ons samen met Hem doen opstaan en zetelen in de hemelen, in Christus Jezus, om de naderbij komende Eeuwen de overgrote rijkdom

(5)

van zijn genade te tonen door zijn goedheid jegens ons in Christus Jezus. Ja, aan die genade dankt gij uw heil, door het geloof; niet aan uzelf: Gods gave is het; niet aan uw werken, niemand mag zich verhovaardigen. Gods werk zijn wij,

geschapen in Christus Jezus om in ons leven de goede daden te verrichten die God voor ons al bereid heeft

Zo spreekt de Heer Allen: Wij danken God.

Lied:

Ontvangt Gods genade

Refrein: Ontvangt Gods genade niet tevergeefs (2x) Dit is de gunstige tijd, dit is de dag van het heil.

Refrein.

Bekeert u tot God, Hij is genadig en barmhartig.

Refrein.

Evangelie Johannes 3,14-21

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes.

In die tijd sprak Jezus tot Nikodemus: De Mensenzoon moet omhoog worden geheven zoals Mozes eens de slang omhoog hief in de woestijn, opdat eenieder die gelooft in Hem eeuwig leven zal hebben. Zozeer immers heeft God de wereld lief gehad dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat alwie in Hem gelooft niet verloren zal gaan maar eeuwig leven zal hebben. God heeft zijn Zoon niet naar de wereld gezonden om de wereld te oordelen, maar opdat de wereld door Hem zou worden gered. Wie in Hem gelooft wordt niet geoordeeld, maar wie niet gelooft is al veroordeeld, omdat hij niet heeft geloofd in de Naam van de eniggeboren Zoon Gods. Hierin bestaat het oordeel: het licht is in de wereld gekomen, maar de mensen beminden de duisternis meer dan het licht, omdat hun daden

(6)

slecht waren. leder die slecht handelt heeft afschuw van het licht en gaat niet naar het licht toe uit vrees dat zijn werken openbaar gemaakt worden. Maar wie de waarheid doet gaat naar het licht, opdat van zijn daden moge blijken dat zij in God zijn gedaan.

Evangelie-acclamatie: (zingen)

Zo spreekt de Heer: wij danken God.

Preek

Geloofsbelijdenis

Ik geloof in God de Almachtige Vader, Schepper van hemel en aarde. En in Jezus Christus, zijn enige Zoon, onze Heer, Die ontvangen is van de H. Geest, geboren uit de Maagd Maria, Die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd

gestorven en begraven, die nedergedaald is ter helle, de derde dag verrezen uit de doden, die opgestegen is ten hemel, Zit aan de rechterhand van God, de Almachtige Vader. Vandaar zal hij komen oordelen De levenden en de doden. ik geloof in de H. Geest; de heilige katholieke kerk, De gemeenschap van de heiligen; De vergeving van de zonden; De verrijzenis van het lichaam; En het eeuwig leven. Amen

Voorbeden + misintenties

Collecte

De collecte is bestemd voor het vastenproject

Gehandicaptenzorg van de zusters van het Heilig Kruis in Vietnam. Uw gaven kunt u overmaken op NL31 RABO 0156 0462 10 t.n.v. Parochie Sint Willibrordus ovv ‘VIETNAM”

(7)

Offerandelied:

Waar vriendschap heerst en liefde, daar is God.

Refrein: Waar vriendschap heerst en liefde, daar is God.

Christus liefde heeft ons tot eenheid gebracht, laat ons juichen en blij zijn in Hem!

Laat ons oprecht beminnen de God die leeft, en van harte goed zijn met elkaar.

Refrein.

Laat ons dus, nu wij hier tezamen zijn zorgen dat er geen verdeeldheid heerst!

Geen wrok meer, geen onenigheid, moge Christus in ons midden zijn!

Refrein.

O Christus, God, toon ons uw heerlijkheid met uw heiligen die bij U zijn!

Die vreugde zal zuiver zijn en zonder maat, en duren tot in eeuwigheid!

Refrein.

Laat ons dus, nu wij hier tezamen zijn zorgen dat er geen verdeeldheid heerst!

Geen wrok meer, geen onenigheid, moge Christus in ons midden zijn!

Refrein.

O Christus, God, toon ons uw heerlijkheid met uw heiligen die bij U zijn!

Die vreugde zal zuiver zijn en zonder maat, en duren tot in eeuwigheid!

Refrein.

(8)

Dienst van het Altaar

Bidt, broeders en zusters, dat mijn en uw offer aanvaard kan worden door God, de almachtige Vader.

Allen: Moge de Heer het offer uit uw handen aannemen, tot lof en eer van zijn Naam, tot welzijn van ons en van heel zijn heilige kerk.

Gebed over de gaven De Heer zal bij u zijn

Allen: De Heer zal u bewaren.

Verheft uw hart.

Allen: Wij zijn met ons hart bij de Heer.

Brengen wij dank aan de Heer, onze God.

Allen: Hij is onze dankbaarheid waardig.

Heilige Vader, machtige eeuwige God, om recht te doen aan uw heerlijkheid, om heil en genezing te vinden, zullen wij U danken, altijd en overal. Want Gij gunt uw gelovigen de

vreugde jaarlijks met een zuiver hart naar het paasfeest toe te gaan: dit is een tijd van meer toeleg op het bidden en grotere aandacht voor de liefde tot de naaste, van grotere trouw aan de sacramenten, waarin wij zijn herboren. Zo groeien wij tot de volheid der genade die Gij uw kinderen hebt toegezegd.

Daarom, met alle engelen, machten en krachten, met allen die staan voor uw troon, loven en aanbidden wij U en zingen U toe vol vreugde:

Sanctus:

Sanctus, Sanctus, Sanctus Dominus Deus Sabaoth.

Pleni sunt caeli et terra gloria tua. Hosanna in excelsis.

Benedictus qui venit in nomine Domini. Hosanna in excelsis.

(9)

Gij zijt waarlijk heilig, onze Heer, de bron van alle heiligheid.

Heilig dan deze gaven, met de dauw van uw heilige Geest, dat zij voor ons worden tot lichaam en bloed van Jezus Christus onze Heer.

Toen Hij werd overgeleverd en vrijwillig zijn lijden op zich nam, nam Hij het brood, sprak de dankzegging uit, brak het en gaf het aan zijn leerlingen met deze woorden:

Neemt en eet hiervan, gij allen, want dit is mijn lichaam dat voor u gegeven wordt.

Zo nam Hij na de maaltijd ook de kelk, sprak opnieuw de dankzegging uit, en gaf hem zijn leerlingen met deze woorden:

Neemt deze beker en drinkt hier allen uit, want dit is de beker van het nieuwe, altijddurende verbond; dit is mijn bloed dat voor u en alle mensen wordt vergoten tot vergeving van de zonden. Blijft dit doen om Mij te gedenken.

Verkondigen wij het mysterie van het geloof:

Consecratie acclamatie: (zingen)

Redder van de wereld, bevrijd ons,

Gij die ons hebt verlost door uw kruis en verrijzenis.

Zijn dood en verrijzenis indachtig, God, bieden wij U aan het levensbrood en de kelk van het heil. Wij danken U omdat Gij ons waardig keurt om voor uw aangezicht te staan en uw heilige dienst te verrichten.

Zo delen wij in het lichaam en bloed van Christus en wij smeken U dat wij door de heilige Geest worden vergaderd, tot een enige kudde.

Denk toch, Heer, aan uw Kerk, verspreid over de hele wereld, dat haar liefde volkomen wordt, een heilig volk met N. onze paus en N. onze bisschop en allen die uw heilig dienstwerk verrichten.

Gedenk ook onze broeders en zusters reeds ontslapen zijn in de hoop der verrijzenis, ja, alle gestorvenen dragen wij op aan uw zorg. Neem hen aan en laat hen verschijnen in het licht van uw gelaat.

(10)

Wij vragen U, ontferm U over ons allen, opdat wij tezamen met de maagd Maria, de moeder van Christus, met de heilige Jozef, haar bruidegom, met de apostelen en met alle heiligen:

Willibrordus, Andreas, Antonius Abt, Franciscus, Gerardus Majella, Martinus, Remigius, Werenfridus die hier eens leefden in uw welbehagen, waardig bevonden worden het eeuwig leven deelachtig te zijn en U loven en eren. Door Jezus Christus, uw Zoon.

Door Hem en met Hem en in Hem zal uw naam geprezen zijn, Heer onze God, almachtige Vader, in de eenheid van de heilige Geest, hier en nu en tot in eeuwigheid. Amen.

Onze Vader

Allen: Onze Vader, die in de hemel zijt, uw naam worde geheiligd, uw rijk kome, uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons dagelijks brood en vergeef ons onze schulden, zoals ook wij vergeven aan onze schuldenaren;

en breng ons niet in beproeving maar verlos ons van het kwade.

Verlos ons, Heer, ...

Allen: Want van U is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in eeuwigheid.

Amen.

Vredewens

Breken van het Heilig Brood Agnus Dei:

Agnus Dei, qui tollis peccata mundi, miserere nobis.

Agnus Dei, qui tollis peccata mundi, miserere nobis.

Agnus Dei, qui tollis peccata mundi, dona nobis pacem.

(11)

Gebed Geestelijke Communie

Mijn Heer Jezus, met uw liefde komt Gij bij elke mens.

Gij bemint mij en legt in mijn hart het verlangen naar U.

Graag zou ik U nu als heilig Brood ontvangen en nuttigen.

Maar dit kan nu niet werkelijk. Daarom bid ik U: Kom in mijn hart en in mijn leven. Neem mij op in uw liefde dat ik U nooit

meer verlaat. Amen

Communielied:

God roept de mens

God roept de mens op weg te gaan. Zijn leven is een reis:

“Verlaat wat gij bezit en ga naar ’t land dat Ik u wijs”.

Het volk van God was veertig jaar, een mensenleven lang Op weg naar het beloofde land, het land van Kanaan.

“De mens leeft niet van brood alleen”, zo hebben zij geleerd en “niet beproeven zult gij Hem die het heelal beheert”.

Vereren moet gij slechts de Naam des Heren: Hij die is de wolk die voor u uit zal gaan licht in de duisternis.

Heer, geef ons moed en doe ons gaan uw weg door de woestijn en laat uw Zoon een laaiend vuur de nieuwe Mozes zijn.

Gezegend zijt Gij, Eeuwige; die ons het leven geeft:

Stem die al voor de eerste mens belofte bent geweest.

Gebed na de communie

Mededelingen

(12)

Slotlied:

U kennen, uit en tot U leven

U kennen, uit en tot U leven, Verborgene die bij ons zijt, zolang ons ’t aanzijn is gegeven, de aarde en de aardse tijd,

o Christus die voor ons begin en einde zijt, der wereld zin!

Gij zijt het brood van God gegeven, de spijze van de eeuwigheid;

Gij zijt genoeg om van te leven voor iedereen en voor altijd.

Gij voedt ons nog, o hemelsbrood met leven midden in de dood.

O, Christus, ons van God gegeven, Gij tot in alle eeuwigheid De weg, de waarheid en het leven, Gij zijt de zin van alle tijd.

Vervul van dit geheimenis uw kerk die in de wereld is.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

God kijkt je aan met de zachte ogen van elke mens die begrip voor je heeft.. Hij is aanwezig in ieder goed woord dat een steun en troost voor

Zozeer immers heeft God de wereld lief gehad dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gege- ven, opdat alwie in Hem gelooft, niet verloren zal gaan maar eeuwig leven zal

God had de wereld zo lief dat hij zijn enige Zoon heeft gegeven, opdat iedereen die in hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.. God heeft zijn Zoon niet naar

Zozeer immers heeft God de wereld liefgehad dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat al wie in Hem gelooft, niet verloren zal gaan maar eeuwig leven zal hebben. God

„Zozeer heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn enig- geboren Zoon heeft gegeven, opdat al wie in Hem gelooft, niet verloren zal gaan, maar eeuwig leven zal hebben. God

Zozeer immers heeft God de wereld lief- gehad dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat al wie in Hem gelooft, niet verloren zal gaan maar eeuwig leven zal hebben. God

In die tijd zei Jezus tot Nikodemus: Zozeer heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat alwie in Hem gelooft, niet verloren zal gaan, maar

“Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft” (Johannes