• No results found

Opvolging aanbevelingen Garanties MKB Verantwoordingsonderzoek 2014; EZ (peilmoment augustus 2017)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Opvolging aanbevelingen Garanties MKB Verantwoordingsonderzoek 2014; EZ (peilmoment augustus 2017)"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Opvolging aanbevelingen (peilmoment augustus 2017)

Opgave Ministerie van Economische Zaken (EZ)

Garanties MKB; Verantwoordingsonderzoek 2014; EZ (20 mei 2015)

Aanbeveling uit onderzoek van de Algemene Rekenkamer

Toezegging van bewindspersoon Nawoord van Algemene Rekenkamer

Stand van zaken op aanbeveling

Aan de minister van EZ Breng in kaart hoeveel in de kern gezonde bedrijven met kansrijke plannen het niet lukt om aan finan­

ciering te komen en hoe groot hun financieringstekort is. Daarvoor is van belang dat op een eenduidige wijze gegevens worden bijgehouden over onder meer kredietaanvragen, verleende kredieten, afgewezen aan­

vragen en redenen voor afwijzingen.

Een kredietregister zou hierbij kun­

nen helpen.

De minister is van mening dat er onvoldoende data is om te kunnen bepalen hoe groot het probleem van de onderfinanciering exact is.

De minister zal de Financierings­

monitor opnieuw gaan aanbesteden en daarbij bezien of het praktisch mogelijk is meer informatie te ver­

krijgen over het probleem van onderfinanciering. Verder zal de minister op basis van signalen over de ontwikkelingen in de markt en de monitoring van onder andere de benutting van het financieringsin­

strumentarium indien nodig het beleidsinstrumentarium aanpassen.

De minister doet weinig concrete toezeggingen om meer inzicht te krijgen in de omvang van de finan­

cieringsproblemen van bedrijven.

Gezien onze kanttekeningen bij de financieringsmonitor achten wij de kans klein dat een uitbreiding van deze monitor veel meer informatie over dit probleem zal opleveren.

EZ ­ Actie is in uitvoering

1

Aan de minister van EZ Informeer de Tweede Kamer perio­

diek over de wijze waarop de minis­

ter van plan is inzicht in de omvang van de financieringsproblemen van bedrijven te gaan krijgen, welke voortgang de minister hierin boekt en, uiteindelijk, in de resultaten van zijn inspanningen.

De bewindspersoon heeft geen toe­

zegging gedaan.

EZ ­ Geen actie

2

(2)

Aanbeveling uit onderzoek van de Algemene Rekenkamer

Toezegging van bewindspersoon Nawoord van Algemene Rekenkamer

Stand van zaken op aanbeveling

Aan de minister van EZ Maak expliciet wat het ambitieni­

veau (de streefwaarde voor de mate waarin de garantieregelingen additi­

oneel moeten zijn) is voor de mate waarin de Borgstelling MKB­

kredieten, de Garantie

Ondernemingsfinanciering en de Groeifaciliteit moeten leiden tot extra financiering aan bedrijven.

De minister heeft geen toezegging gedaan.

De minister gaat in zijn reactie niet in op onze aanbeveling om expliciet te maken wat het ambitieniveau is voor de mate waarin de garantiere­

gelingen additioneel moeten zijn.

Hij zegt er op basis van de evaluaties op te vertrouwen dat de regelingen naar hun aard additioneel zijn en dat overheidsinterventie gerechtvaar­

digd is.

Het vertrouwen van de minister dat de regelingen naar hun aard additio­

neel zijn, delen wij niet zonder meer.

Het is namelijk onduidelijk in hoe­

verre de prikkels in de regelingen additionaliteit stimuleren.

EZ ­ Geen actie

3

1 Het bredere vraagstuk over hoe je ontwikkelingen in de financieringsmarkt kan duiden en vervolgens kan verbinden aan de rol voor de overheid is nog altijd on­going. Er wordt conti­

nue verkend, samen met andere betrokkenen, hoe we stappen kunnen zetten. De Financieringsmonitor wordt halfjaarlijks gepubliceerd. Een nieuwe opzet van de financieringsmonitor is in voorbereiding, omdat deze in 2018 opnieuw wordt aanbesteed. Hierin is aandacht voor de markt, die betrokken wordt bij het opzetten van de monitor om een zo compleet moge­

lijk beeld te krijgen van de financieringsmarkt. Een kwantitatieve benadering van de financieringsproblemen van bedrijven en onderfinanciering is hier onderdeel van. De informatie die door andere partijen zoals bijvoorbeeld de Europese Centrale Bank wordt opgeleverd in het kader van de SAFE­monitor en de Bank Lending Survey wordt betrokken in de duiding van de uitkomsten. Ook hier is betrokkenheid van de markt belangrijk. Vanuit de Europese Centrale Bank wordt een kredietregister voor individuele bankleningen in het eurogebied inge­

richt. Dit zal gebruikt worden ter ondersteuning van diverse centrale bank functies, zoals macroprudentieel toezicht. Dit register heeft geen openbaar karakter om bijvoorbeeld de ont­

wikkeling van de financieringsmarkt te monitoren.

2 Het blijft onrealistisch om objectief en onomstotelijk vast te stellen of te kwantificeren wat de finance gap precies is. De risico’s die er in de financieringsmarkt bestaan kunnen wel geïnventariseerd en geadresseerd worden. De financieringsmonitor, alhoewel imperfect, schetst een beeld van het proces van het aantrekken van financiering zoals dat door onderne­

mers wordt ervaren. De kwartaalpublicatie van de Bank Lending Survey van de ECB geeft daarnaast ook inzage in kredietstandaarden en kredietafwijzingen in de Nederlandse banken­

sector. Vandaar geen verdere actie.

3 ­ Elke 5 jaar worden de garantieregelingen geëvalueerd en daarin wordt het additionaliteitsprincipe zwaar meegewogen. Zo werd de BMKB in 2016 nog geëvalueerd door een werk­

groep, waarvoor het CPB onderzoek heeft verricht. ­ In termen van doeltreffendheid concludeert de werkgroep dat de BMKB wordt toegepast bij bedrijven die daarvoor volgens de doelstelling van de regeling ook voor in aanmerking komen. ­ De vraag welk deel van de BMKB­doelgroep geen krediet had gekregen zonder de BMKB (de mate waarin de BMKB addi­

tioneel is) kon op basis van de beschikbare databronnen niet worden beantwoord. ­ Wel blijkt dat de solvabiliteit, het zekerhedenoverschot en de omzet van BMKB­bedrijven toene­

men in de jaren na de garantieverstrekking. Verder blijkt dat het aantal faillissementen binnen de populatie van BMKB bedrijven niet afwijkt van het aantal faillissementen binnen de populatie van niet­BMKB bedrijven. ­ Verder zag de werkgroep mogelijkheden om de regeling efficiënter vorm te geven, door b.v. de kostendekkendheid te vergroten (inmiddels gebeurd middels premieverhoging per 1 januari 2017).

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

4 Er is nader onderzoek naar de stand van zaken afhandeling meldingen identiteitsfraude bij div uitvoeringsorganisaties 5 De bewindspersoon heeft geen toezegging gedaan. 6

Aan de minister van SZW Om een voordelige keuze voor ouders ook een voordelige keuze voor de overheid te laten zijn, zal niet alleen ingezet moeten worden op flexibele

• CQ index bevroren in de V&V: voor het verbeteren van kwaliteit van zorg voor de cliënt was de CQ index voor veel aanbieders niet het juiste instrument, daarom is

Om optimaal aan te sluiten bij de wensen van de Kamer vindt op 11 juli 2017 een informeel gesprek plaats met diverse Kamerleden om hun gebruikerservaringen mee te nemen bij

Aan de staatssecretaris van VenJ Leg het voorstel voor de wijze waar- op de minister het stelsel van JJI’s in de toekomst wil organiseren voor aan de Tweede Kamer. De minister

Aan de minister van VWS Bevorder het werken met de succes- factoren ook voor de delen van de langdurige zorg die met ingang van het jaar 2015 gedecentraliseerd zijn naar

De minister gaat in zijn reactie niet in op onze aanbeveling om expliciet te maken wat het ambitieniveau is voor de mate waarin de garantiere­. gelingen additioneel

Ik zal onderzoeken of beschikbare informatie over de middelen voor innovatie vanuit de Europese Structuurfondsen op of via deze website beschikbaar kunnen komen.. Bovendien