• No results found

Boekverslag Nederlands Het bestand door Arnon Grunberg

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Boekverslag Nederlands Het bestand door Arnon Grunberg"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Boekverslag Nederlands Het bestand door Arnon Grunberg

Boekverslag door een scholier 3539 woorden

3 jaar geleden

6

2 keer beoordeeld

Auteur Arnon Grunberg

Genre Psychologische roman, Fantasy &

SF, Novelle Eerste uitgave 2014

Vak Nederlands

Boekverslag “Het bestand” – Arnon Grunberg

1 Boekverslag

Titelbeschrijving/verklaring

‘Het bestand’ is een vrij vage titel en kan dus meerdere dingen betekenen. Het zou gewoon simpelweg een naam is om het technische van het verhaal weer te geven. Het kan ook een verwijzing zijn naar ‘het bestand’ wat een paar keer genoemd wordt in het boek, maar verder van weinig belang is. Het bestand wordt vaak aangeduid als malware.

Ook gebruikt Seb de term een aantal keer. Wat ‘het bestand’ inhoudt, kom je als lezer niet te weten.

“Het zijn trouwens niet alleen systemen die een honingpot nodig hebben, mensen zelf zijn onlogisch, ze zijn

verstrooid, ze zijn gevoelig voor verleidingen, ze geven informatie weg die ze niet weg zouden moeten geven. Mensen vinden een usb-stick op de parkeerplaats en stoppen die in de computer, even kijken wat er op de usb-stick staat, en daar is het al gebeurd. Het bestand, de worm, zit in de computer en verspreidt zich razendsnel naar andere

computers, over het hele systeem, naar zustersystemen. Soms moeten we de menselijke honingpot inzetten.” – p 108.

“Hij beweegt de usb-stick over haar voeten, haar been, haar knie, haar eekhoorn, haar navel. ‘Dit is het mooiste stukje malware dat ooit is geschreven,’ zegt hij. ‘Het geniaalste bestand. Zoveel malen vernietigender, zoveel ingenieuzer dan Stuxnet. Christus heerst, maar ze beseffen het nog niet.’” P 168

Motivatie boekkeuze

Ik heb dit boek gekozen omdat twee klasgenoten het ook gelezen hadden en er een paar weken echt intensief complottheorieën aan het bedenken waren. Ik was wel benieuwd wat er nou allemaal te filosoferen was over dit

(2)

boek en besloot dus het zelf ook te lezen.

Korte samenvatting inhoud (mag van internet, mits bron vermeld!)

Lillian is een vierentwintigjarig computerexpert. Samen met enkele virtuele vrienden (Pssdoff, CyberChe en Almond) hackt ze de facebookpagina van een pedofiel die eerder zijn zogenaamde ‘stier’ aan haar heeft getoond. Even hacken ze de facebookpagina van de pedofiel en plaatsen de naaktfoto van de pedofiel overal op zijn pagina. Enkele dagen later verschijnt in de krant dat de man zelfmoord heeft gepleegd, maar dat doet Lillian weinig. Het was zijn verdiende loon. Sindsdien noemt ze zichzelf de wraakengel.

Lillian spendeert haar leven online, want het leven in levende lijve is niet aan haar besteed. Ze voert ellenlange gesprekken met haar online vriend, Banri Watanuki. Lichamelijkheid vinden ze allebei slechts een noodzakelijk kwaad dat men beter kwijt dan rijk is. Leven zonder lichaam is het doel.

Op een dag raadt Banri Watanuki haar aan te solliciteren voor een job als receptioniste bij BClever, een software bedrijf dat in computersystemen infiltreert. Ze wordt aangenomen en plots moet zij – sociaal buitenbeentje, wiskundig genie en allergisch voor menselijke contact – haar real life leven toch uitbouwen.

Ze ontmoet Axel en Seb, de twee belangrijkste bijfiguren. Axel, haar baas, is een overtuigde veganist en dat laat hij ook weten. Seb is een vreemde jongen waarvan Lillian een sterk vermoeden heeft dat hij Banri Watanuki is.

Lilian wordt steeds meer ‘close’ met Seb en hij neemt haar ook twee keer mee naar zijn huis, waar zij kennismaakt met Seb’s katten die hij zijn ‘familie’ noemt.

Seb komt een aantal dagen niet meer op het werk en Lillian gaat zich zorgen maken. Ze besluit een paar cupcakes te kopen en bij hem thuis langs te gaan. Eenmaal hier aangekomen is Seb bezig met zijn spullen inpakken om te

vertrekken en heeft hij al zijn katten vermoord omdat hij meende dat ze ‘spionnen’ waren die hem bespioneerde.

Ondertussen wordt Lillian steeds hechter bevriend met haar baas, Axel. Ze gaan samen naar een conferentie over cyber security in Frankrijk. Daarna zijn ze nog samen naar een naaktcamping gegaan waarna Lillian zich had gerealiseerd dat Axel haar geliefde/minnaar was. Daar eindigt het boek ook mee.

Bron: https://www.scholieren.com/boek/13650/het-bestand

http://www.deleesfabriek.nl/2016/09/het-bestand-arnon-grunberg/

Eigen samenvatting

Eerste persoonlijke reactie

Toen ik het boek nét uit had was ik vooral in de war. Het was weer écht zo’n typisch vaag Grunberg-boek waar het verhaal gewoon zo absurd is dat je er echt een nachtje over moet slapen om te kunnen reflecteren op wat je zojuist gelezen heb. Het was best makkelijk te lezen. Ik heb het in een middag uitgelezen. Het was niet echt spannend, het verhaal verliep gewoon een beetje zonder dat er iets gebeurde. De taal en manier van denken van de personages

(3)

waren vooral interessant.

2 Verdiepingsopdracht

1. Noteer de belangrijkste open plekken. Welke open plekken worden ingevuld? Waar? Welke open plekken blijven na lezing van de roman? Wat is het effect hiervan op jou als lezer?

De vraag waarmee Lillian zelf ook zit en wij als lezer ook is: “is Seb Banri Watanuki?” Lillian heeft sterke vermoedens dat Seb daadwerkelijk Banri is, maar ook twijfels. Door het perspectief van dit boek en het feit dat Seb op het gegeven moment verdwijnt komen we er nooit achter.

“‘Je verwacht misschien dat ik je nu naar boven vraag, maar dat doe ik niet,’ zegt Seb.

Hij staart voor zich uit naar de zwiepende ruitenwissers, die in de hoogste stand staan, hij kijkt haar niet aan. Dat vindt ze wel iets voor Banri om te zeggen.” – p 76

“Ze weet nu vrijwel zeker dat Seb Banri is. Banri is de man die zou zeggen ‘doe je ogen dicht’ als ze naast hem in de auto zit. En ze houdt haar ogen gesloten. Ze hoeft nog helemaal niet te weten waar hij woont. Banri woont in haar.”

– p. 100

Een andere vraag waar we geen antwoord op hebben is: “Wat dreef Seb tot waanzin?”. Nadat Seb een paar dagen afwezig was op het werk, besluit Lillian bij hem langs te gaan. Hij lijkt helemaal panisch te zijn en beweert dat zijn katten spionnen zijn van de overheid en heeft ze dan ook allemaal vermoord.

“Seb wrijft over zijn wang. ‘Ze zijn bezig me over te nemen,’ antwoordt hij. ‘Dat gaat niet van de ene dag op de andere, ze maken je langzaam rijp voor de overname. Ze rukken op, ze zijn overal, ze weten alles, en plotseling laten ze dat ook blijken. Hier in deze ruimte kunnen we nog redelijk ongestoord praten maar zelfs dat weet ik niet zeker meer. Ik heb hoofdpijn. Ze zijn bezig. Ze graven in mijn hoofd.’” – p 145

Seb lijkt totaal wanhopig te zijn, maar waar die wanhoop precies vandaan komt is niet helemaal zeker. Ook weten we niet waar hij heen gevlucht is.

De laatste vraag die onbeantwoord blijft is: “Wat staat er op de USB die Axel en Seb aan Lillian gaven?” Voordat Seb vlucht, geeft hij Lillian een USB-stick met ‘het bestand’. Maar wat is het bestand? Dat weten we niet, omdat Lillian de USB niet opent.

“Seb haalt een usb-stick uit zijn zak. ‘Hier staat alles op. Als er iets met mij gebeurt heb jij het bestand.’

(4)

‘Wat moet ik ermee?’

‘Bewaren. Als mensen dit lezen weten ze meer. Ik weet niet of ze blij zullen zijn als ze het weten, maar ik ben niet aangenomen om blijdschap te verspreiden. Ze weten het. Ze kunnen het weten. Als er iets met mij gebeurt moet je in actie komen. Dan moet je het verspreiden.’” P. 152

Axel heeft ook een USB-stick. Hij beweert dat het het mooiste stukje malware dat ooit geschreven is. Wat het precies inhoudt en wat het voor belang heeft, weten we niet. (zie quote bij titelbeschrijving)

2. Bespreek de personages. Behandel hierbij de begrippen hoofdpersoon, doel, helpers, tegenstanders, wereldbeeld, enz.

Er komen eigenlijk maar drie personages goed aan bod. Lillian, Axel en Seb. De ouders van Lillian hebben een kleine bijrol net als Lillians hackervrienden.

Lillian (hoofdpersoon): Lillian is een vierentwintigjarige computerexpert. Ze is erg op zichzelf en komt amper buiten.

Ze valt te omschrijven als een sociaal buitenbeentje, wiskundig genie en ‘allergisch voor menselijke contact’. Ze besluit te solliciteren als receptioniste bij het computerbedrijf BClever, waarna ze iets socialer wordt. Lilian lijkt niet echt een doel te hebben, behalve wellicht socialer worden en zich voegen bij de samenleving in plaats van voor altijd een buitenbeentje blijven. Lillian heeft een nogal negatief wereldbeeld. Ze beweert allergisch te zijn voor mensen en komt liever haar kamer niet af. Ze stoot vrienden af en is ook erg onaardig tegen haar moeder.

“Lillian kan het nog niet opbrengen om alle mensen een lang leven, gezondheid en geluk toe te wensen. Nu en dan hoopt ze dat iemand verpletterd wordt, wat niet wil zeggen dat ze geen schaamte kent over dergelijke gedachten. De mens is werk in uitvoering. “ – p. 7

Seb: Seb is een mederwerker bij het bedrijf BClever. Hij raakt in contact met Lilian doordat ze samen wel eens lunchen. Hij is nogal in zichzelf en woont samen met zijn 5 katten die hij beschouwt als familie. Hij is een heel vreemd type en deelt ook liever niets over zichzelf. Hij lijkt wel een soort interesse te tonen in Lillian door haar dingen te vertellen over zijn persoonlijke leven (zijn katten, zijn huis.. etc.).

‘Ik zal je mijn huis laten zien,’ zegt hij uiteindelijk, ‘het is het meest roekeloze wat ik ooit heb gedaan.’ – p 113

Hij is erg geïnteresseerd in kunstmatige intelligentie en praat ook veel over de mens die door technologie over genomen wordt. Hij is een echte nerd. Hij filosofeert heel veel over de mens en zijn ideale vorm.

“Mensen krijgen wenken, zo moet je het zien. En zoals mensen nu eenmaal zijn, ze worden beïnvloed door de wenken

(5)

die ze krijgen, het gedrag van mensen die wenken hebben gekregen is behoorlijk voorspelbaar en dat is goed. De andere grote, cruciale vraag is: wat doen we met de onbestuurbare gevallen? Eigenlijk is zo’n onbestuurbaar geval te vergelijken met een helikopter die achter de vijandelijke linies is terechtgekomen. Bombarderen, zou je zeggen, om te voorkomen dat de technologie in handen van de vijand valt. Ik ben zo’n onbestuurbaar geval.’” – p 116

Axel: Axel is de persoon waarmee Lillian het sollicitatiegesprek heeft en tevens ook haar baas. Hij is een overtuigde veganist en laat dat ook heel vaak weten. Als hij Lillian uitnodigt om bij hem te komen eten, kookt hij ook

veganistisch en praat hij onder andere over het feit dat hij geen kinderen wil puur om het feit dat hij niet nóg meer carnivoren op te wereld wil zetten. Hij is een nette man en ook een beetje vreemd. Hij heeft ook een knipperlichtrelatie nog met zijn (ex)vriendin. Hij wordt niet echt goed beschreven; hij blijft nogal oppervlakkig. Wat we wél van hem weten is dat hij de overheid niet vertrouwd.

De moeder van Lillian: de moeder van Lillian is een zorgzame vrouw die eigenlijk alleen maar goeds wil voor Lillian. Ze vraagt regelmatig of alles wel goed gaat met Lillian, of ze hulp nodig heeft, etc. (ook al wijst ze dat steeds af). Lillian is erg onaardig tegen haar, ook al heeft ze recentelijk haar man verloren.

“Het woord ‘kutwijf’ verrast haarzelf, ze heeft er ook meteen spijt van. De moeder begint te huilen, maar gaat door met wortels raspen. ‘Dat bestaat niet, Lillian,’ zegt ze, ‘er bestaat geen mensenallergie. Mensen zijn niet allergisch voor mensen.’ Ze raspt en ze raspt en ze raspt.” – p 124

Banri Watanuki: Banri is Lillians internet vriend. Ze weet vrijwel niets over hem. Hij is alleen erg prettig om mee te praten over de ‘ideale mens’. “Hij zei dat de mens die nog vastzat aan zijn lichaam feitelijk een onbevrijde slaaf was”.

“Banri feliciteert haar. Waar hij woont weet ze niet, hij heeft eens laten doorschemeren in een andere tijdzone te zitten maar dat kon natuurlijk tijdelijk zijn. Hoe oud hij is weet ze evenmin, ze is er zelfs niet honderd procent van overtuigd dat hij een man is, soms denkt ze dat hij is omgebouwd, maar dat is onbelangrijk want hij houdt van haar zoals er nog niet van haar is gehouden. Wel is hij vermoedelijk Nederlands. Je hoeft de mensen niet te ontmoeten om hun liefde te ervaren, je hoeft hun warme handen niet op je lichaam te voelen om opgewonden te raken.”

3. Bespreek de verhouding tussen fabel en sujet, de functie ervan voor het verhaal en het effect op jou als lezer.

Het ‘sujet’ (het verloop van gebeurtenissen zoals ze voorkomen in het boek):

Het boek begint met de situatie waar Lillian naar het sollicitatiegesprek gaat. Vervolgens een grote flashback naar het begin van Lillian’s interesse in computers, het overlijden van haar vader, haar beginnende

internetvriendschappen en uiteindelijk de opkomst van Banri Watanuki die haar overhaalt om te solliciteren bij BClever. Hierna wordt het verhaal weer vanaf de sollicitatie verteld. De ‘fabel’ is dan ook Lilians levensverhaal vanaf haar middelbare schoolleeftijd tot haar baarn bij BClever.

(6)

4. Bespreek het perspectief en de (on)betrouwbaarheid ervan. Wat is de functie ervan voor het verhaal en effect op jou als lezer?

Het boek wordt uit zowel een alwetend als ik-perspectief verteld. Sommige stukken zijn vanuit Lillians perspectief geschreven en sommige stukken vanuit een alwetend perspectief. Het alwetende perspectief is vooral wanneer een gebeurtenis uit het verleden wordt beschreven. Dit verduidelijkt het verhaal voor de lezer waardoor je Lillian’s gedrag beter kan begrijpen. Verder wordt het verhaal vrijwel helemaal vanuit Lillian’s perspectief verteld. Dit zorgt er voor dat de bijfiguren veel moeilijker te begrijpen zijn en die blijven dan ook een mysterie tot het einde van het boek.

5. Bespreek de thematiek. Besteed aandacht aan in ieder geval de begrippen verhaallaag, motieven en thematische laag.

De verhaallaag is vrij oppervlakkig. Lillian is een anti-sociaal persoon, wordt overgehaald om te solliciteren bij een bedrijf, gaat daar werken, komt twee personen tegen (waarvan er één verdwijnt en de andere haar ‘partner’ wordt) en daar eindigt het verhaal ook.

De thematische laag (wat er met het verhaal bedoeld wordt) kan je vrij ingewikkeld interpreteren. Wat alle

personages wél gemeen hebben is dat ze allemaal filosoferen over de ideale vorm van de mens. Zowel Lillian als Seb geloven dat de fysieke, van vlees gemaakte mens, zo niet veel langer verder kan gaan en dat ze ooit zullen

veranderen in technologisch gestuurde wezens. Seb gelooft dat de hybride mens de ideale mensvorm is en Lillian hecht totaal geen waarde aan het ‘menselijk lichaam’ en leeft dus vooral online. De ‘ideale’ mens is tevens ook een belangrijk motief. Het is constant verweven binnen de dialogen en omvat eigenlijk ook het hoofdthema van het boek.

““We zijn bezig om mensen over te nemen. Het gebeurt nog grof, maar het zal steeds verfijnder gaan worden, het is ten dele uiteraard een psychologisch proces, dat is het altijd geweest en dat zal het blijven. Reclame, propaganda, desinformatie, selectieve informatie, dat zijn allemaal grove en primitieve vormen om mensen op deelgebieden over te nemen, maar we worden steeds beter. Hoe gaan we de mens zo besturen dat hij minder schade aan zichzelf en zijn omgeving aanricht, dat is de grote morele vraag die alle denkers, theoretische en praktische denkers, altijd al heeft beziggehouden en die nu urgenter lijkt dan ooit. Mijn grote vraag is: wie bestuurt mij?’” – p 113

Axels ideale mens is eentje die veganistisch is. Op elke pagina kom je wel een vergelijking met dieren tegen en dit doet Grunberg waarschijnlijk om het motief ‘veganisme’ te versterken. In het begin van het verhaal worden geslachtsdelen ook aangeduid met ‘eekhoorn’ en ‘stier’. Lillian ziet haar ouders ook als ‘varkens’ zoals in de film

‘Spirited Away’.

(7)

Axel houdt zich vooral bezig met malware e.d., maar zijn mensbeeld is draait ook om een ideale mens. Axel is het ook wat betreft de mensenallergie het Lillian eens. Mensenallergie is tevens ook een motief wat vaak terug komt.

“Axel werpt een tweede blik op haar been. ‘Ja,’ zegt hij, ‘mensenallergie, maar daar hebben de mensen het zelf naar gemaakt. Ze hebben niet één kans gehad, ze hebben meerdere kansen gehad, ze hebben steeds weer nieuwe kansen gekregen en ze hebben het altijd weer voor zichzelf en voor anderen verpest, geen wonder dat er nu wezens

rondlopen met mensenallergie. Geen wonder.’” – p 139

6. Geef je beargumenteerde eindoordeel over de roman.

Toen ik dit boek uit had moest ik echt een paar dagen er over nadenken en het er met mijn gepassioneerde

klasgenoot over hebben. Pas nadat ik mij nu verdiept heb in het boek (en het praktisch opnieuw heb gelezen doordat ik quotes aan het zoeken was) kan ik het verhaal enigszins begrijpen. Het is inderdaad een absurd boek. De

verhaallaag is erg oppervlakkig. Er gebeurt wezenlijk weinig in het verhaal, maar de onderwerpen die alle personages bespreken vormen het verhaal. Achteraf gezien is dat eigenlijk best gaaf. Ik hou wel van een beetje filosofie/scepticisme tegenover onderwerpen (in dit geval de mens). De mensbeelden van de personages was vooral dominant en dat maakte het boek absurd, maar ook interessant. Het was zeker niet het leukste boek wat ik ooit heb gelezen, maar zeker wel het absurdste en vreemdste. Dat is zeker niet negatief, maar ook niet per definitie positief.

3 Achtergrondinformatie over de auteur

Arnon Grunberg heeft zijn middelbare school, het Vossius gymnasium in Amsterdam, nooit afgemaakt. Dat heeft niet verhinderd dat hij een van de belangrijkste jonge schrijvers van Nederland is geworden, die vele prijzen wint en die de grote kranten volschrijft.

Nadat hij van school werd gestuurd, had Grunberg allerlei baantjes, maar begon hij ook zijn eerste toneelstukken te schrijven. Van deze periode doet hij verslag in de min of meer autobiografische debuutroman, Blauwe maandagen uit 1994. Behalve over de grote liefde van de ‘ik’ en over zijn avonturen met escort-girls, gaat het in deze eerste roman onder andere over de oude joodse ouders van de ik-figuur. Zij hebben de Holocaust meegemaakt, en met typisch Grunbergs cynisme en gevoel voor het absurde worden hun angsten beschreven - een gegeven dat ook terugkeert in het volgende boek, Figuranten. Net als de hoofdpersonen in die roman vertrok ook Grunberg zelf in deze periode naar New York, waar hij nu nog steeds woont.

Heel vaak is hij daar echter niet te vinden, want wie zijn blog volgt op www.arnongrunberg.com weet dat de schrijver de hele wereld overvliegt, voor boekpromoties, columns maar ook serieuze reportages uit oorlogsgebieden als Irak en Afghanistan. Om het nieuws is het Grunberg niet te doen met deze ‘missies’, veeleer wil hij weten wat iemand ertoe brengt om soldaat te worden, wat geweld doet met gewone mensen, en bijvoorbeeld welke taal er in een oorlog wordt gesproken.

(8)

Ondertussen schrijft hij de ene roman na de andere. Na Fantoompijn uit 2000 verdween het autobiografische vrijwel geheel uit zijn boeken. Ging het daar nog om een schrijver die in New York woont en zich in de schulden steekt, in De Asielzoeker is er een minder rechtstreeks verband. De hoofdpersoon is hier nauwelijks meer een schrijver te noemen:

hij heeft zijn pen al tien jaar eerder aan de wilgen gehangen. In plaats daarvan vertaalt hij gebruiksaanwijzingen;

volgens hem is dat veel belangrijker werk - een fout in de gebruiksaanwijzing voor een kettingzaag kan immers fataal zijn. Aan het einde van het boek ontdekt hij dat literatuur net zo gevaarlijk is.

In dezelfde tijd begon Grunberg met een zijtak aan het oeuvre: onder de naam Marek van der Jagt schreef hij twee romans. Vooral Gstaad 95-98 is een extreem boek, waarin een serie ranzige en absurde verwikkelingen leiden tot de moord op een klein meisje. Na dit boek was het Grunberg blijkbaar genoeg met dit ‘heteroniem’, bovendien wist iedereen inmiddels wie er schuilging achter Marek van der Jagt. Grunbergs onmiskenbare eigen stijl had hem al snel verraden. Naast zijn voorkeur voor aforismen is ook de licht ironische schrijfwijze met veel herhalingen kenmerkend:

‘Woede is een kwestie van exploderen en hij explodeert. Hij is al zo vaak geëxplodeerd. Zijn exploderen is imploderen geworden’ (De Asielzoeker).

Velen zien rond De Asielzoeker in Grunbergs werk een wending. Hoewel dezelfde thema’s van belang blijven - jodendom en de erfenis van de Tweede Wereldoorlog, schuld, liefde en seks (en vooral wat die met elkaar te maken kunnen hebben) - wordt het ook serieuzer, minder absurd van toon en dus minder autobiografisch. Geweld en de oorlog gaan een belangrijkere rol spelen. In Tirza (2006) is de ogenschijnlijk keurige Jörgen Hofmeester eigenlijk een

‘beest’, en in Onze Oom uit 2008 is niemand meer keurig. De onschuld van kinderen (ook zo’n terugkerend thema bij Grunberg) blijkt niet lang stand te kunnen houden in de echte wereld. Met deze roman dicht Grunberg de kloof tussen zijn romans en zijn reportages: zo lijken zijn ervaringen op missies materiaal te hebben geleverd voor dit boek.

In eerdere boeken baseerde hij zich vaker op andere literatuur. Grunberg gebruikt graag en veel verhalen van anderen, van grote filosofen als Nietzsche tot onbelangrijke schrijvers die haast niemand leest. De reden van al die verwijzingen naar andere teksten (‘intertekstualiteit’) is niet altijd even duidelijk. Wellicht wil Grunberg ermee zeggen dat originaliteit voor hem niet zo belangrijk is: als je maar een goed verhaal vertelt dat de lezer kan boeien. Ook zal hij ermee laten zien wie in zijn ogen belangrijke voorgangers en inspirators zijn. W.F. Hermans kan daartoe gerekend worden, en Frans Kellendonk bijvoorbeeld. Ook zij waren ‘ontmaskeraars’ die via de literatuur de mensen een ontluisterend beeld gaven van de absurde en chaotische wereld. Waar het bij Grunberg steeds weer om gaat is hoe de mens ondanks alles blijft geloven in ‘afgoden’ (geld, liefde, seks, geweld) en steeds weer tot de tragische

ontdekking komt dat daar al evenmin heil van te verwachten is als van de gewone God.

Bron: Arnon Grunberg. ( z.j.) . Geraadpleegd van:

https://www.literatuurgeschiedenis.nl/20ste/auteurs/lg20026.html

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In het boek Komt een vrouw bij de dokter is duidelijk maar 1 verhaallijn aanwezig: het begint met het ziekenhuisbezoek waar Carmen krijgt te horen dat ze borstkanker heeft,

Er is eigenlijk maar een echte flashback en die gaat terug naar het moment dat Carmen de eerste keer bij de dokter komt en dat die zegt dat ze geen borstkanker heeft en dat er niks

Dat Jörgen Hofmeester zelfs zijn dochter vermoord, eigenlijk uit liefde, omdat hij haar niet meer kan beschermen, en dat hij dan later Tirza vervangt door Kaisa.. Ik vond het thema

Het kind heeft net leren lopen en achtervolgt wankelend maar met plezier de katten van het huis. Op een gegeven moment gaat Zinat naar boven naar haar kamer en vergeet het

Met mijn nieuwe lakschoenen in een tas renden we naar huis, daar aten we een ijsje, een perenijsje, dat was mijn lievelingsijs en mijn vader troostte me zoals hij me

”De Bruijn benadrukt: “De uitdaging van marketing ligt niet zozeer in het ontwikkelen van unieke producten en die optimaal in de markt zetten, maar juist in het oog hebben voor

Sepha gaat naar Yona’s huis en denkt aan wat Yona die morgen van haar verwachtte.. Was het misschien haar schuld dat ze uit de trein

Wel vind ik het alvast leuk om een aantal dingen over hem te vertellen die weliswaar niet zoveel te maken te hebben met de stijl van schrijven, althans dat weet ik niet zeker, maar