NIEUWS
Omstreden euthanasie van Simona De Moor
overgemaakt aan federale gerechtelijke politie wegens
‘meerdere
inbreuken op de euthanasiewet’
BEROEP TEGEN UITBREIDING EUTHANASIEWET VERWORPEN
Kindereuthanasie op scherp gesteld
De wet die euthanasie voor minderjarigen mogelijk maakt, is grondwettig. Op voorwaarde dat een onafhankelijk kinderpsycholoog of psychiater oordeelt over de oordeelsbekwaamheid van de minderjarige. Zijn advies wordt bindend.
VAN ONZE REDACTRICE VEERLE BEEL
Drie verenigingen tekenden bij het Grondwettelijk Hof beroep aan tegen de uitbreiding van de euthanasiewet, die op 28 februari 2014 werd goedgekeurd. Die uitbreiding maakt euthanasie ook
toegankelijk voor oordeelsbekwame minderjarigen. De vzw’s Jurileven, Pro Vita en Jongeren voor Leven waren het daar niet mee eens.
Het Grondwettelijk Hof spreekt zich nu in één beweging uit over de drie beroepen en giet zijn oordeel in een zorgvuldig geschreven arrest. Eerste conclusie: de beroepen worden verworpen.
Euthanasie bij minderjarigen blijft dus mogelijk.
Maar het Hof stelt de waarborgen wel op scherp. Zo oordeelt het dat het volgens de tekst van de uitbreidingswet niet duidelijk genoeg is wie finaal oordeelt over de oordeelsbekwaamheid van de minderjarigen.
Geen leeftijd
Daarom maakt het arrest het advies van de kinderpsycholoog of psychiater nu bindend.
Bovendien moet deze opinie – naast die van de behandelende arts – gegeven worden door een psycholoog of arts die onafhankelijk is. Versta: het mag niet iemand zijn die behoort tot het team van de arts, of die vertrouwd is met de minderjarige of zijn ouders.
Bij euthanasie bij volwassenen is het advies van een tweede arts nodig, maar niet bindend. Bij kinderen wordt dit dus anders, omdat kinderen kwetsbaar zijn en de overheid de ‘positieve plicht’ heeft om hen te beschermen, aldus de rechters van het Grondwettelijk Hof. Artsen die het advies van de kinderpsychiater of psycholoog naast zich neer zouden leggen, zouden voortaan wel degelijk een strafbaar feit begaan.
Maar als de oordeelsbekwaamheid van de minderjarige voor de kinderpsychiater of
psycholoog vaststaat, dan is het aan de behandelende arts om erop toe te zien dat alle andere voorwaarden vervuld zijn.
De drie verenigingen hadden ook aangevoerd tegen de uitbreiding van de wet te zijn omdat er geen minimumleeftijd is vastgelegd. Daarover spreekt het Grondwettelijk Hof zich niet uit, omdat dit tot de vrijheid van de wetgever behoort. In zijn arrest sluit het Hof zich aan bij de stelling dat oordeelsbekwaamheid per situatie beoordeeld moet worden en dat leeftijd zeker niet het enige doorslaggevende criterium is. Ernstig zieke kinderen kunnen nu eenmaal sneller
‘volwassen’ worden.
Er worden ook geen criteria opgelegd voor die oordeelsbekwaamheid. Psychiaters en psychologen worden geacht zelf professioneel genoeg te zijn om dat te kunnen inschatten.
Nog geen meldingen
In anderhalf jaar tijd, sinds de uitbreiding van de euthanasiewet, is naar verluidt nog geen enkel geval van euthanasie bij nietontvoogde minderjarigen gemeld bij de federale controle
en evaluatiecommissie. De hele discussie is dus voorlopig zonder voorwerp.
CD&Vparlementslid Els Van Hoof, die zich altijd een uiterst koele minnaar van euthanasie bij minderjarigen heeft betoond, is blij met de bijkomende waarborgen. Toch vraagt ze zich af:
‘Wie zal op de bijkomende voorwaarden toezien? Het is een taak voor de controle en
evaluatiecommissie. Misschien moeten we op basis van dit arrest eens goed naar de werking van die commissie kijken. Kan ze haar werk goed doen? Is ze zelf wel onafhankelijk?’
Van Hoof juicht toe dat de commissie eerder deze week ‘eindelijk eens’ een case van
euthanasie naar het parket heeft verwezen: ‘Ook al was er eerst een Australisch tvprogamma voor nodig. De mogelijkheid om door te verwijzen is expliciet in de wet voorzien en wordt ook nadrukkelijk in dit arrest herhaald’, zegt Van Hoof. ‘Het stemt toch tot nadenken dat de commissie dertien jaar lang alleen maar jaarverslagen met cijfers heeft opgesteld!’
80plussers
Uit die jaarverslagen blijkt dat het aantal hoogbejaarde mensen dat om euthanasie vraagt, in stijgende lijn zit. In het jongste verslag, over 2012’13, worden tachtigplussers (26 procent) voor het eerst gescheiden van negentigplussers (7 procent). In het voorgaande verslag maakten die samen een kwart van de aanvragen uit.
Ook meldt de toelichting bij het jaarverslag van 2012 voor het eerst dat er ‘een aantal zeldzame gevallen’ geweest zijn van ‘patiënten van erg gevorderde leeftijd’ wiens lijden door sommige commissieleden veeleer gezien werd als natuurlijk gevolg van hun hoge leeftijd. Dat leidde toen voor het eerst tot discussie binnen de commissie.
De omstreden euthanasie van Simona De Moor (DS 29 oktober)is voor verder onderzoek overgemaakt aan de federale gerechtelijke politie van Antwerpen, zo meldt intussen het Antwerps parket. De federale controle en evaluatiecommissie zou ‘meerdere inbreuken op de euthanasiewet’ hebben vastgesteld.
‘Elke economische missie die ik onderneem, is magisch’
PRINSES ASTRID
PRINSES ASTRID is al aan haar zevende buitenlandse zending toe (dit keer in Canada) en ze voelt zich naar eigen zeggen al meer op haar gemak dan bij de eerste missie naar Angola. De volgende zending, in maart volgend jaar, brengt de prinses naar Indonesië.
> > AANSLUITEND
REACTIE VANKRUNKELSVEN
‘Huidige wetgeving niet uitrekken’
WER
Patrick Vankrunkelsven, voormalig Open VLDsenator en plaatsvervangend lid van de
Federale Euthanasiecommissie, is een voorstander van de huidige euthanasiewetgeving, maar is toch verontrust door de wijze waarop huisarts Marc Van Hoey euthanasie uitvoerde op de 85jarige Simona De Moor.
‘We moeten erover waken dat sommige artsen de reikwijdte van de euthanasiewetgeving niet verder trachten uit te rekken’, zegt Vankrunkelsven. ‘Ervaren psychiaters weten dat een rouwperiode bij sommige mensen al snel een jaar duurt. Toch was bij deze beslissing geen psychiater betrokken, wat eigenlijk een vereiste is. Vraag is ook of alle alternatieven zijn geprobeerd om deze vrouw er mentaal weer bovenop te krijgen. Net bij ondraaglijk psychisch lijden, dringt de wetgever erop aan dat artsen zeer voorzichtig zijn.’