• No results found

Dit is vaak gericht op mensen met een uitkering

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Dit is vaak gericht op mensen met een uitkering"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Minimabeleid en schuldhulpverlening

- In het voorstel wordt gesproken over de doelgroep < 120% van sociaal minimum. Dit is vaak gericht op mensen met een uitkering. Hoe zorgen wij voor minimabeleid voor zzp'ers en nuggers?

Het minimabeleid staat open voor iedereen met een laag inkomen ( laag is nu 110% en voorgesteld wordt 120%.) Er zijn overigens ook regelingen met 130% zoals collectieve zorgverzekering en Regeling ziektekosten).

Ook ZZP’rs vallen hieronder. Alleen bij deze groep is het moeilijk om het netto inkomen te bepalen.

Dat weet je eigenlijk pas een jaar later na aangifte belasting en als je de jaarcijfers hebt. Evt kan hier de BBZ regeling (besluit bijstandverlening Zelfstandigen) bij betrokken worden.

Nuggers, betekent “niet uitkeringsgerechtigden” . Dit kan dus zijn een partner van … of iemand met een andere uitkering dan die bij de gemeente. Dit begrip wordt in de wet gebruikt in het kader van begeleiding naar werk. Nuggers hebben geen uitkering en krijgen dan eigenlijk geen traject richting werk. Toch is deze groep genoemd in de wet en heeft de gemeente hier een taak in als iemand zich meldt. De relatie met de bijzondere bijstand is daarom wat deze term betreft niet gepast, we kijken gewoon naar het inkomen en vermogen ongeacht de bron van inkomsten.

Wij zorgen ervoor dat het minimabeleid goed bekend wordt, oa. door laagdrempelige folders te maken die op veel openbare plaatsen worden aangeboden. Ook wordt onderzocht of we mensen die in aanmerking komen voor kwijtschelding gemeentelijke lasten kunnen informeren over de gemeentelijke minimaregelingen.

- In 2014 is een inkomenseffectonderzoek uitgevoerd (ook wel bekend als KWIZ onderzoek).

Kunt u aangeven wat de effecten zijn van dit onderzoek op het beleidskader dat nu voor ligt?

Enkele belangrijke conclusies uit de KWIZ-onderzoeken zijn:

 Mensen met een inkomen tot 120% van de bijstandsnorm hebben weinig tot geen bestedingsruimte voor maatschappelijke participatie en sport; Mede hierdoor wordt voorgesteld de minimagrens hoger te stellen van 110% naar 120%. Omdat gezinnen het zwaar hebben is er in het nieuwe beleid speciale aandacht voor “kinderen”.

 De kwijtschelding belasting wordt erg goed gebruikt; Dit willen we toepassen op de overige minimaregelingen.

 Het bereik van de bestaande minimaregelingen kan beter, tov het landelijke gemiddelde; Het gebruik van de regelingen moet hoger door de aanvraagprocedure, de aanvraagformulieren en de communicatie te verbeteren. Daarbij verbeteren we de bekendheid van de regelingen bij maatschappelijke partners (professionals, scholen en sportclubs etc.) Ook willen we meer maatwerk en de kanteling doorvoeren. De eigen kracht van mensen aanboren en het gezin/persoon helpen bij alle problemen die er zijn en niet enkel een vraag om bijzondere bijstand beoordelen. Bij gesprekken rondom inkomen en werk zullen mensen altijd op alle bestaande regelingen worden gewezen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Als huurder kunt u mogelijk veel geld besparen op uw vaste lasten, zoals zorg en energie.. Ook heeft u mogelijk recht op toeslagen of

Vooraleer in te gaan op hoe medewerkers in FARO zich orga- niseren om zo breed en veel impact als mogelijk te hebben, wil ik ook graag aandacht besteden aan andere mensen die bij

[r]

overwegende dat de Nigeriaanse Senaat op 17 december 2013 een wetsontwerp houdende verbod van huwelijken tussen personen van hetzelfde geslacht heeft goedgekeurd, waarmee personen

384 (inclusief niet-actieve) mensen hebben aangegeven zelf een beperking of chronische aandoening te hebben en hebben de vragenlijst ingevuld. Deze respondenten zijn in twee

Als we de uitkomsten voor lichamelijke beperkingen uitsplitsen naar visuele, auditieve en motorische beperking, dan zien we dat de laatste groep minder vaak aan duursport en

Het in redelijke mate mensen kunnen ontmoeten, contacten kunnen onderhouden, boodschappen kunnen doen en aan maatschappelijke activiteiten kunnen deelnemen, per collectief vervoer

Ook met betrekking tot deze voorzieningen worden financiële belemmeringen gemeld, maar de belangrijkste reden om geen gebruik te maken van voorzie- ningen in de sportieve en