DE GEMEENTE VAN CHRISTUS BIJEEN ROND DE SCHRIFTEN
IN DE KERK VAN ROZENDAAL Paasnacht
3 april 2021
Voorganger: Ds. Bert Bomer Cantor: Anita Nibbelink Organist: Frank van Merwijk
2
DE VOORBEREIDING
Het is stil en duister als we binnenkomen Zingen: gezang 594
Cantor:
Orgel:
Orgel Cantor:
Cantor:
Orgel:
Cantor:
Wachters op de morgen, hoe ver is de nacht?
Ontwaak wie nog slaapt en sta op uit de dood!
Wachters op de morgen, hoever is de nacht?
Ontwaak wie nog slaapt en sta op uit de dood!
Wachters op de morgen, hoever is de nacht?
Ontwaak wie nog slaapt en sta op uit de dood!
Ontwaak en sta op, uw licht is opgegeaan!
De paaskaars wordt op de standaard gezet
Genesi 1:1-5
1. In het begin schiep God de hemel en de aarde. 2 De aarde was nog woest en doods, en duisternis lag over de
oervloed, maar Gods geest zweefde over het water. 3 God zei: ’Er moet licht komen,’ en er was licht. 4 God zag dat het licht goed was, en hij scheidde het licht van de duisternis; 5 het licht noemde hij dag, de duisternis noemde hij nacht. Het werd avond en het werd morgen. De eerste dag..
3
Zingen: Gezang 162: 1, 2, 6.
2. In het begin zijn de wolken en luchten, in het begin is de hemel ontstaan.
God sprak zijn woord en de wateren vluchtten;
zo bracht Hij scheiding en ruimte aan.
6. In het begin riep God mensen tot leven, in het begin was het woord in hun mond.
Wat was het goed om op aarde te wonen, wat was God blij dat de wereld bestond.
4
De lichten in de kerk zijn ontstoken VERHALEN VAN BEVRIJDING (een keuze uit de lezingen voor deze avond) Gebed:
v:
a:
……….
AMEN
Lezing: Exodus 14:15-15: 1a.
De HEER zei tegen Mozes: ‘Waarom roep je mij te hulp? Zeg tegen de Israëlieten dat ze verder trekken. 16 Jij moet je staf geheven houden boven de zee en zo het water splijten, zodat de Israëlieten dwars door de zee kunnen gaan, over droog land. 17 Ik zal de Egyptenaren onverzettelijk maken zodat ze hen achterna gaan, en dan zal ik mijn majesteit tonen door de farao en zijn hele leger, zijn wagens en zijn ruiters, ten val te brengen. 18 De Egyptenaren zullen beseffen dat ik de HEER ben, als ik in mijn majesteit de farao, met zijn wagens en ruiters, ten val heb gebracht.’
19. De engel van God, die steeds voor het leger van de Israëlieten uit was gegaan, stelde zich nu achter hen op.
Ook de wolkkolom die eerst voor hen uit ging stelde zich achter hen op, 20 zodat hij tussen het leger van de Egyptenaren en dat van de Israëlieten kwam te staan. Aan de ene kant bracht de wolk duisternis, aan de andere kant verlichtte de vuurzuil de nacht. Die hele nacht konden de legers niet bij elkaar komen. 21 Toen hield Mozes zijn arm boven de zee, en de HEER liet de zee terugwijken door gedurende de hele nacht een krachtige oostenwind te laten waaien. Hij veranderde de zee in droog land. Het water spleet, 22 en zo konden de Israëlieten dwars door de zee gaan, over droog land; rechts en links van hen rees het water op als een muur.
23 De Egyptenaren achtervolgden hen, alle paarden en wagens van de farao en al zijn ruiters gingen achter hen aan de zee in. 24 Maar in de morgenwake keek de HEER vanuit de vuurzuil en de
wolkkolom neer op het Egyptische leger en zaaide paniek onder hen. 25 Hij liet de wielen van de wagens vastlopen, zodat de Egyptenaren de grootste moeite hadden om vooruit te komen.
‘Laten we vluchten!’ riepen ze. ‘De HEER steunt de Israëlieten, hij strijdt tegen ons!’. 26 De HEER zei tegen Mozes: ’Strek je arm uit boven de zee dan stroomt het water terug, over de Egyptenaren en over al hun wagens en ruiters.’27 Mozes gehoorzaamde, en toen de dageraad aanbrak, stroomde de zee terug naar haar gewone plaats. De Egyptenaren vluchtten het water
tegemoet, de HEER dreef hen regelrecht de golven in. 28 Het terugstromende water overspoelde het gehele leger van de farao, al zijn wagens en ruiters, die achter de Israëlieten aan de zee in
gereden waren; niet een van hen bleef in leven. 29 Maar de Israëlieten waren dwars door de zee gegaan, over droog land, terwijl rechts en links van hen het water als een muur omhoog rees.
30-31 Zo redde de HEER de Israëlieten die dag uit de handen van de
Egyptenaren. Toen ze de Egyptenaren dood langs de zee zagen liggen en het tot hen doordrong hoe krachtig de HEER tegen Egypte was opgetreden, kregen zij ontzag voor de HEER
5
en stelden ze hun vertrouwen in hem en in zijn dienaar Mozes.
15 1 Toen zong Mozes, samen met de Israëlieten , dit lied ter ere van de Heer:
Cantor: Gezang 168:1, vers cantor, orgel; refr:
2. The Lord told Mozes what to do Let my peopel go
To lead the children of Israel through let my people go. Refrein (orgel)
3. The journeyed on at his command, let my pepople go;
and came at length to Canaan’s land, let my people go. Refrein (orgel) 4. O let us all from bondage flee,
let my people go;
and let us all in Christ be free, let my people go! refrein
v: Korte overdenking
GEDACHTENIS: Belijdenis, Doop en HA Belijdenis:
v: Wij vertrouwen ons leven toe aan God, Schepper van hemel en aarde, Vader van zijn volk onderweg, Moeder van alle levenden
Wij erkennen Gods liefde die ons nabij komt in Jezus Christus;
wij zijn geroepen om Hem, opgestaan uit de dood, te volgen., Wij geloven dat de Heilige Geest ons leiden zal in alle waarheid en ons zal bijstaan tot aan de voltooiing van hemel en aarde
6
Cantor Psalm 67 a: refr 2 en 3 orgel
Doop:
v: Laten wij die gedoopt zijn, ons verzetten tegen alles wat ons wil laten geloven dat niet God maar het kwaad regeert.
Laten wij ons verzetten tegen alle machten die mensen vernederen, discrimineren en knechten.
Laten wij ons verzetten tegen alle krachten die uit onszelf opkomen, die ons scheiden van onze God.
7
Cantor: Gezang 349: 1C 2 Orgel 3C 2. Wij moeten kiezen voor U,
want Gij hebt ons uitverkoren ons te verliezen aan U,
uit water en geest herboren.
Wij moeten kiezen voor U.
3. Wij zien het beloofde land, het water gaat voor ons open.
Nu mogen wij aan uw hand dwars door het water lopen.
Wij zien het beloofde land.
Heilig Avondmaal
v: Bij de maaltijd met zijn leerlingen, op de avond voor zijn dood, breekt Hij het brood en schenkt hij de wijn.
Hij zegt: ‘Doet dit tot mijn gedachtenis’.
Wij aanvaarden deze tekenen van brood en wijn.
Zoals het zaad uitgezaaid in de aarde één wordt, zo brengt Hij ons bijeen van heinde en ver in het koninkrijk van uw vrede.
Cantor Zegening bij de maaltijd naar Joodse traditie: NLB 229
8
CHRISTUS, WAARLIJK OPGESTAAN Inzameling in de Paasnacht: Hospice Rozendaal
Gebed: voor de nood van de wereld,
voor allen die in deze nacht het licht niet kunnen zien doorbreken, en Zijn Naam loven en prijzen want:
zijn Barmhartigheid kent geen einde.
v: ……….
Zo zingen wij KYRIE:
GLORIA: Gezang 601 Cantor:
9
2. Licht, van mijn stad de stedehouder, aanhoudend licht dat overwint.
Vaderlijk licht, steevaste schouder, draag mij, ik ben jouw kijkend kind.
Licht, kind in mij, kijk uit mijn ogen of ergens al de wereld daagt
waar mensen waardig leven mogen en elk zijn naam in vrede draagt
HET PAAS- EVANGELIE Matteüs 28:1-10
Matteüs 28:1-10a 1 Na de Sabbat, toen de ochtend van de
eerste week gloorde, kwam Maria uit Magdala met de andere Maria naar het graf kijken. 2 Plotseling begon de aarde hevig te beven, want een engel van de Heer daalde af uit de hemel, liep naar het graf, rolde de steen weg en ging erop zitten. 3 Hij lichtte als een bliksem en zijn kleding was wit als sneeuw. 4 De bewakers beefden van angst en vielen als dood neer. 5 De engel richtte zich tot de vrouwen en zei: ‘Wees niet bang, ik weet dat jullie Jezus, de kruisigde, zoeken.
6 Hij is niet hier, hij is immers
opgestaan, zoals hij gezegd heeft. Kijk maar, dat is de plaats waar hij gelegen heeft. 7 En ga nu snel naar zijn
leerlingen en zeg hun: ‘Hij is opgestaan uit de dood, en dit moeten jullie weten:
hij gaat jullie voor naar Galilea, daar zul je hem zien’. Dat is wat ik jullie te zeggen had’
8 Ontzet en opgetogen verlieten ze haastig het graf om het aan zijn leerlingen te gaan vertellen. 9 Op dat moment kwam Jezus hun tegemoet en groette hen. Ze liepen op hem toe,
grepen zijn voeten vast en bewezen hem eer. 10 Daarop zie Jezus: ‘Wees niet bang.’
Cantor: Lofprijzing:
10
Slotwoord: dankzegging Zingen: Gezang 601: 3
3. Alles zal zwichten en verwaaien wat op het licht niet is geijkt.
Taal zal alleen verwoesting zaaien en van ons doen geen daad beklijft.
Veelstemmig licht, om aan te horen zolang ons hart nog slagen geeft.
Liefste der mensen, eerstgeboren, licht, laatste woord van Hem die leeft.
Wegzending en Zegen:
v. ……….
a: AMEN
De Paasviering wordt morgen voortgezet om 10.00 uur.
-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.
Verantwoording:
- Voorkant: ‘Zie: er geschiedt licht’ – bron onbekend - Lezingen: Nieuwe Bijbel Vertaling 2004-2014
- Psalmen en Gezangen: Het Liedboek 2013.
11
SLEUTELBLOEM
Ik hoef je vruchten niet te plukken om je te kennen tot op het bot leg ik mijn vingers in oude groeven omklemt mijn hand je dunne stem.
Lieflijk in al je eenvoud zoveel sierlijker dan toen je eertijds stond te schudden je bladerkroon, waartussen zijn sleutel zat verstopt benauwde, je was het beu had je buik vol van appels maar God zag dat het goed…..
zag dat de mens zijn boom nieuw leven in zou blazen.
Kaler, en met open kruin nodigt hij
‘eet van mij, proef! want je denkt dat je me kent, maar ik ontglip je’
zoals l’art slechts tipt aan l’amour voor beide geldt…
c’est le soufflé de Dieu!
Joke Brandsma ( *29-9-1959 † 20-4-2017)
Uit: Sculptuur & Spinsels – gedichten van een Schaduwvrouw -2016)
