• No results found

Kleine velden beleid

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Kleine velden beleid"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Kleine velden beleid

Het belang van het kleine velden beleid zowel voor Nederland (voorzienings- en leveringszekerheid, onafhankelijkheid van import, werkgelegenheid, aardgasbaten) als voor de energievoorziening in Europa is voldoende onderkend en bij verschillende gelegenheden herbevestigd en behoeft naar wij aannemen geen nader betoog (zie ook het Energierapport en de conclusies van de brede OOG (Overlegraad Olie en Gas, waarin ministeries, bedrijfsleven en milieubeweging zijn vertegenwoordigd) studie).

Ook het huidige kabinet heeft de continuering van het kleine velden beleid nogmaals bevestigd.

In het kader van het liberalisatieproces heeft het kleine velden beleid zijn wettelijke weerslag gevonden in de Gaswet (artikelen 54 – 58). De Gaswet wijst Gasunie aan als verantwoordelijke partij voor de uitvoering van het kleine velden beleid. Door haar relatie met de Maatschap Groningen is Gasunie in staat het kleine velden beleid uit te voeren.

In een nieuwe Gaswet zal het kleine velden beleid opnieuw worden verankerd en zal de rol van een, naar het zich laat aanzien, gedesintegreerde Gasunie worden vastgesteld. In dit kader zullen ook de taken van de toekomstige TSO voor dit publieke belang in het kader van artikelen 54 – 58 van de huidige Gaswet moeten worden bepaald waarbij de organisatorische en juridische positie van de TSO van groot belang is. Onze reactie op het Informatie- en consultatiedocument concentreert zich dan ook voornamelijk op deze zaak waarbij wij eerst enkele algemene punten willen neerleggen voordat er op de voor ons relevante vragen wordt ingegaan.

Taken van de TSO m.b.t. het kleine velden beleid

Een deel van de (praktische) uitwerking van het kleine velden beleid zal door de TSO kunnen c.q. moeten worden uitgevoerd. Hierdoor kunnen diverse knelpunten, zoals in het Informatie- en consultatiedocument worden aangestipt, worden gemitigeerd.

Taken die dan door de TSO dienen te worden uitgevoerd zijn o.a.:

- het verkrijgen van (contractuele) informatie van de shippers c.q. producenten, zowel voor het fysieke entry en exit punt, die van belang zijn voor de goede werking van het transmissienet:

- gashoeveelheden per jaar, maand, week, dag en eventueel per uur;

- flexibiliteit voor op- en afschakelen van deze hoeveelheden;

- prioriteit van op- en afschakelen van deze hoeveelheden;

- nominatieprocedures;

- kwaliteitseisen;

- het nomineren en afroepen van volumes per contract per entry punt;

- het verkrijgen van informatie van producenten en importeurs over (potentiële) afwijkingen van de toevoer van volumes en gaskwaliteit

- het verkrijgen van informatie van afnemers over (potentiële) afwijkingen van de afvoer van volumes

- het op- of afschakelen van in- of uitgaande gasstromen om de systeemintegriteit te waarborgen en onbalans te voorkomen die het gevolg kunnen zijn van bovengenoemde afwijkingen

- het bepalen van de oorzaak c.q. veroorzaker van onbalans

- het bepalen van de kosten die de shipper(s) moet(en) betalen t.g.v. het oplossen

van de onbalans.

(2)

Gaskwaliteit

Buiten de parameters “flow” en druk (randnummer 50), is ook de gaskwaliteit van groot belang voor de systeemintegriteit. Dit punt krijgt onvoldoende aandacht in het Informatie- en consultatiedocument. Immers, indien de kwaliteit van een in- of uitgaande stroom niet voldoet aan de (contractuele) specificaties kan deze gasstroom worden afgeschakeld door respectievelijk de TSO of de afnemer waardoor de systeemintegriteit in gevaar kan komen.

Daarom zal een goed uitgebalanceerd en flexibel systeem nodig zijn om dit potentiële probleem zoveel mogelijk te beperken.

Door hun bijdrage aan de totale Nederlandse gasproductie houden de kleine velden de balansfunctie van het Groningenveld in stand. De gaskwaliteit van de kleine velden loopt uiteen (in termen van o.a. calorische waarde, Wobbe Index en CO

2

gehalte) en de afname is gebaseerd op de natuurlijke depletie van deze velden. (NB: de gemiddelde veldgrootte is 0.5 – 3 miljard m

3

.)

De specificatie van gaskwaliteit (o.a. Wobbe Index) in de diverse leidingdelen van het HTL-net zou verruimd kunnen worden door bijvoorbeeld de apparatuur van de afnemers in te (laten) stellen op een grote variatie in gaskwaliteit (zie randnummer 91).

In het H-gas deel van het HTL-net kan nog een verder onderscheid gemaakt worden tussen Hh-gas, H-gas en Hl-gas. Hierdoor zou ook een kwaliteitsconversie naar een hogere kwaliteitsklasse mogelijk zijn (Hl-gas naar H-gas).

Deze twee punten maken het mogelijk om gas van kleine velden, tezamen met het Groningen gas, flexibeler in te passen en daardoor een nog grotere rol te kunnen laten spelen m.b.t. de handhaving van de systeemintegriteit en herstellen van onbalans.

In dit verband zou men zich kunnen afvragen wat de gaskwaliteit in de toekomst zal zijn c.q. worden. De industriële en export kwaliteit zal voor het overgrote merendeel H-gas zijn terwijl het huishoudelijk gebruik vooralsnog op G-gas gebaseerd zal blijven. Om dit laatste punt te kunnen blijven handhaven (en enorme investeringen m.b.t. aanpassing van huishoudelijke apparatuur te voorkomen) zal het Groningen veld op een doelmatige wijze geproduceerd dienen te worden. Dit betekent dat het H- gas en Hl-gas dat door de kleine velden wordt geproduceerd preferentieel als H-gas moet worden ingezet of daarvoor wordt opgeslagen.

Vraag 1

Een ander belang dat in de afweging dient te worden meegenomen is ‘het waarborgen en bevorderen van de doelmatige productie van kleine velden onder het kleine velden beleid’ ofwel ‘de voortzetting van het succesvolle kleine velden beleid voor de langere termijn, onder gelijke omstandigheden en voorwaarden als in de afgelopen decennia’.

De Nederlandse omstandigheden zijn uniek; zonder de kleine velden zou het Groningen veld nu vrijwel leeg zijn en niet meer zijn functie kunnen vervullen m.b.t.

o.a. het handhaven van de systeemintegriteit. De huidige taak van GTS inzake afroep en inpassing van gas uit kleine velden - met het doel de productie uit kleine velden te optimaliseren - dient te worden gecontinueerd en moet een wettelijke basis krijgen.

Deze taak is te beschouwen als onderdeel van punt waarborging van publieke belangen, maar nadere uitwerking is wenselijk.

Alleen in een goed doordachte structuur kunnen zaken als systeemintegriteit en

kwaliteitsbewaking optimaal gewaarborgd worden. Tussen de TSO enerzijds en de

gezamenlijke Nederlandse gasproducenten (Groningen en kleine velden) anderzijds

(3)

zullen een aantal zaken goed geregeld dienen te worden, waarbij handhaving van het kleine velden beleid voorop dient te staan. Alleen als aan die voorwaarde is voldaan kan de verantwoordelijkheid voor de systeemintegriteit alsmede het beheer, onderhoud en aanleg van het Nederlandse gastransportnet op verantwoorde wijze als exclusieve taak aan de TSO worden overgedragen.

Vraag 2

Wij verwijzen naar onze reactie onder vraag 3.

Vraag 3

Beslissingen over aanleg en uitbreiding van het gastransportnet kunnen niet uitsluitend op commerciële basis genomen worden. Ook hier geldt dat de positie en de taken van de TSO zodanig gestructureerd dienen te worden dat de integrale aanpak van productie, transport en levering van het Nederlandse aardgas niet aangetast wordt.

De leverings- en voorzieningszekerheid zijn belangrijke aspecten in het kleine velden beleid. Om het Groningen veld in de toekomst zijn huidige rol te kunnen laten vervullen, zal een snelle inpassing van (nieuwe) kleine velden noodzakelijk zijn.

Gelet op de karakteristieken van de kleine velden productie (zie ook onder

‘gaskwaliteit’) zal een grote flexibiliteit en een voortvarende uitvoering dienen plaats te vinden m.b.t. de aanpassing, aanleg en uitbreiding van (delen van) het transmissienet. Gezien de kleine omvang van individuele kleine velden zullen beslissingen hiertoe niet altijd op een (direct) commerciële basis kunnen worden genomen; echter, elke aanpassing of uitbreiding die leidt tot grotere flexibiliteit zal een positieve invloed hebben op verdere exploratie naar en ontwikkeling van kleine velden. (NB: de producenten betalen via het ‘net-back prijssysteem’ indirect mee aan de kosten van het transmissienet.)

In het belang van de waarborging van de publieke belangen (het kleine velden beleid) is het wenselijk dat de Minister vergelijkbare bevoegdheden heeft t.a.v. de TSO als bepaald in artikel 9 van de Gaswet. In dit kader zou de netaanleg als een exclusieve taak van de TSO kunnen worden overwogen.

Vraag 4

Zie onder ‘taken van de TSO’ hierboven.

Onder randnummers 33 en 34 wordt aangegeven dat de Nederlandse gasproducenten bij de handhaving van de systeemintegriteit een belangrijke rol spelen. In het Informatie- en consultatiedocument wordt geen definitie gegeven van het begrip

‘systeemintegriteit’, maar uit de context blijkt dat hierbij het hele complex van een voldoende en betrouwbaar aanbod van volume, capaciteit, flexibiliteit, kwaliteit en daarmee de leveringszekerheid voor ogen staat. Het zal duidelijk zijn dat de TSO deze taak alleen kan vervullen door hieromtrent goede regelingen te treffen met de gezamenlijke Nederlandse gasproducenten (Groningen en kleine velden). Hierbij zullen de publieke belangen, zoals besproken onder ‘kleine velden beleid’ hierboven, voorop dienen te staan. Handhaving van de systeemintegriteit staat en valt met handhaving van het kleine velden beleid. Derhalve zal goed overwogen moeten worden welke verantwoordelijkheden voor deze taak aan de TSO moeten worden toegewezen tezamen met de Maatschap Groningen, welke dan optreedt namens de gezamenlijke Nederlandse gasproducenten.

Toegang tot productiebronnen (randnummer 54 - invoerzijde) door de TSO zou

beperkt moeten blijven tot de mogelijkheden die de TSO voorhanden heeft onder zijn

bovengenoemde taken.

(4)

Vraag 5

Het Informatie- en consultatiedocument geeft geen duidelijke definitie van het begrip 'balanceringsinstrumenten'. Klaarblijkelijk gaat het hierbij om dezelfde middelen als genoemd bij de handhaving van de systeemintegriteit. In dat geval kunnen wij verwijzen naar onze reactie op vraag 4.

Een goed onderscheid dient echter gemaakt te worden tussen de oorzaken van onbalans en, als een ultiem gevolg, de aantasting van de systeemintegriteit en met name of deze oorzaken gelegen zijn in het misbruiken van het balanceringssysteem.

Vraag 10

Het op deze vraag zou ‘ja’ kunnen zijn indien aan de voorbehouden zoals vermeld onder het antwoord op vraag 5 wordt voldaan. De DTe heeft dit in essentie zelf ook onderkend, getuige de onder randnummer 80 vermelde uitspraak dat “een afweging moet worden gemaakt tussen het belang van het bevorderen van de handel en het belang van de veiligheid en betrouwbaarheid van het transmissienet”. Met de veiligheid en betrouwbaarheid van het transmissienet bedoelt ook de DTe waarschijnlijk de systeemintegriteit en daarmee de prioriteit die aan het kleine velden beleid gegeven moet worden.

Vraag 12

Zie onze reactie op vraag 13.

Vraag 13

Een dergelijke concurrentie in het HTL-net is zowel niet nodig als niet praktisch.

Kwaliteitsconversie is een uiterst complexe taak, welke de TSO alleen op geïntegreerde wijze, d.w.z. in overleg en in volledige samenwerking met de gezamenlijke Nederlandse gasproducenten, op adequate wijze kan uitvoeren in het HTL-net. De Nederlandse gasmarkt is, door de combinatie van het laag-calorische Groningen gas enerzijds en het veelal hoog-calorische gas uit de vele kleine velden anderzijds, in deze volstrekt uniek. Het daarop toegespitste kleine velden beleid kan slechts worden uitgevoerd middels een integrale aanpak van deze problematiek.

Kwaliteitsconversie is daarmee in de Nederlandse situatie geen commerciële, maar primair een noodzakelijke, strategische activiteit in het kader van de leverings- en voorzieningszekerheid.

Vraag 16

De afbakening zoals aangegeven in randnummer 101 is adequaat.

Opgemerkt dient te worden dat het transmissienet niet de “productie”- en “upstream”

leidingen omvat (zoals vermeld in randnummer 99) inclusief de (eind) behandelingsstations, zoals misschien begrepen zou kunnen worden uit de figuur bij randnummer 15.

Vraag 17

In ieder geval dient één TSO voor de HTL- en RTL-netten te worden aangewezen.

Vraag 18

Voor de HTL- en RTL-netten komt feitelijk alleen (de rechtsopvolger van) GTS in

aanmerking. Geen enkele andere partij beschikt over de vereiste kennis en ervaring

om een dergelijk gecompliceerd systeem op de vereiste veilige, efficiente en

betrouwbare wijze te beheren en onderhouden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Oplossingsrichting c: Geen herstel klanten: overgang naar regulier achterstandsbeheer Bij het aflopen van (de verlenging van) de betaalpauze moet duidelijk worden of de klant zijn

Investeren in aangepast werk dus, inzetten op maat- regelen die het mogelijk maken de eigen loopbaan vorm te geven (het aanmoedigen van tijdskrediet, landingsbanen), het

Procedures voor het behandelen van bedrijfsmiddelen moeten worden ontwikkeld en geïmplementeerd in overeenstemming met het informatieclassificatieschema dat is vastgesteld door

In dit hoofdstuk zijn de eisen van de redelijkheid en billijkheid besproken, inclusief de wijze waarop a.b.b.b. via de eisen van de redelijkheid en billijkheid kunnen doorwerken.

NB: Bij deze vraag is geen vraagteken als optie, want hier geldt geen correctie voor raden?. Dus advies: altijd

In dit onderzoek is niet alleen gekeken naar het opstellen van een model om potentiële markten met elkaar te vergelijken, maar deze is ook toegepast op twee

In de bijgevoegde memo wordt de stand van zaken toegelicht: welke projecten zijn afgerond, welke lopen nog, en aan welke moeten we nog beginnen. Er wordt inzicht gegeven in

Voorbeelden van voorvallen die direct gemeld moeten worden aan de Inspectie - Zwaar lichamelijk letsel of fataal letsel, van alle personen binnen de.. invloedsfeer van