Eindverslag van de opdracht
Beheeradvies op basis van de waargenomen macrofungi in het Provinciaal domein Hertberg
RAPPORT Natuur.studie nummer 9 2012
Roosmarijn Steeman
Eindverslag van de opdracht
Beheeradvies op basis van de waargenomen macrofungi in het Provinciaal domein Hertberg
Opdrachtgever: Provincie Antwerpen
Opdrachthouder: Natuurpunt Studie vzw Coxiestraat 11
2800 Mechelen studie@natuurpunt.be
Veldwerk: Roosmarijn Steeman
Teksten en gegevensverwerking: Roosmarijn Steeman
Foto cover: Roosmarijn Steeman – Jodoformrussula (Russula turci) Foto’s rapport: Roosmarijn Steeman, Vic Van Dyck & An De Wilde Vormgeving: Pieter Van Dorsselaer
Wijze van citeren: Steeman R., 2012. Beheeradvies op basis van de waargenomen
macrofungi in het Provinciaal domein Hertberg te Herselt. Rapport Natuur.studie 2012/9,
Natuurpunt Studie, Mechelen, België.
Inhoudsopgave
1. Inleiding ... 2
2. Situering en beschrijving van het gebied ... 2
3. Methodiek ... 3
4. Resultaten... 3
4. 1 Aantal soorten, aantal RL-soorten, vertegenwoordiging van de ecologische groepen ...3
4.1.1 Soortenlijst Provinciaal domein Hertberg ...3
4.1.2. Soortenlijst per perceel ...4
4.2 Waardebepaling van het gebied op basis van de waargenomen macrofungi ...5
4.2.1 Procentuele verdeling van functionele ecologische groepen (PFG) ...5
4.2.2 Waardepaling van gebieden aan de hand van indicatorsoorten ...6
4.2.3 Waardebepaling aan de hand van Rode-Lijstsoorten ... 11
5. Antwerpse prioritaire soorten... 15
6. Conclusies en beheeradvies Provinciaal domein Hertberg ... 15
7. Referenties ... 16
Bijlage. ... 16
Verklaring van de gebruikte afkortingen ... 17
Volledige soortenlijst ... 17
1. Inleiding
In het Provinciaal domein Hertberg werd in 2004 voor het eerst naar paddenstoelen gekeken. Er werden toen slechts 5 soorten genoteerd, waaronder de op Vlaams niveau zeer zeldzame Holsteelboleet, een symbiont van Lork.
In 2006 kocht het provinciebestuur van Antwerpen het domein Hertberg. Een uitgebreid bosbeheerplan werd opgesteld in 2007-2008 en goedgekeurd door ANB in 2009.
De studie van de mycoflora in bossen vormt een waardevolle aanvulling bij de studie van de vegetatie omdat:
- De paddenstoelenflora veel soortenrijker is dan de vaatplantenflora
- Paddenstoelen vaak sneller reageren op veranderingen van de strooisellaag, de hoeveelheid dood hout, de vochtigheidsgraad van de bodem, …
Vooral in oude bosbestanden vertellen paddenstoelen meer over de toestand van het gebied dan de vegetatie. Botanisch minder interessante percelen kunnen soms toch mycologisch erg waardevol zijn.
Vandaar dat de provincie vragende partij was voor een uitgebreidere studie van de mycoflora en aanbevelingen voor beheer op basis van de mycoflora.
2. Situering en beschrijving van het gebied
Met een oppervlakte van 236 ha is Hertberg meteen het grootste provinciale groendomein. Hertberg maakt deel uit van de voormalige Merodebossen. Een eindeloos gebied van bos en natuur in een aantrekkelijke regio waar drie provincies elkaar raken.
Geografisch is Hertberg gelegen op de overgang van Kempen en Hageland, wat het domein extra troeven biedt. We treffen er enkele ‘bergen’ aan, getuigenheuvels (of ijzerzandsteenheuvels) uit een ver verleden toen de Diestiaanzee tot in deze contreien reikte.
In tegenstelling tot de zandige Kempen die tot enkele decennia terug meestal was begroeid met grote oppervlakten heide, stellen we op de oudste beschikbare geografische kaart (de Ferrariskaart uit 1775) vast dat Hertberg toen reeds volledig bebost was, vooral met naaldhout. Uniek in Vlaanderen is het feit dat het domein sinds die tijd ononderbroken bebost is geweest. Tot de tweede helft van de twintigste eeuw waren deze naaldbossen economisch belangrijk als stuthout voor de steenkoolmijnen.
3. Methodiek
Indien er middelen beschikbaar zijn voor een cyclische inventarisatie kunnen we met permanente proefvlakken werken. Maar omdat er gevraagd werd naar een aanvullende inventarisatie van de mycoflora, stelden we een éénjarige inventarisatieronde voor.
Om praktische redenen (seizoens- en weersgevoelige fenologie van vruchtlichamen) spreidden we de inventarisaties over het seizoen (augustus-september-oktober-november). Afhankelijk van de weersomstandigheden werd op 3 dagen geïnventariseerd: 10/10, 24/10, 27/11.
Per perceel werd een soortenlijst opgemaakt en werden aanbevelingen en opmerkingen voor een paddenstoelvriendelijk beheer genoteerd. Om te beginnen werden de zones waar reeds zeldzame soorten werden gezien bekeken. Daarna kwamen de dreven en de loofhoutstukken aan bod.
Tenslotte werd bijna heel het domein doorlopen.
Er werd een gebiedsdekkende inventaris van het groendomein opgemaakt, waarbij de interessante zones voor paddenstoelen op kaart werden aangeduid.
De gegevens werden ingevoerd en doorgegeven aan FUNBEL (databank van de Vlaamse mycologen).
Bij de soortenlijsten wordt de Rode-Lijststatus voor Nederland (Arnolds & Veerkamp, 2008) en Vlaanderen (Walleyn & Verbeken, 1999) toegevoegd. Ook de ecologie en informatie over het voorkomen van de soort in Vlaanderen wordt hierbij gegeven.
4. Resultaten
4. 1 Aantal soorten, aantal RL-soorten, vertegenwoordiging van de ecologische groepen
4.1.1 Soortenlijst Provinciaal domein Hertberg
In totaal werden 877 waarnemingen genoteerd van 277 soorten. Hiervan staan 22 soorten op de Nederlandse Rode Lijst (1VN, 1EB, 3BE, 13KW, 4GE). De ecologische functies zijn als volgt verdeeld:
36% symbionten, 53% saprofyten (30% houtsaprofyten), 9% parasieten, 1% mos geassocieerde soorten en 1% myxomyceten. De verklaringen van de afkortingen zitten in de bijlage (p. 17).
Op perceel 20a werd een witte vorm van de Bruine knolvezelkop waargenomen.
4.1.2. Soortenlijst per perceel
Er werden 69 deelpercelen bekeken, waarvan 4 percelen aan de overkant (oostkant) van de Diestsebaan (eigendom van ANB).
Figuur 1 – Overzicht van de percelen en éénmalige beheermaatregelen in provinciaal domein Hertberg.
Noordelijke parking 3 soorten, 2 Em, 1 S 1h: 59 soorten, 35 % Em, 60% S, 3%P, 2% Am 2b: 6 soorten, 1RL (KW), 100% Em
2d: 3 soorten, 66% Em, 33% S 3a: 7 soorten, 67% Em, 33% S
3b: 16 soorten, 1RL (BE), 56% Em, 44% S
3d: 20 soorten, 1RL (KW), 60% Em, 1% Pn, 39% S 4a: 9 soorten, 2RL (KW, BE), 89% Em, 11%S 4b: 18 soorten, 1RL (KW), 56% Em, 44% S 5a: 8 soorten, 88% Em, 12%S
5d: 9 soorten, 45% Em, 44% S, 11% P
5e: 11 soorten, 1 RL (GE), 46% Em, 27% S, 27% P 5f: 11 soorten, 36% Em, 64% S
5h: 36 soorten, 3 RL (1BE, 2 KW), 53% Em, 45% S, 2% Am 5i: 5 soorten, 1RL (KW), 60% Em, 40% S
6a: 15 soorten, 34% Em, 66% S 6d: 12 soorten, 34% Em, 58% S, 8% P 7c: 2 soorten, 1 RL (KW), 50% Em, 50% S 7d: 16 soorten, 2 RL (1GE, 1KW), 63% Em, 37% S 7i: 4 soorten, 50% Em, 50% S
8b: 5 soorten, 40% Em, 60% S
8c: 12 soorten, 1RL (GE), 58% Em, 42% S
De Peperboleet, geen algemene soort in Vlaanderen, werd op 6 plaatsen
waargenomen in de Hertberg 9a: 5 soorten, 1RL (KW), 100% Em
9b: 7 soorten, 40% Em, 30% S, 30% P 9c: 11 soorten, 1 RL (GE), 55% Em, 45% S 9d: 11 soorten, 64% Em, 36% S
9e: 4 soorten, 25% Em, 75% S
9f: 20 soorten, 52% Em, 3% Am, 45% S
9h: 7 soorten, 1 RL (KW), 57% Em, 29% S, 14% P
9i: 16 soorten, 1 RL (KW), 57% Em, 6% Fh, 6% Am, 31% S 10b - 11d: 15 soorten, 62 % Em, 7% P, 31% S
12a: 4 soorten, 50% Em, 50% S 12i: 1 soort, Em
12l, 15d: 7 soorten, 1RL (BE), 56% Em, 14% P, 30% S dreef13a, 13b: 32 soorten, 50% Em, 9% P, 41% S 14a: 12 soorten, 2 RL (KW), 34% Em, 66% S 14b: 1 soort, S
14c: 17 soorten, 1RL (KW), 54% Em, 11% Fh, 11% P, 24% S 15b: 23 soorten, 1RL (KW), 35% Em, 65% S
16b,17g: 35 soorten, 3RL (2KW, 1GE), 40% Em, 12% P, 48% S 16c: 2 soorten, Em, S
17a: 29 soorten, 1RL (GE), 55% Em, 41%S, 4% P 17d: 10 soorten, 1RL (GE), 50% Em, 40% S, 10% P 17f: 1 soort, Em
17g: 23 soorten, 3RL (2KW, 1EB), 35% Em, 4% P, 61% S.
17h: 8 soorten, 1RL (BE), 50% Em, 12% Am, 38 % S 17i: 9 soorten: 91% Em, 9% P
17j: 12 soorten, 46% Em, 46% S, 8% P
18c: 29 soorten, 1RL (BE), 48% Em, 35% S, 17% P 18a: 7 soorten, 60% Em, 30% S, 10% P
18c: 1 soort, S
20a: 41 soorten, 1RL (BE), 26% Em, 64% S, 5% Am, 5% P 20b: 11 soorten, 28% Em, 9% P, 63% S
20c: 21 soorten, 1RL (VN) 32% Em, 2% P, 66% S 20d: 12 soorten, 45% Em, 5% P, 50% S
21a: 1 soort S
21d: 2 soorten, RL (KW), 50% Em, 50% S 21e: 1 soort, RL (KW), Em
23a: 1 soort, S 23b: 1 soort, S
24b: 8 soorten, 36% Em, 24% P, 40% S, 1 RL (KW) 25a: 36 soorten, 1RL (GE), 25% Em, 12% P, 63% S
4.2 Waardebepaling van het gebied op basis van de waargenomen macrofungi
4.2.1 Procentuele verdeling van functionele ecologische groepen (PFG)
Fungi kunnen gecategoriseerd worden volgens de ecologische groep waartoe zij behoren (Arnolds et al., 1995). In elk gebied of uurhok wordt elke categorie door een aantal soorten vertegenwoordigd. Het percentage van het totaal aantal soorten in een gebied of uurhok, vormt de PFG van desbetreffende categorie in dat gebied of uurhok. De PFG van elke groep (parasieten, saprofyten en symbionten) kan van belang zijn, maar voor bosgebieden gaat bijzondere aandacht naar de PFG van de ectomycorrhizavormers (symbionten).
Indien het beheer in een gebied onveranderd blijft, zou de PFG op korte termijn stabiel moeten zijn.
De PFG is een betrouwbare indicator die vrij ongevoelig is voor jaarlijkse verschillen in weersomstandigheden.
Op langere termijn wordt de PFG beïnvloed door de effecten van natuurlijke successie, deze is sterk afhankelijk van de ouderdom van bosgebieden.
Achteruitgang van symbionten is momenteel een algemene trend die indicatief is voor de achteruitgang van de kwaliteit van het milieu. Vele symbionten hebben zwaar te lijden onder vermesting, verdroging en verzurende factoren. De algemene toename van de strooisellaag in bosgebieden die hier het gevolg van is, benadeelt de symbionten en bevoordeelt de saprofyten.
Successie van het bos zonder ingrijpen van de mens zal tot verarming van de mycorrhizaflora leiden in onze, door atmosferische verontreinigingen belaste, voedselarme ecosystemen. Dit doordat de meeste mycorrhizasoorten gevoelig zijn voor ophoping van strooisel, vooral als dat stikstof- en ligninerijk is (Kuyper, 1994; Keizer, 2003).
Uit figuur 2 kunnen we aflezen dat het aandeel van de symbionten vrij hoog is in het Provinciaal domein Hertberg. Een aantal percelen springen eruit met een percentage aan symbionten dat hoger ligt dan 40%: 2b, 2d, 3b, 4a, 4b, 5a, 5d, 5e, 5h, 5i, 7c, 7d, 8c, 9a, 9c, 9d, 9f, 9i, 9h, 10b, 11d, 12a, 12i, 12l, 15d, 13a, 13b, 14a, 14c, 17a, 17d, 17f, 17h, 17i, 17j, 18a, 20d, 21d, 21e. Dit is deels te verklaren doordat dit gebied reeds lang bebost is, maar anderzijds werd wellicht ook meer naar symbionten gekeken dan naar houtzwammen. Het ontbreken van (groot) dood hout in het bos is ook een bepalende factor voor het hogere aandeel aan symbionten en lager aandeel saprofyten. Bovendien zijn op voedselarme bodem ook meer symbionten te vinden dan op rijkere bodems.
1%
36%
1%
9%
31%
2%
20%
Am
Em
Fh
P
Sh
Sk
St
Figuur 2 – Overzicht van de vertegenwoordiging van de verschillende ecologische groepen van fungi in het Provinciaal domein Hertberg (verklaring van de afkortingen zie bijlage p. 17)
4.2.2 Waardepaling van gebieden aan de hand van indicatorsoorten
Indicatiewaarden van fungi voor natuurwaarden zijn specifieke indicatoren die strikt soortgebonden zijn en directe informatie leveren over de plaats waar de soort gevonden werd. Het gaat om soorten waarvan de ecologische preferenties redelijk goed gekend zijn. Op basis van hun aanwezigheid kan men uitspraken formuleren inzake beheer of de toestand van het milieu. Hieronder enkele algemene
indicatorsoorten die kansrijke plekken indiceren (Keizer, 2003) die waargenomen werden in het Provinciaal domein Hertberg.
Uit de indicatorsoorten kunnen we afleiden dat de droge stukken loofbos op voedselarme bodem en vooral de dreven, belangrijk zijn voor symbionten. Er werden een aantal indicatoren voor waardevolle naaldbossen gevonden, wat aangeeft dat een totale omvorming naar loofhout ook een verlies van waardevolle soorten zou betekenen. Reliëf in de bodem en met mos begroeide greppels en grachtkanten zijn plaatsen waar soorten die een schrale, humusarme bodem verkiezen, goed gedijen.
Het perceel waar de Holsteelboleet zich bevindt, 5h, kan best onaangeroerd blijven. Deze soort is zeer zeldzaam in Vlaanderen, omdat het merendeel van de Lorkenbestanden weinig natuurwaarde bezit en daardoor bij natuurinrichtingswerken bijna allemaal gekapt worden. Hier gaat het om een gemengd bestand met eik, berk en lork. In het uitgebreid beheerplan wordt gelukkig vermeld dat hier enkel een selectieve hoogdunning doorgaat. De soort werd op drie plaatsen in het perceel waargenomen.
De stukken waar de Jodoformrussula (foto voorpagina) te vinden is, kunnen best ook gevrijwaard worden van omvorming. Voor geen enkel van deze percelen is een groepenkap gepland. Enkel op perceel 7d wordt een open plek beheerd.
Mycorrhizasymbionten van naaldbomen
De okerkleurige vezeltruffel werd samen met een groepje koeienboleten gevonden op de open zandgrond tussen het pad en perceel 9h. Door gebruik van het pad wordt de zandgrond hier opengehouden, zodat de vindplaats geschikt blijft voor deze soort.
De Holsteelboleet is de (op Vlaams niveau) zeldzaamste paddenstoel die in het provinciaal domein Hertberg gevonden werd.
Den op kalkrijk zand of leem
Jodoformrussula (Russula turci) (3b, 7d, 12l, 15d, 17h, 17j, 18c)
Naaldbomen op voedselarme zandbodem
Koeienboleet (Suillus bovinus) (9b, 9c, 9h, 10b, 11d, 13a, 17d)
Duivelsbroodrussula (Russula drimeia) (2b, 3b, 4a, 5a, 5h, 6a, 6d, 9b, 9d, 9f, 9h, 10b, 11d, 12l, 13a, 14a, 15b, 15d, 17h).
Okerkleurige vezeltruffel (Rhizopogon luteolus) (9h)
Lork op zand of leem
Gele ringboleet (Suillus luteus) (5h) Holsteelboleet (Suillus cavipes)
De okerkleurige vezeltruffel, een symbiont van naaldbomen op zure zandgrond, is matig algemeen in Vlaanderen.
Mycorrhizasymbionten van loofbomen op voedselarme bodem
Trechtercantharel, een symbiont van beuk en eik op voedselarme
zure zandgrond.
Trechtercantharel is te vinden in de dreef langs de percelen 14c, 16b en 17g. Deze symbiont van Beuk en Eik op schrale bodem is tegenwoordig voornamelijk nog te vinden in dreven op taluds, waar strooisel niet blijft liggen tussen de bomen. Bij de verjonging die gepland is voor perceel 14 c moet men opletten dat de bodem in de dreef niet te zwaar verstoord wordt, want aandrukken van de bodem is nefast voor de zeldzame symbionten die er voorkomen.
Beuk of Eik op zure voedselarme bodem
Trechtercantharel (Cantharellus tubaeformis) (14c, 16b, 17g)
Berk op voedsel- en humusarme zandbodem
Bruinschubbige gordijnzwam (Cortinarius pholideus) (5h, 20a)
Loofbomen op schrale bodem, lanen
Lila gordijnzwam (Cortinarius alboviolaceus) (17g) Kleine trompetzwam (Pseudocraterellus undulatus) (5i) Gele stekelzwam (Hydnum repandum) (3d, 9i)
Gele stekelzwam, een symbiont van beuk in Hertberg, is vrij zeldzaam in Vlaanderen en staat op de Rode Lijst als “Kwetsbaar”.
Bruinschubbige gordijnzwam komt op twee plaatsen voor in het provinciaal domein Hertberg. Deze symbiont van Berk op voedselarme bodem komt voor in 5h en 20a. Dit zijn twee percelen met jonge opslag van berk, waar geen ingrepen gepland zijn. De soort werd telkens aan de perceelsrand waargenomen, op een schraal talud. Deze bemoste taluds langs de percelen zijn zeer belangrijk voor symbionten van schrale bodem, die in de strooiselrijke percelen geen kans krijgen.
Lila gordijnzwam is een symbiont van Eik, in de dreef langs 17g. Ook deze symbiont van schrale bodem profiteert van de strooiselvrije bodem op het talud in de dreef.
Kleine trompetzwam werd gevonden op het talud van de gracht langs het perceel 5i, tegenover de parking. De soort leeft in symbiose met eik en profiteert ook van de strooiselvrije grachtkant, die niet betreden wordt. Op dit perceel is verjonging gepland. Daarbij moet rekening gehouden worden dat de met mos begroeide grachtkanten intact worden gehouden.
Gele stekelzwam werd als symbiont van beuk in de dreven 3d en 9i in vrij grote aantallen gevonden.
Het feit dat deze soort daar nog ongeschonden aanwezig was wijst erop dat er ‘nog’ geen culinaire plukkers in het gebied komen of de soort weten staan, want dit is een soort die hoog staat aangeschreven.
Natte bossen
Greppelmelkzwam is een symbiont van berk en wilg, op natte plaatsen. Deze soort werd gevonden op perceel 1h en 5h, percelen waar geen ingrepen werden gepland.
Ook de Kleine berkenrussula is een symbiont van berk op natte plaatsen en werd gevonden op twee percelen (1h, 17h) waar geen ingrepen gepland zijn.
Loofbomen op natte plaatsen
Greppelmelkzwam (Lactarius lacunarum) (1h, 5h) Berkenbroekbossen
Kleine berkenrussula (Russula nitida) (1h, 17h)
De melk van Greppelmelkzwam kleurt snel geel. Deze soort is matig algemeen in Vlaanderen.
Houtzwammen
SaprofytenDe Elzenvoetbundelzwam groeit vooral op hout van els en wilg.
Maar in Hertberg groeit deze soort op beuk.
Ze is matig algemeen in Vlaanderen.
Indicatorsoorten voor natuurlijke beukenbossen Beukenkorrelkopje (Phleogena faginea)(17j, 18c)
Loofhout in vochtige bossen
Elzenbundelzwam (Pholiota alnicola)(16b, 17g, 20a)
Op Eik
Fraaisteelmycena (Mycena inclinata) (5i)
Naaldhout
Zwartvoetkrulzoom (Tapinella atromentosa) (5h, 9h) Citroenstrookzwam (Antrodia xantha) (25a)
Op loofbomen
Schubbige oesterzwam (Pleurotus dryinus) (16b)
In het provinciaal domein Hertberg is weinig groot dood hout te vinden. Een enkele grote dode beuk ligt om en wordt verteerd door zwammen en insecten. Hiervan profiteren Beukenkorrelkopje,
Elzenbundelzwam en Fraaisteelmycena. Beukenkorrelkopje werd gevonden in de beukendreef, langs de percelen waar verjonging is gepland. Zolang hierbij het groot dood hout blijft liggen, is dat geen probleem. Elzenbundelzwam wordt naast Els, ook op Wilg, Berk, Eik en zoals hier op Beuk gevonden.
Zwartvoetkrulzoom werd slechts op twee percelen waargenomen, waar geen werken gepland zijn.
Zwartvoetkrulzoom is een vrij zeldzame saprofyt op naaldhout.
Citroenstrookzwam, een zeldzame saprofyt op naaldhout.
Parasieten
4.2.3 Waardebepaling aan de hand van Rode-Lijstsoorten
In het provinciaal domein Hertberg werden 22 Rode-Lijstsoorten voor Nederland waargenomen (Arnolds & Veerkamp, 2008). Hiervan zit er één in de categorie “Verdwenen uit Nederland” (VN), één in de categorie “Ernstig bedreigd”, drie in de categorie “Bedreigd”, 13 in de categorie “Kwetsbaar” en 4
Dikke dode bomen en/of oud bos
Echte tonderzwam (Fomes fomentarius) (5e, 14c, 17g)
in de categorie “Gevoelig”. In Tabel 1 worden deze soorten opgelijst, met hun ecologie en reden voor achteruitgang. Meer dan de helft van de Rode-Lijstsoorten zijn symbionten (68%). Het overige deel zijn houtsaprofyten (21%) en enkele strooiselsaprofyten (11%).
Op de Voorlopige Vlaamse Rode Lijst worden 76 soorten uit onze soortenlijst van Hertberg behandeld. Hiervan zijn er 63 “Niet bedreigd”, twee soorten gaan achteruit (A), één soort is
“Waarschijnlijk bedreigd” (B), 7 soorten zijn “Kwetsbaar” (3) en drie soorten zijn “Bedreigd” (2).
De Bruine ringboleet (A), Zwartvoetkrulzoom (3), Holsteelboleet (3), Kleine trompetzwam (3), Gele stekelzwam (3), Schubbige oesterzwam (3), Jodoformrussula (2), Appelrussula (2) en
Trechtercantharel (2) staan ook op de meest recente Rode Lijst van Nederland. Enkel de
Schotelkluifzwam, Duivelsbroodrussula en Narcisamaniet ontbreken op de Nederlandse Rode Lijst. In Tabel 2 wordt van deze soort de ecologie en reden voor achteruitgang gegeven.
Tabel 1 - Overzicht van de waargenomen Rode Lijst-soorten volgens de Rode Lijst van Nederland (Arnolds &
Veerkamp, 2008) met de percelen waar de soort werd opgetekend, de ecologie en de reden van de bedreiging.
Wetenshappelijke naam Nederlandse naam RL Ecologie Bedreiging Cortinarius alboviolaceus
17g
Lila gordijnzwam KW Em – Symbiont van loof- en naaldbomen op voedselarme bodem.
Vermesting en verzuring.
Cortinarius pholideus 5h, 20a
Bruinschubbige gordijnzwam BE Em – Symbiont van Berk op droog tot vochtig,
voedselarm zand.
Vermesting en verzuring.
Cortinarius safranopes 7d
Wijdplaatgordijnzwam GE Em – Symbiont van Eik op voedselrijke bodem.
Zeldzaamheid
Craterellus tubaeformis 14c, 16b, 17g
Trechtercantharel KW Em – Symbiont van Beuk en eik op voedsel-arme, zure, strooisel-arme zandgrond.
Verzuring en vermesting
Craterellus undulatus 5i
Kleine trompetzwam KW Em- Symbiont van Eik en Beuk op voedselarme bodem
Verzuring en vermesting
Hydnum repandum 3d, 9i
Gele stekelzwam KW Em – Symbiont van loofbomen
Vermesting en verzuring Hypholoma marginatum
4a
Zilversteelzwavelkop KW Sh- Saprotroof op rottend hout, op vochtige plaatsen Inocybe asterospora
17g
Sterspoorvezelkop EB Em – symbiont van loofbomen, vaak in dreven op kalkhoudende bodem.
Inocybe praetervisa 4a
Gewone knolvezelkop BE Em- Symbiont van loofbomen op kalkrijke bodem.
Inocybe splendens 24b
Aarddrager KW Em – Symbiont van
loofbomen op kalkrijk zand.
Mycena sanguinolenta 17a
Kleine bloedsteelmycena GE Sk – Saprotroof op strooisel op voedsel-arme, zure bodem.
Pleurotus dryinus 16b
Schubbige oesterzwam GE Sh – Saprotroof op loofhout Psathyrella fusca
16b, 17g
Beukenfranjehoed KW Sk – Saprotroof op strooisel van Beuk
Russula paludosa 16b, 17g
Appelrussula KW Em – symbiont van
naaldbomen op voedselarme bodem
Vermesting
Russula puellaris 2b, 4b, 9a, 10b, 11d, 15b
Vergelende russula KW Em – Symbiont van loof- en naaldbomen
Russula turci
3b, 7d, 12l, 15d, 17h, 17j, 18c
Jodoformrussula BE Em – Symbiont van Den
Sparassis spathulata 20a
Breedbladige sponszwam VN P – Parasiet op wortels van loofbomen
Uiterst zeldzaam Suillus cavipes
5h
Holsteelboleet KW Em – Symbiont van Lork op voedselarme bodem
Vermesting Suillus luteus
5e, 8c, 9c, 25a
Bruine ringboleet GE Em – Symbiont van Den Tylopilus felleus
6a, 21d
Bittere boleet KW EM – Symbiont van loofbomen op voedselarme, zure bodem.
Achteruitgang
Tapinella atromentosa 5h, 9h
Zwartvoetkrulzoom KW Sh – Saprotroof naaldhout. Vermesting
Tapinella panuoides 14a
Ongesteelde krulzoom KW Sh – Saprotroof op naaldhout.
Lila gordijnzwam, een symbiont van loof- en naaldbomen op voedselarme bodem die op de Rode Lijst van Nederland wordt vermeld als “Kwetsbaar”.
De Aarddrager, een vezelkop met kleverige hoed waar meestal aarde aan blijft plakken. Deze symbiont van loofbomen op
kalkhoudende zandbodem staat op de Rode Lijst van Nederland als “Kwetsbaar.”
Wijdplaatgordijnzwam is een vrij zeldzame symbiont van Hazelaar, Beuk en Eik, op voedselrijke bodem.
Breedbladige sponszwam is een uiterst zeldzame parasiet die in 2008 éénmalig werd waargenomen in Herberg, op wortels van zomereik.
Tabel 2 - Overzicht van de waargenomen Rode Lijstsoorten op de Voorlopige Vlaamse Rode Lijst (Walleyn & Verbeken, 1999), die niet op de Nederlandse Rode Lijst worden vermeld, met de percelen waar de soort werd waargenomen, de ecologie en reden van de bedreiging. Categorie 3 = Kwetsbaar, Categorie A = Achteruitgaand.
Wetenschappelijke naam
Nederlandse naam RL VL Ecologie Bedreiging
Helvella macropus 5f
Schotelkluifzwam 3 St - Saprotroof in loofbossen op humeus zand
Achteruitgang door verzuring
Amanita gemmata 9c
Narcisamaniet 3 Em - Symbiont van loof- en naaldbomen op arme, zure zandgrond.
Russula drimeia
(2b, 3b, 4a, 5a, 5h, 6a, 6d, 9b, 9d, 9f, 9h, 10b, 11d, 12l, 13a, 14a, 15b, 15d, 17h).
Duivelsbroodrussula A Em – Symbiont van naaldbomen op
voedselarme, humusarme bodem.
5. Antwerpse prioritaire soorten
In 2009 werden 48 prioritaire paddenstoelen voor de provincie Antwerpen geselecteerd, waarrond acties kunnen ondernomen worden in de provincie (Steeman, 2009). De selectiecriteria voor deze prioritaire soorten zijn: ze staan op de Rode Lijst, meer dan 1/3 van de vindplaatsen ligt in de
provincie, het is mogelijk om deze soorten te beschermen en het zijn min of meer opvallende soorten.
Van deze 48 soorten werd er één in het provinciaal domein Hertberg waargenomen. Het gaat om een symbiont van naaldbomen op voedselarme bodem: Appelrussula. Deze soort was sinds 2000 slechts van 10 vindplaatsen gekend in de provincie. De waarneming in het provinciaal domein is een nieuwe vindplaats voor de provincie in een nieuw IFBL-uurhok- en kwartierhok (d5-17-43). De meest
nabijgelegen vindplaats is de Langdonken in Herselt, waar de soort het laatst werd waargenomen in 1997 (d5-26-43).
6. Conclusies en beheeradvies Provinciaal domein Hertberg
Uit de info die we verkregen bij de inventarisatie van het voorbije seizoen blijken op basis van de mycoflora de volgende percelen het meest waardevol te zijn:
1) Percelen waar de PFG voor mycorrhizasymbionten hoger is dan 30% zijn ofwel jonge percelen met weinig dood hout, relatief jonge bomen en een dunne strooisellaag, ofwel percelen op voedselarme bodem, waar symbionten ook bij het ouder worden van de bomen blijven verder leven en de strooisellaag gemakkelijk afbreekt.
PFG > 30%: 1h, 2b, 2d, 3a, 3b, 3d, 4a, 4b, 5a, 5d, 5e, 5f, 5h, 5i, 6a, 6d, 7c, 7d, 7i, 8b, 8c, 9a, 9b, 9c, 9d, 9e, 9f, 9h, 9i, 10b - 11d, 12a, 12l, 15d, dreef13a, 13b, 14a, 14c, 15b, 16b, 17a, 17d,17g, 17h, 17i, 17j, 17j, 18a, 18c, 20c, 20d, 24b.
2) Percelen met Rode-Lijstsoorten:
2b, 3b, 3d, 4a, 4b, 5e, 5h, 5i, 7c, 7d, 8c, 9a, 9c, 9h, 9i, 12l, 15d, 14a, 14b, 14c, 15b, 16b,17g, 16c, 17a, 17d, 17g, 17h, 17j, 17j, 18c, 20a, 20c, 21e, 24b, 25a
3) Percelen met indicatorsoorten:
1h, 2b, 3b, 3d, 4a, 5a, 5e, 5h, 5i, 6a, 6d, 7d, 9b, 9c, 9d, 9h, 9i, 9f, 9h, 10b, 11d, 12l, 13a, 14a, 14c, 15d, 17d, 17h, 17j, 15b, 15d, 16b, 17g, 17h, 18c, 20a, 25a
De meest interessante percelen voldoen aan deze drie criteria: 2b, 3b, 3d, 4a, 5e, 5h, 5i, 7d, 9c, 9h, 9i, 12l, 15d, 17h, 17j, 18c
Het microreliëf, de vele taluds en de dreven maken het gebied interessant voor paddenstoelen.
In de dreven vormt Amerikaanse eik geen probleem voor paddenstoelen indien het bladafval er niet ophoopt, maar in aaneengesloten bospercelen zorgt deze exoot voor een slecht afbrekende
strooisellaag die voor verzuring en verruiging zorgt. Ook Tamme kastanje zorgt voor een dikke, slecht afbrekende strooisellaag. Voor symbionten is het bovendien ook belangrijk dat de bodem niet teveel verstoord wordt.
Het gebied is vrij toegankelijk voor recreanten. Er moet wel over gewaakt worden dat de dreven niet teveel platgelopen worden en honden hun behoefte hier niet achterlaten. Wanneer wordt vastgesteld dat de dreven verruigen en de mycoflora achteruit gaat, dan kan men overwegen om de dreven te maaien en/of een kleine afsluiting te maken tussen het pad en de bomen. Deze bescherming voor de mycoflora werd aangebracht in de, voor paddenstoelen bekende, dreef van het kasteel van Horst in St. Pieters-Rode (eigendom ANB).
Concrete acties kunnen ondernomen worden in de volgende percelen. De stukken die in groen worden aangeduid krijgen prioriteit vanwege de huidige potentie die aangetoond werd door de aanwezige mycoflora.
1h: Amerikaanse eik en Amerikaanse vogelkers verwijderen 3d: Dominantie adelaarsvaren, indien mogelijk verwijderen.
4b: Tamme kastanje en Amerikaanse eik verwijderen 5d: Tamme kastanje verwijderen
5h: Amerikaanse eik verwijderen 6a: Tamme kastanje verwijderen
9g: Verbraming tegengaan, Amerikaanse eik verwijderen 9i: Amerikaanse eik verwijderen
7c: Verbraming tegengaan, Amerikaanse eik en Amerikaanse vogelkers verwijderen.
7d: Amerikaanse eik verwijderen
10b - 11d: dreef langs open plek. Opletten dat beuk standhoudt nu wind en zon vrij spel krijgen. Open plekken naast beukendreef zijn niet gunstig.
20a: bomen dunnen, eik en berk zeer dicht op elkaar.
20c: Tamme kastanje verwijderen.
7. Referenties
ARNOLDS E.,VEERKAMP M. 2008. Basisrapport Rode Lijst Paddenstoelen. Nederlandse Mycologische Vereniging, Utrecht.
KEIZERP.J.2003. Paddestoelvriendelijk natuurbeheer. KNNV, Utrecht. 88p. ill.
WALLEYN R.&VERBEKEN A. 1999. Een gedocumenteerde Rode Lijst van enkele groepen
paddestoelen (macrofungi) van Vlaanderen. Mededelingen van het Instituut voor Natuurbehoud 7: 1-84. Brussel.
STEEMAN R. 2009. Provinciale Prioritaire Paddenstoelen Antwerpen. Rapport Natuurpunt Studie i.o.
van de Provincie Antwerpen. 2009/6, Mechelen, België. In: Dienst Duurzaam Milieu- en Natuurbeleid (2010): Provinciale Prioritaire Soorten Provincie Antwerpen. Provincie Antwerpen. p155 - 192
Bijlage: Volledige soortenlijst “Hertberg”
Verklaring van de gebruikte afkortingen
1) Ecologie
Em Mycorrhizavormer, ectomycorrhizasymbiont S saprotroof
Sh Houtsaprofyt
Sk Saprotroof op kruidachtige delen van planten St Terrestrische (bodembewonende) saprotroof P Parasiet
Am Associatie met mossen
Fh Fagotroof (voedingswijze van Slijmzwammen en algen, waarbij voedselpartikels rechtstreeks door de cel worden opgenomen en verteerd in voedingsvacuoles) op hout
2) Rode Lijst Nederland (2008) – RL NL V Verdwenen
EB Ernstig bedreigd BE Bedreigd KW Kwetsbaar GE Gevoelig
3) Voorlopige Rode Lijst Vlaanderen (1999) – RL VL V Verdwenen
EB Ernstig bedreigd BE Bedreigd KW Kwetsbaar
B Waarschijnlijk bedreigd A Achteruitgaand
N Niet bedreigd
Genus Soortnaam Nederlandse naam RL NL
2008
Ecologie
Abortiporus biennis Toefige labyrintzwam Pn (Sh)
Agaricus moelleri Parelhoenchampignon St
Amanita citrina var. alba Witte knolamaniet Em
Amanita citrina var. citrina Gele knolamaniet Em
Amanita excelsa Grauwe amaniet Em
Amanita fulva Roodbruine slanke amaniet Em
Amanita gemmata Narcisamaniet Em
Amanita muscaria Vliegenzwam Em
Amanita rubescens Parelamaniet Em
Amanita rubescens var. annulosulfurea Geelgeringde parelamaniet Em
Annulohypoxylon multiforme Vergroeide kogelzwam Sh
Antrodia xantha Citroenstrookzwam Sh
Arachnoscypha aranea Kastanjespinragschijfje Sk
Armillaria ostoyae Sombere honingzwam Pn (Sh)
Ascocoryne sarcoides Paarse knoopzwam Sh
Auriscalpium vulgare Oorlepelzwam Sh
Baeospora myosura Muizenstaartzwam Sh
Bispora antennata Geen Nederlandse naam P
Bjerkandera adusta Grijze buisjeszwam Sh
Bolbitius vitellinus Dooiergele mestzwam S
Boletus edulis Gewoon eekhoorntjesbrood Em
Boletus erythropus Gewone heksenboleet Em
Calocera viscosa Kleverig koraalzwammetje Sh
Calvatia excipuliformus Plooivoetstuifzwam St
Ceratiomyxa fruticulosa var. fruticulosa Gewoon ijsvingertje Fh
Cerocorticium confluens Ziekenhuisboomkorst Sh
Chaetosphaerella phaeostroma Zwarte viltzwam P
Chalciporus piperatus Peperboleet Em
Ciboria batschiana Eikelbekertje Sk
Claviceps microcephala Pijpenstrootjemoederkoren Pb
clavulina cinerea Asgrauwe koraalzwam St
Clitocybe candicans Kleine bostrechterzwam St
Clitocybe clavipes Knotsvoettrechterzwam St
Clitocybe ditopa Kleinsporige trechterzwam St
Clitocybe fragrans Slanke anijstrechterzwam St
Clitocybe metachroa Tweekleurige trechterzwam St
Clitocybe nebularis Nevelzwam St
Clitocybe phyllophila Grote bostrechterzwam St
Clitocybe vibecina Gestreepte trechterzwam St
Clitopilus prunulus Grote molenaar St
Collybia cookei Okerknolcollybia St
Coprinus atramentarius Grote kale inktzwam Sh
Coprinus comatus Geschubde inktzwam St
Coprinus lagopus Hazenpootje Sh
Coprinus micaceus s.s. Gewone glimmerinktzwam Sh
Coprinus romagnesianus Bruine kale inktzwam Sh
Cortinarius alboviolaceus Lila gordijnzwam KW Em
Cortinarius delibutus Okergele gordijnzwam Em
Cortinarius flexipes var. flexipes Gewone pelargoniumgordijnzwam Em
Cortinarius hemitrichus Witschubbige gordijnzwam Em
Cortinarius pholideus Bruinschubbige gordijnzwam BE Em
Cortinarius safranopes Wijdplaatgordijnzwam GE Em
Cortinarius umbrinolens Bietengordijnzwam Em
Craterellus tubaeformis Trechtercantharel KW Em
Craterellus undulatus Kleine trompetzwam KW Em
Craterium minutum Witdekselkalkbekertje Fh
Crepidotus epibryus Klein oorzwammetje Sk
Crepidotus mollis Week oorzwammetje Sh
Cudoniella acicularis Houtknoopje Sh
Cylindrobasidium laeve Donzige korstzwam Sh
Cystoderma amianthinum Okergele korrelhoed St
Cystolepiota hetieri Vlekkende poederparasol St
Dacrymyces stillatus Oranje druppelzwam Sh
Daedaleopsis confragosa Roodporiehoutzwam Pn
Datronia mollis Wijdporiekurkzwam Sh
Diatrype stigma Korstvormig schorsschijfje Sh
Diatrypella favacea Berkenschorsschijfje Sh
Diatrypella quercina Eikenschorsschijfje Sh
Entoloma fernandae Heidesatijnzwam St
Entoloma hebes Dunsteelsatijnzwam St
Entoloma rhodopolium var. rhodopolium Grauwe bossatijnzwam St
Flammulaster carpophilus s.l. Beukendopvloksteeltje Sk
Fomes fomentarius Echte tonderzwam Pn
Ganoderma lipsiense Platte tonderzwam Pn
Ganoderma resinaceum Harslakzwam Pn
Geastrum triplex Gekraagde aardster St
Gloeoporus dichrous Tweekleurig elfenbankje Sh
Golovinomyces sordidus Grote weegbreemeeldauw P
Gymnopilus junonius Prachtvlamhoed Pn
Gymnopilus penetrans Dennenvlamhoed Sh
Gymnopus dryophilus
Gewoon
eikenbladzwammetje St
Gymnopus erythropus Roodsteelcollybia St
Gymnopus peronnatus Scherpe collybia St
Hebeloma crustuliniforme Radijsvaalhoed Em
Hebeloma leucosarx Vleeskleurige vaalhoed Em
Hebeloma
mesophaeum var.
mesophaeum Tweekleurige vaalhoed Em
Hebeloma sinapizans Grote vaalhoed Em
Helvella crispa Witte kluifzwam St
Helvella lacunosa Zwarte kluifzwam St
Helvella macropus Schotelkluifzwam St
Heterobasidion annosum Dennenmoorder Pn
Humaria hemisphaerica Kleine bruine bekerzwam Em
Hydnum repandum Gele stekelzwam KW Em
Hygrophoropsis aurantiaca Valse hanenkam St
Hymenochaete tabacina Tabakborstelzwam Sh
Hyphodontia radula Valse tandzwam Sh
Hypholoma capnoides Dennenzwavelkop Sh
Hypholoma fasciculare var. fasciculare Gewone zwavelkop Sh
Hypholoma lateritium Rode zwavelkop Sh
Hypholoma marginatum Zilversteelzwavelkop KW Sh
Hypoxylon fragiforme Roestbruine kogelzwam Sh
Hypoxylon howeanum Kleinsporige kogelzwam Sh
Hypoxylon multiforme Vergroeide kogelzwam Sh
Inocybe asterospora Sterspoorvezelkop EB Em
Inocybe cincinnata var. major Violetbruine vezelkop* Em
Inocybe curvipes var. curvipes Zilversteelvezelkop Em
Inocybe geophylla var. geophylla Witte satijnvezelkop Em
Inocybe hirtella var. bispora Amandelvezelkop* Em
Inocybe lacera var. lacera Zandpadvezelkop Em
Inocybe mixtilis Gele knolvezelkop Em
Inocybe napipes Bruine knolvezelkop Em
Inocybe petiginosa Poedersteeltje Em
Inocybe praetervisa Gewone knolvezelkop BE Em
Inocybe sindonia Blonde vezelkop Em
Inocybe Splendens var. splendens Aarddrager KW Em
Ischnoderma benzoinum Teervlekkenzwam Sh
Laccaria amethystina Rodekoolzwam Em
Laccaria bicolor Tweekleurige fopzwam Em
Laccaria laccata var. pallidifolia Gewone fopzwam Em
Laccaria proxima Schubbige fopzwam Em
Laccaria tortilis Gekroesde fopzwam Em
Lactarius blennius Grijsgroene melkzwam Em
Lactarius circellatus Haagbeukmelkzwam Em
Lactarius fluens Beukenmelkzwam Em
Lactarius hepaticus Levermelkzwam Em
Lactarius lacunarum Greppelmelkzwam Em
Lactarius necator Zwartgroene melkzwam Em
Lactarius quietus Kaneelkleurige melkzwam Em
Lactarius rufus Rossige melkzwam Em
Lactarius subdulcis Bitterzoete melkzwam Em
Lactarius subumbonatus Donkere watermelkzwam Em
Lactarius tabidus Rimpelende melkzwam Em
Laetiporus sulphureus Zwavelzwam Sh
Leccinum brunneogriseolum Bruingrijze berkenboleet Em
Leccinum variicolor Bonte berkenboleet Em
Lenzites betulinus Fopelfenbankje Sh (Pb)
Lepista flaccida Roodbruine schijnridderzwam St
Lepista nuda Paarse schijnridderzwam St
Leucocoprinus brebissonii Spikkelplooiparasolzwam St
Lycogala epidendrum Gewone boomwrat Fh
Lycoperdon foetidum Zwartwordende stuifzwam St
Lycoperdon molle Zachtstekelige stuifzwam St
Lycoperdon perlatum Parelstuifzwam St
Lycoperdon pyriforme Peervormige stuifzwam Sh
Macrotyphula juncea Draadknotszwam St
Marasmiellus ramealis Takruitertje Sh
Marasmius androsaceus Paardenhaartaailing St (Sk)
Marasmius rotula Wieltje Sh
Megacollybia platyphylla Breedplaatstreephoed Sh
Melanoleuca cognata Okerkleurige veldridderzwam St
Melanoleuca excissa Grijze veldridderzwam St
Meripilus giganteus Reuzenzwam Pn
Meruliopsis corium Papierzwammetje Sh
Microsphaera alphitoides Eikenmeeldauw P
Mycena amicta Donzige mycena St
Mycena arcangeliana Bundelmycena Sh (St)
Mycena capillaripes Stinkende roodsnedemycena St
Mycena cinerella Grijze mycena St
Mycena filopes Draadsteelmycena St (Sh)
Mycena flavescens Geelsnedemycena St
Mycena galericulata Helmmycena Sh
Mycena galopus var. galopus Melksteelmycena St
Mycena galopus var. nigra Zwarte melksteelmycena St
Mycena inclinata Fraaisteelmycena Sh
Mycena leptocephala Stinkmycena St (Sh)
Mycena polygramma Streepsteelmycena Sh
Mycena pura f. pura Gewoon elfenschermpje St
Mycena purpureofusca Purperbruine mycena St
Mycena rorida Slijmsteelmycena St (Sh)
Mycena rosea Heksenschermpje St
Mycena sanguinolenta Kleine bloedsteelmycena GE St
Mycena speirea Kleine breedplaatmycena Sh
Mycena vitilis Papilmycena Sh
Nectria cinnabarina Gewoon meniezwammetje Pn (Sh)
Oligoporus stipticus Bittere kaaszwam Sh
Orbilia delicatula Niersporig wasbekertje Sh
Oudemansiella mucida Porseleinzwam Em (St)
Paecilomyces farinosus Gewone rupsenzwam P
Panellus stipticus Scherpe schelpzwam Sh
Paxillus involutus Gewone krulzoom Em
Peniophora quercina Paarse eikenschorszwam Sh
Phaeolus schweinitzii Dennenvoetzwam Pn
Phallus impudicus Grote stinkzwam St
Phlebia radiata Oranje aderzwam Sh
Phlebia tremellosa Spekzwoerdzwam Sh
Phleogena faginea Beukenkorrelkopje Sh
Pholiota alnicola Elzenbundelzwam Sh
Pholiota squarrosa Schubbige bundelzwam Pn
Physisporinus vitreus Glazige buisjeszwam Sh
Piptoporus betulinus Berkenzwam Pn
Pleurotus dryinus Schubbige oesterzwam GE Pn
Pleurotus ostreatus Gewone oesterzwam Pn
Plicatura crispa Plooivlieswaaiertje Sh
Pluteus cervinus Gewone hertenzwam Sh
Polyporus brumalis Winterhoutzwam Sh
Polyporus squamosus Zadelzwam Pn (Sh)
Polyporus varius Waaierbuisjeszwam Sh
Psathyrella artemisiae Wollige franjehoed Sh (St)
Psathyrella fusca Beukenfranjehoed KW St
Psathyrella piluliformis Witsteelfranjehoed Sh
Pycnoporus cinnabarinus Vermiljoenhoutzwam Sh
Rhizopogon luteolus Okerkleurige vezeltruffel Em
Rhodocollybia butyracea var. asema Gewone botercollybia St
Rhodocollybia maculata Roestvlekkenzwam St
Rhopographus filicinus Adelaarsvarenstreepzwam P
Rickenella fibula Oranjegeel trechtertje Am
Rickenella swartzii Paarsharttrechtertje Am
Russula amoenolens Scherpe kamrussula Em
Russula betularum Roze berkenrussula Em
Russula coerulea Papilrussula Em
Russula cyanoxantha Regenboogrussula Em
Russula densifolia Fijnplaatrussula Em
Russula drimeia Duivelsbroodrussula Em
Russula emetica f. longipes Naaldbosbraakrussula Em
Russula exalbicans Verblekende russula Em
Russula fellea Beukenrussula Em
Russula fragilis Broze russula Em
Russula grisea Duifrussula Em
Russula heterophylla Vorkplaatrussula Em
Russula ionochlora Violetgroene russula Em
Russula luteotacta Geelvlekkende russula Em
Russula nigricans Grofplaatrussula Em
Russula nitida Kleine berkenrussula Em
Russula ochroleuca Geelwitte russula Em
Russula paludosa Appelrussula KW Em
Russula parazurea Berijpte russula Em
Russula pectinatoides Onsmakelijke kamrussula Em
Russula puellaris Vergelende russula KW Em
Russula silvestris Loofbosbraakrussula Em
Russula turci Jodoformrussula BE Em
Russula undulata Zwartpurperen russula Em
Russula vesca Smakelijke russula Em
Russula violeipes f. violeipes Paarsstelige pastelrussula Em
Schizophyllum commune Waaiertje Sh
Scleroderma areolatum Kleine aardappelbovist Em
Scleroderma bovista Kale aardappelbovist Em
Scleroderma cepa Uiige aardappelbovist Em
Scleroderma citrinum Gele aardappelbovist Em
Scutellinia scutellata s.l. Wimperzwam s.l. Sh
Sepedonium chrysospermum Goudschimmel P
Skeletocutis nivea Kleine kaaszwam Sh
Sparassis crispa Grote sponszwam Pn
Sparassis spathulata Breedbladige sponszwam VN Sh
Stereum gausapatum Eikenbloedzwam Sh
Stereum hirsutum Gele korstzwam Sh
Stereum rugosum Gerimpelde korstzwam Sh (Pn)
Stereum subtomentosum Waaierkorstzwam Sh
Stropharia aeruginosa Echte kopergroenzwam Sh (St)
Suillus bovinus Koeienboleet Em
Suillus cavipes Holsteelboleet KW Em
Suillus grevillei Gele ringboleet Em
Suillus luteus Bruine ringboleet GE Em
Tapinella atrotomentosa Zwartvoetkrulzoom KW Sh
Tapinella panuoides Ongesteelde krulzoom KW Sh
Trametes gibbosa Witte bultzwam Sh
Trametes hirsuta Ruig elfenbankje Sh (Pn)
Trametes versicolor Gewoon elfenbankje Sh
Tremella foliacea Bruine trilzwam Sh
Tremella mesenterica Gele trilzwam Sh
Trichaptum abietinum Paarse dennenzwam Sh
Tricholoma fulvum Berkenridderzwam Em
Tricholoma sulphureum Narcisridderzwam Em
Tricholoma ustale Beukenridderzwam Em
Tricholomopsis rutilans Koningsmantel Sh
Trochila ilicina Hulstdekselbekertje Sk
Tubaria conspersa Zemelig donsvoetje Sh
Tubaria furfuracea Gewoon donsvoetje Sh (St)
Tylopilus felleus Bittere boleet KW Em
Tyromyces chioneus Sneeuwwitte kaaszwam Sh
Vuilleminia comedens Gewone schorsbreker Sh
Xerocomus badius Kastanjeboleet Em
Xerocomus chrysenteron s.l. Roodstelige fluweelboleet s.l. Em
Xerocomus parasiticus Kostgangerboleet Pb
Xylaria hypoxylon Geweizwam Sh
Xylaria polymorpha Houtknotszwam Sh