• No results found

Stageverslag Iris Veerman Huygens ING - Project Willem de Clercq

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Stageverslag Iris Veerman Huygens ING - Project Willem de Clercq"

Copied!
13
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1

Stageverslag Iris Veerman

Huygens ING - Project Willem de Clercq

Master Neerlandistiek

Stagebegeleiders: Ineke Huysman en Ton van Kalmthout Stagedocent: Janneke Weijermars

14 mei 2018

Iris Veerman, S2770377, Jan Hissink Jansenstraat 21a, 9713 HT Groningen, 0615834076

(2)

Stageverslag

Huygens ING - Project Willem de Clercq

Stagebegeleiders: Ineke Huysman en Ton van Kalmthout Stagedocent: Janneke Weijermars

(3)

3

Inhoudsopgave

Inleiding ... 4 De organisatie ... 5 De werkzaamheden en de planning ... 6 Transcriberen ... 6 Eigen onderzoek ... 6 Sociale media ... 6 Planning ... 6 Evaluatie ... 8

Het verloop van de werkzaamheden ... 8

Kennis en vaardigheden ... 10

Leerdoelen ... 11

Stage & de toekomst ... 12

(4)

Inleiding

Tijdens het schrijven van mijn bachelorscriptie ontdekte ik dat ik onderzoek en de

editiewetenschappen erg interessant vond. De banen binnen dit vakgebied liggen in het noorden van het land echter niet voor het oprapen. Daarom leek een stage bij een onderzoeksinstituut in Den Haag me een ideale kans om eens te kijken of het onderzoek binnen een organisatie bij me paste.

Bij het zoeken naar een stageplaats kwam ik al snel terecht bij het Huygens ING, het grootste humanitaire onderzoeksinstituut van Nederland. In eerste instantie kwam ik solliciteren bij een project over de 17e eeuw, maar na een kort gesprek over mijn interesses en wensen ben ik

uiteindelijk bij een project uitgekomen over de 19e eeuw, namelijk het dagboekenproject van Willem

de Clercq.

De werkzaamheden bij dit project pasten precies bij wat ik graag wilde doen: onderzoek, transcriberen en communicatie. Daarnaast was het op een fascinerende locatie voor een

neerlandicus, tussen de Koninklijke Bibliotheek, Nationale Archieven en andere letterkundige organisaties. De keus was snel gemaakt.

In dit stageverslag reflecteer ik op de werkzaamheden binnen het project die ik in de afgelopen drie maanden heb gedaan. In de evaluatie koppel ik deze werkzaamheden aan mijn eigen vaardigheden en kennis, mijn leerdoelen en aan de toekomst.

(5)

5

De organisatie

Het Huygens ING (Instituut voor Nederlandse Geschiedenis) is een van de grootste humanitaire onderzoeksinstituten van Nederland, waarbij onderzoek gedaan wordt op het gebied van wetenschapsgeschiedenis, Nederlandse geschiedenis en literatuur. De voornaamste projecten ontsluiten historische bronnen voor verder onderzoek, maar er is ook ruimte voor innovatie in onderzoekstechnieken. Bijna alle publicaties worden in open access gepubliceerd, zodat alle geïnteresseerden het kunnen gebruiken voor verder onderzoek.

Het Huygens ING is een van de zestien instituten die onder het KNAW vallen en is in 2016 samen met het Meertens Instituut en het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG), onderdeel geworden van het KNAW Humanities Cluster. Het instituut kent ongeveer 100

medewerkers en een groot aantal vrijwilligers. De officiële werkplekken bevinden zich in het Spinhuis te Amsterdam, alhoewel er nog een paar werkplekken beschikbaar zijn in het gebouw van de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag. Zo zijn de projecten van W. F. Hermans en Willem de Clercq ondergebracht op een kamer in Den Haag.

Willem de Clercq (1795-1844) schreef gedurende zijn hele leven dagboeken, waarin hij allerlei aspecten aan bod liet komen: geloofszaken, politieke gebeurtenissen, literaire opmerkingen en het dagelijks leven. De dagboeken bestaan uit meer dan 30.000 pagina’s, die stuk voor stuk gescand en getranscribeerd worden door de medewerkers van het project. Naast het transcriberen wordt er ook onderzoek gedaan naar de dagboeken, om te laten zien dat de inhoud van de

dagboeken waardevol materiaal kan zijn voor onderzoekers binnen verschillende disciplines. De scans, transcripties en artikelen zijn allen in open access te vinden op de website van het project. De dagboeken van 1811 tot en met 1831 staan momenteel volledig gescand en getranscribeerd online. De transcripties van de dagboeken tot en met 1842 zijn in behandeling en zijn in verschillende niveaus van voortang. Van de laatste twee dagboekjaren zijn op het moment alleen nog maar scans in te zien.

Het transcriberen van de dagboeken gebeurt door een zestal mensen, waarbij iedereen verantwoordelijk is voor een eigen dagboekjaar. Wanneer een jaar volledig afgeschreven is, worden de transcripties gecontroleerd door Marian Schouten. Na deze controle gaan de transcripties door voor de tweede controle door prof. dr. M.H. Schenkeveld, die ondanks haar hoge leeftijd nog steeds alles controleert. Deze aanpassingen gaan vervolgens weer terug naar Marian Schouten voor een laatste correctie en de invoering van al deze wijzigingen. Als dit allemaal gereed is, worden de transcripties online geplaatst. Dit hele proces kan per dagboekjaar jaren innemen, aangezien zowel mevrouw Schenkeveld als mevrouw Schouten op leeftijd zijn, en vrijwillig meewerken aan het project. Ze hebben echter beide een enorme kennis over het handschrift en Willem de Clercq, waardoor ze van onschatbare waarde zijn.

(6)

De werkzaamheden en de planning

De werkzaamheden tijdens de stage zijn in drie categorieën te verdelen: transcriberen, eigen onderzoek en het bijhouden van de sociale media. Deze zal ik een voor een kort toelichten en vervolgens de planning uit mijn stageplan toevoegen, waar ik in de evaluatie op terugkom.

Transcriberen

Binnen het project staat het digitaliseren van alle dagboeken van Willem de Clercq centraal, zodat deze dagboeken voor alle geïnteresseerden beschikbaar zijn. Op de website zijn naast scans van de dagboeken ook afgeschreven teksten te vinden. Dit transcriberen is dan ook een van de belangrijkste bezigheden binnen het project. Zelf heb ik het dagboekjaar 1841 toegewezen gekregen, welke bestaat uit 914 bestanden. Het stond van tevoren vast dat dit te veel is om in drie maanden te kunnen doen, maar het doel was om zo ver mogelijk te komen.

De scans zijn al beschikbaar via de invoermodule, waardoor er alleen nog maar een transcriptie gemaakt moet worden. Om goed te kunnen transcriberen is het van belang om de afspraken en het handschrift te leren kennen, maar ook om de dagboeken in hun context te kunnen plaatsen. Zo is het bijvoorbeeld onderling afgesproken om bij afgekorte persoonsnamen de hele naam tussen haken achter de afkorting te zetten. Dus wanneer in het dagboek Kohl staat, moet er handmatig [Kohlbrugge] achter geplaatst worden.

Eigen onderzoek

De hele dag transcriberen is erg vermoeiend. Daarom doe ik naast het transcriberen een eigen onderzoek naar een zelfgekozen onderwerp, namelijk de verhoudingen tussen De Clercq en Bilderdijk. Voor dit onderzoek bestudeer ik allerlei bronnen, maar onderzoek ik vooral naar het voorkomen van Bilderdijk in de dagboeken zelf. Door middel van dit type onderzoek laten we ook zien wat er mogelijk is met behulp van deze dagboeken. Het doel was om een kort artikel te schrijven, dat op de website geplaatst kan worden. Momenteel staan er vooral artikelen gericht op politiek en geschiedenis op de website. Mijn artikel lijkt mij daarom een interessante toevoeging, omdat het zich richt op de dagboeken in relatie tot de letterkunde.

Sociale media

Het project heeft zowel een Twitter- als een Facebookpagina. Op beide worden regelmatig berichten geplaatst met citaten uit het dagboek. Tijdens de duur van de stage was ik verantwoordelijk voor het updaten van deze pagina’s. De invulling van deze berichten was naar eigen inzicht, zolang het te maken had met het project en enigszins in de lijn lag van het voorafgaande.

Vooraf opgestelde planning

“In totaal zal ik vier dagen per week stage gaan lopen. Het grootste deel van de dag zal ik besteden aan het transcriberen. Ook zal ik elke dag een half uur vrijmaken om aan de sociale media te

besteden. Verder wil ik anderhalf uur per dag aan mijn eigen onderzoek naar Bilderdijk te besteden. Om uiteindelijk een goed stageverslag te kunnen schrijven, wil ik aan het einde van elke dag een logboek bijhouden van mijn dag.

Mijn dagen zullen er dan als volgt uit zien: beginnen met transcriberen, sociale media updaten, verder met transcriberen, eigen onderzoek, logboek bijhouden. Ook zal ik een paar momenten vrijmaken om met mijn stagebegeleider te overleggen.

Het is van tevoren lastig te zeggen hoeveel ik zou kunnen transcriberen, maar het doel is om zo veel mogelijk kwalitatief werk af te leveren. Hier zit dus geen harde grens aan vast.

Ook het bijhouden van sociale media is een taak die gebaat is bij het doorzetten van de structuur en continuïteit van mijn voorgangers, waar naast de dagelijkse activiteiten niet een tijdpad voor vast kan worden gelegd.

(7)

7 Voor het onderzoek is er wel een tijdpad mogelijk. De eerste maand wil ik me inlezen in het

onderwerp, wat ook handig is voor bij het transcriberen. In de tweede maand wil ik specifiek kijken naar de dagboeken en in hoeverre mijn onderwerp daar in terugkomt en op welke manier. In de laatste maand wil ik het artikel afschrijven.”

(8)

Evaluatie

In deze evaluatie zal ik reflecteren op mijn stageperiode, door verschillende aspecten te evaluaeren. Eerst zal ik de loop van de werkzaamheden toelichten. Vervolgens kijk ik terug naar mijn vooraf opgestelde leerdoelen en andere kennis en vaardigheden die ik heb opgedaan. Daarna zal ik de stage terugkoppelen aan de opleiding, maar ook het nut van de stage bespreken met het oog op de toekomst.

Het verloop van de werkzaamheden

a. Algemeen

De stage is me over het algemeen erg goed bevallen. De werkzaamheden vond ik interessant en de collega’s op de kamer waren erg behulpzaam en vriendelijk. Tijdens de eerste maand had ik echter wat moeite met mijn energieniveau en de begeleiding. Dit is halverwege de stage verbeterd, waardoor ik meer plezier en vertrouwen kreeg in mijn werkzaamheden.

In het begin van de stageperiode had ik veel moeite met het opstarten, wat voornamelijk kwam door de verhuizing naar een nieuwe plek. Hier sliep ik erg slecht door allerlei

omstandigheden, waardoor ik weinig energie had op de werkplek zelf. Dit heb ik uiteindelijk opgelost door halverwege de stage op donderdag thuis te gaan werken. Het was namelijk niet mogelijk om voor deze korte duur een andere woning te vinden. Wel heb ik de planning van de vooraf opgestelde planning grotendeels aan kunnen houden, alhoewel ik in de eerste maanden vooral heb getranscribeerd en in de laatste maand erg veel aan het onderzoek heb gedaan.

Een ander knelpunt in het begin van de stage was de begeleiding die ik kreeg op de werkplek zelf. Ik had in eerste instantie eigenlijk meer begeleiding verwacht, doordat ik bij een vorige stage erg intensieve begeleiding kreeg. Mijn begeleiders zag ik slechts een keer per maand en er was weinig ruimte om af en toe rond de tafel te gaan voor een voortgangsgesprek. De communicatie verliep voornamelijk digitaal en op eigen initiatief. Tegen het einde van de stageperiode vond ik deze begeleiding prettiger, doordat er veel ruimte was om zelfstandig te werken, wat erg bij me past. Daarnaast kon ik altijd vragen stellen aan Marian Schouten die altijd aanwezig was, bij andere vragen kon ik contact opnemen met een van de twee begeleiders.

(9)

9 De dagboeken in fysieke vorm bekijken in de Bijzondere Collecties te Amsterdam

b. Transcriberen

Tijdens mijn stage heb ik uiteindelijk 100 pagina’s kunnen transcriberen (25-1 tot en met 74-2). De voortgang heb ik bijgehouden in een Excelbestand, waarin ik ook moeilijkheden kon noteren. Bij deze lastige fragmenten en bij vragen over afspraken kon ik collega Marian Schouten altijd vragen om te helpen. In het begin hebben we dagelijks uitgebreid naar mijn transcripties gekeken, tegen het einde eens per week op globale wijze. Naar mijn mening ging het transcriberen erg goed, vooral toen ik het handschrift onder de knie had. Ik vond het ook erg leuk om te doen, omdat ik altijd veel plezier heb in dingen uitzoeken en ‘puzzelen’. Ook was het interessant dat het karakter van Willem de Clercq steeds duidelijker naar voren kwam en dat bepaalde bekende geschiedkundige

gebeurtenissen binnen de context geplaatst werden.

Wel vond ik het lastig dat sommige afspraken over het transcriberen onduidelijk waren. Veel van de afspraken zijn enkel gebaseerd op mondelinge overeenkomsten tussen mevrouw

Schenkeveld en mevrouw Schouten. Een voorbeeld: het ene afgekorte woord wordt wel aangevuld, en het andere juist weer niet. Ook had ik in het begin moeite met het feit dat de historici vaak afschrijven ‘wat logisch is’ in plaats van de neerlandici die transcriberen ‘wat er precies staat’.

c. Eigen onderzoek

Vooral de laatste twee maanden ben ik bezig geweest met een eigen onderzoek naar de rol van Bilderdijk in de dagboeken van Willem de Clercq. Ik kwam er echter al snel achter dat Bilderdijk erg vaak vermeld werd in de dagboeken, waardoor ik veel tijd heb gestoken in het categoriseren van al deze vermeldingen. Hierdoor kon ik me een beeld vormen van de blik van De Clercq op Bilderdijk.

(10)

Over deze kijk van De Clercq op Bilderdijk heb ik uiteindelijk een artikel geschreven, waarvan een concept te vinden is in de bijlage.

Ik vond het aan de ene kant een interessant onderzoek, omdat ik een goed beeld kreeg van de tijd en de enorme hoeveelheid aan informatie die een dagboek kan bieden. Aan de andere kant vond ik het lastig, omdat ik een grote kennisachterstand had op het gebied van geloof. Naast de letterkundige kant van De Clercq en Bilderdijk, hadden ze namelijk een grote overeenkomst doordat ze beide actief waren in het opkomende réveil. Ik heb hier veel over gelezen en met Marian over gesproken, maar toch was er niet genoeg tijd om dat te doorgronden. Daarom heb ik ervoor gekozen om alleen naar de letterkundige kant te kijken, maar dan is het beeld toch niet compleet. Al met al vond ik het dus behoorlijk lastig om een duidelijk onderwerp af te bakenen en keuzes te maken uit de gigantische berg informatie. Daarnaast was de drempel om aan de bel te trekken bij problemen naar mijn mening hoog, doordat mijn stagebegeleiders bijna nooit aanwezig waren. Achteraf had ik toch vaker zelf contact met hen moeten zoeken om even te spreken over het onderzoek.

d. Social media

Het project heeft twee eigen accounts op social media, namelijk op Facebook en op Twitter1. De

Facebookpagina liep niet erg goed. Aan het begin waren er weinig volgers. Dit heb ik gedurende mijn stageperiode wel kunnen verdubbelen, maar nog steeds is er erg weinig respons op de berichten. De Twitterpagina was veel actiever. Het aantal volgers is tijdens mijn stageperiode gestegen van 128 naar meer dan 200. Het hoogtepunt was een tweet over Groningen die uiteindelijk meer dan 70.000 keer bekeken is. Het was een goede manier om meer publiciteit voor De Clercq te genereren en om contacten te leggen met geïnteresseerden. Zo heb ik bijvoorbeeld contact gehad met een man die een website bijhoudt over de Amsterdamse grachtengordel. Hij gaat de oude woningen van De Clercq nu aan zijn website toevoegen, samen met een korte biografie. Ik denk dat ik de basis van het Twitteraccount dus heb verstevigd voor de volgende stagiair.

Daarnaast heb ik enkele bestanden toegevoegd en bijgewerkt voor komende stagiaires. Ik heb bijvoorbeeld afbeeldingen en citaten toegevoegd en het instructiebestand voor nieuwe stagiaires verder uitgewerkt. Dit heb ik gedaan uit eigen initiatief, omdat ik vond dat de aanwezige bestanden niet duidelijk genoeg waren en soms verouderd.

Kennis en vaardigheden

Ik denk dat het een groot voordeel was dat ik tijdens het maken van mijn bachelorscriptie en door zelfstudie2 veel ervaring heb opgedaan met handschriften. Hierdoor was het makkelijker voor mij

dan voor de andere stagiaire (master Politieke Geschiedenis) om dit handschrift te doorgronden. Ook had ik al enige kennis van de literaire kringen en het tijdsbeeld van de 19e eeuw.

Daarnaast denk ik dat ik mijn vaardigheden op het gebied van onderzoek kon toepassen bij deze stage. Dit onderzoek leek namelijk erg op het onderzoek dat ik deed tijdens mijn

bachelorscriptie. Ook bij deze stage moest ik originele bronnen verwerken en deze binnen een bepaalde context duiden. Verder heb ik wel mijn schriftelijke onderzoeksvaardigheden kunnen verbeteren. Het schrijven van artikelen heb ik altijd lastig gevonden, maar door deze stage heb ik toch extra praktijkervaring kunnen opdoen. De feedback van mijn begeleiders moet ik nog ontvangen, maar de andere collega’s vonden het een prettig leesbaar artikel.

Zoals ik eerder al kort benoemde, merkte ik dat ik een kennisachterstand had op het gebied van godsdienst en politiek, terwijl dit een grote rol speelt in de dagboeken. Het voordeel was dat de

1https://www.facebook.com/willemclercq/ & https://twitter.com/WillemClercq

2 Zo werk ik bijvoorbeeld mee aan het vrijwilligersproject van het Literatuurmuseum om dagboeken van Van Deyssel, Van Booven en Greshoff te transcriberen.

(11)

11 andere mensen die bij het project werken allemaal historici zijn en dat ik altijd terecht kon voor

vragen over fragmenten of begrippen die ik niet helemaal begreep. Ook heb ik veel gelezen over verschillende onderwerpen, om deze achterstand enigszins in te kunnen halen.

Leerdoelen

In mijn vooraf opgestelde stageplan heb ik diverse leerdoelen opgesteld, die ik wilde behalen tijdens het verloop van de stage. Deze leerdoelen zal ik stuk voor stuk toelichten.

Leerdoel 1: Kennis Neerlandistiek toepassen

“Het vermogen om diepgaande kennis op het terrein van de neerlandistiek (letterkunde, taalbeheersing, taalkunde) toe te passen met het oog op samenhang en integratie tussen de verschillende deelgebieden”.

Ik merk dat ik het soms lastig vind om mijn kennis op het terrein van de neerlandistiek met anderen te delen, maar denk dat dit erg belangrijk is wanneer ik in dit vakgebied ga werken. Ik wil dan ook bij mijn stage vaker kennis delen en denk dat dit een uitgelezen kans is, omdat er onderzoekers zitten die gespecialiseerd zijn in verschillende vakgebieden. Ik denk dat mijn kennis over de ontwikkelingen in België in dit tijdvak een interessante toevoeging zou zijn aan het project. Deze kennis zou ik toe kunnen passen in mijn onderzoek en in gesprekken met mijn collega’s.

Ik denk dat ik dit leerdoel wel behaald heb. Zoals ik eerder noemde heb ik veel kennis uitgewisseld, wat mogelijk was doordat ik met veel historici op een kamer werkte. Zo kreeg ik vragen over letterkundigen die voorkwamen in de dagboeken, en heb ik vragen gesteld over religie en politiek. Mijn kennis over België specifiek heb ik echter niet toegepast, omdat de vorige stagiair hier al uitgebreid onderzoek over had gedaan en we ondertussen al tien jaar verder waren in de dagboeken.

Leerdoel 2: Initiatief tonen

“Geen afwachtende houding, maar ook regelmatig zelf aan komen zetten met ideeën.” Van nature heb ik een afwachtende houding, vooral op professioneel vlak. Ik zou graag wat vaker mijn ideeën delen met anderen. Dit zou ik specifiek kunnen doen bij de sociale media, omdat daarbinnen veel ruimte is voor initiatief en creativiteit. Dit zou ik bijvoorbeeld kunnen meten door het aantal nieuwe volgers aan het einde van mijn stage.

Het is lastig om van een afwachtende houding af te komen, maar ik denk dat ik wel vorderingen heb gemaakt op het gebied van initiatief tonen. Zo heb ik veel initiatief moeten tonen bij de afdeling Personeelszaken, om bijvoorbeeld een reiskostenvergoeding te krijgen. Daarnaast heb ik op eigen initiatief de fysieke dagboeken in Amsterdam bezocht. Zo zou ik nog een aantal voorbeelden kunnen tonen.

Normaal vind ik het lastig om hulp te vragen bij moeilijkheden en los ik alles het liefste zelf op. Tijdens de stage heb ik echter Marian regelmatig om hulp gevraagd, bijvoorbeeld bij lastige fragmenten en inhoudelijke vragen over allerlei zaken. Wel vond ik het lastig om aan de bel te trekken als ik vastzat met mijn eigen onderzoek. Dit zou ik in de toekomst toch vaker moeten doen. De creativiteit heb ik echter niet echt toe kunnen passen binnen de sociale media. In het begin was ik erg vermoeid, wat veel invloed had op mijn creativiteit. De tweede helft van de stage was ik voornamelijk bezig met mijn eigen onderzoek, waar niet veel creativiteit bij kwam kijken. Wel ben ik begonnen met leuke afbeeldingen bij de berichten op de sociale media te plaatsen, in plaats van screenshots bij de berichten.

(12)

“Het verder ontwikkelen van verschillende technieken op het gebied van onderzoek.” De reden dat ik deze stage heb gekozen is omdat ik onderzoek een interessant vakgebied vind. Ik wilde heel graag een tijdje werken bij een groot onderzoeksinstituut, zodat ik mijn onderzoeksvaardigheden verder kan ontwikkelen. Het leek me interessant om dit bij een professionele organisatie te doen. Ik denk dat ik door het transcriberen en het eigen onderzoek me verder kan ontwikkelen op dit gebied.

Dit leerdoel heb ik al kort besproken bij het onderdeel ‘kennis en vaardigheden’. Ik denk dat ik mijn onderzoeksvaardigheden wel iets verder heb ontwikkeld, voornamelijk op het vlak waar ik al kennis van had, namelijk het transcriberen en het duiden van de transcripties. Zoals ik eerder noemde heb ik ook mijn schrijfvaardigheid weer verder kunnen ontwikkelen.

Ik was van tevoren erg nieuwsgierig naar hoe het zou zijn om bij een onderzoeksinstituut te werken. Dit vond ik erg interessant, alhoewel ik denk dat ik niet de hele ervaring heb meegemaakt, doordat het project niet in Amsterdam bij de rest van de organisatie zit. In Amsterdam worden alle vergaderingen, lezingen en leuke uitstapjes gehouden en zijn er altijd veel mensen aanwezig. Het voordeel van Den Haag was echter wel dat ik elk moment literatuur kon raadplegen in de Koninklijke Bibliotheek.

Stage & de toekomst

Terugblikkend denk ik dat de stage eigenlijk precies was wat ik ervan had verwacht. Wel vond ik het jammer dat bij het vak Werkterreinen Neerlandistiek niet meer aandacht werd gegeven aan het vakgebied van onderzoek. Daar lag de nadruk erg op de aansluiting tussen de opleiding en de vakgebieden educatie, uitgeverijen en schrijfadvisering. Wel denk ik dat ik voldoende handvaten heb gekregen, om deze stage tot een goed einde te brengen.

Het type werk zou ik graag doen in de toekomst, aangezien ik het gevoel heb dat het me wel ligt. Zo houd ik erg van zelfstandig werken en heb ik een nieuwsgierige aard wat past bij het

onderzoeksveld. Ik heb echter tijdens de stage ondervonden dat de randstad me niet erg trekt en ik ben me ervan bewust dat de baankansen in dit vakgebied in Groningen erg klein zijn. Daarom ga ik eerst de onderwijsbevoegdheid halen en daarna kijk ik naar de verschillende mogelijkheden. Een nadeel van de stage vond ik bovendien de hele dag stilzitten achter een bureau. Ik zou het ook fijn vinden om wat meer in beweging te zijn tijdens het werk en meer mensen te spreken.

(13)

13

Bijlagen: artikel & logboek

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bij BILDERDIJK echter bestond het poëtische niet om eene wereld te scheppen, zoo als zij nimmer bestaan heeft, maar dáárin, om, in hetgeen onder het gebied der zinnen valt,

Door u zij 't lagchend heil bezeten, Dat liefde en deugd op aard' verspreid, Doch wilt het bloempje niet vergeten,?. 't Geen ware vriendschap

Hier heeft de Wetenschap den Koning feest bereid, En heel 't verleden rijst voor 't oog der Majesteit.. Wie ooit, in ijd'len waan, der Vad'ren roem beschuldigt, Zie hier, hoe

Voor de inhoudsanalyse zijn berichten ingedeeld aan de hand van vier hoofdcategorieën die succesvol zijn toegepast in andere onderzoeken naar burger-gegenereerde berichten op

stagebegeleider Arjen Glas bleek dat ik voor de gemeente onderzoek zou doen naar hoe de bestuurders zich proactiever zouden kunnen profileren3. Dit was een heel

31 januari kunnen de aanwonenden van fase 1; Molenweg gedeelte Postweg – Bosweg ook niet parkeren op de oprit (uitgezonderd huisnummers 31 tm 45 woonerf).. Wij verzoeken u om

Het kan, zoo als ik zulks beschouw, niet genoeg zijn, indien Da Costa slechts eene kopy van Bilderdijk wordt; hij moet meer zijn, en zoo hij nog weinige weken in deze lijn

Hoe zeer Italien toen als het moederland van onze Letterkunde beschouwd werd, hoe zeer deszelfs zangerige taal in den mond van eene DUARTE en TESSELSCHADE , die, volgens de