• No results found

Wierd Hoogsteen. Liturgy by de tanktsjinst foar it libben fan. *Garyp, 27 oktober Wurdum, 24 novimber 2020

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Wierd Hoogsteen. Liturgy by de tanktsjinst foar it libben fan. *Garyp, 27 oktober Wurdum, 24 novimber 2020"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Laat mij als een kleine vogel schuilen mogen

Waar U uw vleugels om mij slaat Psalm 61:3

Liturgy by de tanktsjinst foar it libben fan

Wierd Hoogsteen

*Garyp, 27 oktober 1931

† Wurdum, 24 novimber 2020

op sneon 28 novimber 2020 om 11.00 oere yn de Sint Martinustsjerke fan Wurdum

Foargonger: Ds Wiebrig de Boer-Romkema

Oargelist: Klaske Deinum

Amtsdrager fan tsjinst: Corry Brouwer-Bakker

(2)

Oargelspyljen foar de tsjinst Bemoediging en gebed

Orgel: lied 84: 2 – uit: Psalmen en gezangen voor de eredienst, 1938 Zelfs vindt de mus een huis, o Heer!

De zwaluw legt haar jongskens neer in ’t kunstig nest bij uw altaren.

Bij U, mijn Koning en mijn God, verwacht mijn ziel een heilrijk lot, geduchte Heer der legerscharen!

Welzalig hij, die bij U woont, gestaâg U prijst en eerbied toont.

Wurden fan wolkom

Orgel: lied 84: 6 – uit: Psalmen en gezangen voor de eredienst, 1938 Want God, de Heer, zo goed, zo mild,

is t’ allen tijd een zon en schild.

Hij zal genaad’ en ere geven.

Hij zal hun ’t goede niet in nood onthouden, zelfs niet in den dood, die in oprechtheid voor Hem leven.

Welzalig, Heer, die op U bouwt en zich geheel aan U vertrouwt!

Lezing uit het Oude Testament: Ps 61- 1-6 - NBG Voor de koorleider. Bij snarenspel. Van David.

Hoor toch, o God, mijn smeking, sla acht op mijn gebed.

Van het einde des lands roep ik tot U, omdat mijn hart bezwijkt;

leid mij op een rots die mij te hoog zou zijn.

Want Gij zijt mij een schuilplaats geweest, een sterke toren tegen de vijand.

Laat mij in uw tent voor altoos vertoeven, laat mij schuilen, geborgen onder uw vleugelen.

Want Gij, o God, hebt gehoord naar mijn geloften,

Gij hebt het erfdeel gegeven van hen die uw naam vrezen.

(3)

Orgel en voorganger: lied 61: 3

3. Laat mij als een kleine vogel schuilen mogen waar Ge-uw vleuglen om mij slaat.

Want Gij weet wie ik mij wijdde, dat ik zeide:

Heer, Gij zijt mijn toeverlaat!

Lezing uit het Nieuwe Testament: Matteüs 6: 25-34 - NBG

Daarom zeg Ik u: Weest niet bezorgd over uw leven, wat gij zult eten [of drinken], of over uw lichaam, waarmede gij het zult kleden. Is het leven niet meer dan het voedsel en het lichaam meer dan de kleding? Ziet naar de vogelen des hemels: zij zaaien niet en maaien niet en brengen niet bijeen in schuren, en toch voedt uw hemelse Vader die; gaat gij ze niet verre te

boven? Wie van u kan door bezorgd te zijn één el aan zijn lengte toevoegen? En wat zijt gij bezorgd over kleding? Let op de leliën des velds, hoe zij groeien: zij arbeiden niet en spinnen niet; en Ik zeg u, dat zelfs Salomo in al zijn heerlijkheid niet bekleed was als een van

deze. Indien nu God het gras des velds, dat er heden is en morgen in de oven geworpen wordt, zó bekleedt, zal Hij u niet veel meer kleden, kleingelovigen? Maakt u dan niet bezorgd, zeggende: Wat zullen wij eten, of wat zullen wij drinken, of waarmede zullen wij ons kleden? Want naar al deze dingen gaat het zoeken der heidenen uit. Want uw hemelse Vader weet, dat gij dit alles behoeft. Maar zoekt eerst Zijn Koninkrijk en Zijn gerechtigheid en dit alles zal u bovendien geschonken worden. Maakt u dan niet bezorgd tegen de dag van morgen, want de dag van morgen zal zijn eigen zorgen hebben; elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad.

Orgel: The last rose of the summer – gedicht van de Ierse dichter Thomas Moore, 1805 De laatste roos van de zomer

Het is de laatste roos van de zomer die eenzaam staat te bloeien Haar lieflijke gezellen zijn verwelkt en vergaan

Geen verwante bloem, en geen rozeknop is nabij om haar blosjes verzuchtend terug te kaatsen

(4)

Ik blijf bij u, gij eenzame, verkwijnend op de steel Nu de lieflijken slapen, ga, en slaap dan met hen Daarom verstrooi ik uw blaad'ren over het perkje waar uw tuingezellen geurloos en verstorven liggen.

Dan spoedig zal ik volgen wanneer vriendschap vergaat en de juwelen uit liefde's schitterende kroon wegvallen

Wanneer trouwe harten vergaan zijn en teerbeminden zijn vertrokken O wie zou alleen in deze naargeestige wereld willen blijven,

alleen in deze naargeestige wereld . . . Preek

Orgel: The Wild Rover – the Dubliners Gebeden

Orgel en voorganger: lied 282, Psalmen en gezangen voor de eredienst, 1938 Orgel: één couplet

Couplet 5: orgel en voorganger

1 Blijf bij mij, Heer, want d’ avond is nabij.

De dag verduistert, Here, blijf bij mij!

Als and’re hulp m’ ontbreekt, geluk m’ ontvliedt, der hulpelozen hulp, verlaat mij niet!

2 Weldra verloopt des levens kort getij, vreugde verdoft, de glorie gaat voorbij.

Alles verzinkt, waar ik mij henen keer:

Gij houdt uw trouwe, o blijf bij mij, Heer!

3 ’k Heb U altijd van node, dag en nacht, slechts uw genâ verwint des bozen macht.

Wie kan als Gij mijn gids en sterkte zijn?

Blijf bij mij, Heer, in nacht en zonneschijn!

4 Geen vijand vrees ik, als Gij bij mij zijt, tranen en leed zijn zonder bitterheid.

Waar is, o dood, uw schrik, graf, waar uw eer?

Meer dan verwinnaar blijf ik in den Heer.

5 Houd hoog uw kruis voor mijn verdonk’rend oog, Licht in den schemer, leid mij naar omhoog!

De morgen daagt, de schaduw gaat voorbij:

in dood en leven, Heer, blijf mij nabij!

(5)

Utlieding

Sprutsen: liet 957: 1,3,4 - Lieteboek Sike fûgel op ‘e grûn,

hoe kaamst hjir telâne?

Do wiest fallen, maar waardst fûn, bist yn feilige hannen.

Lytse fûgel, sa benaud,

wês net bang, hjir is it fertroud.

Lytse fûgel, flean opnij, no bisto genêzen.

Pine is foargoed foarby, hoechst net bang te wêzen.

Sjoch, in hân is iepengien, flean mar frij de romte yn.

Boppe greide, stêd en lân klinkt dyn blide roppen;

Lytse fûgel yn Gods hân, flean omheech, nei boppen, nei de frijheid dy’t dêr is, nei in plak dat ivich is!

Seine A: amen

Wylst Wierd Hoogsteen de tsjerke útdroegen wurdt lústerje we nei: ‘Nader mijn God bij U’

Op it hôf:

Op it hôf binne jo útnoege om it ‘Onze Vader’ mei te bidden.

Onze Vader die in de hemelen zijt, uw naam worde geheiligd;

uw Koninkrijk kome; uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.

Geef ons heden ons dagelijks brood;

en vergeef ons onze schulden,

gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren;

en leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze.

(6)

Want van U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid tot in eeuwigheid. Amen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Of je de uitnodiging aanvaardt, bepaal je natuurlijk wel zelf Of misschien toch niet?. Hoe herken je Maria in

Waarom heeft Gartner in zijn onderzoek niet naar de kwaliteit van de broncode gekeken, waarom heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken hier niet naar gevraagd en waarom is het

Wanneer een programma of een project moeilijk in tussentijdse producten kan worden opgedeeld, dan moet bekeken worden hoe dat in beheersbare stappen uitgevoerd kan worden.. Zoals

De arbeidsmarktpositie van hoger opgeleide allochtone jongeren is weliswaar nog steeds niet evenredig aan die van hoger opgeleide autochtonen, maar wel veel beter dan die

Maar hun verhalen suggereren tegelijkertijd dat de oplossing niet direct gevonden kan worden in de maatregelen die de afgelopen jaren sterk in beeld waren en die inzetten op

Let eens op de vogels in de lucht: ze zaaien niet en maaien niet en verzamelen niet in schuren, maar uw hemelse Vader voedt ze. Zijt gij dan niet veel méér

‘Als ze binnen de jeugdpsychiatrie niet meer weten wat ze met je moeten aanvangen, sturen ze je maar naar de jeugdzorg.. (...) Ik ben er nog

Uit jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM), te weten Anayo/Duitsland (EHRM 21 december 2010, 20578/07) en Schneider/Duitsland (EHRM 15 september