• No results found

Kredietverlening bodemsanering De Waard BESLUITEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Kredietverlening bodemsanering De Waard BESLUITEN"

Copied!
9
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Onderwerp Kredietverlening bodemsanering De Waard

In te vullen door  Bestuurssecretariaat

 Ontwerper Parafanten

 Directeuren  Portefeuilleh.

B&W Nr: 02.0475/28­05­2002  Dienst  :  BoWo BoWo EGTV

Agenda   Sector  : Ontwikkelingsbedrijf SMPG

Openbaar: ja   Naam   : A.M. Kluit R.V    nr: 02.0078  Tst.nr   :  5832

Commissie:  Datum : 23­05­2002

BESLUITEN

behoudens advies van de Commissie voor Ruimte en Groen:

1. ten behoeve van de uitvoering van de voorgestelde sanering en overige werkzaamheden een krediet ten grootte van € 635.000,-- beschikbaar te stellen;

2. vast te stellen de in concept bijgevoegde begrotingswijzigingen.

Korte overwegingen

De scheepswerf Stallinga is sinds medio jaren negentig actief in De Waard en heeft twee percelen grond in gebruik, één op basis van erfpacht en de ander op basis van een

gebruik “om niet” vanwege bodemverontreiniging. Het betreffende gedeelte zou eerst volledig gesaneerd moeten worden voordat tot uitgifte overgegaan kon worden. De intentie tot sanering en uitgifte aan de scheepswerf Stallinga van het onderhavige perceel is vastgelegd in het raadsbesluit van 17 december 1996 nummer 96.0152. Door diverse omstandigheden is de sanering en aanvullende uitgifte uit beeld geweest, doch is het nu zaak om tot actie over te gaan en het klimaat te scheppen waarbij de Scheepswerf kan voldoen aan de thans geldende milieueisen. Met de scheepswerf Stallinga wordt nog druk onderhandeld over de overeenkomst met specifieke aandacht voor de toekomstige ontwikkelingen van de Waard. Hoewel het niet gebruikelijk is een overeenkomst aan uw College voor te leggen, waarover nog geen volledige overeenstemming is bereikt, zijn wij hiertoe thans door de tijdsdruk gedwongen. De aanbesteding van een gedeelte van het project heeft inmiddels plaats gevonden, maar de gunningtermijn loopt af op 30 mei aanstaande. Naar verwachting zullen de kosten stijgen als voor deze datum niet wordt gegund, vandaar dat deze ongebruikelijke werkwijze wordt gevolgd en tevens verzocht wordt om de directeur BOWO te machtigen om het werk te gunnen vooruitlopend op behandeling van het kredietvoorstel door de Raad.

Getracht zal worden om subsidie te verkrijgen op basis van de nog niet in werking getreden Wbb ISV regeling .

Formatieve consequenties

Aanbiedingsformulier

(2)

Geen

Begrotingsconsequenties

De kosten van sanering en de overige werkzaamheden bedragen circa € 635.000,-- inclusief BTW.

De kosten zullen ten laste worden gebracht van complex 34 (afgesloten complexen), evenals de opbrengsten welke in het MPG 2003 inzichtelijk zullen worden gemaakt.

(3)

2002.

Nr. : 02.0078.

Dnst. : BOWO

Kredietverlening bodemsanering De Waard.

Leiden, 28 mei 2002.

De scheepswerf Stallinga is sinds medio jaren negentig actief in De Waard. Door deze scheepswerf worden op ambachtelijke wijze herstel- en reparatiewerkzaamheden verricht alsmede nieuwbouw gepleegd. Op deze locatie is sinds 1922 reeds een scheepswerf gevestigd. De vorige werfeigenaren huurden het perceel. Toen de

voorganger van Scheepswerf Stallinga zijn werkzaamheden beëindigde was het beleid van de gemeente inmiddels gewijzigd zodat besloten werd tot uitgifte in erfpacht van de percelen en was dit mogelijk gemaakt door een grondruil met de naastgelegen jachtwerf.

In het voortraject bleek dat de bewuste grond verontreinigd was. De uitgifte is destijds in 1997 beperkt tot een gedeelte van het perceel. Het andere gedeelte zou eerst volledig gesaneerd moeten worden voordat tot uitgifte overgegaan kon worden. De intentie tot sanering en uitgifte aan de scheepswerf Stallinga van het onderhavige perceel is vastgelegd in het raadsbesluit van

17 december 1996, nummer 96.0152. De gemeente heeft het perceel toen om niet in gebruik gegeven aan scheepswerf Stallinga in afwachting van de sanering. Door reorganisatie perikelen bij zowel de voormalige afdeling Milieu alsmede de afdeling Grondzaken heeft het lange tijd geduurd voordat een aanvang gemaakt werd met de organisatie van de sanering.

Thans is het dringend noodzakelijk dat gesaneerd wordt. Enerzijds ten behoeve van de bedrijfsvoering van de scheepswerf en anderzijds bestaat een moeizame relatie met de naastgelegen jachtwerf, waar ook de gemeente bij betrokken is.

De bedrijfsvoering van de scheepswerf Stallinga kan door de bodemverontreiniging niet optimaal gevoerd worden omdat bijvoorbeeld wijzigingen aan een helling afhankelijk gesteld zijn van de situatie rondom de bodem. De scheepswerf kan derhalve thans niet volledig voldoen aan de geldende milieueisen tot grote ergernis van de naastgelegen jachtwerf die door de gemeente wel aan de geldende milieueisen wordt gehouden. Tijd om tot actie over te gaan om de ongelijke situatie op te heffen.

Uitgangspunt voor de uitgifte is een perceel te leveren dat functioneel is voor de

scheepswerf. Dit betekent, dat naast de sanering een stalen damwand aangebracht moet worden en dat de watergang naast het perceel gebaggerd moet worden alsmede

verbreed. Het naastgelegen gemeentelijk perceel wordt thans verhuurd aan een scouting groep. Deze groep zal langs de lengte van het perceel een strook van maximaal 1 meter moeten missen. Een gedeelte van de huurovereenkomst met hen dient derhalve te worden ontbonden, op basis van minnelijke overeenstemming.

Met de scheepswerf Stallinga wordt nog druk onderhandeld over de overeenkomst. Een volledige overeenstemming is nog niet bereikt, doch naar verwachting zal op korte termijn de ondertekening plaats vinden. In ieder geval is bedongen, dat in verband met de toekomstige ontwikkelingen van de Waard het recht van erfpacht door de gemeente kan worden opgezegd nà 15 jaar in plaats van 25 jaar, zoals gesteld in artikel 37, lid 1, van de Leidse Bepalingen. De aanbesteding van een gedeelte van het project heeft inmiddels plaatsgevonden, maar de gunningtermijn loopt binnenkort af. Naar verwachting zullen de kosten stijgen als voor deze datum niet wordt gegund.

(4)

Getracht zal worden om subsidie te verkrijgen op basis van de nog niet in werking getreden Wbb/ISV regeling. Alhoewel de criteria nog niet uitgekristalliseerd zijn, beschouwen wij Stallinga als stedelijk project en hebben wij dit project dan ook op de betreffende, nog door ons vast te stellen, lijst geplaatst met naar verwachting een bijdrage van € 200.000,--.

(5)

Tevens is als pm-post opgenomen de BTW-compensatie, omdat deze regeling eerst in 2003 gaat gelden.

Met verwijzing naar het advies van de Commissie voor Ruimte en Groen en de overige in de leeskamer ter inzage gelegde stukken, geven wij u in overweging het hierna in

ontwerp afgedrukte besluit te nemen.

Burgemeester en Wethouders van Leiden,

de Secretaris, de loco-Burgemeester, P.I.M. v.d. WIJNGAART. R.

HILLEBRAND.

De Raad der gemeente Leiden;

Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders (raadsvoorstel nr. 02.0078 van 2002);

B E S L U I T :

* ten behoeve van de uitvoering van de voorgestelde sanering en overige

werkzaamheden een krediet ter grootte van € 635.000,-- beschikbaar te stellen;

* bijgaande concept-begrotingswijziging vast te stellen.

Gedaan ter openbare vergadering van

de Griffier a.i., de Voorzitter,

R1492bs

(6)

Definitief concept.1

ERFPACHTOVEREENKOMST

De ondergetekenden:

1. de gemeente Leiden, hierbij vertegenwoordigd door de heer mr W.J. Sanders hoofd afdeling grondzaken, ten deze handelend onder voorbehoud van een besluit van het College van Burgemeester en Wethouders alsmede de gemeenteraad der gemeente Leiden tot het aangaan van deze overeenkomst, hierna ook te noemen: de gemeente;

2. de heer A.J. Stallinga, wonende Rijnkade 9 (2315 LT) te Leiden, hierna te noemen: erfpachter;

verklaren te zijn overeengekomen als volgt:

1. UITGIFTE IN ERFPACHT

De gemeente geeft in erfpacht uit aan erfpachter, die van de gemeente in erfpacht aanvaardt:

- een perceel grond met water gelegen aan de Admiraal Banckertweg 19, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie N, nummer 1930 groot circa 1440 m2

- een perceel water met een oppervlakte van ongeveer 337 m2 uitmakende een ter plekke kennelijk

afgebakend gedeelte van het perceel kadastraal bekend gemeente Leiden sectie N nummer 1960, zoals op de bij deze overeenkomst behorende (voorlopige) schetstekening met kenmerk LV met arcering is

aangegeven, hierna ook te noemen: het registergoed;

De erfpachtovereenkomst is voorts aangegaan onder de volgende voorwaarden:

2. ALGEMENE BEPALINGEN

Op deze uitgifte in erfpacht zijn van toepassing, voor zover daarvan in deze overeenkomst niet wordt afgeweken, de "Algemene Bepalingen voor de uitgifte in erfpacht van onroerende zaken 1992" vastgesteld door de Raad van de gemeente Leiden op 9 maart 1993, nummer 93.00010, hierna te noemen "Leidse bepalingen 1992". Erfpachter verklaart hierbij een exemplaar van genoemde Leidse bepalingen 1992 ontvangen te hebben.

3. DUUR

Het recht van erfpacht wordt eeuwigdurend gevestigd.

4. KOSTEN

De notariële kosten ter zake van het vestigen van het recht van erfpacht alsmede de kosten van inschrijving in de daartoe bestemde openbare registers van een afschrift van de akte van vestiging zijn voor rekening van erfpachter.

5. CANON

1. Met ingang van de dag van vestiging van het recht van erfpacht, doch niet eerder dan

01 januari 2003 is erfpachter canon verschuldigd. Erfpachter heeft de keuze de canon voor een periode van 75 jaar af te kopen of een halfjaarlijkse canon te betalen.

2. Voor de afkoop voor 75 jaar is een bedrag verschuldigd gelijk aan de waarde van de uit te geven grond.

3. De canon wordt gebaseerd op een rentepercentage van 5,75 en een grondwaarde van € 252.265,-- en bedraagt derhalve € 14.505,-- per jaar.

4. Erfpachter heeft de keuze tot aanpassing van het rentepercentage overeenkomstig artikel 17 lid 1 van de Leidse Bepalingen 1992 met ingang van 1 januari van het zesde of zesentwintigste kalenderjaar na de dag van vestiging van het recht van erfpacht en vervolgens steeds na vijf of vijfentwintig jaar.

5. Erfpachter is over de waarde van de grond omzetbelasting/overdrachtsbelasting verschuldigd.

6. ADMINISTRATIEKOSTEN

In verband met de eerdere vestiging van een erfpachtrecht aansluitend aan het onderhavige perceel is erfpachter geen administratiekosten verschuldigd.

7. KEUZE ERFPACHTER

De keuze van erfpachter tussen afkoop van de canon of een halfjaarlijkse canon te betalen zoals genoemd in artikel 5 lid 1, alsmede bij halfjaarlijkse betaling van de canon de keuze van de rentevaste perioden als genoemd in artikel 5 lid 1 alsmede de keuze inzake de jaarlijkse betaling van administratiekostenvergoeding of de afkoop hiervan onder de voorwaarden zoals genoemd in artikel 6 lid 2, dient door erfpachter voorafgaande aan de notariële

(7)

vestiging van het recht van erfpacht te worden gemaakt en schriftelijk aan de in artikel 13 genoemde notaris ter kennis te worden gebracht.

8. KOSTEN VERSCHULDIGD BIJ VESTIGING VAN HET RECHT VAN ERFPACHT

Op de dag waarop de notariële akte tot vestiging van het erfpachtrecht wordt verleden zijn verschuldigd:

a. De betaling van de canon zijnde de afkoop van de canon voor 75 jaar;

b. of van de betaling van de halfjaarlijkse canon tot aan de eerste dag van het daarop volgende nieuwe kalenderhalfjaar;

c. de betaling van de afkoopsom van de administratiekosten;

d. of de betaling van de administratiekosten tot het daarop volgende nieuwe kalenderjaar;

e. de omzetbelasting over de waarde van de grond (eventueel in combinatie met overdrachtsbelasting).

9. TERMIJN AANBOD GRONDWAARDE

De in artikel 4 genoemde grondwaarde geldt tot 1 mei 2002.

Met ingang van deze datum tot aan de dag waarop door de Gemeenteraad een besluit tot het aangaan van deze overeenkomst wordt genomen, zal de grondwaarde worden verhoogd op basis van 6% per jaar samengestelde interest. De canon zal in dit geval opnieuw worden berekend op basis van het onder artikel 5 lid 3 van deze overeenkomst genoemde rente-percentage en de in dit artikel nieuw berekende grondwaarde.

10. WAARBORGSOM

1. De waarborgsom, als bedoeld in artikel 4 van de Leidse bepalingen 1992, bedraagt eenmaal de jaarlijkse canon. Deze waarborgsom dient binnen vijf dagen na ondertekening van deze overeenkomst te worden betaald door overschrijving naar de Postbank rekeningnummer 5268276 ten name van het Gemeentelijk Erfpachtbedrijf of ING bankrekeningnummer 67.86.64.064, onder vermelding van de naam van erfpachter en het perceel grond waarop de uitgifte in erfpacht betrekking heeft.

2. De waarborgsom kan eveneens in de vorm van een bankgarantie door een erkende nederlandse bankinstelling worden afgegeven.

3. Over de waarborgsom wordt geen rente vergoed.

11. BESTEMMING/VERONTREINIGING

1. Het in erfpacht uitgegevene heeft als bestemming:

grond en water bestemd voor de activiteiten van een scheepswerf welke reeds door erfpachter aldaar worden uitgevoerd.

2. Ten aanzien van het registergoed wordt een aantekening gemaakt ten aanzien van een uitgevoerde sanering die op grond van de Wet Bodembescherming gepubliceerd wordt in de openbare registers;

3. Voor de bodemgesteldheid van het perceel sectie N nummer 1930 gedeeltelijk wordt verwezen naar het onderzoek uitgevoerd door De Ruiter milieutechnologie d.d. 11 mei 1999 met kenmerk

DGS/MDG/A990507.121540, waaruit blijkt dat sprake is van bodemverontreiniging alsmede een evaluatierapport die de bodemgesteldheid omschrijft na de saneringswerkzaamheden. Op grond van het evaluatierapport zal de gemeente de lokatie, voor wat betreft de milieu-hygiënische kwaliteit van de bodem, geschikt verklaren voor de beoogde bestemming.

4. Met inachtneming van het hierboven bepaalde wordt de grond door de gemeente geleverd en door erfpachter aanvaard in de hem bekende staat zoals vastgesteld en vermeld in de bovengenoemde rapporten, (alsmede in de bovengenoemde geschiktheidsverklaring) en zal erfpachter de gemeente niet aanspreken wegens enige tekortkoming en/of onrechtmatige daad, tot sanering van, vervanging van of het treffen van maatregelen aan de grond, het verrichten van verder onderzoek naar eventuele verontreiniging of het verstrekken van verdere informatie daarover, dan wel tot vergoeding van enige schade.

5. Bij eventuele afvoer van grond om welke reden dan ook is men voor de afvoer en verwerking van de grond gebonden aan de vigerende wetgeving. Eventuele hieruit voortvloeiende kosten zijn voor rekening van erfpachter en/of diens rechtsopvolgers.

De gemeente is niet aansprakelijk voor de gevolgen van de verzwaring van de milieu-eisen tengevolge van eventueel in de toekomst gewijzigde inzichten met betrekking tot bodemverontreiniging, dan wel voor de aanwezigheid van objecten in de grond.

6. De in artikel 5 genoemde verplichtingen zullen voor zoveel mogelijk worden gevestigd als kwalitatieve verbintenis als bedoeld in artikel 6:252 van het Burgerlijk Wetboek. Deze verbintenis zal zodanig worden gevestigd dat deze bij verkoop van het erfpachtsrecht daarop blijft rusten en zal overgaan op degene(n) die het verkrijgt/verkrijgen hetzij onder algemene titel hetzij onder bijzondere titel en dat medegebonden zullen zijn degene(n) die een recht tot gebruik ervan verkrijgt/verkrijgen.

12. NOTARIËLE AKTE VAN UITGIFTE IN ERFPACHT

(8)

De akte van uitgifte in erfpacht zal worden ondertekend zo spoedig mogelijk nadat het besluit van het College van Burgemeester en Wethouders en de Raad der gemeente Leiden over deze uitgifte is genomen ten overstaan van notariskantoor Teekens & Karstens gevestigd te Leiden.

13. FEITELIJKE LEVERING VAN HET REGISTERGOED

Het perceel is reeds in gebruik bij erfpachter sinds 1997. Tijdens de saneringswerkzaamheden is het terrein voor erfpachter niet toegankelijk. Erfpachter is bevoegd het perceel in gebruik te nemen niet eerder dan nadat de saneringswerkzaamheden gereed zijn of zoveel eerder als de gemeente het perceel vrijgeeft. Uitzondering hierop is dat het perceel tijdens de sanering toegankelijk is voor erfpachter indien het hoofd van het Ingenieursbureau hiervoor zijn toestemming verleent.

Vanaf de ingebruikname draagt erfpachter het risico en zullen de zakelijke lasten, zowel het eigenaars- als het gebruikersgedeelte voor rekening van erfpachter komen ongeacht op wiens naam de betreffende aanslag is gesteld.

14. GEBRUIK

Het registergoed zal in erfpacht worden uitgegeven vrij van huur of enig ander persoonlijk gebruiksrecht, leeg, ontruimd en ongevorderd.

15. OVER- OF ONDERMAAT

Verschil tussen de opgegeven en werkelijke grootte van het in erfpacht uitgegevene verleent aan geen der partijen enig recht.

16. PUBLIEKRECHTELIJKE EN PRIVAATRECHTELIJKE BEPER KINGEN/BEPERKTE GENOTS - RECHTEN

Ten tijde van het sluiten van deze overeenkomst zijn de gemeente en erfpachter geen andere dan de navolgende beperkingen en/of genotsrechten bekend:

- mandeligheden die voortvloeien uit het burenrecht en de ligging van het registergoed ten opzichte van direct aangrenzende percelen;

- beperkingen voortvloeiende uit het vigerende bestemmingsplan;

- beperkingen voortvloeiende uit het bestaan van erfdienstbaarheden, bijzondere lasten en beperkingen, afzonderlijke zakelijke rechten, kettingbedingen en kwalitatieve verplichtingen die mochten blijken uit vorige eigendomsakten.

Eventuele verplichtingen van niet zakenrechtelijke aard voortvloeiende uit het hierboven weergegevene, worden door de gemeente aan erfpachter opgelegd en door de gemeente bij wijze van vrijwillige zaakwaarneming namens belanghebbende(n) bedongen en de daaruit voortvloeiende rechten voor bedoelde belanghebbende(n) aangenomen.

Aan erfpachter zijn overgelegd de eigendomstitels van het in erfpacht uit te geven perceel voor zover die bij de gemeente in bezit zijn.

Eventuele zakenrechtelijke beperkingen alsmede de beperkingen voortvloeiende uit alle vorenstaande aan erfpachter opgelegde verplichtingen en voorts voormelde publiekrechtelijke beperkingen zijn uitdrukkelijk door erfpachter aanvaard.

Daarnaast aanvaardt erfpachter uitdrukkelijk die lasten en beperkingen niet kenbaar uit de openbare registers die voor hem uit de feitelijke situatie kenbaar zijn en/of voor hem geen wezenlijk zwaardere belasting betekenen.

Indien van toepassing verklaart erfpachter zijn medewerking te verlenen aan de vestiging van zakelijke rechten ten behoeve van de NUON, de gemeentelijke riolering en andere openbare nutsbedrijven. De kosten voortvloeiend uit de vestiging van deze zakelijke rechten zijn voor rekening van erfpachter.

17. BIJZONDERE BEPALINGEN

1. Erfpachter zal het terrein geheel leeg en ontruimd, of op een wijze zoals door het hoofd van het

Ingenieursbureau na overleg is toegestaan, aan de gemeente opleveren op een tijdig door de gemeente aan te geven tijdstip, ten behoeve van de uit te voeren bodemsanering.

2. Door het gemeentelijk Ingenieursbureau is een lijst van aanvullende voorwaarden opgesteld ten behoeve van de uit te voeren bodemsanering, gedateerd 11 februari 2002, welke lijst deel uitmaakt van deze overeenkomst en uitgangspunt is voor de uitvoering tenzij het hoofd van het Ingenieursbureau na overleg met erfpachter anders oordeelt.

(9)

3. Voor rekening van erfpachter wordt door de gemeente een erfafscheiding geplaatst tussen het perceel sectie N nummer 1930 en het naastgelegen perceel. Over de uitvoering van deze erfafscheiding wordt overleg gevoerd met erfpachter waarbij wordt uitgegaan van een sobere opzet.

4. Het watergedeelte van de percelen, kadastraal bekend gemeente Leiden sectie N 1930 en 1960 (beide

gedeeltelijk) zal in opdracht en voor rekening van de gemeente worden gebaggerd tot een maximale diepte van circa 2,40 meter. Het in eigendom van de gemeente blijvend perceel kadastraal bekend sectie N nummer 1960 (gedeeltelijk) zal in opdracht en voor rekening van de gemeente worden beschoeid.

5. De uitvoering van de werkzaamheden zoals hiervoor gemeld in lid 4 van dit artikel zullen uiterlijk op 1 januari 2003 gereed zijn. De aanvang van de werkzaamheden vindt in overleg met erfpachter plaatst. De in het water aanwezige dwarshelling wordt gedurende de periode van het baggeren niet verwijderd. Mocht onverhoopt ondanks zorgvuldig werken de dwarshelling worden beschadigd dan is dit voor risico van erfpachter.

6. Ten behoeve van het slib vrijhouden van de watergang neemt erfpachter de verplichting op zich zo spoedig mogelijk een barrière te plaatsen ter hoogte van de kadastrale eigendomsgrens aan de zijde van de Nieuwe Rijn.

7. Erfpachter dient na oplevering van het perceel c.q. gereedkomen van de sanering te voldoen aan de nieuwe, de gehele inrichting omvattende vergunning, verleend op grond van de Wet Milieubeheer op 1 maart 1996 (nummer 20631/95), alsmede de bodem- en afvalwatervoorschriften voor zover deze worden geactualiseerd op grond van artikel 8.22 van de Wet Milieubeheer en alle overige bepalingen die volgende uit de Wet

Milieubeheer voor zover deze op de inrichting van toepassing zijn.

8. In afwijking van het gestelde in artikel 37, lid 1 van de Leidse Bepalingen wordt 25 jaar in dit lid gelezen als 15 jaar.

9. In geval van een ernstige toerekenbare tekortkoming door erfpachter van de in dit artikel opgenomen verplichtingen verbeurt erfpachter een boete van € 5.000,-- per keer en

€ 100,-- per dag dat de niet- of gedeeltelijke nakoming voortduurt, ongeacht de mogelijkheid voor de gemeente om alsnog nakoming van de verplichtingen te vorderen.

18. AFSTAND ONTBINDING

Partijen zullen in de akte van uitgifte in erfpacht geen afstand doen van het recht om ontbinding van deze overeenkomst te vorderen.

19. HOOFDELIJKE VERBONDENHEID

Indien erfpachter uit meerdere personen bestaat, is ieder van hen hoofdelijk gebonden.

20. DOMICILIE

Partijen kiezen voor de uitvoering van deze overeenkomst en haar gevolgen woonplaats voor wat betreft de gemeente ten stadhuize dier gemeente en voor wat betreft de wederpartij ten kantore van voornoemde notaris.

Getekend te Leiden op

de gemeente Leiden Erfpachter / Erfpachters

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Naast genoemde Algemene Bepalingen voor voortdurende erfpacht 2000 blijven van toepassing de bijzondere bepalingen opgenomen in eerdere akten, waaronder de akte van uitgifte

Bedragen betreffen de huidige waarde van de aflossingen en rentebetalingen die komende 30 jaar plaatsvinden: hoeveel geld dient opzij te worden gezet om, bij een jaarlijks

De erfpachter mag geen verontreiniging veroorzaken en moet bij de beëindiging van het recht van erfpacht elke door zijn toedoen aanwezige verontreiniging op zijn

Indien de erfpachter na 3 jaren na dagtekening van deze erfpachtovereenkomst wil overgaan tot koop wordt overeenkomstig artikel 21.7 van de AV 2014 de grondwaarde getaxeerd, met

23.5 Indien het erfpachtrecht ten tijde van het eindigen van het recht met hypotheek was bezwaard, wordt met afwijking van artikel 23.4 de schadevergoeding, na aftrek van al hetgeen

De gemeente is verplicht binnen zes maanden na de door de gemeenteraad vastgestelde dag, waarop het erfpachtsrecht eindigt en de grond met de opstallen ter vrije beschikking van de

De in lid 4 bedoelde bedenktijd begint op de dag die volgt op de dag dat (een kopie van) de door beide partijen ondertekende overeenkomst aan de erfpachter ter hand is gesteld.

- Bij de verkoop van Backershagenlaan 13 wordt gekozen voor verkoop bij openbare inschrijving door middel van een uitgifte in erfpacht, zoals die ook gelden voor de verkoop van