• No results found

Vergaderbundel 15 juni 2015

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Vergaderbundel 15 juni 2015"

Copied!
406
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Tijd: 20.00 uur Locatie: Raadzaal

De stukken zijn vanaf 5 juni 2015 beschikbaar.

Nr. Onderwerp

1. Vaststellen agenda.

2. Verslag van de vergadering van 18 mei 2015.

3. Ingekomen stukken, gericht aan de raad:

= voor kennisgeving aannemen:

--

4. Transities Sociaal Domein/Actualiteiten Peel 6.1: Afbakeningsproblematiek (presentatie)

(Wethouder Huijsmans, info: p.baudoin@asten.nl)

5. Eerste begrotingswijziging 2015 en Programmabegroting 2016 GGD Brabant- Zuidoost (opiniërend)

(Wethouder Huijsmans, info: a.verberkt@asten.nl)

6. Bouwkundig aanpassen van het Varendonck College op basis van een doordecentralisatieovereenkomst (adviserend)

(Wethouder Martens, info: p.baudoin@asten.nl) 7. Jaarrekening Atlant Groep 2014 (adviserend)

(Wethouder Huijsmans, info: d.vandijck-vandeursen@asten.nl)

8. Verordening en beleidsplan Tegenprestatie naar vermogen (adviserend) (Wethouder Huijsmans, info: d.vandijck-vandeursen@asten.nl)

9. Informatief overleg met de bestuurder over lopende belangrijke processen en projecten, o.a verbonden partijen (GGD, Peel 6.1, Atlant).

10. Stukken ter kennisneming aan de commissie:

a. Toekomstige positionering regionale ambulancezorg (Wethouder Huijsmans, info: a.verberkt@asten.nl)

b. Memo Jaarverslag Kinderopvang en Peuterspeelzalen 2014;

(Wethouder Huijsmans, info: w.stax@asten.nl)

c. Memo Analyse toekomst peuterspeelzaalwerk gemeente Asten;

(Wethouder Huijsmans, info: s.hendriks@asten.nl) d. Monitor Sociaal Domein

(Wethouder Huijsmans, info: p.baudoin@asten.nl)

e. Raadsinformatiebrief begroting en Ondernemingsplan Atlant (Wethouder Huijsmans, info: d.vandijck@@asten.nl)

f. Memo Huishoudelijke Hulp Toelage

(Wethouder Huijsmans, info: p.baudoin@asten.nl)

g. Lijst van toezeggingen en dynamische termijnkalender 2015-2

11. Rondvraag.

(2)

COMMISSIE BURGERS

VERSLAG

van de openbare vergadering van de commissie Burgers van 18 mei 2015

Aanwezig

De voorzitter M.H.J. Vankan

De leden F.C. van Helmond, J.P.E. Bankers, P.A.J.M. Berkers-Coolen, I.A.A.M.

Berkers, N. Hagelaar-Koppens, L.J. Drost, A.J. Koopman, G.M.

Koomen–Driessen, A.W. van Egmond

De genodigden wethouders J.C.M. Huijsmans en Th.M. Martens De griffier M.B.W. van Erp-Sonnemans

De notulist W.J.M. Loomans

Agenda

1. Vaststellen agenda

2. Verslag van de openbare vergadering van 7 april 2015 3. Ingekomen stukken gericht aan de raad

4. Transities Sociaal Domein/Peel 6.1: Droomsessie Peel 6.1 Sociaal Domein (presentatie)

5. Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Asten 2015 en Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Asten 2015 6. Informatief overleg met de bestuurder over lopende belangrijke processen en

projecten, o.a. verbonden partijen (GGD, Peel 6.1, Atlant) 7. Stukken ter kennisneming aan de commissie

8. Rondvraag

De voorzitter opent de vergadering deelt mee dat geen spreekrecht is aangevraagd.

Wethouder Martens komt iets later. De omvraag begint bij de fractie PGA/PvdA.

Agendanummer 1 Vaststellen agenda

De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.

Agendanummer 2 Verslag van de openbare vergadering van 7 april 2015

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

Agendanummer 3 Ingekomen stukken gericht aan de raad

Voor kennisgeving aannemen:

a. Brief d.d. 300315, RAV Brabant-Zuidoost te Eindhoven: Raadsinformatiebrief Operationele prestaties RAV;

(3)

2/8 b. Brief d.d. 090415, Gemeente Sluis: Motie onderhandelingen Sociale

Werkvoorzieningen;

c. Brief d.d. 310315, Bibliotheek Helmond-Peel te Helmond: Jaarstukken 2014 en 2016;

d. Brief d.d. 280415: PlatOO te Helmond: jaarrekening 2014

Punt d.

De fractie D66-HvA zegt dat uit de toekomstige begroting blijkt dat de verwachte krimp slechts gevolgen heeft voor de omvang van het onderwijspersoneel en niet voor het management en overige personeel. Er is verhoudingsgewijs steeds minder tijd voor het primaire onderwijs en steeds meer voor managementlagen. Deze tendens zie je in de zorg ook. Dit is een verontrustende ontwikkeling. Zij wenst hierover een duidelijk signaal af te geven, ook gelet op het sociaal domein, waar men met betrekking tot passend onderwijs steeds meer een beroep moet doen op de normale bezetting op de basisscholen. Krimp moet op alle niveaus worden doorgevoerd. Dit zal men ongetwijfeld gaan merken, ook in de zorg.

Wethouder Huijsmans zegt dat hij dit signaal eventueel een keer in een overleg kan

meenemen, mits het breed gedragen wordt, maar het afgeven van een signaal is primair de taak van de raad. De raad kan dit desgewenst als reactie richting PlatOO sturen.

De fractie D66-HvA vindt dat het gemeentebestuur in een bepaald opzicht verantwoordelijk is voor het openbaar onderwijs. Zij vindt het zijn taak om iets met deze opmerking te doen en dit signaal tijdens een regulier overleg met PlatOO door te geven.

Wethouder Huijsmans heeft weinig toe te voegen aan zijn eerdere antwoord, maar kan bezien of hij het wellicht in een volgend contact kan doorgeven.

De voorzitter zegt dat het afgegeven signaal in ieder geval in de notulen wordt opgenomen.

Agendanummer 4 Transities Sociaal Domein/Peel 6.1: Droomsessie Peel 6.1 Sociaal Domein (presentatie)

Wethouder Huijsmans geeft de presentatie “Samen bouwen aan een sterk netwerk”. Dit is de presentatie die Asten op 17 april jl. heeft gegeven tijdens de Droomsessie Peel 6.1.

Hij resumeert de voorgeschiedenis. Na de start op 1 januari 2015 heeft zijn collega Jan Bevers van de gemeente Gemert-Bakel een notitie opgesteld, met daarin opgesomd de zaken die volgens hem niet goed lopen en zaken die gewijzigd moeten worden. Een juiste afstemming blijkt lastig en vele zaken, waaronder bijvoorbeeld het onderdeel ICT, zijn nog volop in ontwikkeling. Vervolgens hebben alle Peelgemeenten separaat hun dromen op papier gezet, met name gericht op de inrichting van het lokale speelveld. Hierover is vervolgens in Peelverband op 17 april jl. gesproken met alle portefeuillehouders en per gemeente één beleidsambtenaar. Hij zal tijdens deze presentatie stilstaan bij de

accentverschillen die Asten graag uitgevoerd ziet in Peelverband. De intentie van de droomsessie was om aan het einde van de dag - vanuit die verschillende dromen - tot eensluidende afspraken te komen voor het verdere vervolg en de uitvoeringsorganisatie opdracht te geven het proces op die punten door te ontwikkelen. Dit is helaas niet gelukt.

Gaandeweg de dag werd duidelijk dat men met name vanuit de gemeente Helmond worstelt met de manier waarop wij de jeugd- en gezinswerker, participatiecoach en Wmo-consulent hebben gepositioneerd. De inrichting van de uitvoeringsorganisatie is een wezenlijk punt waarover 100% overeenstemming moet bestaan en dit is op dit moment nog niet zo. Er is in Peelverband duidelijk gekozen voor een gebiedsgerichte aanpak en alle gemeenteraden hebben zich uitgesproken voor behoud van couleur locale. Ook daar wringt, naast wat aanpassingsproblemen, mede de schoen. Signalen worden Peelbreed afgegeven en komen niet alleen van beleidsambtenaren, maar ook vanuit het werkveld, Wmo-raden en burgers.

Hij tracht aan de hand van de presentatie duidelijk te maken vanuit welke dilemma's de

(4)

3/8 De fractie CDA vraagt hoe de samenwerking met huisartsen in Asten verloopt?

De fractie PGA/PvdA ontving een signaal dat het eerste contact met een ambtenaar na een aanvraag voor een hulpmiddel 6 tot 8 weken duurde. Dat was overigens niet in de gemeente Asten, maar zij vraagt hier aandacht voor.

De fractie D66-HvA zegt dat het afstemmen van beleidsregels in Peelverband een prima zaak is, maar wat je eenvoudig kunt doen, moet je eenvoudig blijven doen. Als je gebruik wilt blijven maken van het lokale netwerk vraagt dit om een kleine organisatie. Zij wijst hierbij als voorbeeld op de wijkverpleging, die na een schaalvergroting nu weer naar kleinere eenheden wordt teruggebracht. Zij hoopt dat er adequaat met de signalen wordt omgegaan.

De fractie Leefbaar Asten zegt dat momenteel de site van zowel Guido Helmond als Guido Asten er uit ligt. Dit betekent dat men momenteel wordt doorverwezen naar de

gemeentesites. Heeft dit nog gevolgen voor de gebruiker die al casuïstiek is en een nummer heeft?

Wethouder Huijsmans is zeer tevreden over de samenwerking met de huisartsen. In de loop van vorig jaar zijn de contacten sterk verbeterd en zijn er afspraken gemaakt, o.a. over de opvoedondersteunerstaak. Dit jaar is de samenwerking geïntensiveerd en verbreed naar het Wmo-terrein, waarbij huisartsen bijvoorbeeld kunnen gaan doorverwijzen naar het Steunpunt Asten. Aan de voorkant hebben zij stevig doorgevraagd op invulling van het privacy-aspect en begin dit jaar hebben zij het netwerkconvenant ondertekend.

Hij kent het signaal van de fractie PGA/PvdA niet. In het begin is het wel zo geweest dat door de bulk aan aanvragen en opstartproblemen het wat langer duurde voor er contact werd gelegd. Het voordeel in Asten is dat het steunpunt al in de steigers stond en in een andere vorm is voortgezet. Mogelijk dat Asten dat soort klachten daardoor - bij zijn weten - niet heeft gehad. De sites van Guido staan inmiddels weer en deze week wordt er

proefgedraaid. Als dit bij alle gemeenten tot een goed resultaat leidt zijn de sites binnenkort weer in de lucht en zijn hopelijk de kinderziekten er uit. De uitval heeft volgens hem geen gevolgen voor de lopende gevallen.

Na afloop van de presentatie worden er nog enkele vragen gesteld.

De fractie Leefbaar Asten vraagt hoe de signalen van de eindgebruiker binnenkomen?

De fractie Algemeen Belang wil weten of zij de conclusie kan trekken dat de verschillen zich vooral toespitsen op de invulling van de couleur locale versus de invulling van de Peel 6.1-organisatie?

De fractie CDA zal in de eerstvolgende presidiumvergadering voorstellen de standaard- presentatie in deze commissie af te schaffen, omdat dit niet meer de meerwaarde heeft die het had. Een en ander is geïmplementeerd en er is nog slechts sprake van doorontwikkeling.

Presentaties kosten veel tijd en zij opteert voortaan voor behandeling bij het agendapunt

"Informatief overleg met de bestuurder".

Wethouder Huijsmans zegt dat als een eindgebruiker niet tevreden is deze zich wel zal melden. Wellicht lost een vervolgafspraak een en ander op. Gelet op de korte periode na de start hebben er nog geen klanttevredenheidsonderzoeken plaatsgevonden. Daarnaast komen er signalen binnen via de bezwaar- en beroepsmogelijkheid en wordt er informatie

ingewonnen bij organisaties zoals de KBO. Ook uw raad en de participatieraad kunnen een ingang voor signalen zijn. Elke gemeente zit in een ander stadium voor wat betreft de invulling van de couleur locale. Asten is hierin al vrij ver en neemt bewust de regie, bijvoorbeeld met betrekking tot het Steunpunt. Someren kiest er voor alle zaken onder te brengen binnen de Peel en het verder af te wachten.

Wethouder Huijsmans merkt nog op dat in Helmond een soortgelijke opmerking is gemaakt om met de vaste presentaties te stoppen. Vervolgens is de Peel 6.1-organisatie gevraagd

(5)

4/8 om per vergadering 1 of 2 casussen vanuit Jeugd, Wmo of participatie te bespreken, zodat men een beeld van de praktijk krijgt. Dit is echter slechts een suggestie.

De voorzitter vraagt de fracties om het voorstel van de fractie CDA alvast binnen de achterban te bespreken, zodat de standpunten in de eerstvolgende presidiumvergadering kunnen worden meegenomen. Verder concludeert hij dat de commissie voldoende is geïnformeerd en dankt hij wethouder Huijsmans voor de gegeven presentatie.

Agendanummer 5 Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Asten 2015 en Verordening materiële financiële

gelijkstelling onderwijs gemeente Asten 2015

De fractie PGA/PvdA zegt dat de Verordening voorzieningen huisvesting slechts een aanpassing conform de wetgeving betreft, dus hierover is niet zoveel te zeggen. Met betrekking tot de regeling financiële gelijkstelling leest zij dat deze regeling niet noodzakelijkerwijs van toepassing is bij vervangende nieuwbouw? Klopt dit? Er wordt gesproken over "wijken". Zit daar ook overlap in? En zijn deze voor elk bestuur afzonderlijk bepaald of kunnen zij ook binnen een bestuur overlappen? Kan een school ook een

autonome groei doormaken zonder wijzigingen in de wijk, bijvoorbeeld door verjonging in de wijk of verschuiving van waar leerlingen naartoe gaan? Wat betreft de financiële paragraaf wijst zij op een gesprek dat zij had met een wethouder onderwijs. Hij had de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in nieuwbouw, met als achterliggende gedachte dat hij daar in de

toekomst op kan terugverdienen omdat er minder onderhoud nodig is. Zou zo'n verhaal ook in Asten van toepassing kunnen zijn? Het voorstel is de onderhoudspot van € 140.000,= zo te houden. Zij vraagt de andere fracties te reageren op haar voorstel om dit geld alsnog door te sluizen naar de scholen. Scholen zitten in een periode van doorontwikkeling van lesmethoden, passend onderwijs en onderwijsvernieuwing, hetgeen soms impact heeft op het schoolgebouw. Zij denkt dan bijvoorbeeld aan het inrichten van een prikkelarme ruimte of time-out ruimte die sommige kinderen heel goed kunnen gebruiken. Zij adviseert positief.

De fractie VVD is het in grote lijnen eens met het voorstel maar is bezorgd om de hierin genoemde risico's. Als je het onderhoud niet meer in handen hebt kan dit uiteindelijk leiden tot een compleet verwaarloosde school, waarna de gemeente alsnog met financiën op de proppen moet komen om zaken te herstellen. Hoe houdt men hier grip op? Zij wil het bedrag van € 140.000,= niet zozeer meegeven aan de scholen, maar oppert hier creatief mee om te gaan en de scholen tegemoet te komen in hun reguliere kosten. De gemeente kan

bijvoorbeeld meedenken over zonnepanelen. Hierdoor breng je de lopende kosten voor energie terug en hou je in je verdienmodel extra geld over. Zij adviseert positief.

De fractie Algemeen Belang wil het bedrag van € 140.000,= gewoon in de onderhoudspot laten zitten. Als er ooit onverwachte kosten komen, dan moet er geld beschikbaar zijn.

Verder sluit zij zich aan bij de vraag van de fractie VVD over de grip op de financiën. Zij adviseert positief.

De fractie CDA adviseert positief en stemt in met vaststelling van de verordening, die nu eenmaal wettelijk is voorgeschreven. Zij vindt het belangrijk dat de schoolbesturen akkoord gaan met deze koers. De wet biedt de mogelijkheid om op lokaal niveau zaken verder uit te werken, dus graag aandacht hiervoor. Als zaken fout lopen, lopen zij vaak in het

beginstadium fout. In het stuk staat gelukkig duidelijk verwoord, zowel met betrekking tot het bewegingsonderwijs als het Strategisch huisvestingsplan, dat er nadrukkelijk afspraken gemaakt moeten worden. Het is goed dat daar aandacht voor is en zij vraagt het college dit verder uit te werken. Het verbaast haar dat de fracties PGA/PvdA en VVD in mei al voor Sinterklaas willen spelen. Zij gaan hierbij volledig voorbij aan het feit dat schoolbesturen al gelden ontvangen voor zowel onderwijs als onderwijshuisvesting. Zij krijgen aldus al

middelen om scholen in te richten zoals zij dit zelf wensen en dit pluspakket is puur aan hen zelf. Wat haar betreft worden er dus geen "cadeaus" weggegeven.

(6)

5/8 school zelf komt te liggen en dat is een goede zaak. De verordening is wettelijk

voorgeschreven, dus wat haar betreft is het een hamerstuk. Zij adviseert positief. Ook zij wil het bedrag van € 140.000,= niet doorsluizen. Het onderwijs kan zich prima bedruipen en er wordt vast een andere bestemming voor dit bedrag gevonden.

De fractie Leefbaar Asten heeft vooraf vragen over de controle gesteld. Zij heeft ook gevraagd naar de fietsenstalling aan de Voordeldonk. Het blijkt dat er nog een omgevings- vergunning moet worden afgegeven. Zij wil weten van de wethouder weten of het nog de bedoeling is hierop via deze omgevingsvergunning te sturen? Zij geeft als tip mee tijdens overleg met het schoolbestuur te hameren op het laag houden van de kosten, maar daarnaast de duurzaamheid en inpassing in de omgeving niet uit het oog te verliezen. De scholen zijn up to date en zij ziet geen noodzaak hiervoor € 140.000,= extra vrij te maken.

Het Varendonck college moet nog gaan bouwen en die valt niet binnen deze verordening, dus wellicht kan het bedrag daar beter aan worden besteed. Tot slot wil zij weten wanneer de informatie over de planning voor het Varendonck college beschikbaar is. Zij adviseert positief.

Wethouder Martens zegt dat de verordening enigszins verlaat is aangepast, omdat is gewacht op de uitkomsten van de discussie in de gemeente Deurne, die met dezelfde schoolbesturen te maken heeft. Daarnaast is ervoor gekozen de verordening samen met de gemeente Someren op te stellen, om zo ambtelijke inzet te besparen. De voorliggende verordening is nagenoeg gelijk aan die van Deurne en Someren. Hij verwacht dus weinig problemen. Natuurlijk zijn er risico's en men doet er alles aan die zoveel mogelijk in te perken. Er wordt in ieder geval een Strategisch Huisvestingsplan (SHP) opgemaakt. Dit betekent dat er nu al wordt nagedacht over het aantal scholen in de toekomst. Elk schoolbestuur weet dat de leerlingenaantallen teruglopen en omdat zij voortaan zelf

financieel verantwoordelijk zijn voor het onderhoud van de gebouwen en per leerling worden betaald, kan het niet anders dan dat er in de toekomst gebouwen worden afgestoten. In theorie zou het kunnen dat er ergens nog een nieuwe school moet worden gebouwd. Dit is dan al ruim van tevoren bekend omdat het in het SHP wordt opgenomen, evenals de vraag of je scholen die 60 jaar of ouder zijn op dezelfde plek wilt herbouwen. Dit gaat in goed overleg met de schoolbesturen, want zij zijn uiteindelijk degenen die het gebouw in stand moeten houden. Er zijn altijd autonome ontwikkelingen; ouders zijn vrij kinderen naar de school te sturen die zij wensen en als een gebouw er goed uitziet of er goed onderwijs wordt gegeven, leidt dit tot een marktmechanisme. Hij is niet zo bang voor verpaupering omdat dan ongetwijfeld ouders en MR gaan piepen. Bovendien is het voor een schoolbestuur belangrijk om leerlingen te blijven trekken en een school in een slechte staat is minder aantrekkelijk. Dus verlies van grip zal wel meevallen. Daarnaast is de vraag of de gemeente zich hier überhaupt wel zo verantwoordelijk voor moet voelen. Natuurlijk wel voor goed onderwijs, maar niet hoe dit allemaal wordt gerealiseerd. Er hoeft nu geen besluit te worden genomen over het bedrag van € 140.000,--. Hij is er geen voorstander van doorsluizen, omdat schoolbesturen hiervoor al middelen ontvangen en dit een plus zou betekenen. Bij de jaarrekening kan worden bezien of dit bedrag terugvloeit naar de algemene middelen of elders wordt ingezet. Een schoolbestuur is gebaat bij duurzaamheid en kan prima uit eigen middelen zonnepanelen financieren en de winst hiervan binnenhalen. De planning voor het Varendonckcollege wordt binnenkort in het college behandeld, waarna het op de commissie- en raadsagenda komt.

TWEEDE TERMIJN:

De fractie CDA zegt dat schoolbesturen zelf al middelen krijgen, waarvan zij bijvoorbeeld een time-out ruimte kunnen realiseren en gemeenten zijn hier niet voor verantwoordelijk.

De fractie PGA/PvdA beaamt dat de gemeente hier inderdaad niet verantwoordelijk voor is.

Het was slechts een suggestie en zij is tevreden met de gegeven antwoorden.

(7)

6/8 De fractie VVD heeft gezegd dat je creatief met het geld kunt omgaan en bedoelde niet het weggeven daarvan. Je kunt dit geld investeren, bijvoorbeeld in zonnepanelen. Hiermee verbetert de duurzaamheid, je brengt de bedrijfsvoering omlaag en scholen kunnen de verdiensten hierop terugbetalen. Dit levert in ieder geval meer op dan schatkistbankieren.

De fractie CDA is benieuwd of hiervoor tijdens de komende raadsvergadering een

amendement volgt. Zij wijst op het feit dat er later dit jaar nog veel bezuinigd moet worden.

Tot slot wil zij opmerken dat zij niet uit is op controle. De schoolbesturen zijn namelijk autonoom op dat gebied, maar het is zaak goede afspraken te maken zodat controle helemaal niet nodig is.

De voorzitter concludeert dat de commissie unaniem positief adviseert en instemt met doorgeleiding van het stuk naar de raad.

Agendanummer 6 Informatief overleg met de bestuurder over lopende

belangrijke processen en projecten o.a. verbonden partijen (GGD, Peel 6.1, Atlant)

a. Atlant Groep

Wethouder Huijsmans geeft aan dat normaliter de conceptbegroting Atlant in deze periode voor zienswijzen wordt voorgelegd. Dit jaar loopt de procedure iets anders, omdat vanaf 1 januari 2016 Werkbedrijf Atlant-De Peel van start gaat. Alsdan is de Atlant Groep geen zelfstandige organisatie meer. Afspraak was dat zij in samenwerking met het Werkplein een ondernemingsplan zou maken voor het nieuwe werkbedrijf. Deze stukken zijn klaar en gepresenteerd aan het Atlant bestuur en in het traject op weg naar het werkbedrijf aan de orde geweest. In deze fase moet er echter nog onderzoek worden gedaan naar een aantal financiële aspecten die in het kader van de impactanalyse afgelopen weken aan de orde zijn geweest en waarvan de uitkomsten deze week worden besproken. Het is al bekend dat deze impactanalyse tot wijzigingen zal gaan leiden. Het concept ondernemingsplan nu voorleggen voor zienswijzen is aldus niet handig. In overleg is afgesproken dat er binnenkort een

raadsinformatiebrief volgt, o.a. met deze informatie er in. Daarnaast zal het college wél voor de zomervakantie uitspraken doen en een besluit nemen over het ondernemingsplan voor het nieuwe werkbedrijf, maar dat het stuk vervolgens pas na de zomervakantie aan de commissie en raad wordt voorgelegd. Het is dus pas mogelijk om na de zomervakantie een zienswijze te geven, tegelijkertijd met het te nemen besluit. Met de provincie is afgesproken dat zij dit eerste concept al ontvangt, wetende dat er over enkele maanden een nieuw concept volgt. Om de fracties toch te informeren over datgene wat tot nu toe de verwachte werkelijkheid was voor 2016-2017 en om een beeld te kunnen vormen, is met de griffier afgesproken om voor de volgende commissievergadering toch dit concept ondernemingsplan ter informatie ter inzage te leggen. Hij vraagt aldus wel enig voorbehoud in acht te nemen, met name met betrekking tot de financiën.

De fractie Leefbaar Asten kan zich niet voorstellen dat de uitgangspunten van een dergelijk ondernemingsplan nog compleet wijzigen. Gaat het aldus puur om de financiële uitwerking?

Wethouder Huijsmans zegt dat het om de financiële en organisatorische uitwerking gaat.

Als alle colleges voor de zomervakantie groen licht geven loopt het implementatietraject gewoon door, omdat bij wachten op alle definitieve raadsbesluiten de tijd voor het implementatieproces tot 1 januari 2016 te kort is.

b. Factsheets Wmo Jeugd

Wethouder Huijsmans vraagt of de factsheets met betrekking tot de Wmo Jeugd inmiddels worden toegezonden. De eerste kwartaalrapportage is inmiddels beschikbaar. Hij stelt voor om hierover dezelfde afspraken te maken als voor het Werkplein, namelijk maandelijks een factsheet en daarnaast twee kwartaalrapportages alsmede een jaarrekening.

(8)

7/8 c. Basisvoorziening Asten-Someren

Wethouder Huijsmans nodigt iedereen van harte uit om morgenmiddag bij de opening van de basisvoorziening in de Lindestraat aanwezig te zijn.

Agendanummer 7 Stukken ter kennisneming aan de commissie

a. Memo Jaarverslag Cultuurplein Asten-Someren;

b. Memo Sportstimuleringsprojecten Asten (Incidentele subsidies);

c. Memo Nadere informatie over de aanwezige jeugdgroepen;

d. Lijst van toezeggingen.

Punt a.

De fractie PGA/PvdA vraagt zich af waarom scholen in Asten aanzienlijk minder gebruik maken van de voorzieningen en projecten dan scholen in Someren. Zij vraagt dit ter sprake te brengen en te stimuleren.

De fractie Leefbaar Asten sluit zich bij voornoemde vraag aan en suggestie aan. Dit is mede zonde omdat Asten net zoveel betaalt als Someren.

Wethouder Huijsmans zegt dat het lastig te duiden is waardoor dit exact komt. Het is uiteindelijk een keuze van de schoolbesturen zelf. Wellicht heeft het mede te maken met het feit dat Someren nog een cultuurambtenaar heeft en wij niet. Wij verlenen derhalve geen ambtelijke ondersteuning meer. Hij zal trachten via de leeragenda dit onderwerp nog een keer te benadrukken en de schoolbesturen hierop te wijzen, omdat het voor elk kind goed is om zich ook op dit vlak te ontwikkelen.

Punt b.

De fractie PGA/PvdA hoopt dat deze projecten in 2016 en verder nog door kunnen gaan, want het zijn belangrijke projecten voor onze gemeente.

De fractie Leefbaar Asten ziet ook graag dat deze projecten behouden blijven. De resultaten zijn goed en zij vraagt haar op de hoogte te houden als er veranderingen plaatsvinden met betrekking tot de financiën.

Punt c.

De fractie Leefbaar Asten vindt het opvallend dat een aantal preventieve acties als oplossing worden genoemd. Zij ziet geen direct verband tussen deze acties en het effect daarvan op de jongeren. Zij vraagt derhalve om een toelichting hierop.

De fractie D66-HvA vraagt of men naast de gebruikers ook de dealers goed in beeld heeft.

Wethouder Huijsmans heeft met zijn collega Theo Maas met leerlingen van het Varendonck college in Asten en Someren gesproken. Jongeren constateren deze toename ook. Omdat alcohol nuttigen op jonge leeftijd steeds lastiger wordt, wordt dit alternatief vanwege de makkelijke verkrijgbaarheid aantrekkelijker. Jongeren geven daarnaast aan dat ze wel weten wat er in alcoholische dranken zit maar met drugs is dit maar afwachten. Met betrekking tot de verantwoordelijkheid voor het lokaal gezondheidsbeleid en de gevolgen voor de

jeugdzorg, vindt de gemeente dat er aan de preventieve kant actie moet worden ondernomen. Voorbeeld is dat ouders van hangjongeren, waarvan bekend is dat er drugsproblematiek speelt, een uitnodiging krijgen om in gesprek te gaan met Novadic- Kentron. Met het Varendonck college wordt overlegd over de inrichting van projecten rondom alcohol- en drugspreventie. Hierbij worden eveneens de ouders betrokken. Er vinden daarnaast specifieke acties plaats richting jongeren waarvan bekend is dat er sprake is van drugsproblematiek. In het kader van de transities worden zaken nu steviger opgepakt en hopelijk houden we de problematiek daarmee binnen de perken. De dealers zijn

eveneens in beeld en ook daar worden zowel preventieve als repressieve acties ingezet.

(9)

8/8 Agendanummer 8 Rondvraag

De fractie PGA/PvdA zegt dat uit een rapport over arbeidsmigranten uit de EU blijkt dat gemeenten eigenlijk slechts aandacht hebben voor huisvesting en registratie. Slechts in een beperkt aantal gevallen is er aandacht voor de kinderen, taal en inburgering. Een aantal gemeenten in Noord-Limburg zijn hier veel voortvarender mee bezig. Zij wil weten of de wethouder bekend is met deze enquête. Vervolgens wil zij weten of er in Asten activiteiten worden ontwikkeld die verder gaan dan registratie en huisvesting.

Wethouder Huijsmans zegt dat Onis hierin een bepaalde rol vervult. Een nieuw initiatief is een koffie-uurtje vanuit De Zorgboog, met name voor Poolse ouders waarin problemen rondom gezin, taal en school worden besproken. Er is dus wel enige aandacht voor.

Wethouder Martens licht toe dat er in SRE-verband is afgesproken dat het niet alleen mag gaan over huisvesting. Er bestaat een informatiepunt in Eindhoven, waar arbeidsmigranten in deze regio met al hun vragen terecht kunnen. Dit kan gaan over taalonderwijs, hulp bij het invullen van de belastingaangifte, juridische bijstand etc. Gemeenten verwijzen arbeidsmigranten naar dit informatiepunt door. Asten en Someren hebben als enige in de regio bij Onis nog een informatiepunt. Onis werkt overigens ook met hen samen en bij complexere vragen volgt doorverwijzing. Vorig jaar heet het informatiepunt 80% van de vragen zelf af kunnen handelen en in 20% van de gevallen volgde doorverwijzing. Hij erkent dat men in Noord-Limburg veel verder is dan hier. Daar heeft men rondom arbeidsmigranten 10 thema's geformuleerd, waarvan huisvesting er slechts één is. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat zij hierin ook pro-actiever zijn, wellicht omdat er in de regio ook meer arbeidsmigranten gehuisvest zijn.

De fractie D66-HvA leest met veel plezier de verslagen van de klankbordgroep en zij vindt het leuk daarover informatie te ontvangen vanuit andere gemeenten en zij complimenteert de heer Bankers met zijn vragen.

Sluiting

Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering.

Voor verslag, de griffier

mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans

Dict: NO05

(10)

Agendanummer : 5

Onderwerp: Eerste begrotingswijziging 2015 en Programmabegroting 2016 GGD Brabant-Zuidoost

Opsteller:

Mevrouw A. Verberkt, team Welzijn Portefeuillehouder:

De heer J. Huijsmans

Datum: 16 april 2015

Voorstel: Wensen en bedenkingen meegeven aan college van burgemeester en wethouders over de eerste

begrotingswijziging 2015 en de programmabegroting 2016 van de GGD Brabant-Zuidoost.

Presentatie:

Nee

Bijlage(n)/ter inzage - Conceptzienswijze op de eerste begrotingswijziging 2015 en de conceptprogrammabegroting 2016 GGD Brabant-Zuidoost;

Eerste begrotingswijziging 2015 GGD Brabant- -

Zuidoost;

Conceptprogrammabegroting 2016 GGD Brabant- -

Zuidoost;

Kadernota 2016 GGD Brabant-Zuidoost;

-

Jaarrekening 2014 GGD Brabant-Zuidoost.

-

-

Samenvatting

Het Dagelijks Bestuur van de GGD Brabant-Zuidoost heeft de gemeenteraden van de 21 deelnemende gemeenten aan de Gemeenschappelijke Regeling de eerste

begrotingswijziging 2015 en de conceptprogrammabegroting 2016 toegestuurd.

Gemeenten kunnen hierop een zienswijze indienen, waar het Algemeen Bestuur rekening mee zal houden wanneer zij de eerste begrotingswijziging 2015 en de

programmabegroting 2016 vaststelt in haar vergadering van 1 juli 2015.

De conceptprogrammabegroting 2016 is gebaseerd op de begroting 2015 met een indexering van 1,7%.

Inleiding

(11)

2/4 GGD Brabant-Zuidoost.

Op de eerste begrotingswijziging 2015 en de conceptprogrammabegroting 2016 is conform de Gemeenschappelijke Regeling de zienswijzenprocedure van toepassing.

Gemeenten kunnen op deze stukken een zienswijze indienen, waar het Algemeen

Bestuur van de GGD rekening mee zal houden wanneer zij de eerste begrotingswijziging 2015 en de ontwerpbegroting 2016 vaststelt in haar vergadering op 1 juli 2015. De zienswijzenprocedure is niet van toepassing op de kadernota 2016 en de jaarrekening 2014. Deze stukken liggen aan u voor ter inzage.

Wat willen we bereiken

De GGD Brabant-Zuidoost, als verlengd lokaal bestuur van 21 deelnemende gemeenten en als uitvoerder van de Wet Publieke Gezondheid (Wpg), op een financieel verantwoorde en realistische manier te laten functioneren in het uitoefenen van haar dienstverlening vanuit onze gemeentelijke verantwoordelijkheid.

Wat gaan we daarvoor doen:

Eerste begrotingswijziging 2015

Jaarlijks ontvangen de deelnemende gemeenten namens de GGD een bedrag aan btw- compensatie terug van het btw-compensatiefonds. Deze teruggave bedraagt in totaal ca.

€ 165.000,-. Het Algemeen Bestuur heeft het voornemen om met ingang van 2015 de btw-compensatie terug te betalen aan de GGD. Tegelijkertijd wordt dan de gemeentelijke inwonerbijdrage met € 200.000 verlaagd. Het netto effect wordt door de GGD binnen de begroting opgevangen.

Geadviseerd wordt om in te stemmen met de eerste begrotingswijziging 2015.

Conceptprogrammabegroting 2016

Ten opzichte van de begroting 2015 zijn voor de gemeentelijke bijdrage de volgende aanpassingen aangebracht:

De inwonerbijdrage is met € 200.000,- verlaagd in verband met gewijzigde -

methodiek van verrekening van btw-compensatie (conform de eerste begrotingswijziging 2015);

De inwonerbijdrage is met € 150.000,- verlaagd in verband met een bezuiniging -

op de overhead van de GGD;

Vanaf 2016 wordt het pubercontactmoment Jeugdgezondheidszorg door de GGD -

als gemeenschappelijke taak uitgevoerd. In tegenstelling tot de overige

gemeenschappelijke taken wordt voor de kostenverdeling over gemeenten niet het aantal inwoners gehanteerd, maar de verdeelsleutel van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De bijdrage wordt in 2016 verrekend via de inwonerbijdrage. Gemeenten ontvangen voor het pubercontactmoment een rijksbijdrage.

Conform de meerjarige budgetafspraak is een indexering gehanteerd van 1,7%, -

zoals vastgesteld door het CPB.

De conceptprogrammabegroting is in lijn met de kadernota 2016. In 2014 heeft Asten, gelijk met een aantal andere gemeenten, aan de GGD voorgesteld een

basistakendiscussie te voeren. In het najaar van 2014 is hiervoor de notitie 'Basis van de GGD Brabant-Zuidoost' opgesteld, die in het voorjaar van 2015 aan de gemeenten is voorgelegd. Deze notitie is in uw commissievergadering van 9 maart behandeld en toegelicht aan de hand van een presentatie van de GGD. Vervolgens heeft het Algemeen

(12)

3/4 Mogelijke alternatieven:

De zienswijzenprocedure is niet wettelijk verplicht voor de bijgevoegde jaarrekening en de kadernota, maar u kunt er ook bij deze stukken voor kiezen om een zienswijze aan het bestuur van de GGD kenbaar te maken.

Risico’s:

De GGD is verplicht op grond van de Wpg. De GGD is een gemeenschappelijke regeling (GR), waardoor de deelnemende gemeenten financieel verantwoordelijk blijven voor verschillen tussen de begroting en de feitelijke kosten.

Wat mag het kosten:

In de conceptbegroting 2016 van de GGD is voor de komende jaren een kostenbesparing op de gemeentelijke bijdrage voorzien die oploopt tot ca. € 600.000,-. Deze

kostenbesparing wordt voornamelijk gerealiseerd via een bezuiniging op de personele overhead (management en ondersteunend personeel) en besparing op

huisvestingskosten.

De ontwikkeling van de inwonersbijdrage van gemeenten is voor de komende jaren indicatief geraamd. In onderstaand overzicht is te zien hoe de inwonersbijdrage is

opgebouwd en hoe deze zich ontwikkelt. De (toekomstige) besparingen op huisvesting en overhead zijn hierin apart weergegeven.

De bijdrage 2016 voor Asten komt hiermee op € 266.743,-. Dit is inclusief een bedrag van € 13.005,- voor het pubercontactmoment (pcm). De kosten voor het

pubercontactmoment kunnen volledig worden gedekt uit de rijksbijdrage, die is ondergebracht in het budget preventief jeugdbeleid/Centrum Jeugd en Gezin.

In de meerjarenbegroting is voor 2016 voor bijdrage aan de GGD een budget opgenomen van € 249.476,-. In de meerjarenbegroting is echter ook rekening gehouden met een index op de subsidies aan professionele organisaties. Deze is in totaliteit op een stelpost geraamd. Dit betekent dat er in de begroting 2016 voldoende budget is om de bijdrage van € 253.738,- aan de GGD te betalen.

(13)

4/4 programmabegroting 2015 is de GGD nogmaals op deze extra taakstelling gewezen. Uit de huidige programmabegroting 2016 blijkt dat de GGD inmiddels op verschillende manieren bezuinigingen heeft gerealiseerd. Door factoren als de toevoeging van het pubercontactmoment en de opnieuw afgesproken indexering zijn deze bezuinigingen in de inwonerbijdrage per saldo niet terug te zien.

Wanneer het bedrag aan indexering en de bekostiging van het pubercontactmoment voor 2016 buiten beschouwing worden gelaten, blijkt dat de gemeentelijke bijdrage per

inwoner ten opzichte van 2015 is gedaald van € 15,36 naar een bedrag van € 14,81 per inwoner. Voor Asten komt dit neer op in totaal een bedrag van € 245.194,36 (exclusief) voor 2016, waar de totale bijdrage in 2015 nog € 252.635,92 bedroeg. Dit betekent dat ten opzichte van 2015 een bezuiniging van ca. 3% is gerealiseerd. Deze bezuiniging blijft hetzelfde voor 2017 (een bedrag van 14,80 per inwoner).

Vervolg

In de bijlage treft u een conceptzienswijze aan. Wij vernemen graag uw eventuele wensen en bedenkingen.

dict: CV.MO.15.ac.002 typ: a.verberkt@asten.nl coll:

(14)

Onderwerp: Eerste begrotingswijziging 2015 en programmabegroting 2016 GGD Brabant- Zuidoost

Geacht bestuur,

Conform de gemeenschappelijke regeling van de GGD heeft u onze raad de eerste begrotingswijziging 2015 en de conceptprogrammabegroting voor het jaar 2016 van de GGD Brabant-Zuidoost toegezonden om de raad in de gelegenheid te stellen haar zienswijze daarop te geven. In deze brief maken wij onze zienswijze kenbaar.

Zienswijze gemeente Asten

Wij verzoeken het Algemeen Bestuur om in te stemmen met de eerste begrotingswijziging 2015 en de conceptprogrammabegroting 2016.

Bezuiniging

Ondanks ons verzoek tot instemming willen wij u wijzen op het volgende. In 2013 heeft de gemeente Asten een bezuinigingstaakstelling van 10% neergelegd bij de GGD. Wij hebben u hier reeds eerder op gewezen, onder meer bij de zienswijze op de

programmabegroting 2015.

Uit de programmabegroting 2016 blijkt dat de GGD op verschillende manieren heeft bezuinigd. Met de huidige bezuinigingen is de taakstelling van 10% nog niet volledig gerealiseerd. De bezuiniging dient feitelijk gerealiseerd te zijn in 2017.

Neem gerust contact op

Als u naar aanleiding van deze brief nog vragen heeft, dan kunt u contact opnemen met mevrouw A.K. Verberkt via telefoonnummer (0493) 671 212 of per e-mail via

a.verberkt@asten.nl. Wij verzoeken u bij eventuele vervolgcorrespondentie of contact met de gemeente bovenstaand zaaknummer te vermelden.

Met vriendelijke groet,

namens de gemeenteraad van Asten

mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans, griffier

Zaaknummer: AST/2015/005831

Bijlage(n): --

Verzenddatum:

*150006934*

(15)

1

GGD BRABANT-ZUIDOOST

Programmabegroting 2016

CONCEPT

(16)

2

(17)

3

Programmabegroting 2016

GGD Brabant-Zuidoost

Vastgesteld door het Algemeen Bestuur van GGD in zijn openbare vergadering van 1 juli 2015

Mevrouw M.M. de Leeuw-Jongejans mevrouw H.G. Tindemans-van Tent

Voorzitter Secretaris

(18)

4

Inhoudsopgave

1. Overzicht GGD Brabant-Zuidoost ... 5

2. Kerngegevens ... 7

3. Leeswijzer... 8

4. Samenvatting ... 9

5. Programmabegroting 2016 ... 12

Programma Publieke Gezondheid ... 13

5.1 Pijler 1 Monitoren, signaleren en adviseren ... 13

5.2 Pijler 2 Uitvoerende taken gezondheidsbescherming ... 25

5.3 Pijler 3 Publieke Gezondheid bij incidenten, rampen en crises ... 33

5.4 Pijler 4 Toezicht houden ... 37

5.5 Pijler 5 Jeugdgezondheidszorg ... 40

5.6 Pijler 6 Aanvullende taken Publieke Gezondheid ... 49

5.7 Pijler 7 Ambulancezorg ... 53

5.8 Bestuurskosten ... 57

5.9 Paragrafen ... 57

6. Financiële begroting 2016 ... 65

6.1 Overzicht van baten en lasten ... 66

6.2 Toelichting op baten en lasten ... 67

6.3 Staat van financieringen ... 69

6.4 Staat van investeringen ... 70

6.5 Staat van reserves ... 71

6.6 Staat van voorzieningen ... 72

6.7 Meerjarenraming baten en lasten ... 73

7. Bijlagen ... 75

7.1 Berekening inwonersbijdrage 2016 ... 75

7.2 Overzicht inwonersbijdrage en overige bijdragen per gemeente ... 76

(19)

5

1. Overzicht GGD Brabant-Zuidoost

Overzichtskaart werkgebied

Organogram

(20)

6 Gemeenschappelijke Regeling

Eind 2005 hebben alle gemeenten besloten tot de instelling van de Gemeenschappelijke Regeling GGD Brabant-Zuidoost.

Deelnemende gemeenten 21

Algemeen Bestuur 21 leden

Dagelijks Bestuur Portefeuille

Mevrouw M. de Leeuw-Jongejans Voorzitter

Mevrouw H. Balk Vicevoorzitter

Mevrouw H.G. Tindemans-van Tent Secretaris

De heer M. van Dorst Financiën

De heer R. Daenen Personeelszaken

Mevrouw J. Veldhuizen lid

De heer J. Bevers lid

De heer A. Ederveen Toegevoegd lid vanuit de

Veiligheidsregio

(21)

7

2. Kerngegevens

Per 1 januari 2015

Sociale en fysieke structuur

Aantal leerlingen onder zorg 118.572

Aantal scholen basisonderwijs 263

Aantal scholen voortgezet onderwijs 40

Aantal scholen speciaal onderwijs 51

Aantal deelnemende gemeenten 21

Totaal aantal inwoners in het werkgebied 752.485

Aantal inwoners kleinste gemeente 12.775

Aantal inwoners grootste gemeente 223.214

Raming 2016

Personeel

Formatie in fte's 360

Formatie in personen 450

Financiën

Programma Publieke Gezondheid

Totaal exploitatie € 17.870.000

Programma Ambulancezorg

Totaal exploitatie € 17.710.000

(22)

8

3. Leeswijzer

Onderhavig document omvat de concept-programmabegroting 2016 van de GGD Brabant-Zuidoost.

De begroting is opgesteld met inachtneming van de relevante voorschriften zoals opgenomen in het "Besluit begroting en verantwoording Provincies en gemeenten (BBV)" waaraan ook een gemeenschappelijke regeling dient te voldoen.

Als gevolg van een besluit tot wijziging van het BBV, zijn met ingang van 2015 enkele aanpassingen in het begrotingsformat aangebracht. Deze wijzigingen hebben tot doel de

deugdelijkheid en transparantie van de begroting en de meerjarenraming te versterken, alsmede van de horizontale controle daarop. Zo dient er voortaan een overzicht van incidentele lasten en baten en een overzicht van de beoogde structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves opgenomen te worden. Hieraan is voldaan middels een toelichting bij de betreffende overzichten.

Verder dient de paragraaf weerstandsvermogen gewijzigd te worden in een paragraaf

weerstandsvermogen en risicobeheersing. Het gaat daarbij niet alleen om een inventarisatie en beschrijving van risico’s en de middelen en mogelijkheden om deze op te vangen, maar zeker ook om de wijze waarop en de processen en systemen waarmee de risico’s worden beheerst. Tot slot zijn bepalingen met betrekking tot de paragraaf verbonden partijen aangepast. Deze wijzigingen die ook al in de begroting 2015 waren verwerkt, zijn waar relevant in deze begroting verder aangescherpt.

De begroting bestaat uit:

1. een Programmadeel met daarin de beschrijving van de taakvelden per pijler en de paragrafen.

2. een Financiële begroting met daarin een overzicht van baten en lasten, een meerjarenraming en de staten van vaste activa, reserves en voorzieningen en financieringen.

De Programmabegroting wordt onderverdeeld in 2 programma's, n.l.:

a. Publieke Gezondheid b. Ambulancezorg

De taken zijn met ingang van deze begroting onderverdeeld naar de 7 pijlers, zoals vastgelegd in de notitie ‘de basis van de GGD Brabant Zuidoost’ van maart 2015. Per taakveld wordt

aangegeven:

a. de productomschrijving en de doelstelling b. de activiteiten

c. de kerngegevens en kengetallen

(23)

9

4. Samenvatting

De GGD Brabant-Zuidoost heeft tot doel om bij te dragen aan een positieve ontwikkeling van de gezondheidssituatie van de inwoners in de regio Z.O. Brabant door uitvoering van de programma’s publieke gezondheid en de ambulancezorg.

De missie van de GGD Brabant-Zuidoost luidt als volgt: “De GGD Brabant-Zuidoost streeft - onder regie van de gemeenten – door middel van preventie naar gezondheidswinst van alle inwoners, om zo een bijdrage te leveren aan de kwaliteit van hun leven en zelfredzaamheid te vergroten. Wij zijn een proactieve, innovatieve en resultaatgerichte organisatie. Onze dienstverlening betreft

gezondheid, preventie en snelle interventie, is professioneel en betrouwbaar en komt tot stand vanuit de wens van de klant en in dialoog met onze opdrachtgevers en samenwerkingspartners”.

Door transities waarmee gemeenten en GGD te maken hebben (Jeugdwet, WMO, Participatiewet) verandert de maatschappelijke context van publieke gezondheid. Gezondheid wordt in

toenemende mate gezien als een middel of voorwaarde voor maatschappelijke participatie.

Het leggen van lokale verbindingen tussen gezondheid, zorg en participatie is een belangrijke maatschappelijke opgave voor gemeenten en GGD.

Het Algemeen Bestuur heeft op 11 maart 2015 de volgende pijlers van de GGD in het licht van de toekomstige uitdagingen vastgesteld.

1. Monitoren, signaleren en adviseren

2. Uitvoerende taken gezondheidsbescherming 3. Publieke gezondheid bij rampen en crises 4. Toezicht houden

5. Jeugdgezondheidszorg 4-18 jaar 6. Ambulancezorg

7. Aanvullende taken publieke gezondheid

In deze Programmabegroting wordt op hoofdlijnen weergegeven welke doelstellingen de GGD in 2016 met de uitvoering van welke activiteiten en tegen welke kosten en baten verwacht uit te realiseren. Daartoe worden o.a. kerngegevens en kengetallen opgenomen, aan de hand waarvan bij de tussentijdse rapportages en de jaarrapportage (jaarrekening) bezien kan worden of gestelde doelen zijn gerealiseerd. Het programmadeel is voorlopig gebaseerd op het productenboek 2015, dat uiteraard in de loop van 2015 en ook 2016, nog geactualiseerd wordt/kan worden. De indeling van het programmadeel is met ingang van dit jaar aangepast naar bovengenoemde pijlers.

Financieel gezien is de begroting 2016 een actualisering van de begroting 2015 met een verwerking van (onderstaande) majeure ontwikkelingen en het vastgestelde percentage voor algemene kostenstijgingen voor 2016.

(24)

10 toepassing, een begrotingswijziging worden aangeboden.

Intern wordt de Programmabegroting verwerkt tot beheersbegrotingen voor de sectormanagers waardoor inzichtelijk is welke budgetten zij ter beschikking hebben en waarover ze verantwoording dienen af te leggen.

Conform de gewijzigde WGR (Wet Gemeenschappelijke Regelingen) stelt de GGD BZO met ingang van het begrotingsjaar 2016 voortaan ook een kadernota ten behoeve van de aangesloten

gemeenten op. In deze nota worden de verwachte belangwekkende ontwikkelingen voor het komende en de eventueel volgende jaren beschreven. In deze begroting zijn die ontwikkelingen uiteraard, voor zover van toepassing, verwerkt. In dit kader zijn de volgende hierbij van belang te benoemen:

§ de verkoop van de Callenburgh met daaraan verbonden bezuiniging en de consequenties daarvan voor de verlaging van gemeentelijke bijdrage;

§ de reorganisatie van de ondersteunende functies en daaruit voortvloeiende verlaging van de gemeentelijke bijdrage;

§ de gewijzigde verrekening met betrekking tot het btw-compensatiefonds en de daaruit voortvloeiende verlaging van de gemeentelijke bijdrage en materiële kosten;

§ de overheveling van het Puber Contact Moment (PCM) van contracttaak naar de gezamenlijke bijdrage.

De omvang van de algemene reserve/weerstandsvermogen van de GGD BZO is, zeker gezien de exploitatie-omvang, zeer beperkt; als het positief resultaat 2014 wordt toegevoegd aan de algemene reserve dan bedraagt deze per begin 2015 ca. € 450.000.

De risico-inventarisatie 2015 resulteert in een benodigde weerstandscapaciteit van ruim

€ 2.000.000,-. Het bestuur heeft echter eerder vastgesteld dat het weerstandsvermogen niet tot dat bedrag hoeft te worden aangevuld, omdat voor afdekking van de aanvullende risico's de gemeenten, als ‘eigenaar’ van de Gemeenschappelijke Regeling GGD Brabant Zuidoost, toch al garant staan. Het algemeen bestuur heeft in 2011 bij vaststelling van de notitie

‘Weerstandsvermogen, Onvoorzien en Reserves &Voorzieningen’ vastgesteld dat de Algemene Reserve van de GGD minimaal 5% en maximaal 10% van de gemeentelijke bijdrage per inwoner zou moeten bedragen. Bij de bespreking van de basistaken-notitie in het najaar van 2014 heeft het algemeen bestuur dit, gegeven de financiële context bij gemeenten, aangescherpt tot de bepaling dat 5% voor dit moment ook als (na te streven) maximum dient te gelden. Zodra dat niveau (per 2016 ca. € 600.000,-) bereikt is kan dan op basis van het dan geldende risicoprofiel besloten worden tot afroming van de gemeentelijke bijdrage. Een laag weerstandsvermogen betekent wel dat financiële tegenvallers van enige omvang niet uit de algemene reserve kunnen worden opgevangen.

(25)

11

Voor de bepaling van de gemeentelijke bijdragen voor het gezamenlijke takenpakket wordt voor een budgetperiode van 4 jaren een vaste afspraak gemaakt, inclusief een methodiek voor indexering. Hiervoor is gekozen opdat hiervoor niet jaarlijks voorstellen, berekeningen en afrekeningen hoeven te worden gemaakt. Dit alles vanuit de gedachte dat de omvang van het gezamenlijke takenpakket gelijk blijft (behoudens specifieke besluiten) en dat de methodiek van indexering er voor zorgt dat gemiddeld genomen de GGD de bijdrage ontvangt die daarvoor noodzakelijk is. Begin 2015 is voor de budgetperiode 2016-2019 door het bestuur besloten de methode van indexering van de vorige budgetperiode te continueren: bij deze eenvoudige en transparante berekening wordt het voor het begrotingsjaar gepubliceerde indexcijfer voor de consumptieve overheidsbestedingen van het Centraal Plan Bureau gehanteerd, zonder nacalculatie.

Hierbij wordt geen onderscheid meer gemaakt in salarissen en prijzen. Gedurende de

budgetperiode van 4 jaren wordt geen nacalculatie toegepast. Aangenomen wordt dat het langjarig gemiddelde van deze systematiek, gebaseerd op een objectieve, door een externe autoriteit vastgestelde norm, een aanvaardbaar financieringsniveau oplevert. Dat levert de GGD een budget op dat gemiddeld genomen moet voldoen om de gestegen kosten op te vangen. Het CPB

publiceerde dit indexcijfer voor 2016 op 18 maart 2015 in bijlage 1.3 van het Centraal Economisch Plan 2015; het bedraagt voor 2016 1,7%.

Naast deze indexering vinden ten opzichte van 2015 nog enkele correcties op het bedrag per inwoner plaats, zoals hiervoor reeds genoemd. In bijlage 1 wordt de berekening nader toegelicht.

(26)

12

5. Programmabegroting 2016

Financiering per pijler Pijlers

Financiering per pijler Inwoner

bijdragen gemeenten

Overige bijdragen gemeenten

Contract bijdragen gemeenten

Contract bijdragen

rijk

Contract bijdragen zorg-

verzekeraars

Contract bijdragen

derden

TOTAAL

Monitoren, signaleren en adviseren 2,18 1.640.000 400.000 150.000 2.190.000

Uitvoerende taken

gezondheidsbescherming 2,85 2.145.000 1.040.000 65.000 1.365.000 4.615.000

PG bij incidenten, rampen en crises 0,50 380.000 10.000 390.000

Toezicht houden 0,11 80.000 1.100.000 15.000 1.195.000

Jeugdgezondheidszorg 8,66 6.518.000 125.000 6.643.000

PuberContactMoment JGZ* (0,83) 622.000 622.000

Ambulancezorg 0,00 0 55.000 30.000 1.100.000 16.030.000 425.000 17.640.000

Aanvullende taken PG 0,27 205.000 690.000 105.000 500.000 1.500.000

Bestuurskosten ** 0,49 365.000 365.000

Aflopende rechtspos. bijdragen

gemeenten 0,00 0 390.000 390.000

totaal 15,06 11.955.000 570.000 2.220.000 2.245.000 16.095.000 2.465.000 35.550.000

* per 2016 wordt het pubercontactmoment (pcm) van de contracttaken overgeheveld naar het gezamenlijke takenpakket. Het wordt echter niet o.b.v. een bijdrage per inwoner gefinancierd maar o.b.v. de verdeelsleutel zoals door VWS gehanteerd voor de verdeling van de middelen naar de gemeenten. In bovenstaande tabel is wel het totaal bedrag pcm 2016 ( € 622.000) herrekend naar een bedrag per inwoner (0,83), in de totaaltelling van het bedrag per inwoner is deze, om verwarring met de bedragen in de bijlagen te voorkomen, niet opgenomen .

** de bezuinigingen op overhead en huisvesting en de afname i.v.m. de gewijzigde verrekening van de btw-compensatie zijn in zijn geheel in mindering gebracht op de post bestuurskosten.

(27)

13

Programma Publieke Gezondheid

5.1 Pijler 1 Monitoren, signaleren en adviseren

De GGD adviseert gemeenten over hun beleid op het gebied van gezondheidspreventie, gezondheidsbevordering en –bescherming.

Daartoe behoort ook het signaleren en monitoren van gezondheidsrisico’s in de fysiek en sociale omgeving en advisering over bestuurlijke beslissingen op andere beleidsterreinen (milieu,

ruimtelijke omgeving enz.), omdat de meeste voorwaarden voor gezondheid buiten het domein van de zorg worden gecreëerd. De GGD zet hierbij eigen instrumenten in zoals epidemiologisch

onderzoek, broncontactonderzoek bij infectieziekten, medisch milieukundig onderzoek, informatie uit kinddossiers.

De GGD gebruikt ook bronnen en signalen vanuit het regionale netwerk zoals huisartsen, politie, welzijnswerk, zorginstellingen of vanuit landelijke partners zoals RIVM en CBS.

Bij de aanpak van sociaaleconomische gezondheidsverschillen is de GGD een belangrijke

ondersteuner van gemeenten. De GGD brengt de gezondheidsproblematiek op wijk/buurtniveau in kaart, adviseert over effectieve aanpakken, participeert in lokale beleidsnetwerken en legt

verbindingen tussen partijen uit verschillende sectoren.

Het gaat in deze pijler concreet om de volgende taakvelden:

- Procesbegeleiding bij en uitvoering van lokaal gezondheidsbeleid.

- Monitors, regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenningen, maatwerkonderzoek.

- Gezondheidsexpertise in het sociale domein.

- Monitoring, signalering en advisering vanuit Infectieziekten, Technische Hygiënezorg, Medische milieukunde en Jeugdgezondheidszorg (zie andere pijlers).

(28)

14

Taakveld: Procesbegeleiding bij en uitvoering van Lokaal Gezondheidsbeleid

Onderbouwing: Het opstellen en uitvoeren van een lokaal gezondheidsbeleid (LGB) is voor gemeenten als taak vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid. De GGD- ondersteuning draagt bij aan een optimalisering van het gemeentelijk gezondheidsbeleid aangehaakt bij en ingebed in het Sociaal Domein.

Doel: Een bijdrage leveren aan voorbereiden, opstellen, implementeren en uitvoeren van een lokaal gezondheidsbeleid van gemeenten.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

- Ondersteunen bij het formuleren van gemeentelijk gezondheidsbeleid

aangehaakt bij en ingebed in het Sociaal Domein en de te maken keuzes. Dit gebeurt onder andere door een bijdrage te leveren aan de rVTV

- Adviseren t.b.v. structuur voor continue inbedding van het LGB-beleidsproces;

participeren in deze structuur (bijv.

stuurgroep wonen, zorg en welzijn/

lokaal gezondheidsbeleid)

- Ondersteunen van de bijbehorende uitvoeringsprogramma's en

beleidsuitvoering

- Creëren van draagvlak bij de te betrekken partijen. Makelen en schakelen tussen partijen.

- Signaalfunctie van gemeentelijk (LGB)- wensen richting GGD-organisatie - Inventariseren van bestaande (lokale)

activiteiten m.b.t. het (binnen het gemeentelijke gezondheidsbeleid) gekozen thema en zoeken van samenwerkingspartners

Werken in multidisciplinair teams (intern, samen met adviseurs lokaal gezondheidsbeleid, preventie-/voorlichtings- medewerkers, onderzoekers en in samenwerking met JGZ.

Extern samen met burgers en andere lokale partners)

Er is duidelijk gemeentelijk beleid hoe gezondheid te bevorderen via de verschillende beleidsterreinen (jeugd/WMO/onderwijs RO/sport e.d.)

En op welke wijze burgers die een bijdrage willen leveren aan een gezonde en veilige leef-en

leeromgeving, daarbij worden gefaciliteerd en ondersteund.

Er is uitvoering gegeven aan het lokale plannen, conform afspraken.

(29)

15 - Opstellen (in overleg met gemeente,

burgers en lokaal betrokken instellingen) van een project/

uitvoeringsplan dat past binnen de lokale situatie

- Begeleiding bij en uitvoeren van (delen) van het project/uitvoeringsplan

- Waar mogelijk partners ondersteunen bij het verwerven van extra

fondsen/subsidies

- Beantwoorden van ad-hoc vragen - Evalueren LGB-traject

- De activiteiten zijn gericht op gemeenten, preventie-instellingen, intermediairs, bevolking (jeugd, volwassenen, ouderen, kwetsbare groepen mensen met een lagere sociaal economische status, wijken)

Toedeling uren LGB adviseur:

110 per gemeente

Helmond 220 Eindhoven 260

Toedeling uren Lokaal maatwerk GVO:

65 per gemeente

Geldrop-Mierlo 85 uur Veldhoven 90 uur

Helmond 110 uur

Eindhoven 260 uur

Toedeling uren Lokaal maatwerk preventie/ voorlichting:

85 uur per gemeente

Geldrop-Mierlo 110 uur Veldhoven 120 uur Helmond 175 uur Eindhoven 300 uur

Activiteitenbudget

€ 1.000,- per gemeente

(30)

16

Taakveld: Monitors

Onderbouwing: Inzicht krijgen in de gezondheidssituatie van de bevolking is als taak vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid.

Doel: Kennis en informatie verstrekken die bijdraagt aan de ontwikkeling, evaluatie en sturing van gemeentelijk beleid op het gebied van gezondheid, jeugd, welzijn, wonen en zorg.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

Het verzamelen van gegevens over de gezondheid en de gezondheid

beïnvloedende factoren via de

monitor-cyclus, waarbij subgroep van de bevolking eens in de vier jaar worden gemonitord.

§ Jeugdmonitor 0-11 jaar (2013/2014)

§ Jeugdmonitor 12-18 jaar (2015/2016)

§ Volwassenenmonitor 19-64 jaar (2016/2017)

§ Ouderenmonitor 65-plus (2016/2017);

Dataverzameling gebeurt enerzijds via een enquête (schriftelijk en/of via internet), anderzijds uit relevante registraties en andere bronnen.

Gegevens worden beschikbaar gesteld aan wethouders en ambtenaren van gemeenten (welzijn/volksgezondheid, jeugd, ouderen, WMO, milieu, sport, wonen, zorg).

Daarnaast aan organisaties en instellingen op het gebied van welzijn en zorg en andere geïnteresseerden.

De vragenlijst kent een vast basisdeel en een variabel deel dat wordt samengesteld in samenspraak met gemeenten.

Daarnaast vindt afstemming en samenwerking plaats met GGD’en in Brabant en Zeeland en met het CBS en RIVM.

Gegevens worden op gemeenteniveau verzameld en als volgt gerapporteerd:

§ lokaal tabellenboek

§ lokale kernpunten

§ GGD-gezondheidsatlas

§ Presentatie (in overleg)

Inzicht in de gezondheids- situatie en de factoren die daarop van invloed zijn van de burgers in onze regio

In 2015 vinden de

voorbereidingen plaats voor uitvoering van de

jeugdmonitor 12-18 jaar op scholen (in de klassen 2 en 4 van het voortgezet onderwijs.

In de overgang naar deze nieuwe landelijk

geharmoniseerde vorm, zal ook nog, zoals tot nu toe gebeurde, een vragenlijst worden afgenomen bij een steekproef van de 12-18 jarigen op gemeenteniveau.

De dataverzameling voor de monitor vormt de basis voor het kenniscentrum onderzoek.

Aanvullende vragen (op maat) kunnen met behulp van de databestanden worden beantwoord.

(31)

17

Taakveld: regionale Volksgezondheid ToekomstVerkenningen (rVTV)

Onderbouwing: Inzicht krijgen in de gezondheidssituatie van de bevolking is als taak vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid. In de regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning wordt de beschikbare kennis op het gebied van de gezondheid in de regio Zuidoost- Brabant geïntegreerd en worden ontwikkelingen geschetst. Op basis van deze ontwikkelingen geeft de GGD advies voor het regionale en lokale gezondheidsbeleid.

Doel: Gegevens dragen bij aan de ontwikkeling en prioritering van gemeentelijk gezondheidsbeleid.

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaat

In 2015 wordt de tweede rVTV uitgebracht.

De ontwikkelingen in het sociale domein en de implicaties van het toepassen van het concept positieve gezondheid vormen belangrijke elementen van de rVTV.

De rVTV bestaat uit verschillende producten:

Het regionaal Kompas Volksgezondheid biedt op basis van een thematische en

geografische indeling:

§ Beleidsmatige interpretatie van cijfermatige informatie van de diverse monitors en andere databronnen.

§ Aanbevelingen om het regionale aanbod aan interventies te optimaliseren.

In de gemeentelijke publicaties worden de beschikbare kennis per gemeente vertaald ten behoeve van het lokale

gezondheidsbeleid. Dit gebeurt aan de hand van de thema’s:

§ Gezond en talentvol opgroeien

§ Arbeid is het beste medicijn

§ Gezond bezig zijn

§ Samen in de wijk

§ Langer thuis

Het regionaal kompas wordt continu geüpdatet. Grotere aanpassingen vinden plaats als de resultaten van de monitor in het regionaal kompas worden verwerkt.

Eenmaal per 4 jaar uitbrengen van 21 gemeentelijke publicaties, voorafgaand aan de cyclus van de gemeentelijke nota’s lokaal gezondheidsbeleid.

In 2015 verschijnen de gemeentelijke

publicaties.

(32)

18

Taakveld: Maatwerkonderzoek

Onderbouwing: Voorzien in de behoeften van onze gemeenten om hen op maat te ondersteunen met onderzoek, kennis en informatie.

Doel: Verder professionaliseren en evidence based ondersteunen van gezondheidsbeleid op lokaal en regionaal niveau. Het op maat beantwoorden van ad-hoc vragen, waardoor beleid en interventies worden ondersteund.

Voor wie: Gegevens worden beschikbaar gesteld aan Ambtenaren en wethouders van gemeenten (welzijn/volksgezondheid, WMO/OGGZ, ouderen, jeugd).

Daarnaast aan partners in zorginstellingen en OGGZ-voorzieningen

Wat houdt het in? Werkwijze Resultaten

Opzetten en in stand houden

kennisinfrastructuur, waarin onderzoeks- gegevens en registraties beschikbaar worden gemaakt voor het op maat beantwoorden van onderzoeksvragen van gemeenten en GGD-medewerkers.

Hierbij wordt samengewerkt met

relevante organisaties en instellingen en bestaat samenwerking met de

Academische Werkplaats Publieke Gezondheid Brabant.

Aansluiten op relevante maatschappelijke ontwikkelingen in het sociaal domein, zodat gemeentes worden ondersteund in hun beleid op het gebied van de drie transities

Beantwoorde van ad-hoc vragen met behulp van beschikbare gegevens of kort aanvullend onderzoek.

Op verzoek beantwoorden van onderzoeksvragen in de breedste zin van het woord

Proactief delen van kennis die van toepassing is voor gemeentelijk gezondheidsbeleid. Onder andere via de nieuwsbrief onderzoek.

Onderzoeksgegevens via digitale kanalen beschikbaar stellen voor gemeenten

Er is gemiddeld 30 uur per gemeente beschikbaar voor onderzoek op maat.

Onze gemeente weten ons te vinden en hebben de juiste gezondheids- cijfers/interpretatie en onderzoekgegevens gebruikt bij het onderbouwen en ontwikkelen van bestaand en nieuw beleid.

Aantal vragen en onderwerpen per gemeente.

(33)

19 Gericht advies geven over te nemen

beleidsmaatregelen en beschikbare relevantie interventies (in samenspraak met wetenschappers, beleidsfunctionaris, preventiefunctionaris)

Zorgen dat wetenschappelijke inzichten bekend worden in onze regio en gebruikt wordt bij beleidsvorming en uitvoering.

Ondersteunen en adviseren bij de interpretatie en implementatie van wetenschappelijke kennis

(34)

20

Taakveld: Gezondheidsexpertise in het Sociaal Domein

Onderbouwing Monitoring, signalering en advisering is door Het Rijk als een van de pijlers bij de GGD als taak belegd. Ook wordt deze genoemd in de Wet Publieke Gezondheid. De GGD ontwikkelt zich van een meer uitvoerende organisatie naar het regionale expertise en kenniscentrum op het gebied van de preventieve volksgezondheid.

Dit betreft zowel de beleids-, onderzoeks-, als gezondheidsbevorderende praktijk componenten. Om op deze gebieden als kenniscentrum te kunnen fungeren, bouwen we deskundigheid en vaardigheden op. Deze hebben we op regionaal niveau beschikbaar voor inzet op lokaal niveau ten behoeve van al onze gemeenten, hun lokale partners en hun burgers.

Doel Gezondheids kennis en kunde toevoegen in de lokale situatie om te bevorderen dat burgers gezond en veilig kunnen opgroeien en zich ontwikkelen tot mensen met betekenis voor zichzelf, elkaar en de samenleving.

Gezondheid als voorwaarde om mee te kunnen doen en Meedoen als bevordering van gezondheid

Werkwijze

Op een aantal deelgebieden zullen we met direct betrokkenen per deelgebied aan de hand van en inventarisatie en analyse van knelpunten en kansen komen tot voorstellen voor interventies en activiteiten. Het gaat daarbij om de thema’s:

§ Gezond en talentvol opgroeien

-Jeugdzorg, weerbaarheid, onderwijs, opvoedingsondersteuning, voortijdig schoolverlaters-

§ Arbeid is het beste medicijn

-arbeidsparticipatie, lage SES, armoede, duurzaam werken-

§ Gezond bezig zijn

-leefstijl, cultuur, zingeving, vrijwilligerswerk-

§ Samen in de wijk

-leefbaarheid, milieubeleving, eenzaamheid, veiligheid, civil society, infectieziekten-

§ Langer thuis

-voorzieningen, leven met beperkingen, langer thuis wonen, mantelzorg-

We maken daarbij gebruik van aanwezige cijfers en gegevens én de deskundigheid en ervaring van burgers, onderwijs, welzijnsinstellingen, zorgpartijen, signalen uit de sociale teams, en anderen.

Met hen samen gaan we per deelgebied bepalen met welk item we aan de slag gaan.

(35)

21 Resultaat

De aanpak/activiteit/interventie wordt gedragen door burgers en lokale partijen en bewerkstelligt een positievere ervaren gezondheid van burgers. Op onderdelen zal het resultaat verder gespecificeerd worden.

De volgende activiteiten zullen deel uitmaken van interventies op bepaalde deelgebieden

Specifieke activiteiten Werkwijze Resultaat

Gezond en Talentvol opgroeien

Basisonderwijs ‘Week van de Lentekriebels’

Training voor leerkrachten/

intermediairs:

Doel:

Bijdragen aan het optimaliseren van Het preventieaanbod in de regio op het gebied van relationele en seksuele vorming. Uit de regionale

Volksgezondheid Toekomst Verkenning van Zuidoost-Brabant blijkt dat veel jongeren onveilig vrijen. Voorlichting over gezonde seksuele relaties blijft van belang.

Kennis en vaardigheden van de

intermediairs op peil krijgen en houden

Lespakketten en ondersteunende materialen beschikbaar stellen

Vraagbaak voor intermediairs

Verzorgen van training en nazorg van leerkrachten gericht op gezonde relatievorming bij kinderen op BO en SBO-scholen.

Kinderen in onze regio wordt geleerd na te denken over hun eigen bijdrage in (seksuele) relaties met anderen.

Jaarlijks doen zo’n 30 scholen mee.

(36)

22 Werken aan een gezonde school

Doel:

Bijdragen aan het optimaliseren van het preventieaanbod op scholen in de regio, via de Gezonde School Methode.

Dit omvat de thema’s voeding,

beweging en sport, sociale emotionele ontwikkeling (waaronder pesten), fysieke veiligheid en milieu, hygiëne en zelfverzorging, gezonde relaties en seksualiteit, alcohol en andere genotmiddelen.

We gaan uit van de vraag van de school en onderzoeken samen met de school hun situatie en wat daarbij past als stap naar een gezondere school.

We richten ons op primair, secundair onderwijs (incl. speciaal onderwijs) en MBO.

Scholen kunnen rechtstreeks contact met ons opnemen.

Of via JGZ of samenwerkings- partners.

Of via andere programma’s zoals Onwijs Fit!

In sommige gemeenten nemen scholen deel aan een

samenwerkingsverband op het gebied van gezondheid.

De GGD ondersteunt individuele scholen en/of

samenwerkingsverbanden.

We baseren ons werk op de 5 pijlers van de Gezonde School Methode:

§ Educatieve activiteiten

§ Signalering en doorverwijzen

§ Omgeving (fysiek en sociaal)

§ Ouderbetrokkenheid

§ Schoolgezondheidsbeleid

De scholen zijn beter toegerust om een gezonde schoolomgeving te bieden voor leerlingen en

medewerkers.

Erkenning van de school via het Gezonde School Vignet.

De samenwerking tussen school en ouders op het gebied van gezondheid wordt versterkt.

Fitte kinderen leren beter en participeren beter nu en in de toekomst.

Langer Thuis

Voorlichting door en voor 55+

Doel:

Mensen worden door voorlichting in staat gesteld om zelf gezonde keuzes te maken, als eerste stap in het proces van attitude- en gedragsverandering.

Voorlichten van de specifieke doelgroep senioren via georganiseerde settings, of op termijn andere risicogroepen

waardoor ze meer inzicht krijgen in wat ze zelf kunnen doen om gezond te blijven.

Getrainde vrijwilligers worden ingezet op eigen peergroep.

Doelgroep ouderen krijgt op verzoek informatie en gesprek me t elkaar aangeboden, waarmee hun gezondheids-vaardigheden versterkt worden.

Per jaar worden zo’n 30 voorlichtingen verzorgd.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De fractie Leefbaar Asten adviseert positief maar vraagt aandacht voor de retouret- te.. De fractie PGA/PvdA vraagt of de inning van toeristenbelasting bij arbeidsmigran- ten goed

Mijn voorstel is derhalve om voor bovengenoemde personen, die een verklaring van zijn of haar huisarts kan overleggen dat zij tijdelijk niet in staat zijn meer dan 100 te lopen een

Overzicht Stika projecten in Gemeente Asten noord , zie index Blad 1... Overzicht Stika projecten in Gemeente Asten zuid ,

- de veiligheid van onze inwoners centraal moet staan en hier een grote verantwoordelijkheid ligt voor de Minister van EZ. Roept het

Wij hebben de stichting zwembaden gemeente Tynaarlo gevraagd om te onderzoeken of zwembad De Plons onderdeel kan worden van de stichting.. De stichting geeft aan (nog) niet bekend

Dit was onder andere naar aanleiding van een schrijven van het college van de gemeente Groningen aan haar raad waarin werd vermeld dat er een gegadigde is voor de aandelen van

Argos heeft eerder aangegeven dat alle ouderen die nu in de Klepperwei wonen en zorgindicatie 1, 2, 3 of 4 hebben in de Hooge Werf zullen komen te wonen wanneer zij dit

Het college stelt zich op het standpunt dat deze woningen voor alle inkomensgroepen beschikbaar moeten zijn en dat dit moet worden gefinancierd door marktpartijen, zodat