• No results found

Liturgie. Zondag 5 september 2021 Cantatedienst. Voorganger. ds. Dirk Neven. Organist. Berry van Berkum. M.m.v.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Liturgie. Zondag 5 september 2021 Cantatedienst. Voorganger. ds. Dirk Neven. Organist. Berry van Berkum. M.m.v."

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Voorgan ge r ds. Dirk Neven

Orga nis t Berry van Berkum

M.m.v.

Cappella di San Nicolai en de Vespercantorij Nicolaïkerk

o.l.v. Ko Zwanenburg

Liturgie

Z o n da g 5 s ep t e mb er 20 21 C an t a t ed ie ns t

1 5e z o n d a g v a n T r i n i t a t i s C a n t a t e d i e n s t

(2)

Vocale solisten

Paulien van der Werff, sopraan Dorien Lievers, altus

Sebastian Brouwer, tenor Mittchell Sandler, bas

Cappella di San Nicolai Kees Koelmans, viool 1 Noortje Zanen, viool 2 Mariette Holtrop, altviool Gerda Marijs, cello

Chun-Yuan Yang, contrabas Mario Topper, hobo 1 Eva Harmuthova, hobo 2 Kristen Huebner, traverso

Toelichting

De cantate ‘Jesu, der du meine Seele’ BWV 78 is vanwege het schitterende

openingskoor en de bekende aria voor sopraan en alt Wir eilen mit schwachen,

doch emsigen Schritten, één van Bachs bekendste cantates. Bach schreef deze

cantate voor de 14e zondag na Trinitatis in 1724. Het was voor Bach het tweede

jaar, dat hij in Leipzig werkzaam was. Volgens het leesrooster van de Lutherse

kerk was en is de evangelielezing voor deze zondag Lukas 17: 11-19, het verhaal

over de genezing van de tien melaatsen. Johann Rist schreef de liedtekst (1641)

van het openingskoor en het slotkoraal. Wie de overige tekst van de cantate

schreef is niet bekend.

(3)

Welkom en mededelingen door de ouderling van dienst Voorbereiding

De klok wordt geslagen, allen worden stil De kaarsen worden aangestoken

Orgelspel Praeludium C-Dur, BWV 545 J.S. Bach (1685-1750) (gemeente gaat staan)

Aanvangswoord

V. In de Naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest G. Amen

V. Onze hulp is in de naam van de Heer G. die hemel en aarde gemaakt heeft.

Gebed van toenadering

Openingslied Laten wij zingend deze dag beginnen

(NLB 212)

Verzen 1, 3 en 5

3. Het is zijn zegen dat wij ons bewegen, dat hart en ziel van vreugde kunnen springen, met lijf en leden wij hem dank toezingen.

Zing Halleluja!

t. Paul Gerhardt / v. Sytze de Vries m. Johann Crüger

(4)

5. Blijf ons geleiden, ga aan onze zijde!

Al zal de hitte van de dag ons steken, wij zijn voor altijd van uw liefde zeker.

Zing Halleluja!

(gemeente gaat zitten)

Smeekgebed met aansluitend kyrie en gloria

Na het daarom bidden wij:

G: Heer, ontferm U!

Na het daarom zingen wij:

Kyrie

Gloria uit de Missa in G, BWV 236 (Lutherische Messe) J.S. Bach (1685-1750)

Gloria in excelsis Deo, et in terra pax

hominibus bonae voluntatis.

Laudamus te, benedicimus te, adoramus te, glorificamus te.

Eer aan God in den hoge, en vrede op aarde

voor mensen van goeden wille.

Wij loven U, wij prijzen U,

wij aanbidden U, wij verheerlijken U.

NLB 301a / muziek: orthodox

(5)

Dienst van het woord

Groet

Gebed bij de opening van de Schriften

Met de kinderen

Zingen Alles op aarde, zing Gods eer

(NLB 98b)

2. Speel op de citer, blaas op de fluit, steek de trompetten, jubel het uit.

3. Zeeën en stromen, beek en rivier, klap in je handen, bruis van plezier.

4. Bergen en heuvels, huppel en spring, blijf daar niet staan, jubel en zing.

5. God komt regeren eerlijk en goed, dans Hem met bel en met trom tegemoet.

(onder het orgelspel gaan de kinderen naar de kindernevendienst)

t. Mies Westera-Franke / m. Christiaan Winter

(6)

L. Lezing uit het Eerste Testament…

Psalm 103 – Als Hij er niet was (Hans Bouma)

L. Dit is het Woord van de Heer!

G. Wij danken God!

Zingen Barmhartige Heer, genadige God

(NLB 103d)

(cantorij) 1. Ja wat de hemel is voor de aarde, dat is zijn liefde voor hen die geloven.

(allen) Refrein

(cantorij) 2. Zover als het oosten van het westen vandaan is, zover van ons af werpt Hij al onze zonden.

(allen) Refrein

(cantorij) 3. Hij kent ons toch, Hij is niet vergeten dat wij gemaakt zijn uit het stof van de aarde.

(allen) Refrein

(cantorij) 4. Mensen, – hun dagen zijn als het gras, zij bloeien als bloemen in het open veld;

dan waait de wind, en ze zijn verdwenen.

(allen) Refrein

(cantorij) 5. Maar duren zal de liefde van God voor allen die zijn verbond bewaren, zijn woord behartigen en het volbrengen.

Inleiding op de Evangelielezing Schriftlezing Lukas 17, 11-19

t. Vijftig Psalmen / m. Bernard Huijben

(7)

Zingen U komt de lof toe

(NLB 339a)

Cantate Jesu, der du meine Seele, BWV 78 J.S. Bach (1685-1750)

1. Openingskoor

Het openingskoor heeft de vorm van een passacaglia of chaconne: variaties klinken op een steeds terugkomend thema. In het begin klinkt het thema met name in de bas. Later is het thema ook in de andere stemmen te horen. Het thema treedt 27 maal in

verschillende hoedanigheden op: normaal, achterstevoren (de ‘kreeft’) en op de kop (‘omkering’). Het vier maten tellende thema is een melodie die steeds in kleine stappen, in kleine secundes, daalt. Deze chromatische melodielijn, die het gevoel van treuren, lijden en dood oproept, gebruikt Bach ook nog onder andere in de cantate Weinen, Klagen, Sorgen, Zagen BWV 12 en in het ‘Crucifixus’ van de Hohe Messe BWV 232. De koraalmelodie wordt gezongen door de sopranen. De overige vocale stemmen zingen steeds elkaar imiterend, voorafgaand aan de inzet van de koraalmelodie.

Jesu, der du meine Seele Hast durch deinen bittern Tod Aus des Teufels finstern Höhle Und der schweren Seelennot Kräftiglich herausgerissen Und mich solches lassen wissen Durch dein angenehmes Wort, Sei doch itzt, o Gott, mein Hort!

Jezus, Gij die mijn ziel door Uw bittere dood

uit de duistere spelonk van de duivel en uit mijn diepe innerlijke nood met al Uw kracht getrokken hebt, en mij dit hebt laten weten door Uw weldadige woord,

wees toch nu, o God, mijn toevlucht!

m. Frits Mehrtens

(8)

2. Aria (duet sopraan en alt)

De lichtvoetigheid van deze aria wordt door Bach uitgedrukt in de swingende noten van de cello en de contrabas. De contrabassist strijkt niet maar plukt de noten. Het ‘eilen’

wordt op deze manier verklankt. De sopraan en de alt zingen achter elkaar aan. Het lijkt op een wedstrijd om wie het eerst bij Jezus is. Mooi schildert Bach de noten bij de woorden ‘Kranken’ (de halve toonafstand in de melodie), erheben (de sopraanmelodie gaat naar de hoogste noot) en ‘erfreulich’ (een swingend ritme).

Wir eilen mit schwachen, doch emsigen Schritten,

O Jesu, o Meister, zu helfen zu dir.

Du suchest die Kranken und Irrenden treulich.

Ach höre, wie wir Die Stimmen erheben, um Hülfe zu bitten!

Es sei uns dein gnädiges Antlitz erfreulich!

Wij haasten ons met zwakke, maar naarstige schreden, o Jezus, o Meester, tot U om hulp.

Gij zoekt de zieken

en dwalenden getrouwelijk op.

Ach, hoor, hoe wij onze stemmen verheffen om Uw hulp in te roepen!

Laat Uw genadig aangezicht ons tot vreugde zijn!

3. Recitatief (tenor)

In dit recitatief beeldt Bach de twijfel van de zondaar uit door grote en moeilijke sprongen in de melodie. Het einde van het recitatief verandert in een arioso, de losse

begeleidingsakkoorden uit het begin veranderen in een doorgaande baslijn.

Ach! ich bin ein Kind der Sünden, Ach! ich irre weit und breit.

Der Sünden Aussatz, so an mir zu finden,

Verlässt mich nicht in dieser Sterblichkeit.

Mein Wille trachtet nur nach Bösen.

Der Geist zwar spricht: ach! wer wird mich erlösen?

Aber Fleisch und Blut zu zwingen Und das Gute zu vollbringen, Ist über alle meine Kraft.

Will ich den Schaden nicht verhehlen, So kann ich nicht, wie oft ich fehle, zählen.

Drum nehm ich nun der Sünden Schmerz und Pein

Und meiner Sorgen Bürde, So mir sonst

unerträglich würde,

Ich liefre sie dir, Jesu, seufzend ein.

Rechne nicht die Missetat, Die dich, Herr, erzürnet hat!

Ach! ik ben een kind van de zonde, ach! ik dwaal op al mijn wegen.

De melaatsheid door de zonde, die aan mij zichtbaar is, verlaat mij niet zolang ik leef.

Mijn wil verlangt slechts naar het kwaad.

De geest zegt weliswaar: ach! wie zal mij verlossen?

Maar vlees en bloed te dwingen en het goede te volbrengen, gaat al mijn krachten te boven.

Als ik mijn onvolkomenheden niet wil verhelen, dan kan ik het aantal keren dat ik gezondigd heb niet tellen.

Daarom aanvaard ik nu

de smart en de pijn over mijn zonden en de last van mijn zorgen,

die anders onverdraaglijk voor mij zouden zijn,

en geef ze aan U, Jezus, zuchtend over.

Reken mij de misdaden niet aan, die U, o Heer, hebben vertoornd!

(9)

4. Aria (tenor)

Deze aria vormt een contrast met het voorgaande recitatief. Het heeft een opgewekt karakter. Onze schuld is doorgestreept en wel met een flinke streek (das Blut, so meine Schuld durchstreicht). De omvang van de toonladderfiguren van de traverso, wel anderhalve octaaf, beeldt dit uit. De staccato figuren (korte noten) verklanken de woorden ‘wieder leicht’.

Das Blut, so meine Schuld durchstreicht,

Macht mir das Herze wieder leicht Und spricht mich frei.

Ruft mich der Höllen Heer zum Streite,

So stehet Jesus mir zur Seite, Dass ich beherzt und sieghaft sei.

Het bloed, dat mijn schuld teniet doet,

maakt mijn hart weer licht en spreekt mij vrij.

Wanneer de helse legerschare mij tot de strijd roept,

dan staat Jezus aan mijn zijde,

opdat ik moedig en zegevierend zal zijn.

5. Recitatief (bas)

Dit recitatief voor de bas en het strijkorkest lijkt op de door Christus gezongen recitatieven uit de Mattheus Passion. Het heeft een expressief en dramatisch karakter.

Bach heeft allerlei aanwijzingen toegevoegd: vivace (levendig), adagio (langzaam) en andante (gaande). Uitzonderlijk is de expressieaanduiding: ‘con ardore' (met ijver). In het slot-andante klinkt in de zangpartij een omspeling van de koraalmelodie.

Die Wunden, Nägel, Kron und Grab, Die Schläge,

so man dort dem Heiland gab, Sind ihm nunmehro Siegeszeichen Und können mir

verneute Kräfte reichen.

Wenn ein erschreckliches Gericht Den Fluch vor die Verdammten spricht, So kehrst du ihn in Segen.

Mich kann kein Schmerz und keine Pein bewegen, Weil sie mein Heiland kennt;

Und da dein Herz vor mich in Liebe brennt,

So lege ich hinwieder Das meine vor dich nieder.

Dies mein Herz, mit Leid vermenget, So dein teures Blut besprenget, So am Kreuz vergossen ist, Geb ich dir, Herr Jesu Christ.

De wonden, nagels, kroon en graf, de slagen,

die men daar de Heiland gaf, zijn voortaan zijn zegetekenen en kunnen mij

hernieuwde krachten geven.

Wanneer een verschrikkelijk gerecht de vloek over de verdoemden uitspreekt, dan keert Gij hem in zegen om.

Mij kan geen smart en geen pijn treffen, omdat mijn Heiland ze kent;

en daar Uw hart voor mij in liefde brandt,

leg ik op mijn beurt het mijne voor U neer.

Dit hart van mij, van leed vervuld, dat besprenkeld is met Uw dierbare bloed dat aan het kruis is vergoten,

geef ik aan U, Heer Jezus Christus.

(10)

6. Aria (bas)

Deze stralende bas-aria lijkt op een hoboconcert, het strijkorkest zorgt voor de

begeleiding. De bas en de hoboïst concerteren, wedijveren met elkaar. Naast de virtuoze snelle noten, valt de lang aangehouden toon op het woord ‘Ewigkeit' op.

Nun du wirst mein Gewissen stillen, So wider mich um Rache schreit, Ja, deine Treue wird's erfüllen, Weil mir dein Wort die Hoffnung beut.

Wenn Christen an dich glauben, Wird sie kein Feind in Ewigkeit Aus deinen Händen rauben.

Nu zult gij mij mijn geweten tot rust brengen, dat om wraak tegen mij schreeuwt;

ja, Uw trouw zal het volbrengen, omdat Uw woord mij hoop geeft.

Wanneer Christenen in U geloven, zal geen vijand ze ooit

uit Uw handen wegrukken.

7. Koraal

Extra glans krijgt het slotkoraal doordat Bach de fluitpartij een octaaf boven de koraalmelodie laat klinken.

Herr, ich glaube, hilf mir Schwachen, Laß mich ja verzagen nicht;

Du, du kannst mich stärker machen, Wenn mich Sünd und Tod anficht.

Deiner Güte will ich trauen, Bis ich fröhlich werde schauen Dich, Herr Jesu, nach dem Streit In der süßen Ewigkeit.

Heer, ik geloof, help mij, zwakke mens, laat mij toch niet de moed verliezen;

Gij, Gij kunt mij sterker maken

wanneer zonde en dood mij overvallen.

Uw goedheid wil ik vertrouwen, totdat ik blij zal aanschouwen U, Heer Jezus, na de strijd, in de zalige eeuwigheid.

Vertaling: Henk Pijlman

Moment van stilte

Zingen Wij geloven allen in één God

(NLB 341)

- staande Lutherse geloofsbelijdenis

t. Martin Luther / v. Wonno Bleij m. Wittenberg 1524

(11)
(12)
(13)

Dienst van de gaven en gebeden Collectedoelen

1. Wijkgemeente

De opbrengst is een aanvulling op de Actie Kerkbalans en dient ter dekking van de kosten (en mogelijk het tekort) van de eigen wijkgemeente. De kosten hebben met name betrekking op het pastoraat (predikant en/of pastoraal werker), de salarislasten van de koster en de kerkmusicus, kosten van onderhoud en gebruik van kerkgebouw en/of wijkgebouw, en de kosten van erediensten en wijkwerk.

Digitaal kunnen giften overgemaakt worden via het giftenformulier of via het formulier op de

‘doneerpagina’ op de website van de Nicolaïkerk of via de Nicolaïkerk-app, icoontje ‘geven’.

Meer informatie over de app vindt u op onze website.

2. Muziekfonds

Uw bijdrage wordt zeer op prijs gesteld om de muziek in de Nicolaïkerk te laten klinken, ook in de toekomst, door een gift over te maken naar het Muziekfonds van de Nicolaikerk, rek.nr. NL64 RABO 0130 7194 98 t.n.v. Nicolaikerk o.v.v. Muziekfonds. Dank u wel voor uw bijdrage!

(de kinderen komen terug uit de kindernevendienst)

Gebed over de gaven

(14)

Dankgebed en voorbeden

Telkens na het daarom bidden wij:

Vert. Kom, heilige Geest, ontsteek het vuur van uw liefde.

Stil gebed

Onze Vader (gezamenlijk gesproken)

Zending en zegen (gemeente gaat staan)

Slotlied Lof zij de Heer, ons hoogste goed

(NLB 869)

Verzen 1, 2 en 3

NLB 681 / m. Jacques Berthier

t. Johann Jakob Schütz / v. Ad den Besten m. Johann Crüger

(15)

2. De hemelmachten met ons mee willen U eer betonen.

Al wat op aarde in lucht of zee mag in uw schaduw wonen, het prijst U, die de Schepper zijt, die ’t al zo schoon hebt toebereid.

Geef onze God de ere!

3. Wat onze God in de aanvang schiep, dat wil Hij ook bewaren;

wat onze God tot aanzijn riep doet Hij zijn trouw ervaren.

De Heer regeert, en het is goed waar Hij de mensen wonen doet.

Geef onze God de ere!

Zegen

Gezongen ‘amen’

(16)

Uitleidende muziek

Fuga in C-Dur, BWV 545 J.S. Bach

Agenda Nicolaïkerk

Zondag 5 september, 17.00 uur • vesper Voorganger: ds. Herry Brederoo

Organist: Berry van Berkum M.m.v. leden van de Vespercantorij

Zaterdag 11 september, 13.00 uur • zomerorgelconcert (laatste) Op de Nationale Orgeldag wordt de orgelserie feestelijk afgesloten met een grootse hommage aan Jan Pieterszoon Sweelinck, wiens 400ste sterfdag dit jaar wordt herdacht. Aan dat concert wordt meegewerkt door Ko Zwanenburg, orgel, Karel Demoet, klavecimbel, HOT Het Orgel Trio bestaande uit Berry van Berkum, orgel, Steven Kamperman, klarinet/saxofoon en Dijon Nijland, contrabas.

Zondag 12 september, 10.00 uur • afscheidsdienst ds. Hans Koops Voorganger: ds. Hans Koops

Organist: Ko Zwanenburg

M.m.v. de Nicolaïcantorij o.l.v. Karel Demoet

Lector: Ellen Schreyer | Koster: Marja Branderhorst

U bent uitgenodigd na afloop een kopje koffie of thee te drinken.

De gasten wijzen wij vriendelijk op het gastenboek.

Via www.kerkomroep.nl kunnen de kerkdiensten live of achteraf beluisterd worden (liturgie is te downloaden op onze website).

Wilt u het wekelijkse nieuws over Nicolaïgemeente ontvangen? Meld u dan aan bij medblad@gmail.com.

Voor meer informatie: www.nicolaikerk.nl en www.nicolaiconcerten.nl

Tip: download de app van de Nicolaïkerk met o.a. de mogelijkheid te chatten met andere gemeenteleden, de agenda te raadplegen en om digitaal de collectes te betalen. Meer informatie over de app vindt u op onze website.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

vertrouwend verdergaan, niet horend, als een dove, niet ziende, blind voortaan, niet reikend met mijn handen naar meer dan Gij mij geeft, maar wijs door scha en schande

hij zal je beschermen met zijn vleugels, onder zijn wieken vind je een toevlucht, zijn trouw is een veilig schild.. De verschrikking van de nacht hoef je niet te vrezen, ook de

God, die uw woord gegeven, uw Zoon gezonden hebt en naar zijn beeld het leven van wie U kent herschept, – wees door uw Geest met allen die hebben ja gezegd,. dat zij die staan

Voeg u bij hem, bij de levende steen die door de mensen werd afgekeurd maar door God werd uitgekozen om zijn kostbaarheid, en laat u ook zelf als levende stenen gebruiken voor de

't Is de HEER van alle heren, Sions God, geducht in macht, Die voor eeuwig zal regeren Van geslachte tot geslacht.. Sion, zing uw God

ik roep zijn naam, bestorm Hem met mijn vragen, dat Hij mij maakt, dat Hij mijn wezen richt. Wil mij behoeden en op

Hij toont zijn macht en de kracht van zijn arm en drijft uiteen wie zich verheven wanen,.. en wie gering is geeft

9 Toen nu de leider van het feest het water proefde, dat wijn geworden was – en hij wist niet, waar deze vandaan kwam, maar de bedienden, die het water geschept hadden, wisten het