• No results found

Zaterdag 28 Mei 1955 - Ho. JSJ

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Zaterdag 28 Mei 1955 - Ho. JSJ "

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

v·RIJHIID IN

. DEMOCRATIE

Zaterdag 28 Mei 1955 - Ho. JSJ

Belangrijke Kamerdebatten

(Zie pag. 2, 4 en 5)

W EEK B L A D V A N D E V 0 L K S P A R TIJ V 0 0 R V R IJ HE I D E N D E M 0 C R A TIE

DE KABINETSCRISIS

Bij een methode van kabinetsformatie als in ons land meer en meer gebruikelijk wordt, is de kans op tussentijdse wisseling in het

rege~

rend personeel uitermate gering.

Kabinetten komen niet tot stand dan na

lang~

. durig overleg tussen Kamerfracties. Er wordt bij dat overleg minder op de hoedanigheden dan op . het aantal der ministers gelet.

Iedere groep moet zijn evenredige portie

heb~

ben en daar er maar één plaats beschikbaar is voor een

Minister~President

moet een groep, aan welke deze post ontgaat, desnoods gecompenseerd worden door toewijzing van een gewone plaats meer. Zo nodig worden daarvoor enkele nieuwe plaatsen in het leven geroepen, ook al bestaat daaraan geen enkele zakelijke behoefte.

Het benoemen van. een Minister voor de

Pu~

bliekrechtelijke Bedrijfsorganisatie en van één voor Maatschappelijk Werk zijn daarvan

spre~

kende voorbeelden.

Een aldus gevormd Kabinet wordt natuurlijk een

kruidje~roer~me~niet.

Men durft geen plank door een andere te vervangen uit vrees, dat de constructie van het geheel deze reparatie niet zal kunnen verduren.

ledere ministercrisis dreigt daardoor aanstonds uit te groeien tot een kabinetscrisis, waarvan on- vermijdelijk een vermindering van de invloed van de Kamer het gevolg is. Want de Kamer is te- recht op een kabinetscrisis niet gesteld.

Zo'n crisis brengt een grote stagnatie met zich, die allerminst in het landsbelang is. Bovendien zijn de politieke verhoudingen bij

on~

zodanig vastgelopen, dat er maar weinig kans is, dat een erisis een Vet'nieuwing zal brengen.

Meestal is het eind van het lied, dat de zaken op de oude voet worden voortgezet, zodat men zich afvraagt, waarvoor al die omslag moest

wor~

den gemaakt.

* * *

Terecht zal de Kamer er onder deze om- standigheden naar streven zo enigszins mogelijk een kabinetscrisis te voorkomen. Dit geldt ook voor de oppositie.

De oppositie is er niet om de regering à tort et à travers, de voet dwars te zetten. Ook zij heeft het landsbelang, dat gelegen is in de stabiliteit der Regering, in het oog te

houd~n.

- ,

Zij zou onjuist handelen, indien zij om louter politieke regenen een Kabinet naar huis zou

hel~

pen zenden, indien zij er niet menselijkerwijze van verzekerd kan zijn, dat een betere formatie zal slagen.

Het heeft ook voor de oppositie te gaan om de zaken en niet om de personen. Alleen wanneer de politieke moraliteit in het geding komt; kan een uitzondering geboden zijn.

Zo heeft ook Thorbecke geoordeeld in zijn be- faamde redevoering tegen de "parasitische"

poli~

tiek van het

Kabinet~Van

Hall.

De V.V.DAractie heeft zich, sedert zij tot de oppositie behoort, steeds door deze gedachten laten leiden.

Zij heeft dit ook gedaan bij de behandeling van de huurwet. Haar stem tegen die wet bracht zij uit op geen andere dan zakelijke gronden.

Zij achtte die wet volstrekt verkeerd en kon daarom geen verantwoordelijkheid aanvaarden voor haar totstandkoming.

. Men kan er van verzekerd zijn.- dat zij

het~

zelfde standpunt zou hebben ingenomen,

wan~

--- Vergadering van Fracties

met Dagelijks Bestuur

De Fracties uit de Tweede en de Eerste Kamer der Staten-Generaal van onze Portij hebben Woensdagmiddag 25 Mei vergaderd met het Dagelijks Bestuur van onze Partij, ter bespre- king van de politieke situatie.

neer zij tot de "regeringspartijen" had behoord.

Wie zich haar houding gedurende de vorige regeringsperiode herinnert, zal er van overtuigd zijn, dat dit geen ijdel woord is.

De fractie was toen geen oppositie, doch heeft niettemin niet geaarzeld de politiek van het Kabi- net af te wijzen, wanneer zij die niet verantwoord achtte.

De fractie draagt daarom haar aandeel in de verantwoordelijkheid voor de door de verwerping van het _huurontwerp uitgebroken crisis met een gerust geweten.

Zij heeft gehandeld, zoals zij in het belang van het land geboden achtte.

* * *

Nu was het bijzondere van het geval, dat in de Kamer het zakelijk oordeel over de huurwet unaniem afwijzend was. Wel liepen de opvattingen over de weg, die ter oplossing van het huurprobleem zou moeten worden gevolgd, uiteen, doch het misbaksel, waarop de Regering haar keus had laten vallen. viel hij niemand in de smaak.

Dat desniettemin nog 48 leden der Kamer er voor stemden was alleen een gevolg van de om- standigheid, dat het Kabinet aan .:e verwerping politieke gevolgen had verbonden. Die gevolgen zijn na de verwerping dan ook ingetreden. Het Kabinet-Drees is demissionair.

Wie draagt nu voor deze crisis de verantwoor- delijldîèid? Het is wel buitengewoon simpel het zo te stellen, als Prof. Reimme het in zijn

radio~rède

van 21 Mei deed.

Alsof daaromtrent. geen zweem van twijfel zou kunnen bestaan, legde hij die verantwoordelijk- heid op de meerderheid, die dè huurwet heeft doen verwerpen. Zo eenvoudig liggen de zaken natuurlijk niet.

Er zijn in gevallen als dit altijd twee verant- woordelijke partijen, de partij, die de kabinets- kwestie stelt en de partij, die voor dit dreigement niet uit de weg gaat. De mate van ieders verant- woordelijkheid wordt bepaald door de betekenis van de zaak waarom het gaat.

* * *

} n het onderhavige gevallag het nu naar mijn mening zo, dat het stellen van de kabinets- kwestie een staatje was van het slechtst denkbare

beleid. '

Het Kabinet was door inwendige verdeeldheid niet in staat een behoorlijke oplossing van het huurprobleem voor te dragen. Het had daarom besloten tot

h~t

indienen van een wetsontwerp, waarvan de Regering zelf verklaarde, dat het

"kreupel" was.

Uit het voorlopige verslag van de Tweede

Ka~

mer blijkt, dat het ontwerp bij niemand steun vindt. Desondanks houdt het Kabinet er

onver~

minderd aan vast en koppelt het onverbrekelijk aan een voorstel tot belastingverlaging, waarvan het weet, dat het de wens van de overgrote meer- derheid der Kamer is, dat het zo spoedig mogelijk tot stand zal komen.

Het is duidelijk, dat de Regering het daarmede op een krachtproef deed aankomen. Zij wilde de Kamer onder haar juk doen doorgaan. Dat

daar~

mede het gezag van de Kamer tegenover het volk de meest gevoelige slag zou krijgen, liet haar koud.

Zij vertrouwde er blijkbaar op, dat bij 'n meer- derheid van de Kamer de vrees voor een kabinets- crisis het winnen zou van de vrees, dat de Kamer tegenover het land haar gezicht zou verliezen. En het heeft waarlijk een haar gescheeld of dezt!

speculatie zou nog zijn gelukt ook.

Was het de heren Gerbrandy en Schmal niet te kras geweest, dan zou de Reg,ering een

meer~

derbeid

h~,bben

gehaald. Want behalve deze twee hebben alle leden van de katholieke,

anti-revolu~

tionnaire, en christelijk-historische fracties de knie gebogen.

Hadden die fracties haar zin gekregen, onbe- rekenbare schade zou aan de invloed der

volks~

vertegenwoordiging, die de invloed van het volk is, zijn toegebracht. Daarvan zouden de gevolgen niet te overzien zijn geweest.

De Regering zou er de conclusie uit hebben getrokken, dat zij met de Kamer kon doen wat zij wilde. Aan ons constitutioneel bestel zou een slag zijn toegebracht, waartegenover het voordeel van het enkele maanden eerder ingaan van de belastingverlaging volk.omen in het niet zou zijn verzonken.

De Kamer zou haar eerstgeboorterecht hebben verkocht voor een schotel linzen. Aan deze kant van het probleem ging Prof. Romme in zijn

radio~

rede stilzwijgend voorbij!

* * *

V raagt men mij nu, wat de meest

aangewe~

zen oplossing van de crisis zou zijn, dan is mijn antwoord, dat het Kabinet zo spoedig mo- gelijk van de dwalingen zijns weegs moet terug- komen.

Het zal de moed hebben op te brengen te

er~

kennen, dat het een fout heeft gemaakt. Ook een Regering behoeft het boetekleed niet te ontsieren.

Daarom acht ik het het meest in het

landsbe~

lang, dat de weg gevolgd wordt, die in 1921 is ingeslagen na de verwerping van de dienstplicht- wet. De toestand vertoonde toen grote gelijkenis met die van thans.

, O.pk ,destijds ging een deel der

regeringspar~

tijen met de oppositie mede. Het waren de anti- revotutionnairen en de

christelijk~historischen

..

De- anti-revolutionmiire pers oordeelde in die dagen over deze verbrekers van de samenwerkin'g heel wat milder dan zij het thans over de socialis- ten doet. Wanneer twee hetzelfde doen. is het nog niet hetzelfde!

In 1921 heeft de crisis het karakter gedragen van een verlof tot herstel van gezondheid van het Kabinet. Het kreeg daarvoor de gelegenheid, doordat de Koningin, zonder tussenfasen, aan de toenmalige premier Ruys de Beerenbrouck de op- dracht gaf een voordracht te doen tot handhaving van het Kabinet, zo nodig in gewijzigde samen- stelling.

Ruys slaagde in deze opdracht. De crisis duur- de toen precies één maand, hetgeen voor ons laîid bepaald kort mag worden genoemd.

Men heeft hier en daar in de pers een verge- lijking getrokken met de toestand, die in 1923 na de verwerping der vlootwet was ontstaan. Ook die verwerping was het gevolg van het feit, dat een deel van de regeringsmeerderheid met de op- positie medeging. Ditmaal waren het voor de ver- andering een tiental katholieken.

Men ziet, het komt in alle politieke families voor, dat de eigen regering in de steek wordt gelaten. Het gaat dan altijd zo, dat de

"gehoor~

zamen" boos zijn op de "ondeugenden". Daarom maakt de boosheid van de rechtse hondgenoten op de socialisten op mij bitter weinig indruk.

* * *

I n 1923 heeft men intussen een veel

om~

slachtiger weg gevolgd, dat in 1921. Ach- tereenvolgens werden drie oplossingen beproefd, die alle drie mislukten.

Toen besloot men het Kabinet maar te laten zitten. Maar er was inmiddels een tijd van twee- en-een-halve maand verloren gegaan. De methode van 1921 verdient daarom bepaald de voorkeur.

Toen het Kabinet na de vlootwetcrisis weder voor de Kamer verscheen, verklaarde het de

ver~

werping van die wet als een feit te aanvaarden.

Het Kabinet-Drees zou wijs doen die formule voor de huurwet over te nemen. Het kan dan aan- stonds in overleg met de Kamer de

belastingher~

ziening in veilige haven brengen en heeft de tijd om er zich nader op te beraden of voor het huur- probleem een aannemelijke oplossing kan worden

(Zie vervolg pag. 3)

(2)

- - : n r M - P A G . 2

De Regering in een ivoren toren *

Mr t'an Leeuwen plaatste het huurvraagstuk in het kader van onze gehele economische, financiële en sociale politiek

"Het onderhavige ontwerp van wet vermocht v - geen enkele zijde insteiJIDiinc verwerven".

Det waren de woorden, waarmee de Tweede Kamer het ontwerp voor een wij- Eiging van de Huurwet begroette.

Een uniek geval wellicht in OBlie parlementaire historie, want dat Óiet êêa fractie, Ja zelfs niet één lid zich bij het vooronderzoek achter een voorstel schaar- de, zal wel heel weinig (waarschijnlijk nooit eerder) zijn voorgekomen.

Voor iedereen stond hiermede vast, dat dit voorsetel voor de Regering niet te handhaven was.

Voor iedereen ••.• behalve voor de Regering zelf. Die ging kalm verder, kwam de Kamer geen stap tegemoet en speelde eenvoudig hoog spel, erop speeulerend, dat de volksvertegenwoordiging wel door de knieën zou gaan.

Zij heeft dat in meerderheid - gelukkig - niet gedaan en het Kabinet heeft gemeend, daaruit de consequenties te moeten trekken, door H.M. de Koningin zijn ontslag aan te bieden.

Een gang van zaken, welke wij uit een oogpunt van landsbelang beslist n i e t toejuichen, maar die wij voor de volle honderd. procent moeten laten voor rekening van de ltegering.

Een Regering, welke meende in een ivoren toren te kunnen blijven zitten te- midden va~ de golven van afkeuring, welke het product vaa haar compromis- politiek opleverde.

Onze woordvoerder, mr Van Leeuwen, aan wiens financiële beschouwingen Wij de vorige week reeds uitvoerig aan- dacht hebben gewijd, achtte het na de memorie van antwoord op het ontwerp Huurwet duidelijk, dat een discussie met de minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting maar heel weinri'g nut en zin zou hebben.

De minister was het eigenlijk met zijn critici eens. Hij was de laatste, die zich wilde beroemen op het stuk werlt, dat hij aan de Kamer had voorgelegd.

En de heer Van Leeuwen moest zeg- gen: Het geestelijk vaderschap geeft dan ook bijzonder weinig aanleiding tot trots.

Eigenlijk begreep hij in het geheel niet, dat hij deze minister nog tegen- over zich zag. In zijn .plaats zou spr.

er

in het geheel geen pleizier meer in hebben, nu aan l)en met zoveel moed en enthousiasme door hem aangevatte taak in de ministerraad zo'n geringe prioriteit is toegekend.

De discussie is verlegd van het huur- vraagstuk naar de loon- en prijspolitiek van de Regering en wij worden dus ge- noopt, aldus onze geestverwant, dit be- leid te beoordelen.

Om te beginnen in zo eng mogelijk verband met het huurvraagstuk dit loon- en prijsbeleid beziende, consta- teerde hij, dat dit. ertoe had geleid, dat wij tegenover het vooroorlogse peil hu- ren zien op een indexcijfer van 135 of 14t>; dat lonen en salarissen naar gelang van de categorie der betrokkenen op ca 225 à 235 staan; dat de index der kos- ten van levensonderhoud ruim 275 is en die der groothandelsprijzen 375.

Met dit resultaat, zo zei de heer Van Leeuwen terecht, kan niemand worden gelukgewenst en als hij hier dan nog aan toevoegde, dat de bouwkosten van een huis wel het vier-à vijfvoudige van de vooroorlogse bedragen en de kosten van onderhoud 2% maal zo hoog zijn, dan is het voor ieder, die enig gevoel

!heeft voor economisch overwichf, dui- delijk, dat hier ongezonde spanningen bestaan.

En de oorzaken van het verbroken evenwicht nader beziende, constateerde hij de fout, dat bij het stijgen van an- dere prijzen en bij het stijgen van de lonen niet geleidelijk de huren mee op- getrokken zijn.

De tweede fundamentele fout leek hem deze, dat de Regering kennelijk meent, dat het mogelijk is in Nederland een loon- en prijspeil te handhaven, dat onafhankelijk is van de beweging in het buitenland, ondanks de vaste wissel- koers, welke ons prijsniveàu bij vr:ij goederenvervoer aan het buitenlandse koppelt.

Het is de onontkoombare consequen- tie van vaste wisselkoersen, dat het prijsniveau sterk de invloed ondergaat van het buitenlanclse en daarmede eeu zekere pariteit moet tonen.

De loonronden van verleden jaar, die het loonpeil met 16 pct. hebben ver- hoogd, hadden naar de mening van onze geestverwant dan ook gedeeltelijk het karakter van aanpassing aan een stij- gend prijsniveau en slechts voor een

Mr VAN LÈEUWEN . .. oplossing zonder pijn ...

deel kan men er tereciht de naam ·van welvaartsloonronden aan geven.

Hij heeft bij de algemene beschou- wingen in het najaar duidelijk doen uit- komen wat onze opvatting in dezen is.

Het is niet alleen een eis van billijkheid en van economisch evenwicht, maar ook van conjunctureel belang, dat in de lonen de vrucht van grotere producti- viteit tot uitdrukking komt.

Loonsverhogingen, gebE.seerd op gro- tere productiviteit, zullen intussen, in algemeenheid gesproken, het gemiddeld prijspeil niet naar boven drukken.

Voor zover zij de grotere productivi- teit overtreffen, wordt echter het ge.

hele binnenlandse prijzen- en kosten- niveau naar boven gestuwd.

Aangezien deze stuwing in wezen volgens sprekers visie niets anders is dan een aanpassing aan het buitenland- se prijsiveau, zal men zich hier zijns inziens niet te zeer over moeten op- wind·en. En in de laatste plaats zullen zij dit moeten doen, die "sterk federa- tief geladen zijn".

Een Europees samengaan veronder- stelt immers harmonie in de prijsont- wikkeling, waarin Nederland geen ge- isoleerde plaats kan innemen.

Een nationale politiek, zelfstandig gericht op laaghouden van prijzèn zon- der rekening te houden met de dispari- teiten, die hierdoor ten opzichte van hef buitenland ontstaan, is gedoemd tot mislukking. Daarnevens merkte hij nog op, dat subsidiestelsels zich niet ver- dragen met economische integratie en federatieve gedachten.

Het huurvraagstuk

Weliswaar, zo betoogde mr Van Leeuwen, Ïn een verder deel van zijn rede tot de eigenlijke huurpolitiek komend, hebben wij inga.s.nde 1 Januari 1954 een huurverhoging s-ehad, gekop- peld aan een loonronde van 5 pct:, maar de verdere aanpassingen, welke de Io- nen in totaal met 16 pct. deden stijgen en welke uiteraard haar invloed moes- ten hebben op het algemene kosten- en

prijsniveau, zijn aan de groep der huis- eigenaren geheel gepasseerd en het is alweer een van de grote fouten in het loon- en prijsbeleid, dat men verleden jaar bij verdere loonstijging de gelegen- heid heef~ laten voorbijgaan tot l.et bij- stellen van de huren en niet aan de po- sitie van de huiseigenaren en het daar- mede samenhangende huurprobleem heeft gedacht.

Wat ware, zo riep hij uit, eenvoudi- ger, billijker en voor de hand liggender geweest, dan in die periode ook de huis- eigenaren in de aanpassing te betrek- ken!

Tot goed begrip wilde hij echter ook opmerken, dat huurbeheersing, naar onze opvatting, nog onvermijdelijk is bij een woningschaarste, zoals wij die kennen.

Wij willen zeker aan de huizenbezit- ters geen bijzondere baten doen toeko- men, die uit het schaarste-element voortvloeien. De simpele billijkheid brengt echter met zich, dat zij w è 1 delen in algroeene verhogingen, welke voortvloeien uit de waardeverminde-

ring van het geld. .

Deze drukt zich in alle goederen mt;

waarom dan niet in h il n bezit? Stre- ven wij niet - zo waarschuwde de heer Van Leeuwen - naar het betrachten van deze billijkheid, dan zal de straf een zware zijn en zij zal gaan ten koste van de woningvoorziening en ten koste van het economisch even'\?icht.

Ik constateer - aldus de heer Van Leeuwen - de mislukking van de prijs- en loonpolitiek der Regering op het stuk van de hurenaanpassing. Wij ma-.

gen de huishuren niet langer blijven hanteren als middel om de ind=, ~f

kosten voor levensonderhoud te druk- ken.

Wij kunnen zo niet doorgaan. In dit verband aloot hij zich aan bij het be- tookg van de K.V.P.-woordvoerder, de heer Andriessen, die had. gezegd; "Als het moet, welnu, een aanpassing van de lonen is ook aanvaardbaar (hij heeft daarbij mr De Graaff van het Centraal Sociaal Werkgevers Verbond geciteerd) en in welke mate dat moet geschieden, moet de Regering maat uitmaken".

Een Regering, die het woonprobleem in goede banen zal leiden, moet naar de mening van mr Van Leeuwen over de eigenschappen bezitten van: moed, ver- trouwen, optimisme en praktische zin.

De Regering moet moed hebben, om- dat het nu eenmaal zo is, dat er meer huurders dan verhuurders zijn, zodat er goede kans is, dat er bij een huur- verhoging in eerste instantie meer on- tevredenen dan tevredenen zullen zijn.

Dit moet zij kunnen trotseren.

De Regering moet ook vertrouwen hebben. Vertrouwen in het gezonde verstand van de b'urgerij, waardoor men toch de juistheid ervan zal inzien, dat de volwaardige arbeidende mens moet bekostigen het hem passende huis, dat zijn mede-arbeider voor hem bouwt.

De Regering moot ook optimisme hebben; optimisme over de economische vooruitgang, doordat de mogelijkheden van toenemende welvaart zullen worden begrepen.

Wij kunnen namelijk het huurpro- bleem oplossen zonder pijn voor het overgrote deel der huurder~ en toch aan de groep van de verhuurders binnen afzienbare tijd Jaten toevloeien wat hun in recht en billijkheid toekomt.

Dan moet een gedeelte van het pro-.

duet van de stijgende productiviteit af- getapt worden naar de huishuur; zodat de welvaartsstijging, die in zekere zin normaai genoemd kan worden, in de eearstkomende jaren voor een iets klei- ner stukje aan de werkers en óók voor een stuk ten goede komt aan de ver- huurders, die tot zoverre zo schromelijk tekort zijn gekomen. Van de subsid·ies uit de overheidskas komen wij dan te- vens geleidelijk af.

Als vierde vereiste had de heer Van Leeuwen genoemd praktische zin, waarbij hij echter kwam op een terrein, dat hij in dit verband niet verder zou betreden.

Het raakt JMt zo efficiënt mogelijk tot zijn recht laten komen en gebruiken van de productieve en intensieve krach- ten, welke in de maatschappij zijn, zo-

dat er meer en betere huizen met min- der man-uren kunnen worden gebouwd.

Aan deze vier punten had hij er nog één toe te voegen: de raad om het kort geleden verschenen geschrift omtrent het huurvraagstuk, uitgegeven door de Telderssticihtingg, · te bestuderen. ·

Dit uitnemende geschrift, zo zei de·

heer Van Leeuwen, behandelt de vele aspecten van het huurprobleem.

De ethische en economische bezware- tegen de huidige politiek worden

er,·

klaar in uiteengezet. Hij gaf ook, in' eigen woorden, nog een l!l&menvatting van dit voortreffelijke rapport, Hij kon de Regering trouwens ook het geschrift van het (r.k.) Centrum voor Staatkun- di.ge Vorming ter lezing aanbevelen.

De huurbelastinl(

H

et ongerechtvaardigde van de door de socialisten zo sterk bepleite huurbelasting wordt in het gescbrift van de Teldersstichting ook klaar· en helder uiteengezet. ,

Het was voor o1.ze woordvoerder vol- komen onbegrijpelijk, hOt! men als spe- ciale belastingobjecten zou kunnen uit- zoeken een categorie van Nederlanders, aan wie men reeds 15 jaar lang een normaai rendement van hun kapitaal heeft onthouden e~ tegenover wie een groot onrecht is gepleegd. .

Wat de aanpassing betreft, bepleit het rapport de geleidelijkheid, docb rzys- tematisch doorgevoerd. Natuurlijk moe1;

worden toegegeven, dat het probleem voor vele 'groepen moeilijk ligt.

Zo zal bijv. ten aanzien van de ouden van dagen de ouderdomsvoorziening on- Jni8baar, .zijn. DiiD: ..eea . . . lijM ,aanpas- sing te verkrijgen. Natuurlijk moet er voor gewaakt worden, dat de huurver-

hoging zodanig wordt ingevoerd, dat zij niet leidt tot een lonen- en ~Jrijzen

spiraal.

Daarom ligt een geleidelijke ·invoering in de rede, opdat de meerdere kosten van de huishuur gemakkelijk : Hen kunnen ·worden opgevangen door eeD

natuurlijk loonaccres, dat uitvloeisel i.!l van verhoogde productiviteit.

Drastische verhogingen ineens moeten dan ook worden vermeden. Een gedeelte van de inlwmenl!stij~ing zal voor huurverhoging moeten worden be- stemd. In beginsel moet dit vastliggen.

In ·het rapport van de Teldemsticfl- ting wordt gerekend, dat bij een jaar- lijkse huurverhoging van 10 pct. bij 2'n overigens constant prijspeil na 7 jaar een rendabel huurniveau zal kunnen worden bereikt.

De Regeringsvoorstellen (die, naar men weet. inhielden een vl!rhoging der huren voor slechts 35 pCt. der woning'!m en dan nog naar twee percentages, n.l.

5 pCt. of 10 pCt.) brengen, zo besloot mr Van Leeuwen zijn pittige, frisse en tegelijk toch uiterst doordachte betoog,

·ons geen stap nader tot een goede op- lossing.

Het tegendeel is waar. Het woon- en huurvraagstuk is op het ogenblik wel als het meest urgente binnenlandse pro- bleem te beschouwen; het schreeuwt om een oplossing.

Deze oplossing mag niet worden ge- frusteerd door de angst, dat de index van 'de kosten van levensonderhoud met zoveel omhoog zou gaan. Van de Rege- ring moeten wU verlangen, dat zij het probleem aanvat en niet volstaat met halfslachtige voorstellen.

Het was ook in deze gedachtengang, dat de heer Van Leeuwen een amende- ment had ingediend, dat uitgaat van het beginsel van 10 pCt. huurverhoging over de gehele linie (voor de vooroorlogse woningen uiteraard).

Hij hoopte nog. dat hij dit amende- ment zou kunnen intreklken, doordat de Regering alsnog met dienovereenkomsti- ge voorstellen zou komen.

Het is in dezelfde gedachtengang, dat 11\1 overwoog, een motie aan de Kamer voor te leggen, teneinde een uitspraak te krijgen, dat de z.g. oude huren gelei- delijk. doch binnen afzienbare tijd, aan- gepast dienen te worden aan een eeono- misch verantwoord niveau.

Het vervolg van het debat vatten wij samen in een afzonderlijke besehou- wing, eldel'B in dit nummer. A.

(3)

VRIJIIEID EN. DEMOORATII!l

17 September a.s.

Installatie voorhe- . reidingscommissie

Centrale Leiden

Woensdag, 18 Mei j.l., werd door. de organisator-propagandist der Partij, de heer L. van Vlaardingen, de Voorberei- dings-commissie voor de Centrale Leiden geïnstalleerd.

-De bijeenkomst, die stond onder voor- zitterschap van de heer drs F. J. Hooft- man, lid van het Landelijk Comité, be- sloot een aantal bussen langs de Zuid- Hollandse plattelandsgemeenten te laten rijden, teneinde de bezoekers af te ha- len.

Verdere plannen ter stimulering van liet bezoek aan onze grote liberale mani- festatie zijn in voorbereiding.·

AFDELINGSNIEUWS

Enschede en omstreken bereidt zich voor op de V.V.D.-dag

In de 20 Mei gehouden bestuursverga- dering werd o.m. de te voeren actie voor de V.V.D.-dag te Scheveningen besproken.

Besloten werd, een klein comité te be- noemen, dat tot taak zal hebben het be- zoek van leden en geestverwanten krach- tig te bevorderen.

Tot leden daarvan werden aangewezen de heren L. Honselaar, J. J. Smit en P. E.

Salverda.

Een rondschrijven aan de leden gaat deze week in zee. De reiskosten zullen . f 5.- bedr-agen.

'Op 2 Juni houdt de afdeling de leden-

~gád.ering ter vaststeliing van hare eanliidatenlijst voor de Tweede Kamer.

Afdelingssecretarissen opgelet

U wordt dringrend verzocht, de verhuizing van leden naar een andere gemeente onmiddellijk op te geven aan het Algemeen Secre- tariaat der V. V.D., Koninginne- · gracht 61 te 's-Gravenhage, met opgave van het nieuwe adres en vermelding of het lid zijn (haar) contributie over het lopende jaar al dan niet heeft voldaan.

Het Algemeen Secretariaat draagt zorg, dat de afdeling in de plaats van vestiging hiervan op de hoogte wordt gesteld.

Werkt et" toe mede, dat niet on- nodig leden voor onze Partij ver-

loren gaan! ·

Bij voorbaat onze denk.

(Vervolg van pag. 1)

Slikkerveer hield zich bezig met de candidaatstelling

In de ledenvergadering van de Afde- ling Slikkerveer werd de candidatenlijst voor de a.s. 2e Kamerverkiezing als volgt samengesteld:

1. Prof. mr P. J. Oud, 2. Drs H. A. Kort- hals, 3. F. den Hartog, 4. Mevr. A. Forta- nier-de Wit, 5. G. Ritmeester, 6. H. F.

van Leeuwen, 7. J. G. H. Cornelissen, 8.

H. J. Ankersmit, 9. R. Zegering Hadders, 10. Mej. mr J. L. M. Toxopeus Pot, Delf- zijl, 11. Mr. H. van Riel, 12. Mevr. mr J.

M. Stoffels-van Haatten, Haarlem, 13. R.

Th. J. Ie Cavalier, Amsterdam, 14 Jac.

Sonneveld, 's-Gravezande, 15. A. Caljé, Alblasserdam, 16. Prof. dr H. J. Witte- veen, R'dam, 17. C. van der Linden.

Voor de Liberale Manifestatie op 17 September te Scheveningen werd de vol- gende commissie geïnstalleerd:

B. Groenenboom, Mevr. A. Groenen- boom-Huisman, J. Legerstee, Mevr. E. G.

van Nes-Koning, Mevr. M. H. Nugterenc van Gastel, B. J. Nugteren, P. Nugteren, Mej. W. Pas en Mevr, J. Tanis-Goedege- buuren.

De ·leiding berust bij de voorzitter der Afdeling B. J. Nugteren.

Secretarissen Kamercentrales vergaderden in Utrecht

In Hotel Noord-Brabant te Utrecht kwamen de secretarissen der Kamercen- trales bijeen onder voorzitterschap van de organisator-propagandist der Partij de heer L. van Vlaardingen voor het be- spreken van verschillende problemen van organisatorische aard.

De vergadering, die mede werd bij,.ge- woond door onze partij-voorzitter, prof.

mr P. J. Oud, droeg een zeer levendig karakter. Nadat in een vlot tempo de agenda was afgewerkt, gaf de voorZitter het woord aan prof. Oud, die een belang- wekkend overzicht gaf van de politieke situatie.

Door de aanwezigen wèrd een groot aantal vragen gesteld, die door prof. Oud uitvoerig werden beantwoord.

STALEN

KANTOORMEUBELEN

G I S O L A M P E N

V.V.D. VROUWEN

Copie voor deze rubriek te zenden naar:

Mejuffr. Joh. H. Springer, Alexanderstraat 16, Haarle~.

Over doel en streven van de Nederlandsche

Consumentenbond

Interessante Iezillg van mejUffr.ouw.

mr. ten Broecke Hoekstra Voor een klein maar Zeer belang- stellend gehoor heeft mejuffrouw mr J. ten Broecke Hoekstra voor de afdeling Rotterdam 17 Februari j.l.

een lezing gehouden over ,,De Ne-- derlandsche Consumentenbond en zijn bestaansrecht".

Deze bond is in 1953 opgericht en omvat nu ruim 3800 gewone leden ' nog 91.000 leden, die in federatief verband lid zijn. De bond is een on- afhankelijke organisatie, die de spe- cifieke consumentenbelangen behar- tigt los van elke politiek; het be- stuur is samengesteld uit mensen van allerlei richtingen.

De bond is ook onafhankelijk van industrie en middenstand. Een on- derzoek van artikelen gebeurt nooit op verzoek uit die kringen, maar steeds op initiatief van de bond.

Iedereen kan lid worden ·van de bond, ieder mens is consument, een grote groep zal tevens producent zijn.

De Consumentenbond stelt nu als eerste doel: de consument inlichtin- gen te verschaffen over kwaliteit en prijzen van goederen en diensten;

artikelen worèen getest en de resul- taten hiervan worden gepubliceerd in de Consumentengids, orgaan van de consumentenbond, dat maande- lijks verschijnt.

Het tweede doel is: het publiceren van afspraken, die belangen van de consument schaden, zoals is gebeurd met de prijs van buitenlandse boe- ken in Nederland.

Het derde doel van de bond is de consument tegenover · de georgani- seerde handel en pl'Qduceil.ten de plaats te geven, waarop · hij recht

heeft. · -

Als vierde doel wordt gesteld het kostenbesef van ~ consument te bevorderen; in het·. blad wOrden Ver~

schillende actuele vraagstukken be- sproken, zoals de melksanering, ca- deaustelsel, afbetaling, enz.

Ook worden wel interessante ar- tikelen overgenomen uit de bladen, uitgegeven door de Amerikaanse Consumentenbonden, die daar even- als in Canada tot machtige organi- saties zijn uitgegroeid.

Daar de financiële positie van de Consumentenbond niet zo heel sterk is (alle werk wordt door het bestuur en de vele medewerkers belangeloos gedaan) moet de Bond zich nog be- perken met onderzoekingen, daar deze over het algemeen zeer kost- baar zijn.

Veel medewerking wordt onder- vonden van de Voedingsraad, van het I.V.H.A., van het Instituut v.

Huish. Arbeid. van de Ned. Ver. v.

Huisvrouwen en T.N.O.

28 MEI IHS - PAG.

I

Het lidmaatschap· inclusief abon- nement op het orgaan bedraagt slechts f 3 per jaar.

In verband met de waag of de Consumentenbond wel nodig is- naast . de andere . bestaande organisaties, zoals de Huishoudraad, Verbruiks- coöp. enz., zette mej. ten Broecke Hoekstra uiteen, dat het terrein van werkzaamheden zeer uitgestrekt is, zodat er zeker voor elk reden van bestaan is, mits er samenwerking is.

Dit was ook van de oprichting af het devies van de Consumentenbond .

De Consumentenbond kan zeer di- rect handelen, dit in tegenstelling met de Huishoudraad, welke een federatie van verenigingen is.

De Huishoudraad omvat alleen vrouwenverenigingen, waardoor al- leen vrouwen bereikt worden; van de Consumentenbond zijn hoofdzake- lijk mannen lid. Een andere tegen- stelling is, dat de Huishoudraad in overleg treedt met de fabrikanten.

Mej. ten Broecke Hoekstra hoopte door haar lezing grotere bekendheid te geven aan het werk en het doel van de Bond; de praktijk heeft be- wezen, dat de belangstelling groot is, daar zonder enige propaganda ge- stadig een groot aantal nieuwe leden is toegetreden.

Tegenstand uit sommige kringen o.a. uit de Middenstand, meende ze te kunnen overwinnen door het op- treden van de Consumente~bond

zelf, die nooit de bedoeling heeft ge- had tegenover de Middenstand te staan.

Het is voor de consument steeds moeilliker" een verantwoorde keuze te doen uit de verschillende artike- len, waarbij de prijs niet meer als concurrerende factor werkt, maar waarbij het de fraaie verpakking of een andere lokkende reclame is, die de keuze bepaalt.

Het is daarom bijzonder nodig de consument het kostenbesef bij te brengen.

Na afloop van de lezing ontstond een zeer geanimeerde discussie, waarbij de verschillen tussen Consu- mentenbond en Huishoudraad werden besproken. Naar voren kwam, dat door het oprichten van bedrijfsorga.

nisaties het begrijpelijk is, dat ook de consumenten zich gaan organi- seren.

Verschillende ·onderwerpen zoals, de prijs van de melk, melksanering, cadeaustelsel, boodschappen1iften bij flat-

en

etagebouw, enz. werden nog uitvoerig besproken.

Na afloop van de lezing heeft me- vrouw W. Fockema Andreae- Schaafsma bedankt voor de zeer le- vendige wijze, waarop mejuffrouw

mr

ten Broecke Hoekstra deze voor- dracht heeft gehouden.

Nationale Vrouwenraad komï op 9 Juni a.s. bijeen

De vergadering van de Nationale Vrouwenraad vindt plaats op Don- derdag 9 Juni in .,de Witte Hei" te Huis ter Heide. Behalve voor de offi- ciële afgevaardigden is deze verga- dering voor alle leden toegankelijk.

O.a. is er een causerie over de .,Positie van de vrouw in België".

Belangstellenden kunnen nadere inlichtingen krijgen bij ondergete-

kende. J. H. S.

gevonden. Met een dergelijke gang van zaken zou ik het landsbelang het best gediend achten.

een Kamerontbinding onder verantwoordelijkheid van een Kabinet, dat door zijn ontslagaanvrage getoond heeft van het bewind af te willen?

Wat zou voorts de inzet van de verkiezing moeten zijn? De huurwet, die naar het oordeel van het Kabinet zelf maar een ,.kreupel" geval is?

Een verkiezing op dit ogenblik betekent niet anders dan verlenging van de door de crisis in- getredep. stagnatie. De stemming zal niet eerder kunnen zijn dan tegen het eind van Juli. Eerst daarna kan het overleg over de kabinetsformatie beginnen.

Ik schrijf dit natuurlijk niet, omdat ik voor het Kabinet thans meer sympathie zou hebben dan waarvan ik kort na zijn optreden in

1952

heb doen blijken.

. Wat dit betreft zijn mijn gevoelens onveran- derd gebleven, maar ik ben realist genoe~ om te begrijpen, dat een andere oplossing beiwaarlijk zal kunnen worden bereikt, zonder een langdurige stagnatie van het parlementaire werk met al de schadelijke gevolgen daaraan verbonden. Terwijl ik bovendien geen enkele illusie heb, dat uitein- delijk een beter resultaat zal worden bereikt.

Wij zitten nu eenmaal politiek danig in een impasse en dat zal voorlopig wel zo blijven.

* * *

E

r zijn er die het woord Kamerontbinding hebben laten vallen. Hun zou ik voor ogen willen houden, dat wij toch verstandig doen onze kalmte te blijven bewaren. Wie zou voor een ont- binding de verantwoordelijkheid moeten dragen?

Het Kabinet-Drees?

Dit is natuurlijk uitgesloten, want het Kabinèt is demissionnair en wie heeft ooit gehoord van

Een verkiezing thans zou in wezen geen ander karakter dragen dan een vervroeging van de periodieke verkiezing van het volgend jaar.

Daarvoor zou reden kunnen zijn, indien er enige grond was voor de verwachting, dat het probleem der kabinetsformatie na een nieuwe ver- kiezing gemakkelijker zou liggen dan thans. Is er echter iemand, die dit in ernst gelooft?

Er zullen bij een verkiezing wel enkele zetels verschuiven - ik ben er met name van over- tuigd, dat zij voor onze partij niet ongunstig zal verlopen - maar ieder weet, dat bij ons stelsel van evenredige vertegenwoordiging een grondige verandering in de samenstelling van de Kamer is uitgesloten.

De K.V.P. en de P.v.d.A. zullen de politieke grootmachten blijven en het albeheersende pro- bleem, of zij al dan niet zullen blijven samenwer- ken, zal na de verkiezing precies zo liggen als thans.

In

1952

is dat overleg aan het eind van Juni begonnen en het heeft geduurd tot begin Septem- ber, eer het Kabinet er was. Wie is zo optimist te menen, dat het nu veel vlugger zal gaan?

Er is stellig een grote kans, dat er, als de ge- wone zitting der Kamers op de derde Dinsdag van September zal moeten worden geopend, nog geen nieuw Kabinet zal zijn.

Wie dat alles overdenkt, zal moeten begrijpen.

dat Kamerontbinding thans een middel is, dat erger is dan de kwaal.

22

Mei

1955

P.J.

0.

NB. Vlak voor het ter perse gaan. van dit nummer telefoneerde prof. Oud ons het navolgen- de:

.. Op 22 Mei schreef ik bovenstaand artikel.

De

volgende dag bleek, dat de weg van 1921 niet zal worden gevolgd. Zal het nu de weg van 1923 opgaan?"

(4)

'YRUHEID EN DEMOCRATIE 28 1011: Uil - PAG. 4

Parlementaire Flitsen (11)

Tweede Kamer verwierp het huurvoorstel

Kabinet demissionnai.r en. Ka:nler voor onbepaalde

Prof. Oud

tijd uiteen

Principiële beschouwingen van

Qp onbegrijpelijk hardnekkige wijze vasthoudend a.an ha.ar kreupele en zakelijk algemeen afgekeurde ontwerp tot wijziging van de Huurwet, heeft de Regering op 17 Mei in de Tweede Kamer de nederlaag geleden

Met 50 tegen 48 stemmen heeft de Kamer het ontwerp verworpen. De 50 tegen- stemmers werden gevormd door: de P.v.d.A., de V.V.D., de Staatk.-Geref., de K.N.P., de C.P.N., zomede de heren prof. Oerbrandy (A.R.) en mr Schmal (C.H.).

Voor stemden de K.V.P., de A.R. ·(met uitzondering van prof Gerbra.ndy) en de

C.H. (met uitzondering van mr Sehmal), _

Van de

1'00

Kamerleden ontbraken alleen dr Mol (K.V.P.), die in Mexico ver- toefde en de heer De Groot (Comm.). Aangezien mag worden aangenomen, dat de een vóór, en de ander tegen zou hebben gestemd, zou hun aanwezigheid geen invloed op de uitslag hebben gehad.

Vooraf had de Kamer het amendement van mr Van Leeuwen, dat een algemene en uniforme huurverhoging van het vóór-oorlogse woningbezit van 10 pct beoogde, verworpen met 81 tegen 17 stemmen.

Vóór stemden met onze V.V.D.-fractie de K.N.P., 4 anti-rev. leden (de heren Van Eysden, Verkerk, Van den Heuvel en Gerbrandy) en het c.h.-lid mr Schmal:

Dit amendement werd dus tenslotte met grote meerderheid verworpen,. ondanks het feit, dat hierin in feite was neergelegd hetgeen de gehele niet-socialistische Kamermeerderheid wenste.

Ook hier echter had minister Witte zijn "onaanvaardbaar" namens het Kabinet laten horen,

Opmerkelijk daarbij is, dat minister Witte nadrukkelijk verklaarde, dat dit amendement voor hem "uit een oogpunt van volkshuisvesting buitengewoon aan- trekkelijk" wa.'!, omdat het "de huurverhoudingen aanzienlijk meer zou verbeteren dan het aanhangige wetsontwerp".

Niettemin moest hij het, in het kader van het gehele Regeringsbeleid, afwijzen.

Daarmede was ook het lot van het amendement bezegeld.

Na de eindstemming over"het ontwerp vroeg dr Drees onmiddellijk schorsing van de behandeling der overige op de agenda voorkomende ondPrwerpen ..

De Kamer ging daarop voor onbepaalde tijd uiteen.

Vier ministers: de heren Van de Kieft, Witte, Zijlstra en Drees en staatssecreta- ris Van den Berge voerden in de Tweede Kamer in eerste aanleg het woord, ter beantwoording van de in deze Kamer ',{e- houden algemene beschouwingen over àe belaSting- en huurvoorstellen.

Na deze redevoeringen stond het reeds vast, wat na verwerping van het huur- voorstel gebeuren zou.

Zij het dan nog in enigszins verhulde termen, had minister-presidont Drees reeds aangekondigd, dat minister Witte dan de verantwoordel~ikheid r.iet meer zou kunnen (willen) dragen en dat zijn aftreden verdere politieke gevolgen zou kunnen hebben.

Onze fractievoorzitter, prof. Oud, die boven alles van !klaarheid houdt, had bij de. duplieken nog geïnformeerd. naar de preciese betekenis van de woorden van minister Drees en !leze bevestigde het:

PROF. OUD

. . . geen misbruik van oppositie ...

een verwerping van het ontwerp tot wij- ziging van de Huurwet zou tot aftreden van minister Witte leiden en - als ge- volg daarvan - ook wel tot dat van het

gehele Kabinet. ·

Wli hebben hiermede reeds gezegd, dat behalve onze eerste woordvoerder mr Van Leeuwen, ook prof. Oud aan de duplieken deelnam.

De heer Oud kon het wel eens zijn met de opmerkingen van minister Drees op de beschouwingen, die de heer Welter (K.N.P.) had ten beste gegeven over ons staatkundig systeem, waarin - en de heer Welter betreurde dat - geen een- voudige, homogene Regeringsmeerdt>r- heid staat tegenover een homogene en krachtige oppositie.

Onze fractievoorzitter was het met mi- nister Drees eens, dat het weinig zin had zich thans te verdiepen in de vraag hoe het in andere landen is, waar deze ver- houdingen wel kunnen bestaan. Bij ons kan het niet en wU moeten, zo zei de heer Oud, als w~j realist willen zijn, ons daarbij neerleggen.

- De heer Welter had ook de staf gebro-

ken over het brede-basis-kabinet als zo- danig. De heer Oud zou dat niet willen doen. Het is. zoals de minister-president had gezegd, bij ons aldus gesteld, dat er alleen geregeerd kan worden wanneer er ministers van verschillende richting sa- menwerken.

Waar het echter op aankomt is, dat, wanneer men een Kabinet vormt, men hierop let, dat omtrent de problemen, die om een oplossing vragen, bij de minis- ters. die het Kabinet moeten vormen, voldoende overeenstemming bes~aat ple~

betrekking tot de oplossing van die grote

problemen. ·

Welnu. een van die grote problemen was en is het huurprobleem en de grote fout, welke bU de Kabinetsformatie van 1952 was gemaakt, achtte prof. Oud nu deze, dat men zich bij deze formatie er onvoldoende rekenschap van had gege- ven. ·of men in staat zou zijn, op· het stuk van het huurbeleid een politiek te voeren, welke perspectieven zou bieden.

Veel belangrijker dan de vraag of het de richting uitgaat, die de leden van de P.v.d.A. wensen (n.l. het heffen van een buurbelasting), dan wel of men geen huurbelasting zou heffen, achtte de heer Oud het te weten, of het op de ene of op de andere manier zal gaan in plaats dat wli helemaal niet weten hoe het zal gaan.

Hierdoor is het befaamde "kreupele"

ontwerp (zelfs minister Witte gebruikte dit woord) naar voren gekomen. Dit is, zo herhaalde onze fractievoorzitter, de fout, die bij de Kabinetsformatie is ge- maakt en deze fout gaat zich thans wre- ken.

Eens kon de heer Oud het ook zijn met de theoretische beschouwingen van de minister-president over de verhouding tussen Regering en Kamer. Beide zijn als twee zelfstandige machten op ~amenwer­

king aangewezen.

De heer Oud vroeg zich echter wel af, of minister Drees. wanneer hij het had over een toekomstig "vertrouwvol be- raad" tussen een orgaan van de Kamer (de commissie voor Wederopbouw en Volkshuisvesting) en de Regering, ter- w\jl de Regering zelf geen plan voor ogen heeft, niet in strijd dreigde te ko- men met dit principiële uitgangspunt.

Ook op dit theoretische punt bleek het verschil van mening echter niet groot, want minister Drees gáf toe, dat hier in!lerdaad zeker gevaar. dreigde, en dat ook daarbU gewaakt diende te worden voor beider eigen verantwoordelijkheid.

Een derde punt, dat ter sprake was ge- komen, betrof de "politieke pressie". De minister-president had gezegd, dat daar geen sprake van was. Hier gold, naar de heer Oud meende, toch wel enigszins:

qui s'excuse s'accuse.

De portefeuillekwestie

Dat de Regering aan het afwijzen van een politiek, welke zij voor- staat, gevolgen verbindt, is - zo moest de heer Oud erkennen - in ons parle- mentaire leven een doodnormale zaak.

Op zichzelf zal niemand dit een Kabinet kwa}\jlk mogen nemen.

Daar behoeft een Kabinet zich hele·

maal niet voor te verontschuldigen, maar wèl kan men zich de vraag stellen, of het juist b e l e i d is, van de kant van de Regering aan een bepaalde zaak poli- tieke gevolgen te verbinden.

Behalve over de gevolgen van verwer- ping, wilde de neer Oud óók wel iets na.

der weten omtrent de vraag wat er ge-:

beuren zou, wanneer het huurontwerp w e 1 werd aangenomen, maar met de stemmen van de P.v.d.A.-leden tegen.

Zal dat, zo vroeg hij, politieke gevolgen hebben voor de socialistische ministers in het Kabinet?

Prof. Oud vroeg dat op grond van het- geen was gebeurd in 1951, toen de heer Stikker was afgetreden omdat zijn geest- verwanten in de Kamer (hoewel een in- gediende motie geen meerderheid ver-

MINISTER WITTE , .. onaanvaardbaar .••

kreeg) de Nieuw-Guinea-politiek van het Kabinet afkeurden. Het gehele Ka- binet was toen bovendien gevolgd.

Onze fractievoorzitter herinnerde zich nog, dat dit op de heren van de P.v.d.A.

een diepe indruk had gemaakt en dat die toen zeiden: "Daar zitten jullie van de V.V.D. nu! Het is eigenlijk - daarop kwam het althans neer - niet juist, in de oppositie te gaan, wanneer een be- windsman, behorende tot je eigen partij, achter de groene tafel zit". .

De heer Oud had die redenering toen onjuist gevonden en hij vond die redene- ring nÓg onjuist. Spr. zou het dus een juiste gedragslijn vinden, als de socialis- tische ministers in het veronderstelde geval n i e t weg zouden gaan.

Maar - z.o voegde onze fractievoorzit- ter daaraan toe - als dat wordt vast- gesteld, zijn m\in vrienden en ik ook ge- rehabiliteerd ten aanzien van het ge- beurde in 1951!

Minister Drees heeft hierop geant- woord. dat voor het huidige Kabinet maatstaf van beoordeling zou zijn of het z\in taak zou kunnen voortzetten en of er overeenstemming met de Staten-Ge- neraal als zodanig bereikt 1-:on worden

• over het voorliggende ontwerp.

Of van de z~ide van een partij een ver- trouwenskwestie aanwezig zou worden geacht. zou däár moeten worden be- paald. "Voor het Kabinet, voor de mi·

nisters van het Kabinet, is praktisch alleen de vraag aan de orde, of zij ook op dit punt kunnen voortwe:rlken en daardoor ook ku(lnen voortwerken aan de belastingen, diè op een bepaalde ma- nier met dit ontwerp samenhangen."

Met andere woorden dus: Dr Drees liet weten, da't als het ontwerp zou wor- den aanvaard. de socialistische ministers aan een tegenstemmen van de P.v.d.A.- fractie geen consequenties zouden ver- binden.

Hier was prof. Oud dus precies waar hU wezen wilde.

Maar ook op prof. Ouds vragen en op- merkingen omtrent het geval-Stikker van 1951 gaf minister-president Drees antwoord.

Minister Drees zei. dat naar zijn me- ning de heer Stikker niet v e r p l i c h t was geweest zijn ontslag te nemen. De minister-president persoonlijk had hem dat ook afgeraden (dat was voor de heer

Oud, naar deze later zei, nieuw), maM de heer St~kker ·meende, dat de vertrou..

wensverhouding tussen de fractie van de V.V.D. en hemzelf, waar het een aange- legenheid betrof, waarvan het bekend was, dat de heer. Stikker die met grote intensiteit zelf mede had behandeld, waarvoor hij een grote verantwoorde- lijkheid droeg en ,,waarin hij eigenlijk nog wel iets verder had willen gaan dan:·

het Kabinet. in een richting, die de frac- tie van de V.V.D. niet wilde" (aldus mi- nister Drees), zo geschokt was, dat hij niet kon aanblijven .. Dat heeft toen ver- dere consequentie gehad.

Tri.plicerend merkte de heer Oud op, dat hU het zeer belangwekkend had ge.

vonden te vernemen, dat minister-presi- dent Drees de heer Stikker destijds had aangeraden, niet af te treden, hetgeen de heer Oud niet belkend was.

Minister Drees had daaraan echter iets toegevoegd, dat de heer Oud ver- klaarde juist in het bijzonder op prijs te stellen, namel~ik dat de heer Stikker verder had willen gaan dan het Kabinet.

Dit - zo meende de heer Oud nu te kunnen vaststellen - kan in dezè ge- dachtengang dus niet anders betekenen, dan dat de heer Stikker destijds de sou- vereiniteit over Nieuw-Guinea had wU- Ien overdragen aan Indonesië.

Niet slechts aan de Nederlands-Indo- nesische Unie, maar aan Indonesië.

Prof. Oud verklaar!le, dankbaar te zijn voor deze uitspraak. "Het is- toen voor ons een moeil~~ke positie geweest, omdat wij niet de vr~iheid hadden uit te spre- ken wat precies het verschil van mening tussen de heer Stikker en ons was.

Dat de minister-president dat nu aan de openbaarheid heeft prijs gegeven, kan zo zei de heer Oud. leiden tot verhelde- ring van de politieke verhoudingen, al is het vier ja_ar.~el~en ~~f.!P,i~d. ""' ... _,

Minister Dr.ees· is hierop ván zl,)n f{änt ook nog weer even teruggekomen.

Daarb~i zei hij: ik heb niet meer gezegd, dan dat de heer Stikker "eerder geneigd was (geweest) nog iets verder dan (te Regering af te wijken van het standpunt van de fractie van de V.V.D."

"Meer heb ~k niet gezegd", aldus dr Drees. Verschillende mogelijkheden wa- ren toen in discussie. De interpretatie, die de geachte afgevaardigde de heer Oud daarvan heeft gc;~even, kan ik niet voor m\in verantwoording nemen".

J···. f".D. en H1wrwet W

~i komen nu weer terug tot de

eigenlijke lijn van het betoog van onze fractievoorzitter.

HU herinnerde eraan, dat de V.V.D.

.,oppositie" heet. Ik geloof, zo merkte hij naar aanleiding daarvan op, ·dat nie- mand m\i zal tegenspreken, wanneer ik zeg, dat wU van deze positie nimmer mis- bruik hebben gemaakt.

W~i hebben alles. wat ons werd . voor- gelegd, altijd zakel~jlk beoordeeld. Wij hebben ons altijd gedragen naar de oude Engelse spreuk: ,.Mensures, not men ...

Wij hebben hst Kabinet b\ina altijd ge- steund.

Vervolgens stelde de heer Oud met nadruk op de voorgrond, dat hij en zijn fractiegenoten in het geheel niet gesteld waren op een Kabinetscrisis .

Wanneer men zou denken, dat de V. V. D. als oppositie.

er

"echt in zou geniete~. als de kat nu eens goed in hei garen raakte". zou men ons volkomen verkeerd begrijpen.

Wi.i zien het ;.:o, dat het landsbelang op het ogenblik in het geheel niet ge•

diend zou zijn met een Kabinetscrisis. De vraag is echter of men een maatregel, die men principieel verkeerd vindt, zal aanvaarden enkel en alleen opdat er geen crisis zal komen.

Welnu: hoe wU over het huurontwerp den!ken, had sprekers vriend de heer Van Leeuwen. al duidelijk genoeg ge- zegd.

W~j achten, zo zei de heer Oud, nog eens voor alle duidelijkheid, dit huur- ontwerp funest, vooral omdat het naar onze overtuiging een behoorlijke toe- komstige huurpolitiek volkomen blok- keert, veel meer dan wanneer men tot een huurbelasting was gekomen.

Wanneer men hiermede was geko- men - wU zouden daar op zichzelf tegen zijn geweest - zou men de toekomst (Vervolg op pag. IJ)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Eenen- twintig jaar geleden al tekende Roland Verbeeck voor het toen- malige ACW (nu beweging.net) voor De Andere Kerstmarkt.. „Ik wilde ngo’s en goede doelen een

Indien een gebrek aan gekwalificeerde arbeidskrachten de belangrijkste factor blijkt te zijn die de ontwikkeling tegen- houdt, zullen de volken die de hulp

zijn. De promotor, prof. Beekhuis, begon met zijn blijdschap uit te spreken over het feit, dat de promovendus on- danks zijn drukke bezigheden de lust had · gevoeld

De bezwaren, welke onze Eerste- Kamer-fractie en alle andere tegen- standers van de stemov'Crdracht heb- ben is duidelijk: zij achten deze in strijd -met het

 dat de levering van diensten aan de gemeente Albrandswaard en de aan haar verbonden diensten of instellingen plaatsvindt voor een marktconforme prijs (orde van grootte € 20.000);.

En ik was blij verrast over het aantal bezoekers, het overtrof mijn verwachting.” Ook Sanna Ka- per, één van de organisatoren van de open dagen, beaamt dat.”Veel mensen in

Aalsmeer - Aanstaande zater- dag 30 april wordt voor de negen- de keer weer een geweldig kinder- feest georganiseerd op het Raad- huisplein met heel veel, verschillen-

Vori- ge week dinsdagmiddag rond half zes werd Jos van den Berg van AH Jos van den Berg uit Uithoorn uitge- roepen tot beste supermarkt ondernemer van