Wijziging WtBK - consultatieversie februari 2020
1
Wetsvoorstel tot wijziging van de Wet ter Bescherming Koopvaardij (o.a. aanpassingen in verband met het certificerings- en vergunningstelsel, de positie van particuliere maritieme beveiligers en herstel van enkele onvolkomenheden)
VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz.
enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot aanpassing van de Wet ter Bescherming Koopvaardij;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel I
De Wet ter Bescherming Koopvaardij wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1 komen de onderdelen d, e, g en m als volgt te luiden:
d. certificaat: verklaring waarmee een certificerende instelling kenbaar maakt dat gedurende een bepaalde periode een gerechtvaardigd vertrouwen bestaat dat het hierin genoemde maritieme beveiligingsbedrijf voldoet aan de voor het verrichten van maritieme beveiligingswerkzaamheden geldende:
1° set van normen en regels als bedoeld in artikel 13, tweede lid, of 2° normen als bedoeld in artikel 13, tweede lid;
e. geaccrediteerde certificerende instelling: een door Onze Minister aangewezen instelling die is geaccrediteerd door een erkende accrediterende instantie voor het uitgeven van certificaten aan maritieme beveiligingsbedrijven aan de hand van de daarvoor geldende:
1° set van normen en regels als bedoeld in artikel 13, tweede lid, of 2° normen als bedoeld in artikel 13, tweede lid;
g. geweldsmiddel: de krachtens artikel 8 aangewezen bewapening waarmee geweld kan worden uitgeoefend;
m. particulier maritiem beveiligingspersoneel: personeel in dienst van een maritiem
beveiligingsbedrijf of personeel dat ter beschikking is gesteld aan het maritiem beveiligingsbedrijf op basis van een uitzendovereenkomst.
B
In artikel 1 onderdeel c wordt ‘reders’ vervangen door: scheepsbeheerders en in de artikelen 1, onderdeel o, en 4, eerste en derde lid, 5 en 6, eerste lid, wordt ‘reder’ vervangen door: ‘scheepsbeheerder’.
C
Artikel 13, tweede lid, komt te luiden:
2. Bij algemene maatregel van bestuur wordt een set van normen en regels vastgesteld, waaraan de aanvrager moet voldoen om een certificaat te verkrijgen. Onder normen wordt verstaan: de in normdocumenten van de International Organisation for Standardization neergelegde normen. Voor zover het overgelegde certificaat op normdocument 28007 voor particuliere maritieme
beveiligingsbedrijven niet is afgegeven met inachtneming van de in de eerste volzin bedoelde regels, beoordeelt Onze Minister in het kader van de aanvraag van de vergunning of het maritiem beveiligingsbedrijf aan die regels voldoet.
D
Na artikel 14 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 14a
Wijziging WtBK - consultatieversie februari 2020
2
Onze Minister kan persoonsgegevens, daaronder begrepen persoonsgegevens van strafrechtelijke aard als bedoeld in paragraaf 3.2 van de Uitvoeringswet Algemene verordening
gegevensbescherming en gezondheidsgegevens als bedoeld in artikel 4, onderdeel 15 van de Algemene verordening gegevensbescherming, verwerken, voor zover die verwerking noodzakelijk is voor:
a. de uitvoering van deze wet;
b. het toezicht op de naleving en de handhaving van de bij of krachtens deze wet gestelde regels en de aan de vergunning verbonden voorschriften, of
c. de administratieve samenwerking met andere instanties overeenkomstig artikel 17b.
E
Na artikel 17 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:
Artikel 17a
1. Onze Minister maakt ten behoeve van het toezicht op en de handhaving van de bij en krachtens de wet gestelde regels driejaarlijks een werkplan bekend.
2. Na afloop van het kalenderjaar brengt Onze Minister een verslag uit over het gevoerde toezicht en de sanctionering bij overtreding van de bij en krachtens de wet gestelde regels.
3. Het in het tweede lid bedoelde verslag bevat tevens informatie over de ontvangen rapportages bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de wet en de meldingen bedoeld in artikel 12, derde lid, van de wet, die door de kapitein bij het openbaar ministerie zijn gedaan.
Artikel 17b
1. Onze Minister en de geaccrediteerde certificerende instellingen werken in het kader van certificering, vergunningverlening, toezicht en handhaving samen met de instanties die krachtens het recht van andere staten zijn belast met certificering, vergunningverlening, toezicht op en de handhaving van maritieme beveiligingswetgeving.
2. Ter uitvoering van het eerste lid kunnen de met toezicht belaste ambtenaren gegevens uitwisselen met de buitenlandse instanties.
Artikel II
Indien de Wet ter Bescherming Koopvaardij in werking treedt, treedt deze wet op hetzelfde tijdstip in werking.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie en Veiligheid,
