• No results found

Een onderzoek naar de besturing en beheersing van Transolt

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Een onderzoek naar de besturing en beheersing van Transolt "

Copied!
91
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

In Control?

Een onderzoek naar de besturing en beheersing van Transolt

Auteur: I.D. Kok

(2)

In Control?

Een onderzoek naar de besturing en beheersing van Transolt

Afstudeerscriptie Rijksuniversiteit Groningen Faculteit Bedrijfskunde, afstudeerrichting Bedrijfskunde

I.D. Kok Studentnummer 1228307

Begeleiding vanuit Transolt:

M. Duinkerken Begeleiding vanuit de RuG:

M.M. Bergervoet M. Achterkamp

Groningen, januari 2006

“De auteur is verantwoordelijk voor de inhoud van het afstudeerverslag;

het auteursrecht van het afstudeerverslag berust bij de auteur.

(3)

Dit rapport is het resultaat van een onderzoek dat is uitgevoerd voor de afdeling Operational Control van Transolt. Daarnaast geldt dit rapport als afsluiting van de opleiding Financieel Waardemanagement van de Faculteit Bedrijfskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen.

De keuze voor deze opdracht was gebaseerd op de goede ervaringen van anderen met het bedrijf en de interessante opdracht. Het is een inspannende, interessante en leuke tijd geworden. Ik heb veel gehad aan de adviezen en hulp van mijn kamergenoten Miranda Schuncken, Michiel Bierman, Wim Nijenhuis en in het speciaal mijn begeleider Martijn Duinkerken. Ik wil ze hiervoor heel hartelijk bedanken.

Ook wil ik mijn begeleiders vanuit de universiteit, dhr. Bergervoet en mevr. Achterkamp bedanken voor wat zij mij op wetenschappelijk gebied hebben bijgebracht. Verder wil ik mijn vrienden en vooral mijn ouders en Arthur bedanken voor hun steun tijdens dit afstudeertraject.

Na vijfenhalf jaar in een fantastische studentenstad te hebben gestudeerd, is het nu tijd geworden om het werkende leven tegemoet te treden. Ik heb genoten van mijn studententijd en wil iedereen die daar aan bijgedragen heeft hierbij bedanken.

Hopelijk is het voor u als lezer net zo interessant om te lezen, als het voor mij was om te schrijven.

Ilona Kok

Groningen, 13 januari 2006

(4)

Managementsamenvatting

Deze managementsamenvatting zal een beschrijving geven van de aanleiding van het onderzoek, de probleemstelling, de conclusie en de aanbevelingen.

Elke organisatie wil zo goed mogelijk in staat zijn haar processen aan te sturen, evenals dat elke organisatie wil weten wanneer de processen beheerst of onbeheerst zijn, zodat de problemen kunnen worden verholpen en de doelstellingen kunnen worden gerealiseerd. Binnen Transolt is gekozen voor een aantal instrumenten en afspraken die dit mogelijk moeten maken. Hieronder vallen het opstellen van de begroting, het EFQM model, de managementrapportage en het plaatsen van de afdeling Operational Control op het hoofdkantoor van de business unit Transolt.

Er is behoefte aan onderzoek naar de geschiktheid van deze keuzes. Na het doen van vooronderzoek blijkt dat er onduidelijkheid bestaat over het gebruik van het EFQM model en hoe het EFQM model de besturing van de managers kan ondersteunen. Ook is de managementrapportage niet aangepast aan de behoeften van de gebruikers en mist er informatie die wel nodig is voor het effectief besturen en beheersen van de processen. Als laatste blijkt dat er behoefte is naar een analyse van wat de afdeling dient te doen en wat ze nu doet. Dit is vertaald in een doelstelling voor het onderzoek:

En de bijbehorende vraagstelling:

Om Operational Control een betere invulling aan het EFQM model te laten geven, zal het managementteam Operations een aantal knelpunten dienen op te lossen. De huidige strategie maakt het niet mogelijk prestatie-indicatoren op te stellen die de strategie ondersteunen. Een gevolg hiervan binnen de huidige organisatie is dat er teveel prestatie-indicatoren zijn en dat sommigen elkaar overlappen. Doordat de huidige strategie geen duidelijke uitspraken doet over de klanten waar de organisatie zich op wil richten heerst er onduidelijkheid over het te hanteren beleid op kwaliteit en de daarbij behorende prestatie-indicatoren.

Doordat het managementteam Operations incidentenmanagement toepast en van alle afwijkingen een verklaring wil, worden lijnmanagers niet gestimuleerd om te reflecteren en vooruit te kijken.

De laatste twee onderdelen van de regelkring: “check” en “act” zullen meer gestimuleerd moeten worden vanuit het managementteam Operations om tot een betere beheersing van de operationele resultaten te komen. Ook Operational Control kan hieraan bijdragen door een betere invulling te geven aan haar verklaarder-, voorspeller- en adviesrol.

Om het voor het managementteam en de lijnmanagers mogelijk te maken effectief te besturen en beheersen zullen de resultaten beter geanalyseerd moeten worden door Operational Control. Door

“De stafafdeling Operational Control als regisseur van de Planning & Control cyclus, inzicht verschaffen, in de huidige en de gewenste besturing en beheersing van de

operationele resultaten van “Transolt Operations”, ten einde in de toekomst een effectieve besturing en beheersing van de operationele resultaten te kunnen bewerkstelligen.”

“Hoe dient door de afdeling Operational Control invulling te worden gegeven aan de instrumenten die een effectieve besturing en beheersing van de operationele resultaten van

“Transolt Operations” als doel hebben en wat dient daarbij de rol van Operational Control te

zijn?

(5)

meer te analyseren kan het bedrijfsrisico worden verkleind. Om meer tijd vrij te maken voor het analyseren zal er gekeken moeten worden naar mogelijkheden die de tijd die besteed wordt aan het registreren van de informatie te verminderen. Nadat de resultaten geanalyseerd zijn moet het ook makkelijker worden voor Operational Control pro-actief met het managementteam Operations mee te denken en met voorstellen tot verbetering te komen. Hierdoor kan zowel de besturing als de beheersing van het managementteam Operations en van de lijnmanagers worden verbeterd.

Doordat basisinformatie, aanvullende informatie en incidentele informatie door elkaar heen worden weergegeven in de managementrapportage wordt het onoverzichtelijk. Er is behoefte aan één integraal overzicht van alle prestatie-indicatoren, met de mogelijkheid door te klikken naar gewenste aanvullende informatie. Naast een begrijpelijke verschillenanalyse met een bijgewerkte eindejaarsdoelstelling en opgenomen maandbudgetten, zou door het gebruik van kleur beter inzichtelijk moeten worden wat het verschil is tussen het budget en realisatie. Tevens dient de kwaliteit van de managementrapportages verbeterd te worden om een effectieve besturing en beheersing door de managers mogelijk te maken. Hierbij zal de doeltreffendheid verbeterd moeten worden, er zal een snellere aanlevering van de managementrapportage moeten komen en ook de ICT toepassingen dienen vernieuwd te worden.

Naar aanleiding van de conclusie is gekomen tot een veertiental aanbevelingen. Alle aanbevelingen hebben als doel een effectievere besturing en beheersing te bewerkstelligen.

Context en Besturing (EFQM model) Beheersing (managementrapportage) rol van Operational Control 1. Er dient door het managementteam van

Transolt een strategie te worden opgesteld die kan worden uitgewerkt in kritische

succesfactoren en uiteindelijk in prestatie- indicatoren. Het uitwerken van een heldere strategie is van belang om

incidentenmanagement te kunnen beperken, een gezamenlijk doel te creëren voor alle onderdelen en duidelijkheid te krijgen over de benodigde kpi's.

5. De rapportage dient integraal te zijn, waarbij de informatie per

organisatieonderdeel op één pagina dient te worden weergegeven. Als een manager meer informatie wil over het verloop van deze kpi of de berekening ervan, moet het mogelijk zijn om door te klikken.

10. De rol van Operational Control dient te worden vastgelegd om geen verkeerde verwachtingen te creëren bij ofwel de controllers ofwel de managers.

2. De wegingpercentages van de

resultaatsgebieden dienen overeen te komen met de aandacht die er door het

managementteam Operations aan gegeven wordt.

6. Om de betrouwbaarheid van de managementrapportages te verhogen, de doelmatigheid van het maken van de rapportages te verhogen en het mogelijk te maken klantgerichte rapportages te maken, dient er onderzoek te worden gedaan naar de mogelijkheden voor een

managementinformatiesysteem.

11. Er dient meer overleg te komen tussen de lijnmanagers en Operational Control om meer wederzijds begrip voor elkaar te krijgen en uiteindelijk beter de kansen en bedreigingen te signaleren.

3. Er zal een simulatieworkshop gehouden dienen te worden voor distributiemanagers en controllers om de koppeling tussen de processen en de resultaten voor hen inzichtelijk te maken.

7. Er dient een analyse te worden gemaakt van de activiteiten die plaatsvinden voordat week- en perioderapporten gereed zijn.

Wellicht dat de tijdigheid dan kan worden verbeterd.

12. Een manier om risico's en kansen te inventariseren is het maken van scenarioanalyses. Er is voornamelijk vanuit het managementteam behoefte aan het vooruit kijken van de afdeling Operational Control en dat de afdeling pro-actief gaat meedenken.

4. Wanneer vestigingsmanagers een eigen terugkoppeling schrijven zullen ze regelmatig over hun beleid en de effecten van hun beleid na moeten denken, wat de besturing en beheersing ten goede zal komen.

8. De verschillenanalyse is nu erg lastig te begrijpen voor de managers en moet dus vereenvoudigd worden. Daarnaast dienen in de verschillenanalyse de

eindejaarsdoelstelling te worden bijgewerkt en maandbudgetten te worden toegevoegd. Dit alles om het signaleren van de verschillen tussen het budget en de realisatie te vergemakkelijken.

13. Om niet onnodig veel tijd te besteden aan het analyseren van fluctuaties die hun oorsprong in de administratie hebben, zou de administratie elke periode aan Operational Control een bijschrift moeten sturen met opvallende en/of eenmalige boekingen.

9. Om het de managers visueel makkelijker te maken verschillen op te sporen dienen de cijfers van kleuren te worden voorzien en trendlijnen aan het rapport te worden toegevoegd.

14. De verklaarderrol dient te worden versterkt door een integrale

voortgangsrapportage te maken voor de distributiemanagers. Door meer te analyseren kunnen belangrijke risico's en kansen eerder worden ontdekt.

Aanbevelingen

(6)

Inhoudsopgave

VOORWOORD 3

MANAGEMENTSAMENVATTING ... 4

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BESCHRIJVING... 9

1.1 I

NLEIDING

... 9

1.2 T

RANSOLT

... 9

1.2.1 Strategie ... 9

1.2.2 Missie... 9

1.2.3 Veranderingen ... 10

1.3 O

PERATIONS

... 11

1.3.1 EFQM ... 11

1.3.2 Afdeling Operational Control ... 12

1.4 P

LANNING

& C

ONTROL CYCLUS VAN

O

PERATIONS UITGEDIEPT

... 13

HOOFDSTUK 2 ONDERZOEKSOPZET ... 16

2.1 I

NLEIDING

... 16

2.2 A

ANLEIDING VAN HET ONDERZOEK

... 16

2.2.1 Probleemhebbersanalyse ... 16

2.3 P

ROBLEEMSTELLING

... 18

2.4 D

EFINITIE VAN TERMEN

... 19

2.5 C

ONCEPTUEEL MODEL

... 19

2.5.1 Uitleg Conceptuele model ... 19

2.6 D

EELVRAGEN

... 21

2.7 M

ETHODOLOGISCHE VERANTWOORDING

... 21

2.7.1 Type Onderzoek... 21

2.7.2 Onderzoekseisen... 22

2.7.3 Modelleringbeslissingen ... 23

2.7.4 Bronnen en waarnemingsmethoden ... 24

2.8 T

HEORETISCHE VERANTWOORDING

... 26

2.9 L

EESWIJZER

... 27

HOOFDSTUK 3 THEORETISCH KADER ... 28

3.1 I

NLEIDING

... 28

3.2 C

ONTEXT

... 28

3.2.1 Strategie & missie ... 29

3.2.2 Processen... 29

3.2.3 Structuur ... 30

3.2.4 Collectieve managementstijl ... 30

3.2.5 Gemeenschappelijke cultuur ... 31

3.3 EFQM

MODEL

... 32

3.3.1 Wat is het EFQM model?... 32

3.3.2 Toepassingsmogelijkheden ... 34

3.3.3 Voor- en nadelen van het EFQM model voor Operations ... 35

3.3.4 Beschrijving van de regelkring ... 35

3.3.5 Hoe kan het EFQM model succesvol worden toegepast in een organisatie? ... 36

3.4 M

ANAGEMENTRAPPORTAGE

... 38

3.4.1 Definitie managementrapportage ... 38

3.4.2 Opbouw van de managementrapportage ... 39

3.4.3 Inhoud van de managementrapportage ... 39

3.4.4 Gebruik van de managementrapportage... 39

3.4.5 Kwaliteitseisen van de managementrapportage ... 40

3.5 C

ONTROLLERSROL

... 42

3.6 I

NTEGRATIE

... 43

(7)

3.6.1 Context – Controllersrol ... 44

3.6.2 Context – EFQM... 44

3.6.3 Controllerrol – EFQM model ... 45

3.6.4 Context – Managementrapportage ... 45

3.6.5 Controllerrol – Managementrapportage ... 46

HOOFDSTUK 4 BESCHRIJVING VAN DE CONTEXT ... 47

4.1 I

NLEIDING

... 47

4.2 S

TRATEGIE

& M

ISSIE

... 47

4.3 P

ROCESSEN

... 48

4.4 S

TRUCTUUR

... 48

4.5 C

OLLECTIEVE MANAGEMENTSTIJL

... 48

4.6 G

EMEENSCHAPPELIJKE CULTUUR

... 49

4.7 S

AMENVATTING

... 50

HOOFDSTUK 5 TOEPASSING VAN HET EFQM MODEL ... 51

5.1 I

NLEIDING

... 51

5.2 EFQM

MODEL

... 51

5.3 EFQM

LADDER

... 52

5.4 EFQM

JAARCONTRACT

... 53

5.5 G

EBRUIK VAN DE REGELKRING BINNEN

O

PERATIONS

... 56

5.6 S

AMENVATTING

... 56

HOOFDSTUK 6 BESCHRIJVING VAN DE MANAGEMENTRAPPORTAGE... 58

6.1 I

NLEIDING

... 58

6.2 O

PBOUW VAN DE MANAGEMENTRAPPORTAGE

... 58

6.2.1 Basisinformatie ... 58

6.2.2 Aanvullende informatie... 59

6.2.3 Incidentele informatie ... 59

6.3 I

NHOUD VAN DE MANAGEMENTRAPPORTAGE

... 59

6.3.1 Integrale voortgangsrapportage... 60

6.3.2 Perioderapportage... 60

6.3.3 Weekrapportage... 60

6.4 K

WALITEIT VAN DE MANAGEMENTRAPPORTAGE

... 61

6.4.1 Relevantie en doeltreffendheid... 61

6.4.2 Betrouwbaarheid ... 62

6.4.3 Tijdigheid... 63

6.4.4 Presentatievorm ... 63

6.4.5 Doelmatigheid... 63

6.5 S

AMENVATTING

... 64

HOOFDSTUK 7 BESCHRIJVING VAN DE HUIDIGE ROL VAN OPERATIONAL CONTROL . 65 7.1 I

NLEIDING

... 65

7.2 O

PERATIONAL

C

ONTROL

&

HAAR KLANTEN

... 65

7.3 R

OLLEN

... 65

7.3.1 Registrator ... 65

7.3.2 Verklaarder... 66

7.3.3 Voorspeller ... 67

7.3.4 Beoordelaar ... 67

7.3.5 Adviseur ... 67

7.4 S

AMENVATTING

... 68

HOOFDSTUK 8 ANALYSE VAN DE BESTURING, BEHEERSING EN DE BIJBEHORENDE ROL VAN OPERATIONAL CONTROL ... 69

8.1 I

NLEIDING

... 69

8.2 A

NALYSE ROL VAN

O

PERATIONAL

C

ONTROL

... 70

8.2.1 Fit tussen de context en de rol van Operational Control ... 70

8.2.2 Rollen... 71

(8)

8.3 A

NALYSE

EFQM

MODEL

&

REGELKRING

... 71

8.3.1 Fit tussen de context en het EFQM model ... 72

8.3.2 Fit tussen de rol van Operational Control en het EFQM model ... 73

8.3.3 EFQM model ... 73

8.4 A

NALYSE MANAGEMENTRAPPORTAGE

... 75

8.4.1 Fit tussen de context en de managementrapportage... 75

8.4.2 Fit tussen de rol van Operational Control en de managementrapportage ... 75

8.4.3 Managementrapportage... 76

8.5 S

AMENVATTING

... 78

HOOFDSTUK 9 CONCLUSIE, AANBEVELINGEN & REFLECTIE ... 80

9.1 I

NLEIDING

... 80

9.2 C

ONCLUSIE VAN HET ONDERZOEK

... 80

9.3 A

ANBEVELINGEN

... 81

9.4 C

ONCLUSIES OVER HET ONDERZOEK

... 85 LITERATUURLIJST 89

BIJLAGE 1 EFQM MODEL... ERROR! BOOKMARK NOT DEFINED.

BIJLAGE 3 INTERVIEWVRAGEN... ERROR! BOOKMARK NOT DEFINED.

BIJLAGE 4 INTERVIEWSCHEMA... ERROR! BOOKMARK NOT DEFINED.

BIJLAGE 5 ANALYSE VAN DE INTERVIEWS... ERROR! BOOKMARK NOT DEFINED.

BIJLAGE 7 AANGELEVERD DOCUMENT VAN DISTRIBUTIEMANAGER 1... ERROR! BOOKMARK NOT DEFINED.

BIJLAGE 8 AANGELEVERD DOCUMENT VAN DISTRIBUTIEMANAGER 2... ERROR! BOOKMARK NOT DEFINED.

BIJLAGE 9 AANGELEVERD DOCUMENT VAN DISTRIBUTIEMANAGER 3... ERROR! BOOKMARK NOT DEFINED.

BIJLAGE 10 AANGELEVERD DOCUMENT VAN DISTRIBUTIEMANAGER 4. ERROR! BOOKMARK NOT DEFINED.

BIJLAGE 11 AANGELEVERD DOCUMENT VAN DISTRIBUTIEMANAGER 5 ERROR! BOOKMARK

NOT DEFINED.

(9)

Hoofdstuk 1 Algemene beschrijving

1.1 Inleiding

Dit hoofdstuk geeft een algemene beschrijving van Transolt B.V. en de plaats binnen de organisatie van het te houden onderzoek. Eerst zal in paragraaf 1.2 een beschrijving worden gegeven van Transolt B.V. In deze beschrijving worden tevens de veranderingen, waar de organisatie mee te maken heeft gehad en nog gaat krijgen de aankomende maanden, genoemd.

Nadat Transolt B.V. helder is beschreven zal het onderdeel Operations aan bod komen in paragraaf 1.3, waarbij specifiek de aandacht zal worden gericht op het EFQM model en de afdeling Operational Control. Als laatste zal de planning & control cyclus die besturing en beheersing van de operationele resultaten mogelijk moet maken in paragraaf 1.4 worden beschreven.

1.2 Transolt

Transolt B.V. (verder als Transolt afgekort) is een business unit van het moederconcern Transolt N.V. Het moederconcern heeft meerdere business units, die elk hun eigen strategie hebben.

Transolt bestaat uit de onderdelen Distributie, Sortering en Transport (figuur 1.1). Sinds 2003 is de business unit ook actief op de internationale markt.

1.2.1 Strategie

De strategie was tot voor kort het winstgevend maken van Transolt. Nu dat gelukt is, is het van belang dat de separatie goed verloopt. Op dit moment wordt er gekeken naar een strategie voor de komende jaren, na de separatie. Dat daarin groei een belangrijk component wordt, is al duidelijk.

De markt in Duitsland is verzadigd en vandaar dat er gekeken gaat worden naar mogelijkheden om buiten Duitsland uit te breiden. Op dit moment bestaat er al een internationale tak, deze is echter nog niet erg groot.

1.2.2 Missie

“Transolt wil erkend marktleider zijn in de distributie van producten door haar klanten een

bovengemiddelde kwaliteit, een laagdrempelige collectie en een betrouwbaar fijnmazige

voordeurbelevering aan te bieden. Transolt wil hierin continuïteit bieden aan klanten en haar

medewerkers in een separate, zelfstandige, marktconforme en servicegerichte organisatie.”

(10)

1.2.3 Veranderingen

Transolt was begin 2001 een verliesgevende business unit. De huidige directeur heeft toen de opdracht meegekregen de levensvatbaarheid van de business unit te testen. Er is toen gekozen voor een kostenreductiestrategie. Het belangrijkste was het verminderen van de kosten en in het licht hiervan is gekozen voor een matrixorganisatie. Eind 2003 was het voor het moederconcern duidelijk dat Transolt inderdaad levensvatbaar was en is er besloten te continueren met de business unit.

November 2003 is door de raad van bestuur kenbaar gemaakt dat ze van Transolt een zelfstandige eenheid wilden maken. Deze voorgenomen separatie heeft geleid tot vele veranderingen. Ten eerste is de structuur van de organisatie veranderd, om het mogelijk te maken alle veranderingen top-down door te voeren. Er is gekozen voor centralisatie en een functionele structuur. Daarnaast is er een projectafdeling gestart om de vele veranderingen die Transolt moest ondergaan, in goede banen te leiden. Er is al veel veranderd, maar het traject is nog niet afgerond. De verwachting is dat de veranderingen zeker nog tot midden 2007 zullen voortduren.

Taken van andere onderdelen van het moederconcern worden steeds meer overgenomen door Transolt en voor de taken waar dit niet mogelijk is, worden contracten opgesteld. Transolt krijgt steeds meer inzicht in de kosten, doordat kosten gemaakt door andere onderdelen van het

Figuur 1.1 Organogram Transolt Operations

(11)

moederconcern inzichtelijk worden gemaakt en hier duidelijke prijsafspraken over worden gemaakt.

Door de extra volumes die van het moederconcern vandaan komen, ontstaat er naast het volume ook extra complexiteit in de processen. Om dit aan te kunnen dient de huidige logistieke blauwdruk anders te worden ingericht. Een gevolg hiervan is dat er op de verschillende distributiecentra in de toekomst gebruik zal worden gemaakt van shifts. Vanuit de sorteercentra zullen elke ochtend de producten in 3 shifts aan de distributiecentra worden aangeleverd. Deze shifts worden ook in die volgorde gedistribueerd. Door deze indeling kan er efficiënt worden omgegaan met de ruimte op de distributiecentra.

Vele klanten die nog zijn ondergebracht bij het moederconcern worden nu overgeheveld naar Transolt. Deze overheveling zorgt voor extra werk en extra organisatie. Op deze manier zullen de klanten echter in de toekomst meer op maat kunnen worden geholpen.

Als laatste kunnen de contracten worden genoemd, ook al kort aangestipt hierboven. Door het opstellen van contracten worden kosten inzichtelijk en tevens ook meer variabel. Dit kan voor Transolt alleen maar tot meer duidelijkheid leiden.

1.3 Operations

Het managementteam van Transolt bestaat uit de portefeuilles Operations, Commercie, Financiën en Personeelszaken. De afdeling Operational Control waar het onderzoek is uitgezet valt onder Operations, zoals ook kan worden gezien in figuur 1.1 (hier genoemd: Control Operations).

Operations op zijn beurt bestaat uit de portefeuilles sortering, distributie, transport, staf, veranderprojecten en subcontracting. Het ontstaan van de afdeling veranderprojecten is al kort aangegeven hierboven. Er is bewust voor gekozen deze afdeling direct onder het MT-lid Operations te laten vallen en niet onder het MT-lid Staf Operations, aangezien de veranderprojecten grote consequenties hebben voor de operaties van Transolt en er zodoende meer aandacht aan kan worden besteed.

1.3.1 EFQM

Om integrale bedrijfsvoering te bewerkstelligen, werkt Transolt sinds het begin van 2004 met het

European Foundation for Quality Management Model, afgekort EFQM-model. Vooral voor de

business unit Operations heeft dit grote implicaties. Zo worden alle budgetafspraken gemaakt in

een EFQM format en is er elk kwartaal een EFQM prijs voor de beste distributie- en sorteercentra,

en bij Distributie ook nog de grootste stijger op de EFQM-ladder. Er dient door de verschillende

vestigingen gestuurd te worden met de linkerzijde van het model, waarna er afgerekend wordt op

de resultaten aan de rechterkant van het model. Om te begrijpen wat het EFQM model is, zal ik

hier kort ingaan op de geschiedenis en haar toepassingen.

(12)

Innovatie en leerproces

Leiderschap Processen

Personeel

Beleid &

Strategie

Partners &

Middelen

Bedrijfs- resultaten Resultaten

Personeel

Resultaten Klanten

Resultaten Maatschappij

Factoren Resultaten

Figuur 1.2 EFQM model

(ook opgenomen als bijlage 1) Het model is in 1991 opgesteld als zelfbeoordeling- en verbeterinstrument, om zodoende duurzaam voordeel te behalen (EFQM, 2002). Het model richt zich op organisatieontwikkeling en continue verbetering. De essentie van het model is dat de resultaten moeten voldoen aan de verwachtingen, behoeften en vraag van de belanghebbenden (Nabitz, Klazinga & Walburg, 2000).

Het EFQM model heeft 9 resultaatgebieden, ook wel criteria genoemd. Dit zijn Leiderschap, Personeel, Beleid en strategie, Partners en middelen, processen, waardering personeel, waardering klanten, waardering maatschappij en bedrijfsresultaten. Daarnaast zijn er 8 fundamentele concepten en een meetsysteem. Het model is van oorsprong niet voor- of beschrijvend. Toch zijn er in totaal 32 subcriteria ontwikkeld, welke met 172 voorbeelden zijn verrijkt. Volgens PinkRoccade werkt het model als een feedback-systeem of ‘regelkring’, waarbij het de onderlinge samenhang tussen management, processen, medewerkers en eindresultaten zichtbaar maakt. Het model maakt het mogelijk om zogenaamde ‘maatregelen tot resultaat’ in een gesloten kring te beheersen. Door de indeling van resultaatgebieden wordt snel duidelijk waar en hoe in de organisatiegebieden gestuurd kan worden. Het model is gebaseerd op de Deming-cirkel: Plan, Do, Check en Act. Het model geeft de informatie die nodig is om de organisatiegebieden te optimaliseren, door een continu proces van leren & verbeteren.

1.3.2 Afdeling Operational Control

In de periode van de kostenreductiestrategie was er één centrale Control afdeling, bestaande uit vijf personen. Deze waren verantwoordelijk voor “Sortering”, “Distributie”, “Commercie”,

“Financieel” en “Administratie”. Behalve de control afdeling op het hoofdkantoor waren er drie regiocontrollers, voor elke regio één. Deze hadden een regionale baas. Na de strategiewijziging eind 2003 is er voor gekozen alle controllers te centraliseren. Naast de keuze voor centraliseren, is er ook voor gekozen om de controllers op te splitsen in taakgebieden. Dit zijn “Commercie”,

“Operations” en “Financieel” geworden. De administratieafdeling is losgekoppeld en valt evenals

de afdeling Financial Control onder het MT-lid “Financiën”. De afdeling Commercial Control valt

(13)

onder het MT-lid “Commercie” en de afdeling Operational Control valt onder het MT-lid

“Operations”.

De afdeling Operational Control is nu o.a. verantwoordelijk voor het opleveren van de integrale managementinformatie ten behoeve van Operations. De rapporten waar de informatie in is verwerkt, zijn zowel voor de lijnmanagers als het MT Operations. Deze rapporten bestaan voor een groot deel uit de cijfers van de Sorteercentra, de Distributiecentra en het Transport, welke zijn weergegeven in grafieken, budgetreferenties, benchmarks e.d. De periodieke cijfers worden vergeleken met de gebudgetteerde cijfers, waarna er voortgangsrapportages worden opgesteld met aandachtspunten. Deze rapporten worden opgemaakt in de EFQM-format. Om deze activiteiten soepel te laten verlopen, is er een planning & control cyclus opgesteld. Deze Planning & Control cyclus wordt in de volgende paragraaf uitvoerig beschreven om inzichtelijk te maken wat de periodieke vaste activiteiten van de afdeling Operational Control zijn.

1.4 Planning & Control cyclus van Operations uitgediept

Om te bewerkstelligen dat de afdeling Operational Control managementinformatie oplevert die bruikbaar is voor zowel het managementteam Operations als voor de lijnmanagers, waardoor er sprake zou moeten zijn van beheersing van de processen, is er een MA-cyclus ontworpen. Deze is begin 2005 opgesteld. In deze cyclus wordt uitgegaan van een terugkerende set aan activiteiten die elke periode plaats dient te vinden. Deze MA-cyclus ziet er als volgt uit:

T=0

Maandafsluiting

T=6 Uiterlijke

inleverdatum van data ten behoeve van opstellen maandrapporten

T=7 Control verzorgt verzending maand-

rapporten naar MT OPS en lijnmanagement

T=10 Uiterlijke

inleverdatum van bijdragen Staf afdelingen en reacties lijnmanagers

T=17 Integrale

voortgangsrapportage als agendapunt MT OPS T=14 Overleg met

stafafdelingen over concept

voortgangsrapportage

Het jaar is opgedeeld in kwartalen, waarbij elk kwartaal bestaat uit 3 perioden. De 1

e

periode van deze drie is 5 weken en de andere twee zijn 4 weken. Elke laatste dag van een periode wordt T=0 genoemd, dit is altijd een zaterdag.

Om dit proces goed te begrijpen zullen deze verschillende dagen beschreven worden. Van belang is hierbij wat er gedaan wordt, van wie er informatie komt en wat het doel is van deze activiteit.

T=0 Bij een maandafsluiting, ofwel T=0 zijn verschillende eenheden betrokken. Alle

afdelingen werken dan de systemen bij en brengen de laatste wijzigingen aan. De

(14)

afdelingen die daarbij betrokken zijn, zijn de personeelsadministratie, de financiële administratie, de afdeling Ketenkwaliteit en de afdeling Inkoop.

T=6 Verschillende systemen waar gebruik van wordt gemaakt voor de weekrapportages en zodoende ook input zijn voor de perioderapportage, zijn BAR, FYP (find your product) en MIS. BAR is een routesyteem. In FYP wordt het verloop van de producten bijgehouden.

Het MIS tenslotte is een management informatie systeem, dat door de afdeling Operational Control wordt gebruikt om de aantallen producten per distributie- en sorteervestiging per week vast te stellen.

T=7 Wanneer alle data binnen is op T=6, kan deze op T=7 verwerkt worden tot informatie.

Deze informatie wordt in perioderapporten weergegeven. Hierbij moet worden gedacht aan ongeveer 60 rapporten, met elk rapport ongeveer 6 tabbladen. Wanneer alle perioderapporten klaar zijn, worden ze naar het managementteam Operations en het lijnmanagement gestuurd.

T=10 Binnen de 3 dagen die daarop volgen, ofwel voor T=10, is het de bedoeling dat de stafafdelingen Ketenkwaliteit en Inkoop hun bijdrage leveren voor de integrale voortgangsrapportage. Hier dient te worden gedacht aan de kwaliteitsladder en de milieuladder van het EFQM model. Daarnaast dienen de lijnmanagers, binnen deze 3 dagen, een reactie te schrijven op de perioderapporten. In feite zouden ze al voordat de rapporten verschijnen, moeten weten wat er goed en slecht is gegaan, en hoe dingen anders zouden moeten. Elke periode dient een manager haar eigen resultaten te analyseren en te bepalen wat de afwijkingen van de begroting zijn. Bij afwijkingen dient er te worden nagedacht over mogelijke acties die te plaatsen moeten zijn in één van de linkervakken van het EFQM model.

De uitleg aan hun baas, met een kopie naar Operational Control moet echter op T=10 binnen zijn. Hierin dienen zij in te zoemen bij de relevante items op het verschil in de realisatie t.o.v. de doelstelling. Vervolgens dient er te worden aangegeven of er bijgestuurd gaat worden, zo ja, dan hoe en met welke maatregelen. Als laatste hoort hierbij te staan welke effecten van de acties worden verwacht. Deze bijsturingacties behoren altijd in een of meerdere van de linkervakken van het EFQM model geplaatst te worden.

T=14 De daaropvolgende 4 dagen tot T=14, dient de afdeling Operational Control aan de hand van de bijdragen en terugkoppelingen van de verschillende afdelingen haar voortgangsrapportage op te stellen. Hier wordt ingegaan op trends, verwachtingen en verschillen t.o.v. budget. Ook worden hier dingen in beschreven die zijn opgevallen bij het analyseren van de cijfers. Wanneer deze afdeling verwacht dat er acties nodig zijn om bepaalde resultaten te bewerkstelligen en deze gedachten niet gedeeld worden door de lijnmanagers, vermelden ze dat in deze voortgangsrapportage. Dit met als doel, om het Managementteam Operations op de hoogte te stellen van aandachtspunten voor de komende perioden.

T=17 Wanneer op T = 17 er een vergadering van het managementteam Operations plaatsvindt, is de voortgangsrapportage een onderdeel van de vergadering. De voortgangsrapportage is een hulpmiddel voor het managementteam Operations om de processen te beheersen.

Door het MT-lid Operations worden er naast vragen over de voortgangsrapportage ook

punten uit gehaald die door hem van belang worden geacht. Deze worden besproken en

hierop volgen dan acties. Het ligt aan de soort actie, door wie deze uitgevoerd dient te

worden. Dit kan zowel de afdeling Operational Control zijn, als het de wijze van

(15)

informatieverzameling betreft, als één van de lijnmanagers, wanneer het gaat om zaken als sortering, distributie of transport.

Na deze 17

e

dag, dienen de lijnmanagers zorg te dragen voor de uitvoering van de door hen opgestelde of de aan hen vanuit managementteam Operations opgelegde acties.

Wanneer deze acties de gewenste resultaten opleveren, zouden de resultaten daarvan duidelijk kunnen worden vanaf 2 perioden later. Door de managers moet verslag worden gedaan van de uitvoering van de acties aan het managementteam Operations.

De afdeling Operational Control dient het management te ondersteunen bij haar besturing en beheersing. Dit is vormgegeven door de afdeling een coördinerende rol te geven bij het besturingsmodel (EFQM model) en haar verantwoordelijk te maken voor managementinformatie.

In deze paragraaf zijn de activiteiten van Operational Control getracht inzichtelijk te maken. In de

beschrijvingen in de hoofdstukken vier tot en met zeven zal dieper in worden gegaan op de rol

van de afdeling, het besturingsmodel en de managementrapportage.

(16)

Hoofdstuk 2 Onderzoeksopzet

2.1 Inleiding

In dit hoofdstuk wordt een opzet voor het onderzoek gegeven. Volgens De Leeuw (2001, p.66) is een onderzoeksopzet een model van wat je moet doen en hoe, om doelmatig een bruikbaar antwoord op de inhoudelijke vraag te krijgen. Hierbij worden de eerste twee stappen van de klassieke variant doorlopen (De Leeuw, 2001, p.85) Voordat deze twee stappen doorlopen worden, zal eerst worden ingegaan op de aanleiding van het onderzoek in paragraaf 2.2. Hierna volgt de probleemstelling in paragraaf 2.3, welke is onderverdeeld in een doelstelling en een vraagstelling. Na de probleemstelling zal in paragraaf 2.4 een definitie van termen volgen. Het conceptueel model wordt gepresenteerd in paragraaf 2.5. Vervolgens komen de deelvragen en de methodologische verantwoording aan bod in respectievelijk paragraaf 2.6 en paragraaf 2.7. Er zal worden afgesloten met een theoretische verantwoording in paragraaf 2.8 en een leeswijzer in paragraaf 2.9.

2.2 Aanleiding van het onderzoek

Elke organisatie wil zo goed mogelijk in staat zijn processen aan te sturen, evenals dat elke organisatie wil weten wanneer de processen beheerst of onbeheerst zijn, zodat problemen verholpen kunnen worden en de doelstellingen kunnen worden gerealiseerd. Binnen Transolt is gekozen voor een aantal instrumenten en afspraken die dit mogelijk moeten maken. Dit is vastgelegd in de Planning & Control cyclus, zoals beschreven in hoofdstuk 1. Naast deze maandelijkse cyclus, bestaan er afspraken betreffende het gehele jaar. Het opstellen van de begroting hoort hierbij, evenals het EFQM model als besturingsmodel, de managementrapportage en het plaatsen van de afdeling Operational Control op het hoofdkantoor van de business unit. Er was behoefte aan onderzoek naar de geschiktheid van deze keuzes. Omdat dit nog te algemeen omschreven was, en niet bekend was waar zich problemen voordeden binnen deze keuzes, was er besloten tot vooronderzoek. Deze is uitgewerkt in onderstaande probleemhebbersanalyse.

2.2.1 Probleemhebbersanalyse

Door middel van interviews met belanghebbenden kwamen een aantal knelpunten naar voren bij de invulling van de besturing en beheersing van de operationele resultaten van Transolt. Deze knelpunten zijn tot een aantal vraagstukken te herleiden. De interviews zijn als bijlage 2

“voorinterviews” opgenomen.

Het EFQM model kan binnen Transolt gezien worden als een besturingsfilosofie. Iedere manager

dient bij problemen in deze filosofie naar acties te zoeken, en afwijkingen van de begroting dienen

uitgelegd te worden met de linkerkant van het model als leidraad. Er wordt aan het begin van het

jaar een EFQM jaarcontract opgesteld, waarin afspraken worden gemaakt over het te hanteren

beleid en de prestatie-indicatoren. Het EFQM model kan dus daarnaast ook als een sturingsmodel

worden gezien. Binnen de resultaatgebieden van het model zijn bepaalde prestatie-indicatoren

inclusief doelstelling, afgesproken en over het verloop daarvan wordt door de afdeling

(17)

Operational Control elke periode verslag gedaan. Na het verslag dienen de lijnmanagers hun reactie te geven op de koers. De totstandkoming van deze bijdragen tussen de tijdstippen T=7 en T=10 (T=0 betekent maandafsluiting) dienen in de EFQM gedachte te worden ingeleverd. Het EFQM model wordt hier dus gebruikt om de resultaten te beheersen. Het leveren van deze bijdrage in de EFQM gedachte vereist een totaal begrip van het model en tevens het toepassen van dit model. Ze dienen dus te besturen met het EFQM model in de hand. Echter hier bestaat veel onduidelijkheid over. Hoe kan er worden gestuurd met het EFQM? Hoe kan het EFQM model hen in hun taken helpen? Is het EFQM model zoals gebruikt bij Transolt geschikt voor de integrale bedrijfsvoering en de beheersing ervan?

Naast het instrument EFQM dat gebruikt wordt om de resultaten te besturen en beheersen, heerst er ook onduidelijkheid op enkele andere terreinen. Zo blijkt dat informatie niet altijd is toegespitst op de behoeften van de gebruikers. Het hoger management gebruikt niet alle voor hen opgestelde managementinformatie en zij hebben tevens behoefte aan andere sturingsinformatie. Ook de lijnmanagers komen regelmatig met vragen bij de afdeling Operational Control, omdat opgeleverde informatie niet duidelijk is en ze informatie missen, benodigd voor het effectief besturen en beheersen van hun processen. Er is dus behoefte aan het in kaart brengen van de kwaliteit van de informatie en hoe dit wellicht beter kan.

Aangezien er pas sinds 2004 een centrale afdeling Operational Control bestaat, is het soms nog onduidelijk voor sommige partijen wat de rol en positie is van deze afdeling. Er heerst bij sommige personen van deze afdeling het gevoel een productieafdeling te zijn en te weinig te weten over wat er in de organisatie gebeurt. Daarnaast is het de afdeling niet altijd duidelijk wat de gevolgen zijn van de veranderingen op de begroting en daardoor de beheersing van de processen. Wellicht een analyse van wat de afdeling dient te doen en wat er nu gebeurt, kan helpen bij een effectievere beheersing.

Belangrijke opmerkingen gemaakt door betrokkenen zijn hieronder weergegeven.

Afdeling Operational Control

Het is de vraag of Operational control de processen achter de cijfers altijd kent Managers zijn niet concreet in hun acties

Er wordt te laat gereageerd op rapporten

Managers reageren niet zelf naar aanleiding van de cyclus, alleen wanneer het MT- lid Operations er wat van zegt

Bijdragen van managers zijn meer verklarend dan oplossingsgericht Budgetten sluiten te weinig aan op de verwachte situatie

Reactie van managers zou meer moeten naar aanleiding van de rapporten Er zijn veel rapporten

Moeilijk om de cijfers zuiver te houden, doordat er veel veranderingen zijn Financial control Cijfers van operations komen te laat om in de definitieve cijfers mee te nemen

Cijfers worden niet structureel in het MT-overleg besproken Overig staf Er wordt veel op incidenten gemanaged

Distributiemanager De landelijke distributiemanager rapporteert zonder mijn rapport af te wachten of vragen te stellen over afwijkingen

We zijn het niet gewend de linkerkant van het model aan te pakken

De druk van boven is er nooit opgelegd om in de EFQM gedachte te rapporteren

We hebben geen instrumenten om cijfers te analyseren of voorspellen

(18)

2.3 Probleemstelling

De probleemstelling is een zorgvuldige weergave van de vragen die men door middel van dat onderzoek poogt te beantwoorden, de redenen waarom het antwoord van belang is en de gestelde randvoorwaarden (De Leeuw, 2001, p.81). De functie van de probleemstelling is aan de ene kant afstemming met de klant en aan de andere kant interne sturing van het onderzoek. Een goede probleemstelling voldoet aan de eisen van relevantie, onderzoekbaarheid en doelmatigheid.

De probleemstelling valt volgens De Leeuw in drie componenten te verdelen; de doelstelling, de vraagstelling en de randvoorwaarden.

De doelstelling legt vast voor wie het onderzoek wordt gedaan, wat er voor hen uitkomt en waarom dat voor hen van belang is (De Leeuw, 2001, p.85). De doelstelling legt de relevantie en doelmatigheid vast. De doelstelling voor dit rapport is als volgt gedefinieerd:

De vraagstelling formuleert de hoofdvraag die bij die doelstelling aansluit maar in, voor onderzoek toegankelijke termen, is geformuleerd (De Leeuw, 2001, p.85). De vraagstelling beoogt de onderzoekbaarheid vast te stellen. De vraagstelling die bij de bovengenoemde doelstelling hoort is:

De randvoorwaarden kunnen worden opgedeeld in twee categorieën (De Leeuw, 2001, p.85).

Deze categorieën zijn voorwaarden aan de uitkomst en voorwaarden aan het proces.

De voorwaarden gesteld aan de uitkomst behorend bij de doel- en vraagstelling zoals geformuleerd zijn:

■ Vormvereisten zijn vastgesteld door de Faculteit Bedrijfskunde van de Rijksuniversiteit Groningen.

■ De uitkomst dient de perceptie van de lijn betreffende het besturingsmodel duidelijk weer te geven

■ De uitkomst dient de perceptie van de lijn betreffende de werkzaamheden van de afdeling Operational Control duidelijk weer te geven.

■ De uitkomst dient de perceptie van de lijn betreffende de aangeleverde operationele managementinformatie duidelijk weer te geven.

De voorwaarden gesteld aan het proces behorend bij de doel- en vraagstelling zoals geformuleerd zijn:

■ Het onderzoek wordt uitgevoerd in de periode mei t/m oktober 2005

“De stafafdeling Operational Control als regisseur van de Planning & Control cyclus, inzicht verschaffen, in de huidige en de gewenste besturing en beheersing van de operationele resultaten van Transolt Operations, ten einde in de toekomst een effectieve besturing en beheersing van de operationele resultaten te kunnen bewerkstelligen.”

“Hoe dient door de afdeling Operational Control invulling te worden gegeven aan de

instrumenten die een effectieve besturing en beheersing van de operationele resultaten van

Transolt Operations als doel hebben en wat dient daarbij de rol van Operational Control te

zijn?

(19)

2.4 Definitie van termen

Onder besturing wordt verstaan het maken van keuzes aan de hand van een (gewenst) beeld van de (toekomstige) werkelijkheid en het vertalen van deze keuzes in plannen, acties, activiteiten en handelingen (Broen e.a.,1995, p.10).

Onder beheersen wordt verstaan het vaststellen of de uitvoering in overeenstemming is en blijft met de gemaakte plannen en het zonodig treffen van maatregelen voor de bijsturing. (Broen e.a., 1995, p.10).

Met de planning & control cyclus wordt de regelkring bedoeld, waarmee getracht wordt de resultaten van Operations te besturen en beheersen.

Met effectiviteit wordt bedoeld dat de opgeleverde producten van de afdeling Operational Control het mogelijk maken om de werkelijke situatie te toetsen aan de doelstellingen.

2.5 Conceptueel model

Het conceptuele model in een onderzoek geeft de globale kijk weer die aan het onderzoek ten grondslag ligt (De Leeuw, 2001, p.56). Het kan worden gezien als een abstract model van een concreet systeem. Het conceptuele model behorend bij dit onderzoek is hieronder weergegeven.

Lijnmanagement

Processen

Beheersing -

management

rapportage

Besturing -

EFQM-model

· regelkring

Context

-strategie - processen

- structuur - collectieve managementstijl

- cultuur

Rol van Operational

Control

2.5.1 Uitleg Conceptuele model

(20)

De aanleiding van het onderzoek is de inrichting van de besturing en beheersing te analyseren.

Om te onderzoeken of de invulling, die door Operations is gegeven aan de besturing en beheersing, past bij de huidige organisatie en hoe dat beter zou kunnen, is het van belang om de verschillende aspecten van de inrichting van de besturing en beheersing te analyseren.

De context bevat die elementen, welke van invloed zijn op de fit tussen de organisatie en de

"besturing en beheersing". Door de organisatiecultuur, de collectieve managementstijl, de organisatiestructuur en de strategie van Transolt te analyseren, wordt het mogelijk te bepalen hoe de besturing en beheersing van de operationele resultaten eruit dienen te zien.

Om het mogelijk te maken voor het lijnmanagement om de processen te besturen, is het EFQM model geïntroduceerd binnen Operations. Dit model zou moeten leiden tot een integrale bedrijfsvoering. Naast de aandacht die uit gaat naar Personeel, Klanten, Milieu en Bedrijfsresultaten is tevens het gebruik van een regelkring onderdeel van het EFQM model. Deze regelkring gaat uit van de Deming-cirkel; Plan-Do-Check-Act. De afdeling Operational Control heeft haar eigen regelkring vastgelegd in de planning & control cyclus, waar eerder over gesproken is. Volgens de EFQM filosofie dienen ook de lijnmanagers ervoor te zorgen, dat hun regelkring gewaarborgd is. De vraag is of het EFQM model op dit moment goed wordt toegepast in de organisatie. Om te kijken of het EFQM model bijdraagt aan de besturing van de processen en zodoende aan de operationele resultaten, zal worden gekeken naar wat vereist is voor een succesvolle toepassing van het model. Daarnaast zal er onderzocht worden wat de huidige toepassing is van het model. Om de besturing effectief te laten verlopen zullen alle betrokkenen hun eigen regelkring gewaarborgd moeten hebben. Is dit ook het geval?

Naast een effectieve besturing, is een effectieve beheersing nodig om tot de gewenste resultaten te komen. Om het voor de lijnmanagers inzichtelijk te maken, hoe de resultaten zich verhouden tot de doelstellingen, worden managementrapportages opgesteld. Deze komen tot stand door de afdeling Operational Control, in samenwerking met andere stafafdelingen, en worden zowel gemaakt voor het managementteam Operations als voor de lijnmanagers. Onder de managementrapportage wordt verstaan; de perioderapporten, de weekrapportages en de integrale voortgangsrapportage. Andere rapporten worden hier buiten beschouwing gelaten. Er zal binnen dit onderzoek worden gekeken naar de opbouw van de rapportagestructuur, de inhoud van de managementrapportages en het gebruik van de managementrapportages. Met gebruik wordt vormgeving, periodiciteit en mate van detaillering bedoeld. Deze vormen dus alle niet- inhoudelijke, maar tevens relevante aspecten van de managementrapportage. Tevens wordt er gekeken naar de kwaliteit van de informatie, oftewel relevantie en doeltreffendheid, betrouwbaarheid, tijdigheid, presentatievorm en doelmatigheid. Met deze managementrapportages kunnen managers zelf verschillen constateren en waar nodig acties ontwikkelen om bepaalde trends tegen te gaan. Zo wordt er dus toegewerkt naar een beheersing van de operationele resultaten. Wanneer dit onderwerp behandeld is, zou het mogelijk moeten zijn om aanbevelingen te doen, die tot een effectieve beheersing leiden.

De afdeling Operational Control heeft als rol het management te ondersteunen bij haar uitvoering van de strategie. Dit doet zij door een goede managementrapportage op te stellen, deze aan een analyse te onderwerpen en waar nodig kritische kanttekeningen bij de rapporten te plaatsen.

Daarnaast is zij regisseur van de planning & control cyclus, wat inhoudt dat ze er op toe moet zien dat de managers en afdelingen op tijd hun data inleveren en dat deze data van goede kwaliteit zijn.

Wat vinden de managers van de werkwijze van Operational Control? Draagt Operational Control

bij aan een effectieve besturing en beheersing? Dit zijn vragen, waar aan de hand van dit

onderzoek, antwoord op moet worden gegeven.

(21)

Het analyseren van de besturing en beheersing leidt uiteindelijk tot het doen van aanbevelingen.

Deze aanbevelingen dienen een positieve invloed te hebben op de besturing en beheersing van de resultaten van Transolt Operations.

2.6 Deelvragen

Diagnose

1. Hoe ziet de context van de organisatie “Transolt Operations” eruit?

2. Wat is het EFQM model?

3. Hoe wordt het EFQM model binnen “Transolt Operations” toegepast?

4. Op welke wijze is invulling gegeven aan de managementrapportage?

5. Wat is de rol van de operationele controllers binnen Transolt?

Analyse

6. Wat zijn de belangrijkste knelpunten met betrekking tot een succesvolle toepassing van het EFQM model?

7. Wat zijn de belangrijkste knelpunten met betrekking tot de managementrapportage?

8. Wat zijn de belangrijkste knelpunten met betrekking tot de rol van de operationele controllers?

Veranderingen

9. Welke verbeteringen dienen er te worden doorgevoerd, opdat de besturing en beheersing effectiever kan plaatsvinden?

10. Waar dient rekening mee te worden gehouden bij het invoeren van deze verbeteringen?

2.7 Methodologische verantwoording

Onderzoek kan worden gezien als systematische verwerving van gegevens en inzichten en analyse (De Leeuw, 2001, p.62). Methodologie betreft de aanpak van het onderzoek, het is de leer van het kritisch kijken naar onderzoek, onderzoeksresultaten en gebruik ervan en helpt bij beslissingen over de manier waarop ze kunnen worden verkregen (De Leeuw, 2001, p.63).

In deze paragraaf zal voor het onderzoek achtereenvolgens het type onderzoek, de onderzoekseisen en de onderzoeksmethoden beschreven worden.

2.7.1 Type Onderzoek

Teneinde een goede afstemming te bewerkstelligen tussen management en onderzoek, kan gebruik worden gemaakt van typeringen van onderzoek. Hierbij staat vooral de typering naar de aard van de verlangde kennis centraal (De Leeuw, 2001, p.69).

Bij deze typering naar de aard van de verlangde kennis worden vijf typen onderzoek onderscheiden:

1. Zuiver wetenschappelijk onderzoek

2. Maatschappelijk relevant onderzoek

3. Beleidsrelevant onderzoek

(22)

4. Beleidsondersteunend onderzoek 5. Probleemoplossend onderzoek

In dit geval is het onderzoek te typeren als een beleidsondersteunend onderzoek.

Beleidsondersteunend onderzoek beoogt concrete, in de probleemstelling gespecificeerde, kennis op te leveren die bruikbaar is in een specifieke situatie van een aanwijsbare klant en een gedeelte van de totale kennisbehoefte bevredigt.

In dit onderzoek is de aanwijsbare klant de afdeling Operational Control van Transolt. In de probleemstelling is de beoogde kennis gespecificeerd en deze informatie is bruikbaar in een specifieke situatie (M.E. van Almelo, 2005, p.20). De specifieke situatie is hier een analyse van de huidige besturing en beheersing, waarbij het doel het bewerkstelligen van effectieve besturing en beheersing is. De beoogde kennis is een gedeelte van de totaal benodigde kennis voor besturing en beheersing. Niet alle niveaus evenals aspecten van de organisatie worden meegenomen. Enkel de besturing en beheersing van de resultaten voor een beperkt gedeelte van Transolt. Een verdere afbakening zal aan de orde komen in de modelleringsbeslissingen (§2.7.3).

2.7.2 Onderzoekseisen

De onderzoekseisen kunnen volgens De Leeuw (2001, p.83) worden onderverdeeld in eisen aan het kennisproduct (onderzoeksresultaat), eisen aan de probleemstelling en eisen aan het onderzoeksproces. In deze paragraaf zullen we dieper ingaan op de eisen gesteld aan het kennisproduct en het onderzoeksproces, aangezien de eisen aan de probleemstelling reeds eerder besproken zijn.

Het kennisproduct dient relevant, deugdelijk en doelmatig te zijn.

Relevantie

Het kennisproduct is relevant op het moment dat kan worden aangegeven op welk punt en hoe de geproduceerde kennis aansluit bij een kennisbehoefte (De Leeuw, 2001, p.23). Het is dan ook van belang dat op een consistente en begrijpelijke manier via deelvragen wordt toegewerkt naar het beantwoorden van de hoofdvraag. De onderzoeksopzet is door veelvuldig overleg met belanghebbenden tot stand gekomen. Wanneer de hoofdvraag wordt beantwoordt, heeft de afdeling Operational Control een kennisproduct in handen dat aansluit bij de besturingsproblematiek.

Deugdelijkheid

De deugdelijkheid van het kennisproduct moet het mogelijk maken dat op de resultaten ook werkelijk kan worden vertrouwd. Hier dient te worden gedacht aan juistheid, precisie en consistentie. Zo is het bij het houden van kwalitatief onderzoek van belang dat er rekening wordt gehouden met subjectiviteit en onduidelijkheid van uitspraken. Bij interviews zal er dan ook oplettend en nauwgezet te werk worden gegaan. Verder zullen vragen met een sociaal wenselijk antwoord zo veel mogelijk worden vermeden.

Doelmatigheid

Doelmatigheid kan op worden gevat als het streven naar minimale kosten en maximale baten bij

het behalen van een beoogde resultaat. Voor dit onderzoek komt dat voor minimale kosten neer op

een tijdslimiet van zes maanden, waarbinnen het onderzoek dient te worden afgerond. Hierbij is

het voor maximale baten van groot belang dat zowel voldoende kennis is opgedaan van het doen

(23)

van onderzoek en de juiste wijze van verslaglegging, evenals dat het resultaat als bevredigend wordt ervaren door de opdrachtgever.

De methodologische eisen aan het onderzoeksproces zijn dat het effectief, deugdelijk en doelmatig gebeurt (De Leeuw, 2001, p.83).

Effectief

Effectiviteit houdt in dat er een doeltreffende beantwoording van de vraagstelling plaatsvindt. In het onderzoeksproces dient dus altijd de vraagstelling de leidraad te zijn voor het beschrijven van het theoretisch kader, het beschrijven van de organisatie en de analyse.

Voor de deugdelijkheid en doelmatigheid kan verwezen worden naar de eisen aan het kennisproduct. Hier is tevens de deugdelijkheid en doelmatigheid voor het onderzoeksproces beschreven.

2.7.3 Modelleringbeslissingen

Om te begrijpen wat modelleringbeslissingen zijn, dient er eerst in te worden gegaan op wat een model is. Een model kan volgens De Leeuw (2001, p. 54) worden gezien als een systeem dat lijkt op een ander systeem dat je wilt bestuderen, besturen of ontwerpen. Dit rapport kan worden gezien als een model. Er wordt getracht de organisatie “Transolt Operations” te beschrijven en te bestuderen, om daarna aanbevelingen te doen voor het systeem, ofwel een ontwerp te maken voor

“Transolt Operations”. Om modellen te maken moeten beslissingen worden genomen:

modelleringbeslissingen die onder meer het doel van het model vastleggen en de afbakening van het systeem waarop het model betrekking heeft (De Leeuw, 2001, p. 54). Afbakening is van belang om weer te geven welke aspecten van de werkelijkheid wel en welke niet in het model worden opgenomen. In De Leeuw (2000, p. 133) worden zeven modelleringbeslissingen onderscheiden, welke hier achtereenvolgens zullen worden behandeld.

Doel van het model

Uiteindelijk dient er een gewenste situatie te worden geschetst voor de besturing en beheersing van de operationele resultaten. Hierbij dienen aanbevelingen te worden gedaan aan de afdeling Operational Control over hoe dit te bereiken is. Aangezien de huidige besturing en beheersing van de operationele resultaten, wordt getracht te bereiken via de managementrapportage en het EFQM-model, is het van belang om deze helder te analyseren. Teven is het van belang hoe de rol van Operational Control door managers wordt ervaren en wat zij verwachten van deze afdeling. Door deze aspecten te analyseren, kan aan het eind van dit rapport (het model) een duidelijk antwoord worden gegeven op de vraagstelling en zodoende aan de doelstelling van het onderzoek voldoen.

Afbakenings- of grensbeslissing

De grens van dit rapport ligt bij het onderdeel Operations van Transolt. Er zal dus niet worden gekeken naar de onderdelen Commercie en Financiën.

Aggregatieniveau kiezen

Voor het model dient gekozen te worden voor het niveau waarop het systeem wordt bezien. Voor dit rapport zal dat neerkomen op de personen, groepen en afdelingen.

Specifiek zal er gekeken worden naar het managementteam Operations, de afdeling

Operational Control en de Sorteer- en Distributievestigingen van “Transolt Operations”.

(24)

Voor het managementteam Operations zal geanalyseerd worden op het niveau van de manager Operations, de Transportmanager en de manager Staf. Binnen de afdeling Operational Control zal op het niveau van de controllers worden gekeken. Binnen de Sorteer- en Distributievestigingen zal analyse plaatsvinden op het niveau van managers.

Wanneer over zowel sorteer- als distributiemanagers wordt gesproken, zal de term lijnmanagers worden gebruikt. Met managers worden zowel lijnmanagers als MT-leden bedoeld.

Keuzen van deelsystemen

Het object van onderzoek kan worden omschreven als een aspectsubsysteem, waarbij ik me beperk tot het aspectsysteem de Planning & Control cyclus (waar het besturingssysteem, de managementrapportage en de rol van Operational Control onder vallen) en het subsysteem “Transolt Operations”. De volgende onderdelen van de planning & control cyclus zullen hier buiten beschouwing worden gelaten; het ontwerpen van strategische plannen, het budgetteringstraject en het uitvoeren van de operationele activiteiten binnen “Operations”.

Soort model

Dit rapport betreft een abstract model van een concreet systeem. De organisatie is het concrete systeem en hier zal een nabootsing van de werkelijkheid op worden toegepast.

Een analyse van het concrete systeem en de aanbevelingen voor dit systeem zijn abstract van aard.

Keuze van de modeltaal

Dit rapport zal voornamelijk in woorden worden gepresenteerd, met enkele afbeeldingen om bepaalde zaken te verhelderen.

Model- en systeemreticulatie

Voor de analyse op Sorteer- en Distributievestigingen zal gereticuleerd worden naar één niveau eronder. Hierbij zal een analyse worden gemaakt van de effecten, die de besturing en beheersing door de managers, hebben op hun ondergeschikte managers (vestigingsmanagers en bedrijfsleiders). Op deze manier kunnen beter uitspraken worden gedaan over de werking van het besturingsmodel en de managementrapportage. Voor het besturen door de managers, zal hoofdzakelijk het waarborgen van de regelkring worden geanalyseerd. Andere aspecten van de besturing komen hier niet aan het licht, aangezien het model gemaakt wordt voor Operational Control, en zij het meeste belang hebben bij het analyseren van de regelkring van de individuele managers.

2.7.4 Bronnen en waarnemingsmethoden

In deze paragraaf zal beschreven worden waar de gegevens vandaan dienen te worden gehaald; de bronnen en hoe dit tot gegevens zal leiden; de waarnemingsmethoden.

Van Baarda en de Goede (1997, p.25) geven een drietal duidelijke manieren van

dataverzamelingsmethoden. Dit zijn interviewen, observeren en het gebruik van bestaande

gegevens. Naast deze drie verzamelingmethoden, zal er gebruik worden gemaakt van

literatuurstudie, welke bestaat uit artikelen en boeken, die uit bibliotheken en de eigen

verzameling boeken worden gehaald. Het gebruik van bestaande gegevens wordt ook wel “desk

research” genoemd. Het “desk research” bestaat uit het verzamelen van documenten, waarbij dient

(25)

te worden gedacht aan rapporten en verslagen. Dit zal interne documentatie betreffen. De praktijk is het uitgangspunt en er zal dan ook veel observatie plaatsvinden om zaken te signaleren en te begrijpen. Om meningen over hoe er gewerkt wordt helder te krijgen, zal er veelvuldig gebruik worden gemaakt van interviews. Deze interviews zullen worden gehouden met alle werknemers binnen Operations die betrokken zijn bij de planning & control cyclus. Dit zijn:

Tabel 2.1 Respondenten

Per deelvraag is een overzicht gegeven van de gebruikte methode en bronnen:

Onderzoeksfase Gegevensbronnen Waarnemingsmethoden Vooronderzoek / Het komen tot een

onderzoeksopzet

Bedrijfsinformatie D Perioderapporten D EFQM jaarcontracten D Stafafdelingen O Lijnmanagement O Hogermanagement O

Desk research Open interviews Literatuurstudie Observeren

Theoretisch kader ontwerpen Literatuurstudie

Beschrijving Bedrijfsinformatie D Perioderapporten D EFQM jaarcontracten D Lijnmanagement S Hogermanagement S

Desk research Semi-gestructureerde interviews Literatuurstudie

Observeren

Analyse Desk research

Gegevensanalyse Literatuurstudie

Rapportage Desk research

Gegevensanalyse Literatuurstudie

D = Desk research O = Open interviews

L = Literatuurstudie B = Observeren

S = Semi-gestructureerde interviews G = Gegevensanalyse Het theoretisch kader zal de leidraad vormen voor de te houden interviews. Aan de hand van verschillende auteurs zal een theoretisch kader worden opgesteld en vanuit dit kader zullen de interviewvragen worden ontworpen. Op het moment dat er discrepanties zijn tussen de werkwijze in de organisatie en wat wordt voorgeschreven in het theoretisch kader, zal dit worden beschreven en geanalyseerd in het rapport. Daarnaast zal bij het verwerken van de interviews de probleemstelling niet uit het oog worden verloren en zullen alle vragen moeten leiden tot het beantwoorden van de vraagstelling. De uitwerkingen van de interviews zullen als bijlage worden

- Controllers op de afdeling Operational Control - Manager Staf

- Manager Operations

- Manager Sortering

- Manager Distributie

- Manager Transport

- alle Sorteermanagers

- alle Distributiemanagers

(26)

opgenomen. Het houden van interviews zal plaatsvinden nadat het theoretisch kader voor het grootste gedeelte af is.

2.8 Theoretische verantwoording

Context

Om de context van de organisatie te kunnen beschrijven wordt gebruik gemaakt van Van Leeuwen (1996). Hij beschrijft welke factoren de informatiebehoeften van het management beïnvloeden, inzake de besturing en beheersing van de organisatie. Door deze factoren te analyseren is het mogelijk om uiteindelijk de analyse te maken hoe de huidige managementrapportage en het besturingsmodel, evenals de rol van Operational Control beter op de organisatie kunnen worden aangepast. Aan de hand van de definities van Van Leeuwen (1996) zal de missie en de strategie voor Transolt worden beschreven. Voor een analyse van de processen wordt gebruik gemaakt van de Leeuw (2000) en Starreveld (1989) en Mintzberg’s (1983) vijf structuurconfiguraties zullen worden ingezet voor een analyse van de structuur. Voor een analyse van de collectieve managementstijl zal gebruik worden gemaakt van de indeling van Lewy (1992) die hanteerbaar is voor het inrichten van de informatieverzorging. Voor het analyseren van de gemeenschappelijke cultuur zal de typologie van Van Peursen (1980) worden gebruikt. Deze typologie maakt, door Mentink (1989) toe te passen, een praktische koppeling van cultuur aan informatievoorziening mogelijk.

Besturing

Om in kaart te brengen wat het EFQM model is en wat een succesvolle toepassing van het model mogelijk maakt, zal gebruik worden gemaakt van verscheidene artikelen op het gebied van het EFQM model. Daarnaast worden hiervoor de eisen, opgesteld door Tillema & Markerink (2004), gebruikt om te analyseren wat benodigd is voor een succesvolle toepassing. Aan de hand van de eisen die zijn opgesteld voor een succesvolle toepassing kan dan het gebruik van het EFQM model bij Transolt worden geanalyseerd.

Beheersing

Om de managementrapportage te analyseren zal de verdeling van Van den Burg e.a. (1999) worden gebruikt. Deze verdeling is erg pragmatisch en aan de hand hiervan kan de vorm van de managementrapportage en de inhoud en het gebruik ervan helder worden geanalyseerd. Daarnaast zal worden besproken wat de kwaliteitseisen zijn aan de managementinformatie. Dit wordt helder weergegeven door Broen e.a. (1995). Zij beschrijven de volgende kwaliteitseisen: relevantie en doeltreffendheid, betrouwbaarheid, tijdigheid, presentatievorm en doelmatigheid.

Rol van Operational Control

Voor de rol van de afdeling Operational Control, wordt er gebruik gemaakt van Geverink &

Strobbe (1994). Hierbij zal worden ingegaan op de verschillend mogelijke rollen van Operational

Control. Dit maakt het mogelijk de huidige rol te beschrijven, evenals wat nodig wordt geacht

door de literatuur en de managers.

(27)

Besturing en beheersing

Om ervoor te zorgen dat verbeteringen goed kunnen worden ingevoerd, zullen aanbevelingen worden gedaan over de wijze van de in te voeren veranderingen. Hierbij zal gebruik worden gemaakt van Kerklaan (2003). Deze auteur geeft aan wat de rol van de controller is bij het doorvoeren van veranderingen en tips voor communicatie.

2.9 Leeswijzer

Nadat hiervoor reeds besproken is, welke deelvragen beantwoord zullen worden in deze scriptie, zal ik in deze paragraaf ingaan op de indeling van deze deelvragen in hoofdstukken. Elk hoofdstuk behandelt één of meer deelvragen.

Hoofdstuk 3

In dit hoofdstuk zullen de theorieën aan bod komen, die als basis voor de rest van de scriptie gebruikt zullen worden. Dit is dus het theoretisch kader. Hier komen de theorieën over de context, de managementrapportage, het EFQM model en de rol van de afdeling Operational Control aan bod. Er zal antwoord worden gegeven op deelvraag twee.

Hoofdstuk 4

Dit hoofdstuk gaat in op de huidige context. Hier worden dus de structuur, de strategie, de collectieve managementstijl en de cultuur van Transolt Operations beschreven. Deelvraag één zal hier worden behandeld.

Hoofdstuk 5

Hier zult u een beschrijving kunnen vinden van de managementrapportage. In dit hoofdstuk zal antwoord worden gegeven op deelvraag drie.

Hoofdstuk 6

De beschrijving van het gebruik van het EFQM model en de regelkring kunt u in dit hoofdstuk terugvinden. Deelvraag vier zal hier dus worden beantwoordt.

Hoofdstuk 7

Als laatste zal de rol van Operational Control worden beschreven, dit als antwoord op deelvraag vijf.

Hoofdstuk 8

In dit hoofdstuk zal een analyse komen van de huidige situatie van Transolt Operations. De huidige situatie wordt gekoppeld met de ideeën die over de onderwerpen bestaan in de managementliteratuur. Er zal antwoord worden gegeven op de deelvragen zes, zeven en acht.

Hoofdstuk 9

Hier zal worden ingegaan op de door te voeren verbeteringen. Naast de benodigde veranderingen

zal ook worden ingegaan op de consequenties voor de organisatie bij het doorvoeren van deze

veranderingen. Hier zullen dus de deelvragen negen en tien worden beantwoord. Uiteindelijk

zullen in dit hoofdstuk ook conclusies worden gedaan. Er zal antwoord worden gegeven op de

vraagstelling van het onderzoek. Daarnaast zal worden gereflecteerd op het onderzoek.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Primary school teachers perceptions of inclusive education in Victoria, Australia. Implementing inclusive education in South Africa: Teachers attitudes

o Infectie van de veneuze wand, vaak geassocieerd met bacteriëmie of thrombose [differentiaaldiagnose met een catheter gerelateerde infectie (waarbij meestal geen suppuratie

Veel van dit materiaal is heden ten dage voor de bouw in- teressant; tras, gemalen tuf is zeer geschikt als specie voor waterdicht metselwerk.. Bims, puimsteenkorrels tot

nog een dispuut met zo’n jong ding die het echt nog niet had begrepen dat als het mooi wordt de vondst dient te worden aangeboden aan de meer ervaren rotten, als ik het zo maar even

In deze studie verstaan we onder gevoelsrendement het effect van de onderzochte maatregelen op de beleving door individuele burgers, waarbij het begrip beleving breed wordt

Uit eerdere inventarisaties/enquêtes Meerburg et al., 2008 is gebleken dat in de Hoeksche Waard de aandacht bij het waterschap Hollandse Delta voor ecologisch beheer van dijken

Maatregel Om de aanvoercapaciteit van zoetwater voor West-Nederland te vergroten wordt gefaseerd de capaciteit van de KWA via zowel Gouda als Bodegraven uitgebreid.. Dit

In de eerste plaats moet het vaccin ervoor zorgen dat de dieren niet meer ziek worden, legt Bianchi uit, maar ook moet duidelijk worden of het virus zich via de ge