• No results found

Voorwoord richtlijn Bloedtransfusie A. CASTEL*

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Voorwoord richtlijn Bloedtransfusie A. CASTEL*"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

223

Ned Tijdschr Klin Chem 2003, vol. 28, no. 5

Alle inspanningen rond de bloedvoorziening resulte- ren uiteindelijk in de toediening van een bloedtrans- fusie aan de patiënt, vrijwel altijd in een ziekenhuis.

Binnen het ziekenhuis is het de taak van het bloed- transfusielaboratorium om een door de Sanquin- bloedbank geleverd product na het nodige onderzoek compatibel te verklaren en uit te geven voor toe- diening aan de patiënt. In verreweg de meeste zieken- huizen in Nederland draagt een klinisch chemicus of arts klinische chemie de eindverantwoordelijkheid voor het transfusielaboratorium en derhalve zijn ken- nis en praktijk op het gebied van de bloedtransfusie wezenlijke en belangrijke onderdelen van het werk en de verantwoordelijkheden van de klinisch chemicus (1).

De CBO-richtlijnen op het gebied van de bloedtrans- fusie hebben in het afgelopen decennium een zeer be- langrijke rol gespeeld bij de inrichting van het werk in de Nederlandse transfusielaboratoria (2-6). In de bijdrage van Buiting en Van Aken elders in dit num- mer wordt uitvoerig ingegaan op de redenen waarom het thans wenselijk wordt geacht om een nieuwe, geïntegreerde bloedtransfusierichtlijn uit te brengen.

Buiting en Van Aken gaan ook uitvoerig in op de wijze waarop de nieuwe richtlijn tot stand is geko- men. Hierbij zijn vooral de volledigheid (erytrocyten, trombocyten en plasma), de wetenschappelijke onder- bouwing en de toevoeging van het hoofdstuk ‘Indica- ties en productkeuze’ nieuwe elementen. Tegelijker- tijd echter zorgen juist deze nieuwe elementen voor een sterke toename van de voorbereidingstijd, waar- door publicatie van de richtlijn wordt vertraagd.

Om tegemoet de komen aan de wens van de trans- fusielaboratoria om reeds een aanvang te kunnen maken met de implementatie van de nieuwe richtlijn, zoals deze voor het eerst werd gepresenteerd op de richtlijnbijkomst op 4 oktober 2002 (7), is besloten om deel I, ‘Laboratoriumtechnieken en kwaliteits- eisen’ alvast te publiceren.

Het kan daarbij niet genoeg worden benadrukt, dat de huidige publicatie beschouwd dient te worden als een concept. Hoewel het niet in de lijn van de verwach- ting ligt dat er nog significante wijzigingen zullen plaatsvinden, wordt de tekst pas definitief vastgesteld bij het officieel uitkomen van de volledige richtlijn.

Literatuur

1. Inspectie voor Gezondheidszorg, oktober 2001. "Sanguis sanus sanat". Veiligheid van bloedverstrekking in de Neder- landse ziekenhuizen.

2. Centraal Begeleidingsorgaan voor de Intercollegiale Toet- sing. Richtlijnen voor het bloedtransfusiebeleid in zieken- huizen: resultaat van een consensusontwikkeling-bijeen- komst op 9 oktober 1982 te Amsterdam. Utrecht: CBO;

1982.

3. Centraal Begeleidingsorgaan voor de Intercollegiale Toet- sing. Herziening consensus bloedtransfusiebeleid in zieken- huizen. Utrecht: CBO; 1989.

4. Centraal Begeleidingsorgaan voor de Intercollegiale Toet- sing. Tweede herziening consensus bloedtransfusiebeleid in ziekenhuizen (in het bijzonder erytrocyten); resultaat van een consensusbijeenkomst gehouden op vrijdag 21 juni 1996, Jaarbeurscongrescentrum te Utrecht. Utrecht: CBO; 1996.

5. Centraal Begeleidingsorgaan voor de Intercollegiale Toet- sing. Trombocytentransfusiebeleid. Utrecht: CBO; 1990.

6. Centraal Begeleidingsorgaan voor de Intercollegiale Toet- sing. Transfusie van vers bevroren plasma (FFP) en andere plasmapreparaten. Utrecht: CBO; 1995.

7. Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO. Con- cept richtlijn Bloedtransfusie: richtlijnbijeenkomst vrijdag 4 oktober 2002 Nieuwegein’s Business Center Nieuwegein.

Utrecht: Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO; 2002.

Ned Tijdschr Klin Chem 2003; 28: 223

Voorwoord richtlijn Bloedtransfusie

A. CASTEL*

*Namens de werkgroep ‘Laboratoriumtechnieken en kwaliteitseisen’ van de stuurgroep ‘Bloedtransfusie’.

Leden van de werkgroep: dr. A. Castel, klinisch chemi- cus, Ziekenhuis Bronovo, Den Haag (voorzitter); dr. C.L.

van der Poel, transfusiearts-epidemioloog, Sanquin Am- sterdam (vice-voorzitter); mw. drs. J. Wittenberg, advi- seur, Kwaliteitsinstituut voor de gezondheidszorg CBO, Utrecht (secretaris); mw. dr. M.H. Beunis, klinisch che- micus, St Franciscus Gasthuis Rotterdam; dr. W. van Gelder, arts klinische chemie, Albert Schweitzer Zieken- huis, Dordrecht; mw. drs. C.A.M. Hazenberg, medisch bioloog, Academisch Ziekenhuis Groningen, Groningen;

dr. P.J.Kabel, arts-microbioloog, Streeklaboratorium voor de Volksgezondheid, Tilburg; mw. drs. M.A.M.

Overbeeke, Sanquin Divisie Diagnostiek, Amsterdam; dr.

K. Sintnicolaas, arts, Sanquin Bloedbank Regio Zuid- west, Rotterdam; mw. drs. E.J.G.M. Six - barones van Voorst tot Voorst, klinisch chemicus, Hattem / Den Haag;

dr. J.W.P.H. Soons, klinisch chemicus, Sint Annazieken- huis, Geldrop; N.J. Vreeswijk, beleidsmedewerker San- quin Divisie Diagnostiek, Amsterdam

Correspondentie: dr. A. Castel, klinisch chemicus, Ziekenhuis Bronovo, Bronovolaan 5, 2597 AX Den Haag. E-mail: acastel

@bronovo.nl

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Onjuist, de uitslag van 0,05 µg/L mag niet als een po- sitieve uitslag worden gezien, hiervoor is bij deze TnI bepaling een uitslag > 0.06 µg/L nodig omdat pas bij deze uitslag

Deze antistoffen worden niet aangetoond in de screening voor irregulaire antistofen, omdat de cellen in de panels 0 zijn. Daarnaast zou er ook sprake kun- nen zijn van de

In de het eerste deel werd door drie inleiders vanuit verschil- lende invalshoeken hun visie op de consultfunctie bin- nen de klinische chemie gedeeld met de deelnemers..

In tabel 3 is de relatie weergegeven tussen de inhoud van de Sanquin-modules en de elementen met betrek- king tot de kennis van de bloedtransfusie uit de oplei- ding tot klinisch

De CCKL Praktijkrichtlijn, die nu reeds criteria bevat voor toetsing ten behoeve van accreditatie, geeft aan dat klinische consultatie een wezenlijk onderdeel uitmaakt

Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak van deze verstoorde zuur-basestatus en geef de meest voor de hand liggende verklaring voor de hoge pO 2a. Geef een verklaring voor de

Vanaf de invoering van de gestructureerde papieren registratie ontstonden verscheidene voordelen in de praktijk (tabel 1): i) essentiële gegevens voor een ef- ficiënte

De conclusie van de deelnemers aan dit symposium was dat de klinisch chemicus /arts klinische chemie van de toekomst een expert is (op het gebied van de klinische diagnostiek),