Vraag nr. 87 van 19 april 2002
van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN Vlaamse projecten voor Brussel – Ke r s t c o n c e r t Koekelberg
In zijn antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 6 0 van 7 maart 2002 stelt de minister dat het kerstcon-cert 2001 van We s t-In in Koekelberg geen subsidies ontving in het kader van de "Vlaamse projecten voor Brussel", wegens de strikt lokale dimensie van het initiatief (Bulletin van Vragen en A n t w o o r-den nr. 16 van 12 juli 2002, blz. 1782).
Daarentegen tref ik in het overzicht van de positief geëvalueerde subsidieaanvragen bijvoorbeeld wel een bedrag van 350.000 frank aan voor het project "Een goed leven in de Bonneviestraat", u i t g a a n d e van het Buurtwerk Molenbeek-Ce n t r u m . Ook dit lijkt mij een strikt lokaal initiatief te zijn.
Dat er bepaalde criteria worden gehanteerd, is nor-m a a l , nor-maar blijkbaar worden ze niet even nauwge-zet geïnterpreteerd.
Kan de minister terzake enige toelichting verstrek-ken ?
Antwoord
Ik verleende inderdaad geen projectsubsidie aan het kerstconcert 2001 van We s t-In Ko e k e l b e r g, omdat dit initiatief – met een strikt lokale dimensie – tot de gewone activiteiten van een V l a a m B r u s-selse socio-culturele vereniging behoort. B o v e n-dien voldeed de subsidieaanvraag niet aan de vor-melijke voorschriften.
Het project "Een goed leven in de Bonneviestraat" subsidieerde ik daarentegen wel. Het Buurtwerk M o l e n b e e k-C e n t r u m , erkend en gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, bestond vorig jaar 25 jaar. De organisatie ijvert voor de verbetering van de levenskwaliteit in de oude stadsbuurt Mo-l e n b e e k-Centrum en heeft in aMo-l die jaren heeMo-l wat g e r e a l i s e e r d . Naar aanleiding van het 25-jarig be-staan wilde de organisatie de geschiedenis van haar werking bekendmaken bij inwoners van Molen-b e e k , Molen-bij de Brusselaars in 't algemeen en ook Molen-bij Vlaamse pendelaars die in Molenbeek werken. D a t gebeurde niet door een voor de hand liggende ten-t o o n s ten-t e l l i n g, maar door jongeren van de wijk een documentaire en een diamontage te laten maken waarbij ze de ouderen als "levende bron" gebrui-ken.
Dit originele project had onvermijdelijk een veel-eer lokale dynamiek, maar anderzijds bleek uit de uitstekend gemotiveerde subsidieaanvraag dat de organisatoren voor dit specifieke project hun uiter-ste best deden om een breder publiek te bereiken. De vooropgestelde criteria zijn inderdaad niet ab-soluut en laten ruimte voor appreciatie.
