Geachte heer, mevrouw,
In onze brief van 3 oktober 2018 met kenmerk 7162224 informeerden wij u over het voornemen om een versneld onderzoek uit te voeren naar de moge- lijkheid van budgetplafonds in de jeugdhulp. Onderzoeksbureau Significant heeft dit onderzoek uitgevoerd. De resultaten van het onderzoek zijn op 23 november jl. aan het Dagelijks Bestuur PG&Z (DB) gepresenteerd. Wij heb- ben kennis genomen van het rapport en hebben in onze vergadering van 11 december jl. ingestemd met het voorstel van het DB om voor 2019 en 2020 geen budgetplafonds in de jeugdhulp in te voeren. Wij vinden het teleurstel- lend dat de mogelijkheid van budgetplafonds er nu niet is, gegeven het feit dat de sturingsmogelijkheden op de kostenontwikkeling in de jeugdhulp zo beperkt zijn.
Resultaten onderzoek
De bevindingen in het onderzoek zijn beoordeeld aan de hand van een toet- singskader: juridisch, regionaal beleid, investeringen (in het proces, rand- voorwaarden) en verwachte effectiviteit.
Uit het onderzoeksrapport blijkt dat het binnen de huidige inkoopsystematiek van de Open House mogelijk is budgetplafonds in te voeren, maar dat de con- clusie is dat invoering per 1 januari 2020 niet die financiële effecten heeft die nodig zijn om ook daadwerkelijk beheersing van de uitgaven te bewerkstelli- gen. De ervaring in andere regio’s is dat budgetplafonds beperkt kunnen bij- dragen aan kostenbeheersing. In één van de onderzochte regio’s is in 95% van de overschrijdingen van aanbieders met een budgetplafond, dat budgetplafond naar boven aangepast doordat de jeugdhulp toch verleend moet worden. Dit wordt veroorzaakt doordat budgetplafonds zich niet goed verhouden tot de jeugdhulpplicht zoals die is vastgelegd in de Jeugdwet. Dit werkt uiteindelijk
Budgetplafonds in de jeugdhulp 2019 en 2020
H.J. de Boer
De leden van de raad van de gemeente Groningen te
GRONINGEN
(050) 367 60 43 0
25-01-2019 -
2
kostenverhogend. Bovendien blijkt uit het onderzoek dat in andere regio’s budgetplafonds een waterbedeffect tot gevolg hebben (verschuiving van kos- ten van de ene naar de ander aanbieder), waarbij het budgetplafond per saldo geen besparing voor de gemeente oplevert.
Het invoeren van budgetplafonds moet in overleg en afstemming met de jeugdhulpaanbieders worden uitgevoerd, op basis van maatstaven van rede- lijkheid en billijkheid. Het maken van een weloverwogen en weldoordacht plan hiervoor vraagt tijd en afstemming tussen gemeenten en aanbieders. De technische invoering zou per 1 januari 2020 kunnen plaatsvinden.
Relatie met nieuwe inkoopperiode
Wij zijn met het DB van mening dat de invoering van budgetplafonds voor de huidige inkoopperiode (2019 – 2020) niet voldoende de moeite waard is. In 2019 start de discussie over de gemeentelijke samenwerking en de inkoop na 2020. In de discussie over mogelijke andere vormen van inkoop zullen wij het sturingsinstrument van budgetplafonds opnieuw tegen het licht houden, in de wetenschap dat ook in andere inkoopmethodieken budgetplafonds zich niet goed verhouden tot de jeugdhulpplicht van de Jeugdwet. Bij de start van een nieuwe inkoop zullen wij daar nogmaals goed naar kijken en daarbij optimaal gebruik maken van de ervaringen elders. Het invlechten van de plafonds in het laatste jaar van de huidige inkoop is complex en tijdrovend en verhoogt naar verwachting de kans op financieel betere resultaten niet.
Extra administratieve lasten
Budgetplafonds zorgen naast een beperking van het jeugdhulpaanbod voor meer administratieve druk en daarmee extra kosten bij aanbieders, het con- tractmanagement van de RIGG en backoffices van gemeenten. Dat is een complicerende factor en in tegenspraak met de inhoudelijke transformatie- doelstelling van minder regeldruk. Er zitten ook politieke risico’s aan; de er- varing uit andere regio’s met een budgetplafond is dat er aanvullend beleid gemaakt moet worden om aanbieders en cliënten tegemoet te komen en dit vermindert weer de effectiviteit van de budgetplafonds.
Daarnaast draagt het instellen van budgetplafonds niet bij aan effectieve en efficiënte jeugdhulp op maat. Het zorgt zoals gezegd voor meer regeldruk, draagt niet bij aan jeugdhulp dichter bij (t)huis en een risico is dat we voor jeugdigen met een complexe zorgvraag niet kunnen voorzien in de juiste zorg op het juiste moment. Andere risico’s zijn dat er alsnog financiële overschrij- dingen optreden, en budgetplafonds kunnen de vernieuwing van de jeugdhulp belemmeren doordat de focus voornamelijk op de financiën komt te liggen.
Vervolgaanpak
Het onderzoek van Significant levert ook elementen (‘neveneffecten’) op die we meenemen in de implementatieplannen Sturing uitgaven jeugdhulp, naast andere maatregelen om meer financiële controle te krijgen. Het gaat onder andere om kwaliteitsverbetering in de toegang tot de jeugdhulp en het maken
3
van aanvullende afspraken met jeugdhulpaanbieders. Deze worden vastgelegd in addenda bij de contracten (doorontwikkeling van Inkoop & Contractmana- gement). Dit wordt door de RIGG binnen het contractmanagement opgepakt.
Deze elementen zijn een bevestiging van waar we al mee bezig zijn in het implementatieplan Sturing uitgaven jeugdhulp.
Tevens zal de RIGG in vervolg hierop aanvullend onderzoek doen naar ande- re sturingsmogelijkheden binnen de inkoopmethode Open House.
Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben ingelicht.
Met vriendelijke groet,
burgemeester en wethouders van Groningen,
de burgemeester, de secretaris,
Peter den Oudsten Diana Starmans
Deze brief is elektronisch aangemaakt en daarom niet ondertekend.