• No results found

De PvdA staat niet onwelwillend tegenover het idee van Breng Flex

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De PvdA staat niet onwelwillend tegenover het idee van Breng Flex"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Inlichtingen bij dhr. E. Mes, telefoonnummer (026) 359 94 68 e-mailadres: post@gelderland.nl

Antwoord op Statenvragen PS2016-538 Arnhem, 3 oktober 2017 zaaknr. 2017-012399

De leden van Provinciale Staten Beantwoording schriftelijke Statenvragen statenlid Peter Kerris

(PvdA) over FNV fel tegen uitbreiding Breng Flex

Ingevolge het bepaalde in artikel 42 van het Reglement van Orde van Provinciale Staten doen wij u hieronder het antwoord van ons college op de vragen van het statenlid Peter Kerris toekomen.

Inleiding van de vragensteller:

In dagblad de Gelderlander werd vanochtend aandacht besteed aan Breng Flex, het flexibele vervoerssysteem in de regio Arnhem-Nijmegen. De FNV maakt zich zorgen over de uitbreiding van Breng Flex in verband met werkgelegenheid en signaleert een oneerlijke concurrentie met het bestaande taxivervoer. Volgens Brigitta Paas van de FNV komt hiermee de werkgelegenheid van 100 van de 850 tot 900 chauffeurs onder druk te staan.

De PvdA staat niet onwelwillend tegenover het idee van Breng Flex. Het is nodig het openbaar Vervoer toekomstbestendig en toegankelijk te maken wil het een reëel alternatief zijn voor het gebruik van de auto. Het bericht roept echter wel de nodige vragen op. Over de status van Breng Flex en de vraag of deze dienst aanvullend is bovenop bestaande buslijnen of deze buslijnen in de toekomst moet vervangen. Over werkgelegenheid voor chauffeurs, over een door de FNV gesignaleerd verschil tussen de opleiding en training van buschauffeurs aan de ene kant en chauffeurs in het personenvervoer aan de andere kant en over mogelijke oneerlijke concurrentie met de taxibranche.

Vraag 1 :

Begrijpt GS de zorgen zoals die leven bij de FNV rondom werkgelegenheid, veiligheid en verdringing zoals naar voren gebracht door bondsbestuurder Brigitta Paas in De Gelderlander van 6 september?

Antwoord:

De pilot met het vervoersysteem wordt gedaan om te kijken of een nieuw, flexibel vervoersysteem naast het lijngebonden ov aansluit bij de wensen van de reiziger en een toegevoegde waarde kan hebben. GS heeft aandacht voor behoud van werkgelegenheid, veiligheid en het tegengaan van verdringing. In het geval van Breng Flex delen wij de zorgen van de FNV niet.

Vraag 2:

Breng Flex is een pilot. Blijkens voorstellen zoals deze door concessiebeheerder Erik Mes op 29 juni 2017 aan verschillende gemeenten zijn toegezonden wordt Breng Flex in 2018 uitgebreid. Is de bedoeling dat deze uitbreiding nu of in de toekomst in de plaats komt van bestaande lijnverbindingen of is en blijft Breng Flex een aanvullende dienst?

Antwoord:

De pilot Breng Flex is gestart als uitwerking van de Gelderse OV Visie. Op basis van de positieve reacties van gemeenten en reizigers op de pilot stelt de vervoerder als verantwoordelijke partij voor de dienstregeling voor de pilot uit te breiden. Dit voorstel wordt gedaan in het kader van de jaarlijkse dienstregelingswijziging. Wij zien de potentie en kansen van Breng Flex voor de reiziger, maar wegen ook af wat dit betekent voor de overige lijnverbindingen.

(2)

2

Binnenkort nemen wij een besluit over de dienstregeling 2018 waaronder ook Breng Flex valt. U wordt via een Statenbrief geïnformeerd over dit besluit.

Vraag 3:

Kan GS nader ingaan op de positie van diensten zoals Breng Flex in relatie tot haar visie op een modern en toekomstbestendig openbaar vervoer?

Antwoord:

In de ov-visie is opgenomen dat er proeven worden gedaan met vernieuwde vormen van openbaar vervoer en andere vormen van mobiliteit om beter aan de vraag van de reiziger te voldoen. Breng Flex is een van deze pilots. Wij zien dat Breng Flex goed wordt gebruikt (200 ritten per dag) en een hoge klantwaardering heeft (4,8 op een schaal van 5).

Vraag 4:

Is GS het eens met de constatering dat de voorgenomen plannen rond Breng Flex tot 100 arbeidsplaatsen zou kunnen kosten en zo niet, kan GS dan aangeven welke

werkgelegenheidseffecten (positief en negatief) op termijn wel te verwachten zijn?

Antwoord:

De vervoerder is verantwoordelijk voor de personeelsbezetting en kwaliteit van de werknemers.

Overigens heeft Breng ons laten weten dat Breng Flex zorgt voor groei van werkgelegenheid.

Chauffeurs van Breng Flex wordt bij goed functioneren de mogelijkheid bieden om een groot rijbewijs te behalen, zodat zij ook kunnen worden ingezet op grote bussen.

Vraag 5:

In voornoemde voorstellen lezen wij dat chauffeurs voor Breng Flex in veel gevallen geworven worden onder mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Dat is uiteraard winst, maar dit positieve effect valt weg als elders mensen hun baan verliezen. Zijn dit soort werkgelegenheidseffecten in beeld en worden ze meegenomen in besluitvorming?

Antwoord:

Het personeelsbeleid is de verantwoordelijkheid van de vervoerder.

Voor het vervoersysteem Breng Flex werken momenteel 55 chauffeurs, waarvan 34 zijn geworven onder mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

Vraag 6:

In het interview wordt door de FNV gewezen op een verschil in kwalificatie en training tussen buschauffeurs enerzijds en chauffeurs personenvervoer anderzijds. In hoeverre deelt GS de zorgen over de veiligheid van passagiers die in deze opmerking doorklinkt?

Antwoord:

Deze zorgen deelt GS niet. De chauffeurs van Breng Flex zijn adequaat opgeleid en voldoen aan dezelfde eisen als chauffeurs in vergelijkbare systemen zoals regiotaxi en belbussen.

Vraag 7:

Hoe ziet GS de relatie tussen Breng Flex en de taxibranche en wordt in besluitvorming meegenomen in hoeverre hier sprake is van verdringing en/of oneerlijke concurrentie?

Antwoord:

Wij zien Breng Flex als een flexibele vorm van openbaar vervoer met een toegevoegde waarde voor de reiziger. Een eigentijdse variant of doorontwikkeling van de belbus. Het betreft halte-tot-

haltevervoer met dezelfde openingstijden als het overige OV in het gebied. Uit het eerste onderzoek bij Breng Flex blijkt dat er niet of nauwelijks sprake is van een overstap van gebruikers van taxi naar Breng Flex.

(3)

3 Vraag 8:

In het krantenartikel laat een woordvoerder van de provincie weten dat er eind september een besluit zal worden genomen over Breng Flex. Op welk niveau (GS, PS, regionaal portefeuillehoudersoverleg) en in welke context (dienstregeling 2018, evaluatie pilot Breng Flex) wordt het hier bedoelde besluit genomen?

Antwoord:

In oktober 2017 zal GS de dienstregeling voor 2018 van alle concessiegebieden vaststellen.

Jaarlijks wijzigt de dienstregeling in de Gelderse concessies, gelijk aan het moment waarop de dienstregeling van de NS wijzigt. De vervoerders maken hiervoor een voorstel dat zij ter advisering voorleggen aan het Rocov. De wijzigingen worden voorgelegd aan ons college. Na bespreking met gemeenten stellen wij de dienstregeling vast. Uw Staten ontvangen ter kennisname een Statenbrief.

Gedeputeerde Staten van Gelderland

C.G.A. Cornielje - Commissaris van de Koning P.G.G. Hilhorst - secretaris

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het risico en het rendement van Vita Flex 44 variëren in functie van het gedeelte van de premie dat geïnvesteerd wordt in elk van de beleggingsopties die u koos en door de

DIE INSTALLATION DES GERÄTES MUSS VON EINEM TECHNISCHEN PERSONAL AUSGEFÜHRT WERDEN, DAS FÜR DIE MONTAGE VON GASBE- TRIEBENEN GERÄTEN SPEZIALISIERT UND NACHWEISLICH ZUGELASSEN

Kijk, een nieuw licht stroomt in deze ruimte, uw Koninkrijk is hier en is

Weet, dat is niet wie je bent, jij zult altijd veel meer voor Mij zijn.. Elke dag de worst’ling met de stemmen die me zeggen dat ik

Daarom bidden wij, almachtige God: beadem met uw Geest dit brood en deze wijn zodat Jezus Christus in ons midden komt met de gaven van zijn lichaam en zijn bloed. Want op de

Zo zien wij op onze school dat leerlingen die minder goed scoren in het lager onderwijs, reeds vaak afwezig zijn in het kleuteronderwijs!. Kan dit een inpakt hebben op het

Veel werkgevers (74%) geven nog steeds vaste contracten aan hun personeel. Er zijn wat dat betreft geen hele grote verschillen tussen de publieke en de private sector en ook hier

Toelichting op Hofland: aanleiding, proces en