Koolstofchemie 4 4 vwo

(1)

KEMIA.nl

1 Geef de structuurformule van heptaan (C7H16(l), onvertakt). 2 Geef de structuurformule van hept-2-een (C7H14(l), onvertakt).

3 Hoe kan men, m.b.v. een eenvoudige proef, aantonen of een cilinder gevuld is met heptaan of met hept-2-een?

Onder bepaalde omstandigheden kan pent-2-een met waterstofchloridegas een additiereactie geven. Hierbij ontstaan twéé producten.

4 Geef de reactievergelijking in molecuulformules.

5 Geef de structuurformules en de namen van beide producten. Additie is ook mogelijk met penta-1,3-dieen.

6 Geef de structuurformule van penta-1,3-dieen.

Deze onverzadigde koolwaterstof kan via een additiereactie reageren met waterstof. Hierbij ontstaat een verzadigde koolwaterstof.

7 Geef de (kloppende) reactievergelijking van deze additiereactie in structuurformules.

Geef de volgende vergelijkingen in structuurformules:

8 Geef de reactievergelijking van een overmaat chloor met ethaan in het licht.

9 Geef de reactievergelijking van een overmaat chloor met etheen in het donker.

(2)

KEMIA.nl

1

2

3 Een kleine hoeveelheid van de onbekende stof mengen met broomwater (Br2(aq) = bruin). Als de bruine kleur verdwijnt, was de onbekende stof

hept-2-een:

Br₂ additie

2,3-dibroomheptaan

4 C5H10 + HCl  C5H11Cl

5 HCl kan op twee manieren adderen:

3-chloorpentaan

2-chloorpentaan

6

7

(3)

KEMIA.nl 8 Er treedt substitutie op:

6 6

9 Er treedt additie op:

10 Er treedt eerst additie op en dan substitutie: