• No results found

Gemeenteraad Voorstel

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Gemeenteraad Voorstel"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Voorstel

Gemeenteraad

Datum: 10 november 2020 Opsteller: Rene Brandes

Zaak: 2020-037705 Contactgegevens: rene.brandes@midden-groningen.nl

Portefeuillehouder: Erik Drenth Stukken ter inzage:

Onderwerp: Heffingsverordeningen 2021

1. Voorstel

• De navolgende heffingsverordeningen vast te stellen voor het belastingjaar 2021:

- Verordening op de heffing en invordering van Rioolheffing;

- Verordening op de heffing en invordering van Onroerende-zaakbelastingen;

- Verordening op de heffing en invordering van Afvalstoffenheffing;

- Verordening op de heffing en invordering van Lijkbezorgingsrechten;

- Verordening op de heffing en invordering van Toeristenbelasting;

- Verordening op de heffing en invordering van Leges;

- Verordening op de heffing en invordering van Marktgelden;

- Verordening op de heffing en invordering van Liggelden.

De tarieven voor reisdocumenten p.m. vast te stellen op het door het Rijk afgegeven maximum.

2. Inleiding

Op 5 november 2020 heeft u de programmabegroting vastgesteld waarin de begrote

belastingopbrengsten voor het belastingjaar 2021 zijn opgenomen. Om deze belastingopbrengsten te kunnen realiseren dienen de voorliggende belastingverordeningen door u te worden vastgesteld.

• Rioolheffing

De VNG heeft afgelopen jaar een nieuwe modelverordening voor de rioolheffing opgesteld.

Belangrijkste element is een voorstel om de belastingheffing uit te breiden naar elk perceel in de gemeente. Het criterium van een directe of indirecte aansluiting op de gemeentelijke riolering vervalt daarin.

De VNG wijst erop dat het begrip ‘’rioolheffing’ eigenlijk achterhaald is. De gemeente heeft een zorgplicht voor afvalwater, hemelwater en grondwater en maakt daar kosten voor. De verwerking van hemelwater en ook grondwater speelt tegenwoordig een minstens zo belangrijke rol als de verwerking van afvalwater. Klimaatverandering is daar mede debet aan. Er is sprake van een

(2)

toename van hevige regenval, maar ook van uitdroging van gronden. De rioolheffing is het middel voor kostenverhaal van de totale gemeentelijke waterzorgplichten, aldus de VNG.

Wij volgen deze redering.

In de gemeente werd rioolheffing geheven van eigenaren van percelen, onder de voorwaarde dat er een directe (via een buis) of indirecte (via een sloot, een straatkolk of anderszins) aansluiting op de gemeentelijke riolering was. Als die aansluiting er niet was, dan werd rioolheffing vrijgesteld. Nu vervalt die eis. Rioolheffing is een bestemmingsheffing waarbij het individuele profijt op zich niet aangetoond hoeft te worden. Uiteindelijk heeft iedereen belang bij de uitvoering van de

gemeentelijke watertaken.

De hoogte van de rioolheffing blijft gelijk. De extra inkomsten vanwege de areaaluitbreiding zijn nodig om de voorziening voor toekomstige investeringen aan te vullen.

• Onroerende-zaakbelastingen

De grondslag van heffing van OZB is de vastgestelde WOZ -waarde van de onroerende zaak. Deze WOZ-waarde dient volgens de Wet WOZ jaarlijks te worden vastgesteld. De waarden die van toepassing zijn in het belastingjaar 2021 zijn bepaald naar de waardepeildatum 1 januari 2020.

Eigenaren van woningen betalen OZB en eigenaren van niet-woningen ook. Hiernaast betalen gebruikers van niet-woningen ook OZB. De gemeente kan voor deze drie categorieën

verschillende tarieven hanteren. Dat zijn percentages van de WOZ-waarde. De gemeenteraad is vrij om keuzes te maken over de hoogte van deze percentages. De wet verbiedt echter om meer dan de genoemde drie tarieven te hanteren.

In de door u vastgestelde begroting is de opbrengst OZB vastgelegd. Om de tarieven in de verordening te berekenen, moeten we het totaal van alle getaxeerde WOZ-waarden (de belastingcapaciteit) nemen. De tarieven zijn dus een rekeneenheid om van het ene gegeven naar het andere te komen.

We zien daarbij een drastische afname van de belastingcapaciteit van de NAM-locaties. Dat komt doordat de minister bekend heeft gemaakt dat de locaties vervroegd moeten sluiten. Er is capaciteit bijgekomen in de vorm van zonneparken, windmolens en de aanbouw van de

stikstoffabriek, maar deze extra capaciteit was deels al voorzien en geoormerkt als meeropbrengst.

Daar heeft u toe besloten tijdens de ombuigingsdiscussie in juli 2019.

De waarde van de NAM-locatie staat verder onder druk door een uitspraak in een rechtszaak. Daar heeft de heffingsambtenaar inmiddels hoger beroep tegen ingesteld. Zie raadsbrief 204 van 24 september 2020. We nemen de uitspraak van de Rechtbank vooralsnog niet mee in de waardering van de locaties; alleen de vervroegde sluiting. Dat dempt het effect van de lastendrukstijging, maar geeft wel een risico dat we op enig moment OZB moeten terugbetalen aan de NAM.

In het collegeakkoord is afgesproken dat de verhouding van de tarieven tussen woningen en niet- woningen niet zou wijzigen. Daardoor zal het capaciteitsverlies van de niet-woningen mede

gedragen moeten worden door de eigenaren van woningen. Daarbovenop komt nog een gemiddelde waardestijging van circa 7% voor de woningen en de trendmatige aanpassing van 2,6%

(consumentenprijsindex van het CBS).

(3)

• Afvalstoffenheffing

Zoals u hebt gelezen in de Paragraaf Lokale Heffingen (onderdeel van de begroting) en in het raadsvoorstel Taakstelling begroting 2021-2024 (raad van 22 oktober), is de kostendekking van de afvalstoffenheffing momenteel minder dan de toegestane 100%. Dat betekent dat de gemeente meer kosten maakt dan de opbrengst van de afvalstoffenheffing. Oorzaak hiervan is enerzijds lagere prijzen die we ontvangen voor ingezamelde herbruikbare grondstoffen en anderzijds een veranderde methodiek van kostentoerekening.

U hebt er mee ingestemd dat we het tarief van de afvalstoffenheffing stapsgewijs verhogen met vier keer 5% per jaar om de kostendekking te verbeteren. In 2024 verwachten we op 83% uit te komen. De eerste tranche van de verhoging gaat komend jaar in. Het vastrecht stijgt dus met € 7,85 naar € 164,55. De bedragen van de afvalaanbiedingen (diftar) passen we aan naar aanleiding van het tijdens de begrotingsvergadering van 5 november aangenomen amendement.

Verder zijn er enkele redactionele wijzigingen in de verordening en vervalt het onderscheid bij het aan huis inzamelen van bouw- en sloopafval en grove huishoudelijke afvalstoffen, waardoor de eerstgenoemde categorie iets goedkoper wordt.

• Lijkbezorgingsrechten

Vorig jaar zijn de verschillende verordeningen van de herindelingsgemeenten samengevoegd in één integrale verordening. Deze gaat over tien algemene begraafplaatsen en heeft een grote diversiteit qua tariefstellingen.

De komende periode wordt het beleid rond deze tien begraafplaatsen geharmoniseerd. Ook de vraag naar de gewenste mate van kostendekking van de begraaftarieven komt aan de orde.

Voor 2021 volstaan we met de indexering van 2,6%.

• Toeristenbelasting

De toeristenbelasting is de afgelopen jaren verhoogd met de indexering en staat nu op € 1,29 per overnachting. Conform ombuigingsnota van juli 2019 zou het tarief met ingang van 2021 met € 0,25 worden verhoogd. Daaraan voorafgaande zou een ondernemersconsultatie worden gehouden, om mogelijke tariefdifferentiaties (naar soort onderkomen en dergelijke) te bespreken.

Resultaat van de consulatie is dat we voorstellen om het tarief voor de campings niet met € 0,25 te verhogen, maar slechts naar boven af te ronden op € 1,30 per overnachting. De meeropbrengst brengen we ten laste van de overige categorieën onderkomens: dat tarief stijgt naar € 1,60.

Recreatieondernemers verhalen de toeristenbelasting op hun klanten. Ons voorstel doet recht aan het principe van de ‘sterkste schouders’ en aan de balans tussen de overnachtingsprijzen en het aandeel van de toeristenbelasting in die prijzen.

In de verordening is verder een wijziging rond de forfaitaire heffing en het begrip ‘volgtijdig’

toegepast, om op campings ook het tarief per overnachting te kunnen hanteren indien er sprake is van wisselende gebruikers.

• Leges

De kostendekking van de totale legesverordening zou, zoals in de Paragraaf Lokale Heffingen is aangegeven, uitkomen op circa 70%. Dat is minder dan in 2020 en heeft te maken met de prognose rond grote bouwprojecten, waar een legesbedrag aan hangt dat veelal hoger is dan de

beoordelingskosten. Op die manier kan je als gemeente kosten die andersom werken (aanvragen

(4)

voor dakkapelletjes en dergelijke) compenseren. En net als bij de afvalstoffenheffing speelt ook de veranderde kostentoerekening mee bij de lagere mate van kostendekking.

Zoals al aangekondigd in de ombuigingsdiscussie van juli 2019, kijken we in zo’n situatie of we de kostendekking kunnen verhogen. We hebben enkele nieuwe legesbepalingen opgenomen (zie hieronder) en stellen daarnaast voor om de bouwleges te verhogen. Zo verwachten we dat we de € 400.000 extra genereren waartoe indertijd is besloten. Verder verhogen we de tarieven met de prijsindexatie van 2,6%.

Het Rijk stelt van sommige tarieven de maximale hoogte vast. Op dit moment zijn die van de reisdocumenten nog niet bekend gemaakt. Het is ook nog niet duidelijk wanneer dat zal zijn.

Bestendige beleidslijn van de voorlopergemeenten en van Midden-Groningen is tot dusverre

geweest om de maximale tarieven over te nemen. Om te voorkomen dat we dit later met een apart voorstel moeten regelen, stellen wij u voor om daar nu alvast pro memorie mee in te stemmen. De precieze invulling wordt u direct na de bekendmaking uiteraard ter inzage aangeboden.

De aanpassingen in de legesverordening en tarieventabel:

• Ondernemers, die vanwege de coronaproblematiek een aanvraag moeten indienen voor verruiming van de winkeltijden, stellen we vrij van legesheffing.

• We introduceren de mogelijkheid om een voorlopige aanslag leges voor een

omgevingsvergunning op te leggen. Bij sommige aanvragen is het bepalen van de bouwsom niet meteen helder en we willen voorkomen dat er veel tijd gaat zitten tussen het moment van de aanvraag en het versturen van de aanslag. De voorlopige aanslag moet altijd gevolgd worden door een definitieve.

• Met ingang van 1 januari 2022 treedt de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) in werking. Hiermee wordt de bouwtechnische toetsing van reguliere woningbouw en kleinschalige bedrijfsgebouwen uitgevoerd door een onafhankelijke private

kwaliteitsborger. Deze werkwijze is volledig nieuw. Om enige ervaring op te doen met deze wijze van vergunningverlening willen we, zoals veel andere gemeenten, alvast

proefprojecten opstarten. Met deze proefprojecten kan de nodige ervaring worden opgedaan en kunnen we processen scherpstellen voor het moment dat de Wkb in werking treedt. Ter stimulering van het deelnemen aan een proefproject hebben we een korting van 25% op de bouwleges opgenomen, met een maximum van € 10.000. De aanvrager betaalt de private partij en daarnaast leges aan de gemeente, maar zal financieel beter uit zijn vanwege de korting. Dit kan de aanvrager van tevoren zien.

• Tot dusver ontbrak een aparte legesbepaling voor aanvragers van een vergunning voor graafwerkzaamheden door nutsbedrijven. Deze voeren we nu op.

• Ook nieuw is een legesbepaling voor aanvragen voor het treffen van tijdelijke verkeersmaatregelen. We gaan ervan uit dat er sprake is van een individualiseerbaar belang, zodat legesheffing mogelijk is.

• Marktgelden

De markt in Hoogezand is de enige markt waar de verordening van toepassing is. Voor andere locaties gelden de standplaatstarieven uit de legesverordening. De marktgelden zijn aangepast met de trendmatige verhoging van 2,6%.

• Liggelden

(5)

De haven in Zuidbroek is de enige locatie waar we liggelden heffen. De tarieven zijn niet

geïndexeerd omdat dit onderwerp wordt meegenomen in een visienota over watertoerisme in onze gemeente.

3. Publiekssamenvatting

De gemeente Midden-Groningen heft belastingen om ervoor te zorgen dat gemeentelijke taken betaald kunnen worden. De belangrijkste zijn de onroerende-zaakbelasting, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing. Elk huishouden en bedrijf krijgt met één of meer van deze belastingen te maken. Daarnaast heft de gemeente leges (voor bijvoorbeeld een aanvraag voor een paspoort of een bouwvergunning), toeristenbelasting, lijkbezorgingsrechten en markt- en liggelden.

4. Beoogd effect

Het vaststellen van de belastingverordeningen is noodzakelijk om in 2021 de begrote

belastingopbrengsten te realiseren. In de belastingverordeningen is, in enkele gevallen met een tarieventabel, onder meer vastgelegd wat de belastingtarieven voor 2021 zijn.

5. Historische context

Vaststellen van de belastingverordeningen is een jaarlijks terugkerend besluit van uw raad. Tijdens de begrotingsbehandeling van 5 november 2020 hebt u, met inachtneming van het amendement van de SP, GroenLinks en Pvda, de financiële kaders voor de verordeningen al vastgesteld. Daarbij is eveneens de uitkomst van de ombuigingsdiscussie van juli 2019 betrokken. In de paragraaf Lokale Heffingen, deel van de begroting, is onder meer het beleid rond de gemeentelijke belastingen, de kostendekking van de tarieven en een beeld van de woonlastendruk verantwoord.

Zie voorts het raadsvoorstel over de taakstelling begroting 2021-2014 van 22 oktober en de raadsbrieven nr. 204 van 24 september 2020 over de wegvallende belastingcapaciteit en nr. 215 van 8 oktober over de toeristenbelasting.

6. Kanttekeningen en risico’s

De voorliggende verordeningen dienen vóór 31 december 2020 te zijn vastgesteld en gepubliceerd.

7. Financiële paragraaf

De tarieven zijn, met de kennis van nu, zodanig berekend dat de begrote opbrengsten gemeentelijke belastingen gehaald gaan worden.

8. Communicatie

Het raadsbesluit tot vaststelling van de belastingverordeningen wordt gepubliceerd in het

weekblad, op www.overheid.nl, en op de gemeentelijke website. Hiernaast zal in december 2020 en in februari 2021 een publicatie verschijnen over de gemeentelijke belastingheffing in 2021. De verordeningen zelf zijn pas geldig als ze gepubliceerd zijn en dat doen we ook op www.overheid.nl.

9. Draagvlak en vervolgtraject (afstemming, tijdpad)

Bij het opstellen van de belastingverordeningen hebben we de modelverordeningen van de VNG als leidraad gebruikt. Daarnaast zijn de wensen en overwegingen van medewerkers van de diverse teams meegenomen. De verordeningen zijn tot stand gekomen in overleg met Juridische Zaken en Team Financiën.

(6)

Burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen,

A. Hoogendoorn Burgemeester

H.J.W. Mulder Secretaris

Bijlage:

1 Heffingsverordeningen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Concluderend kan er gesteld worden dat er inzicht is gegeven in de toepasbaarheid van afkoppelvoorzieningen en daarnaast de mate van ambitievervulling, ter

Middels het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) wil de gemeente invulling geven aan de zorgplicht voor afvalwater en de “nieuwe” zorgplichten voor hemelwater en grondwater.. Tevens

1 Van deze laatste mogelijkheid wordt geen gebruikgemaakt, indien van degene bij wie afvloeiend hemelwater of grondwater vrijkomt redelijkerwijs geen andere wijze van afvoer van

G:\Data\OGV Projecten\beheer\Paul van Dijk\overig\Afkoppelen OAS GAP\Hemelwaterverordening\Overzicht gebieden def.dwg Tekening behorend bij Verordening Afvoer Hemelwater en

De laatste straten zijn bestraat, het gras wordt gemaaid en door de hevige regenbuien begin juni weten we ook welke wadi’s nog extra aandacht behoeven.. Na de bouwvak (vanaf

Zij zijn zeer enthousiast over de manier van afkoppelen en zien deze wijk dan ook als voorbeeldproject voor de toekomst.. Aan de rand van de wadi groeien In de speelzone

Dit betekent dat we elders in de wijk 10 extra bomen planten, die dienen ter compensatie voor de al eerder gekapte bomen in de Kreijenbeek.. Het in stand houden van de

Herstraten inrit Dennenlaan en inrit De Smelen eind maart – begin april De Kreijenbeek (tussen Sparrenlaan en ring De Kreijenbeek) eind sept.. De Kreijenbeek (ring De