Vraag nr. 205 van 13 juni 1996
van de heer JACKY MAES
Zeemanshuis Godtschalk Oostende – Goedkeuring uit-breiding
Het zeemanshuis Godtschalk in Oostende is de enige instelling voor bejaarden die onder rechtstreekse voog-dij van de federale overheid (ministerie van Volksge-zondheid) valt. Minister Colla heeft geld vrijgemaakt voor aanpassingswerken. Voor de uitbreiding van de capaciteit werd een vraag gericht naar de Vlaamse overheid. Onlangs meldde de pers dat de minister een ministerieel besluit heeft getekend waardoor het zee-manshuis mag uitbreiden met dertig woongelegenhe-den. Hierdoor zou de maximale capaciteit tachtig wooneenheden bedragen. Na contact met de directie blijkt echter dat deze uitbreiding nog niet werd goedge-keurd.
1. Heeft de minister reeds beslist om de federale minister, die de middelen ter beschikking stelt, te volgen en aldus de uitbreiding met dertig bedden tot een maximale capaciteit van tachtig wooneenhe-den goed te keuren ?
2. Zo ja, wanneer wordt dit ministerieel besluit onder-tekend ?
Antwoord
Met betrekking tot het rusthuis Zeemanshuis Godt-schalk, Dr. E. Moureauxlaan 322 in Oostende, werd op 7 november 1995 een aanvraag bij de administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn ingediend voor een voorafgaande vergunning voor uitbreiding met dertig woongelegenheden voor verzorgingsbehoevende bejaarden.
Overeenkomstig artikels 1 en 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 10 juli 1985 tot vaststelling van de regels voor het verlenen van de voorafgaande ver-gunning bedoeld in artikel 10 van de decreten inzake voorzieningen voor bejaarden, gecoördineerd op 18 december 1991, gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse regering van 17 april 1991 en 27 april 1994, werden op 13 december 1995 en 19 februari 1996 de ontbrekende documenten door de administratie opgevraagd.
Op 3 maart 1996 en 7 mei 1996 werd het dossier vervol-ledigd met de ontbrekende stukken en inlichtingen. 1. Deze aanvraag dient te worden getoetst aan de
bepalingen vervat in het besluit van de Vlaamse regering van 10 juli 1985 houdende vaststelling van het programma voor dienstencentra, woningen voor bejaarden, serviceflatgebouwen, woningcomplexen met dienstverlening, rusthuizen en dagverzorgings-centra, gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse rege-ring van 19 december 1990 en 17 april 1991, en de omzendbrief 1/95 van 12 juni 1995 met betrekking tot de evaluatiecriteria inzake het verlenen van voorafgaande vergunningen voor ouderenvoorzie-ningen.
De aanvraag wordt momenteel dan ook onderzocht door de bevoegde diensten van de administratie Gezin en Maatschappelijk Welzijn.
Als uit dit onderzoek blijkt dat de aanvraag aan het wettelijk kader voldoet, zal ik overgaan tot het ver-lenen van een voorafgaande vergunning.
2. Het betrokken ministerieel besluit zal pas kunnen worden ondertekend na afronding van het adminis-tratief onderzoek dienaangaande.