• No results found

Zondagslezing 10 juli

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Zondagslezing 10 juli"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

LEZINGEN DOOR DE WEEK | Maandag 11 juli: Spreuken 2, 1-9 en Matteüs 19, 27-29 • Dinsdag 12 juli: Exodus 2, 1-15a en Matteüs 11, 20-24 • Woensdag 13 juli: Exodus 3, 1-6.9-12 en Matteüs 11, 25-27 • Donderdag 14 juli: Exodus 3, 13-20 en Matteüs 11, 28-30 • Vrijdag 15 juli: Exodus 11, 10 – 12, 14 en Matteüs 12, 1-8 • Zaterdag 16 juli:

Exodus 12, 37-42 en Matteüs 12, 14-21 • Zondag 17 juli (Zestiende

zondag door het jaar) Wijsheid 12, 13.16-19 – Brief aan de Romei- nen 8, 26-27 – Matteüs 13, 24-43.

EUCHARISTIE OP RADIO | 10 juli, 10 uur, VRT Radio 1: vanuit de Sint-Ludgerusparochie in Zele.

EUCHARISTIE OP TV | 10 juli, 10 uur, RKK via Nederland 2: van- uit de Sint-Lambertusparochie in Hengelo.

10 j u l i 2011 – v i j ft i e n d e zo n dag doo r h et jaa r

eerste lezing

jesaja 55, 10-11

Zo spreekt de Heer:

„Zoals de regen en de sneeuw uit de hemel vallen en daar pas terug- keren wanneer zij de aarde hebben gedrenkt, haar vruchtbaar heb- ben gemaakt en met groen hebben bedekt, wanneer zij het zaad aan de zaaier hebben gegeven, en het brood aan wie moet eten; zó zal het ook gaan met het woord dat komt uit mijn mond; het keert niet vruchteloos naar Mij terug, maar pas wanneer het mijn wil heeft volbracht en zijn zending heeft vervuld.”

tweede lezing

brief aan de romeinen 8, 18-23

Broeders en zusters,

Ik ben er van overtuigd, dat het lijden van deze tijd niet opweegt tegen de heerlijkheid waarvan ons de openbaring te wachten staat.

Ook de schepping verlangt vurig naar de openbaring van Gods kin- deren. Want zij is onderworpen aan een zinloos bestaan, niet omdat zij het zelf wil, maar door de wil van Hem die haar daaraan onder- worpen heeft. Maar zij is niet zonder hoop, want ook de schepping zal verlost worden uit de slavernij der vergankelijkheid en delen in de glorierijke vrijheid van de kinderen Gods.

Wij weten immers dat de hele natuur kreunt en barensweeën lijdt, altijd door. En niet alleen zij, ook wij zelf, die toch reeds de eerste- lingen van de Geest hebben ontvangen, ook wij zuchten over ons ei- gen lot, zolang wij nog wachten op de verlossing van ons lichaam.

evangelie

matteus 13, 1-23

Op zekere dag verliet Jezus zijn huis en ging aan de oever van het meer zitten. Toen verzamelde zich bij Hem een menigte zó talrijk, dat Hij in een boot moest stappen om daar plaats te nemen, terwijl de hele menigte langs het strand bleef staan. Hij sprak tot hen over vele dingen in gelijkenissen.

„Eens,” zo begon Hij, „ging een zaaier uit om te zaaien. Bij het zaaien viel een gedeelte op de weg en de vogels kwamen het opeten.

Een ander gedeelte viel op de rotsachtige plekken, waar het niet veel aarde had; het schoot snel op, omdat het in ondiepe grond lag. Toen de zon was opgekomen, kreeg het te lijden van de hitte, zodat het verdorde bij gebrek aan wortel. Weer een ander gedeelte viel onder de distels en deze schoten op, zodat het verstikte. Een ander gedeel- te ten slotte viel op goede grond en leverde vrucht op: deels hon- derd-, deels zestig-, deels dertigvoudig. Wie oren heeft, hij luistere.”

Zijn leerlingen kwamen Hem vragen: „Waarom spreekt Gij tot hen in gelijkenissen?”

Hij gaf hun ten antwoord: „Aan u is het gegeven de geheimen van het Rijk der hemelen te kennen, maar aan hen is het niet gegeven.

Aan wie heeft, zal gegeven worden, en wel in overvloed; maar wie niet heeft, hem zal nog ontnomen worden, zelfs wat hij heeft. Als Ik tot hen spreek in gelijkenissen, dan is het omdat zij, ofschoon zij ogen hebben, niet zien en ofschoon zij oren hebben, niet horen of begrijpen.”

„Zo wordt in hen de profetie van Jesaja vervuld die aldus luidt:

‘Met uw oren zult gij luisteren en toch niet verstaan, met uw ogen zult gij kijken en toch niet zien.’ Want verhard is het hart van dit volk, met hun oren luisteren ze slecht en hun ogen doen zij dicht, uit vrees dat zij zouden zien met hun ogen, met hun oren zouden horen, met hun hart zouden verstaan, zich zouden bekeren en Ik zou hen genezen.”

„Maar gelukkig úw ogen, omdat zij zien, en úw oren, omdat zij horen! Want voorwaar, Ik zeg u: ‘Vele profeten en rechtvaardigen hebben verlangd te zien wat gij ziet, maar zij hebben het niet ge- zien; en te horen wat gij hoort, maar zij hebben het niet gehoord’.”

„Gij dan, luistert naar de gelijkenis van de zaaier: zo dikwijls ie- mand het woord van het Koninkrijk wel hoort maar niet begrijpt, komt de boze en rooft weg wat gezaaid ligt in zijn hart; dat is hij die op de weg gezaaid is. Die op rotsachtige plekken werd gezaaid, is hij die het woord hoort en het terstond met blijdschap opneemt:

maar hij heeft geen wortel geschoten, hij leeft bij het ogenblik, en als hij omwille van het woord verdrukt of vervolgd wordt, komt hij onmiddellijk ten val. Die gezaaid werd tussen distels is hij die het woord wel hoort, maar dit wordt door de zorgen van de wereld en de begoocheling van de rijkdom verstikt en zo blijft het zon- der vruchten. Maar die in goede aarde werd gezaaid, is hij die het woord hoort en begrijpt en daarom vrucht draagt: bij de een is de opbrengst honderdvoudig, bij een ander zestigvoudig en bij een an- der dertigvoudig.”

Schriftlezingen © Katholieke Bijbelstichting

’s-Hertogenbosch, www.bijbel.net

commentaar bij de zondagslezingen

— Kris Depoortere—

Agrarisch assistent

WE KEnnEn DE pARABEL VAn DE BOER – vandaag agrarisch assistent genoemd – die zaait, ook op rotsgrond en tussen de distels. En zo vaak hoorden we die para- bel uitleggen in een moraliserende zin: „Waar zijn de rotsplekken in je leven? Waar groeien de distels? Ruk ze uit, zodat de zaaier niet tevergeefs zaait.” Ik heb het steeds moeilijk met dit soort uitleg. Ik vind de parabel een verhaal van verlangen, van hoop in nood. Ik zal u hem opnieuw vertellen, vanuit het standpunt van een arme boer in Israël.

Ik ben Micha, arme agrarisch assistent in Galilea, noord-Israël. Mijn adres is in nazareth, een klein dorp. We zijn bijna allemaal boeren hier. Hoe je leven bijeen- schrapen uit de grond? Ons land is niet goed. Distels en rotsblokken, keien en droog- te. De beste akkers zijn in het bezit van grootgrondbezitters. Gelukkig heb ik nog het lapje grond van mijn voorouders. Ik ploeg elk jaar opnieuw. En ik zaai. Maar mijn streepje grond ligt op een helling. Als het regent, stroomt er veel zaad weg. Het is een soort lotto: hoeveel graan zal er kiemen? Ik zou een viervoudige oogst willen, maar eigenlijk moet ik zesmaal mijn zaaigraan terughebben. Anders haal ik het niet.

Vorig jaar was een catastrofe door de droogte. Ik had zaaigraan apart gezet, maar de oogst was zo slecht en ik moest een deel van ons zaaigraan malen voor brood. Mijn kinderen hadden honger. En dan zijn er de belastingen van de staat en van de Ver- enigde Staten van het Midden-Oosten. Die geopolitieke veranderingen helpen ons niet: arm blijft arm, zoals in Europa. Ik had maar de helft van mijn zaaigraan over toen het lente werd. Ik heb zaaigraan bijgekocht – tegen welke prijs! – om dat zaai- graan te krijgen, heb mijn akker verpand aan een man die al veel vruchtbare akkers bezit bij een beek.

Ik moet dus veel oogsten dit jaar, anders ben ik mijn akker kwijt. Dat gebeurde met mijn buurman Aäron drie jaar geleden. Er kwam droogte in het jaar dat hij zijn land verpand had. De deurwaarder heeft zijn land, hem en zijn kinderen verbeurd verklaard. Hij is nu slaaf. Als ik dit jaar geen zesvoudige oogst heb, ga ik dezelfde weg op. Zes kilo oogstgraan voor een kilo zaaigraan. Anders wordt het ook voor mijn ge- zin slavernij. „Weer naar Egypte”, zouden onze voorvaderen zeggen. Ik heb gezaaid, zeer voorzichtig, op de beste plekjes, bijna zaadje per zaadje. Ik heb een psalm ge- zongen terwijl ik zaaide: „Wie zaait in tranen, zal oogsten met een lach en een lied.”

Ik bid dat het zo mag zijn. Het lied stokte in mijn keel.

Maar ik hoorde een vreemd verhaal over een man, een van de onzen uit naza- reth, de zoon van timmerman Jozef. Jezus is zijn naam, ‘God redt’. Mooie naam. Hij geneest zieken in de omstreken, niet in ons dorp nazareth, want de leiders mogen Hem niet. Geen sant in eigen land. Hij vertelde zo’n mooi verhaal voor boeren, alsof Hij wist wat het is te moeten vechten om te overleven. Het was een verhaal vol belof- te, van een dertig-, zestig- of honderdvoudige oogst. Ja, er waren distels en doornen, keien en rotsen. Ja, je moest zorgvuldig zaaien, bijna zaadje per zaadje planten, maar dan zou het lukken. Want Hij zei dat God onze hand vasthoudt als wij zaaien en op Hem vertrouwen. Ik zou dan genoeg hebben, meer dan genoeg. Ik zou mijn pand kunnen terugkopen, schulden afbetalen en mijn kinderen zouden kunnen stude- ren. En ze zouden geen boer meer hoeven te zijn. Ik zou kunnen ontsnappen aan die dwingende cirkel van schuld en onteigening. Ik zou vrij zijn. Een vrije boer, zou het ooit kunnen? Is die Jezus dertig-, zestig- of honderdvoudig gek? Of is Hij de enige bij zijn verstand, omdat Hij gelooft in beloften? Omdat Hij ook vandaag nog durft ho- pen op God, die Hij zijn Vader noemt?

Jezus is niet gek. Hij vraagt zorgvuldig te zaaien en distels en doornen te vermij- den, maar Hij draagt zorg. Wij kunnen onmogelijk precies weten waar al ons zaai- graan – al onze liefde – terechtkomt. Hij belooft: „Wat je aan liefde zaait, hoe klein ook, brengt op, dertig-, zestig-, en honderdvoud. Ik draag zorg. Wie in angst en tra- nen zaait, wordt beloond. Ooit zullen jullie oogsten met een lach en een lied. Het komt goed. Op een Derde Dag, een pasen, over de dagen van angst en hopeloosheid heen.”

kerk & leven 22 juni 2011 lezingen & Commentaar C

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De feesten gaan in ieder geval terug naar begin negentiende eeuw, dan wordt er voor het eerst over geschreven. De traditie wordt op het ene eiland strenger bewaakt dan op het

De toenmalige Friese stadhouder Johan Willem Friso werd de eerste prins van Oranje, maar hij verdronk in 1711 bij Moerdijk en zo werd zijn zoontje, dat enkele weken na zijn

Ik betuig voor God en Zijne heilige gemeente dat Christus juist op deze morgen (dus zeker niet toevallig) nog opnieuw bevestigd heeft aan mijn arme ziel, hetgeen Hij op mijn 27e

„Zo wordt in hen de profetie van Jesaja vervuld die aldus luidt: ‘Met uw oren zult gij luisteren en toch niet verstaan, met uw ogen zult gij kijken en toch niet zien.’ Want verhard

„Dat pauselijke document bracht een stroomversnelling in het ecologisch bewustzijn”, zegt Karel Malfliet van Ecokerk, dat bij ons campagne voert voor ethisch beleggen..

„Zo wordt in hen de profetie van Jesaja vervuld die aldus luidt: ‘Met uw oren zult gij luisteren en toch niet verstaan, met uw ogen zult gij kijken en toch niet zien.’ Want verhard

Het gebeurt elke keer wanneer christenen, bij hun ‘naaste’ naaste aanwezig zijn met zalvende aandacht en attenties. En aanvoelen hoe ook Jezus’ geest onzichtbaar

Om beter aan te kunnen sluiten bij de maatschappelijke verwachtingen moet actieve openbaarheid van bestuur niet alleen naar de letter maar ook in de praktijk veel meer het