EERSTE OPENBAAR VERSLAG EX ART. EX ART. 73 a FAILLISSEMENTSWET
In het faillissement van de besloten vennootschap Smit Beheer B.V., tevens handelend onder de namen Sunny Garden, Sunny-Garden.nl en Kinderopvang Sunny Garden, gevestigd te (1328 MK) Almere, aan de Edvard Munchweg 115, ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 50402552, hierna verder te noemen: “Smit Beheer” en/of “de Vennootschap”.
Surseancenummer : C/16/14/67 S Faillissementsnummer : C/16/14/976 F Surseancedatum : 10 september 2014 Faillissementsdatum : 5 november 2014
Verslagnummer : 01
Datum : 1 december 2014
Rechter-commissaris : mr. C.J. Hofman
Curator : mr. S.D.W. Gratama
: Certa Legal Advocaten, Busplein 36-38, 1315 KV Almere, (tel.: 036 – 53 89 106, fax: 036 – 538 91 11)
Postadres: Keizersgracht 620, 1017 ER Amsterdam Activiteiten onderneming : SBI-code: 88911-Kinderopvang
Omzetgegevens : 2011: € 32.680 2012: € 283.663 2013: € 410.154
Personeel per surseancedatum : 9 werknemers, 6 oproepkrachten en 3 stagiaires Verslagperiode : 5 november t/m 1 december 2014
Uren verslagperiode t/m 1
december 2014 : 54,9 uur (bijlage 1) Saldo faillissementsrekening : € 37.583,21 (bijlage 2)
Aan dit verslag kunnen geen rechten worden ontleend. Dit verslag is mede gebaseerd op gevoerde gesprekken met directie, crediteuren en overige belanghebbenden.
1. INVENTARISATIE
Bij beschikking van de rechtbank Midden-Nederland, locatie Lelystad, van 10 september 2014 is de voorlopige surseance van betaling van Smit Beheer B.V.
uitgesproken. Aangezien gedurende deze surseance van betaling is gebleken dat de Vennootschap onvoldoende aan haar lopende betalingsverplichtingen kon voldoen en er ook overigens onvoldoende uitzicht bestond om de crediteuren op langere termijn te
2 van 9
kunnen voldoen, is de surseance van betaling op 5 november 2014 op gemeenschappelijk verzoek van de bewindvoerder en de bestuurder van de Vennootschap door de rechtbank omgezet in een faillissement, waarbij de bewindvoerder in de surseance van betaling tevens is benoemd tot curator in het faillissement.
1.1. Directie en organisatie:
Zoals reeds is vermeld in het eerste verslag in de surseance van betaling is bestuurder en enig aandeelhouder van de Vennootschap de heer Raymond Franklin Smit. De vennootschap heeft twee kinderopvanglocaties in Almere en op diezelfde locaties is er ook ruimte voor buitenschoolse opvang. In totaal had de Vennootschap per
faillissementsdatum 64 kinderen in de opvang.
1.2. Winst en verlies:
Zoals reeds is vermeld in het eerste verslag van de surseance van betaling heeft de Vennootschap de afgelopen jaren de volgende verliezen geleden:
2011: -/- € 3.287 2102: -/- € 105.223 2013: -/- € 30.415
1.3. Balanstotalen:
Zoals reeds is vermeld in het eerste verslag van de surseance van betaling bedroegen de balanstotalen van Vennootschap de afgelopen jaren de volgende bedragen:
2011: € 68.609 2012: € 85.439 2013: € 150.785
1.4. Lopende procedures: geen.
1.5. Verzekeringen:
De Vennootschap heeft diverse verzekeringen afgesloten, te weten een inventaris/
goederenverzekering, een bedrijfsschadeverzekering en een
bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering bij nationale Nederlanden en een
autoverzekering bij Aegon. De verzekeringen zijn (voorlopig) voortgezet en zijn vanaf de datum dat er een doorstart is gerealiseerd, te weten 21 november 2014, beëindigd, waarbij de doorstartende partij in de gelegenheid is gesteld om de verzekeringen over te nemen en voort te zetten dan wel nieuwe verzekeringsovereenkomsten te sluiten.
3 van 9
1.6. Huur:
Zoals vermeld in het eerste verslag van de surseance van betaling, huurde de
Vennootschap een tweetal panden te Almere, te weten aan de Edvard Munchweg 115 en aan de Holbeinstraat 171. Deze huurovereenkomsten zijn gedurende de
surseanceperiode voortgezet, maar na faillissementsdatum door de curator met toestemming van de rechter-commissaris opgezegd. De doorstartende partij is in de gelegenheid gesteld om de huurovereenkomsten over te nemen dan wel om met de betreffende verhuurders nieuwe huurovereenkomsten te sluiten. De doorstartende partij heeft een nieuwe huurovereenkomst gesloten met de verhuurder ten aanzien van het pand aan de Edvard Munchweg 115. De huurovereenkomst met betrekking tot de Holbeinstraat zal echter niet worden voortgezet. Deze locatie is inmiddels ontruimd en de huurovereenkomst is met wederzijds goedkeuren per 1 december 2014 beëindigd.
1.7. Oorzaken van het faillissement:
Zoals vermeld in het eerste verslag, is de Vennootschap op 18 juni 2010 opgericht. De Vennootschap is haar werkzaamheden gaan uitvoeren, na een doorstart vanuit de besloten vennootschap Villa4Kidz B.V. Deze doorstart heeft plaatsgevonden in december 2011. De curator van Villa4kidz B.V. had als voorwaarde gesteld dat Smit Beheer als doorstartende partij een aantal lopende arbeidscontractencontracten zou overnemen. Dat was in eerste instantie, volgens opgave van de bestuurder, geen probleem. In 2012 en 2013 is het aantal kinderen in de opvang fors teruglopen, waardoor er, mede door de hoge loonkosten, onvoldoende omzet gegenereerd kon worden om de exploitatie rendabel te maken. Als gevolg daarvan heeft Smit Beheer een totale schuldenlast opgebouwd die momenteel € 271.910,13,= bedraagt en waarvan PGGM en de fiscus de grootste schuldeisers zijn.
Werkzaamheden:
Diverse besprekingen en correspondentie met de bestuurder van de vennootschap, diens partner en financieel adviseur, bestudering van administratie en stukken.
2. PERSONEEL
2.1. Aantal ten tijde van faillissement: : 9 werknemers, 6 oproepkrachten en 3 stagiaires.
2.2. Aantal in jaar van faillissement: : 9 werknemers, 6 oproepkrachten en 3 stagiaires.
2.3. Datum ontslagaanzegging: 6 november 2014.
4 van 9
Werkzaamheden: besprekingen en correspondentie met bestuurder, personeel, UWV en rechter commissaris over opzegging van arbeidsovereenkomsten.
3. ACTIVA
Onroerende zaken: geen Bedrijfsmiddelen:
3.1. Beschrijving:
Op de beide huurlocaties is een bescheiden inventaris aangetroffen, bestaande uit kinderspeelgoed, tafels, stoelen, bedden, kasten, een tweetal keukens alsmede ander meubilair en benodigdheden als gebruikelijk voor de kinderopvang. Met toestemming van de rechter-commissaris is deze inventaris verkocht en overgedragen aan de doorstartende partij.
3.2. Verkoopopbrengst: € 3.000,=.
3.3. Boedelbijdrage: niet van toepassing.
3.4. Bodemvoorrecht fiscus: de belastingdienst heeft bodembeslag gelegd op de inventaris.
Voorraden/onderhanden werk: niet van toepassing.
Andere Activa:
3.5. Beschrijving:
Te denken valt aan goodwill, klantenbestand, contracten, de handelsnaam “Sunny Garden”, de website, domeinnaam, telefoonaansluitingen etc. Deze activa zijn eveneens overgedragen aan de doorstartende partij.
3.6. Verkoopopbrengst:
Voor de goodwill is inmiddels een bedrag van € 17.500,= overgemaakt op de faillissementsrekening. Met de doorstartende partij is overeengekomen dat een aanvullend bedrag van € 5.000,=, op 1 mei 2015 zal worden voldaan mits het kindaantal op dat moment 64 bedraagt.
De totale opbrengst van de verkoop van de activa bedraagt derhalve € 25.500,=.
5 van 9
Werkzaamheden: zie ook hierna in alinea 6: opstellen informatiememorandum, geheimhoudingsovereenkomst, biedingsbrief, overeenkomst tot verkoop en overdracht activa, correspondentie en(telefonisch) overleg met diverse partijen, overleg en correspondentie met de rechtercommissaris.
4. DEBITEUREN
4.1 Omvang debiteuren:
Zoals vermeld in het eerste verslag van de surseance van betaling, is uit de gegevens bij de surseanceaanvraag gebleken dat de vennootschap op dat moment van de aanvraag
€ 31.490,94 te vorderen had van haar debiteuren, voornamelijk bestaande uit de ouders van de kinderen in de opvang. Dit bedrag komt ongeveer overeen met de inkomsten van de vennootschap over een maand. Een deel van deze bedragen zijn tijdens de
surseanceperiode geïncasseerd en uitgegeven aan lopende verplichtingen. Daarnaast heeft de vennootschap een lijst overgelegd van oudere debiteuren ter hoogte van een totaalbedrag van € 50.803,37. Voor zover deze vorderingen op debiteuren nog
openstaan, zal de curator trachten deze te incasseren.
4.2 Opbrengst:
Zoals vermeld in het eerste verslag van de surseance van betaling is in de periode van de surseance een bedrag van ongeveer € 27.000,= op de bankrekening van de
vennootschap binnengekomen. Hiermee konden de lopende verplichtingen (deels) worden voldaan. Na faillissementsdatum is het saldo op dat moment op de bankrekening van de Vennootschap bij de ING Bank ter hoogte van
€ 17.075,74 op de faillissementsrekening gestort.
4.3 Boedelbijdrage: niet van toepassing.
Werkzaamheden: correspondentie met bestuurder en ING Bank.
5. BANK /ZEKERHEDEN
5.1 Vordering van bank(en):
Zoals vermeld in het eerste verslag van de surseance van betaling, heeft de
Vennootschap een kredietovereenkomst met de ABN AMRO Bank afgesloten ter hoogte van € 15.000,=. Op de crediteurenlijst bij de aanvraag tot het verlenen van de
surseance van betaling staat de vordering van de ABN AMRO BANK becijferd op
6 van 9
€ 24.450,26. De vordering van de bank zal nog nader worden onderzocht. Bij de ING Bank werd een lopende rekening aangehouden, waarvan het positieve saldo, zoals hiervoor is aangegeven, inmiddels op de faillissementsrekening is gestort.
5.2 Leasecontracten:
De vennootschap heeft een tweetal leasecontracten afgesloten, te weten een contract met betrekking tot de operationele lease van een Volkswagen Touran bij Van Mossel Leasing en een ander contract met betrekking tot de operationele lease van een Mercedes-Benz Vito bij Daimler Leasing. Deze auto’s waren benodigd om de kinderen in de opvang op te halen van school e.d. Deze leasecontracten zijn tijdens de surseance voorlopig voortgezet. Inmiddels zijn de leasecontracten beëindigd en is het aan de doorstartende partij overgelaten om met de leasemaatschappijen nieuwe afspraken te maken omtrent het gebruik van de auto’s.
5.3 Beschrijving zekerheden:
De ABN AMRO Bank heeft in de kredietovereenkomst een pandrecht op de voorraad, inventaris en vorderingen bedongen. Inmiddels is echter gebleken en door de bank erkend dat het pandrecht niet is geregistreerd en derhalve niet geldig is.
5.4 Separatistenpositie:
Aangezien het pandrecht niet geldig is, heeft de bank ook geen positie als separatist.
5.5 Boedelbijdragen: niet van toepassing.
5.6 Eigendomsvoorbehoud: voor zover bekend niet aan de orde.
5.7 Reclamerechten: voor zover bekend niet aan de orde.
5.8 Retentierechten: voor zover bekend niet aan de orde.
Werkzaamheden: correspondentie met banken en bestudering van stukken.
6. DOORSTART /VOORTZETTEN
Voortzetten: In de surseanceperiode en na de faillissementsdatum zijn de activiteiten met toestemming van de rechter commissaris voortgezet.
6.1 Exploitatie/zekerheden:
De lopende kosten zijn zoveel mogelijk voldaan uit de verkregen inkomsten (de betalingen van de ouders van de facturen voor de opvang van hun kinderen in het kinderdagverblijf en naschoolse opvang).
7 van 9
6.2 Financiële verslaglegging:
6.3 In de surseanceperiode heeft de bestuurder een liquiditeitsbegroting aan de bewindvoerder overhandigt. Met toestemming van de rechtercommissaris zijn de activiteiten vervolgens voortgezet. Na faillissementsdatum zijn de activiteiten tot en met 21 november 2014 eveneens met toestemming van de rechter commissaris
voortgezet, waarbij de lopende kosten zoveel mogelijk zijn beperkt en uit de inkomsten zijn voldaan.
Doorstart:
6.4 Beschrijving:
6.5 Inmiddels is met toestemming van de rechter commissaris een doorstart gerealiseerd, waarbij de activiteiten van de Vennootschap door de bestuurder zijn overgenomen.
6.6 Verantwoording:
De bestuurder heeft de activa voor de in alinea 3 genoemde prijzen (het totaalbedrag van € 25.500,=) overgenomen.
6.7 Boedelbijdragen:
Aangezien de bank geen geldig pandrecht heeft, is er geen sprake van een boedelbijdrage en komt de gehele opbrengst aan de boedel toe.
Werkzaamheden:
zie ook hiervoor bij alinea 6: opstellen informatiememorandum,
geheimhoudingsovereenkomst, biedingsbrief, overeenkomst tot verkoop en overdracht activa, correspondentie en(telefonisch) overleg met diverse partijen, overleg en correspondentie met de rechtercommissaris.
7. RECHTMATIGHEID
Het rechtmatigheidsonderzoek dient nog te worden uitgevoerd. Daartoe is het onderzoeksbureau Nederpel De Block benaderd.
7.1 Boekhoudplicht: p.m.
7.2 Depot jaarrekeningen: p.m.
7.3 Goedkeurende Verklaring Accountant: p.m.
7.4 Stortingsverplichting aandelen: p.m.
7.5 Onbehoorlijk bestuur: p.m.
8 van 9
7.6 Paulianeus handelen: p.m.
Werkzaamheden: correspondentie met Nederpel De Block en rechter-commissaris.
8. CREDITEUREN
8.1 Boedelvorderingen: naar verwachting gaat het hierbij om het salaris van de curator, de huur over de opzeggingstermijn en de door het UWV overgenomen
loonverplichtingen over de periode na faillissementsdatum.
8.2 Preferente vorderingen van de fiscus: voor zover thans bekend circa € 50.000,=.
8.3 Preferente vordering(en) van het UWV: nog niet bekend.
8.4 Andere preferente crediteuren: PGGM heeft een vordering van € 76.229,36.
8.5 Aantal concurrente crediteuren: circa 25. Alle bekende crediteuren zijn inmiddels aangeschreven. Bij het volgende verslag zal een crediteurenlijst worden bijgevoegd.
8.6 Bedrag concurrente crediteuren: circa € 150.000
De totale schuldenlast bedraagt volgens de bestuurder € 271.910,13,=.
8.7 Verwachte wijze van afwikkeling: nog onbekend.
Werkzaamheden: correspondentie met crediteuren.
9. PROCEDURES : voor zover bekend lopen er geen procedures.
10. OVERIG
10.1 Termijn afwikkeling: nog niet bekend.
10.2 Plan van aanpak:
- Inning debiteuren (alinea 4)
- Verdere afwikkeling doorstart en incasseren nabetaling (alinea’s 3 en 6) - Rechtmatigheidsonderzoek (alinea 7)
- Nadere inventarisering crediteuren (alinea 8)
9 van 9
10.3 Indiening volgend verslag: uiterlijk over drie maanden, derhalve op 1 maart 2015.
Werkzaamheden: verslaglegging.
Almere, 2 december 2014
S.D.W. Gratama Curator
