• No results found

TOELICHTINGNOTA DOSSIER

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "TOELICHTINGNOTA DOSSIER"

Copied!
17
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

OPENBARE VASTGOEDMAATSCHAPPIJ

SINT-LAMBERTUSBERG 2 - 1200 Sint-Lambrechts-Woluwe

DEFINITIEF ONTWERP MIDDELS OPEN AANBESTEDING

T OELICHTINGNOTA D OSSIER

BETREFFENDE DE HERINRICHTING VAN EEN RUIMTE DIE EEN KEUKEN, EEN BADKAMER EN EEN WC BEVAT VAN DE APPARTEMENTEN, ALSOOK DE RENOVATIE VAN DE GEVEL VAN EEN

GEHEEL VAN 58 SOCIALE WONINGEN.

GELEGEN AAN DE PLEJADENLAAN 52 TOT 60 TE 1200WOLUWE

Atelier Antex Ruststraat 1180 Brussel

Tel: 02/375.03.37 fax: 02/375.06.28

atelier.antex@skynet.be

(2)

1 DIT ONTWERP BETREFT:

· Een renovatie van de gordijngevels

· Een herinrichting van de keukens en van de badkamers

· De schilder- en vloerbedekkingswerken van de appartementen

· Opfrissing en verbetering van de veiligheid van de trappenhuizen

van een geheel van 58 sociale woningen verdeeld over 2 gebouwen gelegen aan de Plejadenlaan 52 tot 60 in Sint-Lambrechts-Woluwe.

Deze woningen zijn verdeeld over 5 blokken van 10 tot 14 eenheden rond een trappenhuis.

Deze blokken zijn gegroepeerd per 2 voor het eerste gebouw dat enkel de appartementen met 3 slaapkamers bevat, op 7 verdiepingen (nrs. 52-54) en per 3 voor het tweede, dat de appartementen bevat met 2 slaapkamers op 5 verdiepingen (nrs. 56-58-60).

2 PROGRAMMERING VAN DE WERKEN

2.1 INRICHTING VAN DE APPARTEMENTEN

Opmerking vooraf:

De twee gebouwen hebben een verschillende structuur en configuratie wat de balkons en de keukens betreft. De structurele en technische voorwaarden zijn dan ook verschillend in de appartementen met 2 en met 3 slaapkamers.

Het grootste probleem van de bestaande configuratie was het plaatsgebrek voor het voorzien van alle functies die tegenwoordig vereist zijn in een kwaliteitsvolle woning:

keuken, aparte WC, berging en badkamer.

Een oppervlakte van nauwelijks 10 m² voor het sanitair, de keuken en een deel van de inkom, leek ons immers zeer klein.

Daarom werden de plannen van de appartementen gewijzigd, om de ruimte van de balkons/loggia's te recupereren en zo de keuken volledig te herschikken door in de doorgang wandkastruimtes te creëren en door een nieuwe gevel te bouwen die de vloerplaten, balkons en uitbouw van de trappenhuizen bevat.

Bovendien laat de omkering van de WC toe de grootte van de keuken te optimaliseren en de ontbrekende berging te voorzien.

Deze nieuwe binnenindeling heeft geen invloed op de slaapkamers en de woonkamer, met uitzondering van de vervanging van de vloerbekledingen en het schilderwerk van de muren en plafonds.

Inventaris van de interventies:

· De afbraak en de afvoer van de binnenwanden tussen de keuken, de WC en de badkamer.

· De afschaffing van de vuilniskokers en het weghalen van de buitenwand tussen de loggia en de keuken.

· Het verwijderen van de claustra's en de borstweringen van het balkon.

· Idem voor de gordijnmuur vóór de trappen (zie lager: de gevels)

(3)

· De bouw van de nieuwe wanden in gipsblokken of in cellenblokken (lichter om problemen van draagvermogen het hoofd te bieden).

· Versteviging van de vloerplaat van het balkon met een stalen balk.

· Voor de appartementen met 3 slaapkamers gaat deze operatie gepaard met een grotere structurele interventie (fundering en een zuil op de hoek van de uitbouw)

· Het plafond van de keuken en van de WC zal lichtjes verlaagd worden voor het aanbrengen van de ventilatieleidingen van het type "gecentraliseerde dubbele stroom".

· Idem in de halls en de doorgang.

· Plaatsing van een nieuwe koker op de plaats van de vuilniskokers tussen de keuken en de badkamer.

·

De sanitaire toestellen worden volledig vernieuwd.

·

Het programma van de renovatiewerken heeft geen betrekking op de woonkamer en de slaapkamers en evenmin op de bestaande balkons en de ramen in de zuidelijke gevel (behalve de vervanging van de vloerbekleding:

zie ook het artikel "asbestverwijdering").

2.2 UITSTEKENDE GEVELS / GORDIJNMUUR

Een nieuwe uitstekende gevel bedekt de nieuwe keukens en de trappenhuizen.

Deze bestaat uit tegels in natuurlijk keramiek, van tegel tot tegel vastgemaakt op een onzichtbaar draagskelet en met de rug bevestigd op een metselwerk in cellenblokken. En uit een geheel van ramen die een gordijnmuur vormen.

Het gekozen constructieprincipe mocht geen zware elementen bevatten om stabiliteitsredenen (berekeningen uitgevoerd door onze ingenieur).

Constructieprincipe van de uitstekende uitbouwen

- De draagprofielen moeten tussen de verdiepingen vastgezet worden met behulp van chemische ankers en consoles in verzinkt staal op "L"-profielen die op de rand geplaatst worden.

- De tussenliggende profielen vormen een dragende kader voor de buitenbekleding in tegels in terracotta die bevestigd worden op een secundair skelet in aluminium.

-

De thermische isolatie, die een U verzekert van de orde van 0,3 W/m²K, moet verzekerd worden met stijve rotswol van ten minste 15 cm dik, voorzien van een regenscherm.

- De steunmuren tussen de vensters en de laterale opstanden langs de binnenzijde, moeten gemaakt worden van bepleisterde cellenbetonblokken.

De vensterramen:

Het ontwerp omvat de plaatsing van vensterramen in de nieuwe "gordijnmuren" in de

keukens en in de trappenhuizen. Ze moeten van gelakt aluminium zijn. Ze moeten

voorzien worden van performant glas met een U van 1.1 W/.m²K.

(4)

2.3 ANDERE INTERVENTIES OP DE GEVELS LANGS DE NOORD-ZIJDE

De bestaande gevel bestaat uit bekledingsplaten in mineraalvezel die een isolatie in stro beschermen, vastgezet op de wanden van lichtbeton (type "argex" of gelijkaardig).

Deze elementen worden geplaatst tussen de betonnen balken en zuilen die de structuur van het gebouw vormen.

Vóór iedere interventie moet de staat van het te behandelen beton onderzocht worden. Langs de noordelijke gevels hebben bepaalde bestaande balken en zuilen immers te lijden gehad onder carbonatatie van de bewapeningen en vertonen ze betonschade.

Dit is in het bijzonder het geval in het centrale gedeelte van het gebouw op de nrs. 54 tot 60.

Deze structuur zou dus behandeld moeten worden in het kader van dit ontwerp, vóór het aanbrengen van de nieuwe bekledingen.

Vervolgens moet deze gevel bekleed worden met platen van vezelcement die vastgezet worden door de van niveau tot niveau dragende aluminium skeletten . Isolatieplaten van stijf schuim moeten mechanisch vastgezet worden op de bestaande gevel (zonder de demontage van de platen).

Deze hele interventie moet beantwoorden aan de classificatie van de vuurbestendigheid van categorie B S1 d2. Dit zal verkregen worden ofwel door de certificatie van het volledige complex, hetzij door de eigen aard van elke component waaruit de nieuwe gevel bestaat.

Het complex van de geïsoleerde bestaande muren moet een U-coëfficiënt hebben van 0,30 W/m²K.

De bestaande houten ramen met dubbele beglazing worden niet vervangen, maar voorzien van nieuwe dorpels in aluminium.

2.4 INTERVENTIES OP DE GEVELSPITSEN

Wij hebben vastgesteld dat er problemen zijn met de bekledingen in gewassen silexbeton, waarmee de gevelspitsen en de onderbouw van 2 gebouwen bedekt zijn.

Deze platen hebben immers op meerdere plaatsen bewegingen en verplaatsingen ondergaan.

Dit lijkt te wijten aan de zwakheid van de ijzeren bevestigingselementen die gecorrodeerd blijken te zijn.

Het ontwerp voorziet aan de basis een demontage van platen en de plaatsing van een isolatie in stijf schuim, geplaatst op de achterwand en van de afwerking met minerale vezel- en cementplaten geplaatst op een lichte aluminiumstructuur van dezelfde aard en met hetzelfde uitzicht als de noordelijke gevels (buiten keukens en trappenhuizen).

De bestaande houten ramen op de gevelspitsen worden behouden om economische redenen (de nieuwe dorpels in aluminium voorzien).

De zuidelijke gevels en de bestaande terrassen maken niet het voorwerp uit van werken en worden als dusdanig behouden.

2.5 BEVEILIGING TEGEN BRAND VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE DELEN

(5)

Op dit ogenblik beantwoorden de gemeenschappelijke delen van de gebouwen niet aan de huidige normen op het vlak van preventie en bestrijding van brand. Er wordt een reeks maatregelen voorgesteld om de situatie te verbeteren en bevredigende antwoorden te bieden om met name te beantwoorden aan meerdere richtlijnen van de norm NBN S 21-201-2-3 en het KB van 4 april 2003, alsook dat van 12 juli 2012:

·

Vervanging van alle inkomdeuren van de appartementen door deuren die beantwoorden aan de wetgeving. Volgens de NBN wordt elk appartement beschouwd als een RF-compartiment en moet de ontruimingsweg beschouwd worden als een afzonderlijk compartiment. Daarom moeten alle deuren van de appartementen van het type RF 1/2 u. zijn.

· In de gemeenschappelijke ruimtes moeten autonome noodblokken geïnstalleerd worden om permanent een niveau van 1 reglementaire lux te waarborgen in de doorgangen en 5 lux op de eerste interventieplaatsen.

· Bovenaan elk trappenhuis alsook op het plafond van elke liftkoker, moet een rookdetector geïnstalleerd worden.

· Op elke overloop moet een kastje met noodknop achter glas, met sirene geïnstalleerd worden.

· Bovenaan elk trappenhuis moet een ventilatie geplaatst worden van één m², die manueel aangeschakeld wordt en die bediend wordt van op de gelijkvloerse verdieping zodat deze, in het geval van brand, geopend kan worden voor het verwijderen van de rook uit het trappenhuis.

2.6 ASBESTBEHANDELING

Het rapport in het bezit van de Bouwheer bepaalt dat er asbest (chrysotiel) aanwezig is, gebonden aan de lijm die gebruikt werd voor de bestaande vloerbekleding van PVC.

Gelet op de klassering van het asbest in categorie 2 en om het risico te vermijden dat de ondervloeren verwijderd moeten worden (wat nadelig zou zijn voor de leidingen van de verwarming en van de elektriciteit, enz. en wat een aanzienlijke meerkost met zich mee zou brengen), is in het ontwerp voorzien om dit product te neutraliseren door het aanbrengen van een laag egaline en de plaatsing van linoleum (= inkapseling) na de verwijdering van de vloerplaten. Er werd contact opgenomen met het BIM, dat deze oplossing goedgekeurd heeft, zonder bijkomende manipulatie van dit product.

Let op, de opdrachtnemer is altijd verplicht om een specifieke vergunning aan te vragen.

2.7 RESPECT VOOR HET LEEFMILIEU 2.7.1 NETHEID VAN DE BOUWPLAATSEN

De aannemer moet toezien op:

· de netheid van de bouwplaatsinstallaties: hekken, overdekkingen, ...

· het afschrapen van het vuil van de wielen van de voertuigen en machines voor ze het terrein verlaten;

· het verwijderen van alle vuil dat door de activiteit op de bouwplaats terechtkomt op het wegdek en de trottoirs.

(6)

Spatten op personen, gevels en voorgevels moeten vermeden worden.

Men moet bij voorkeur materialen en verf gebruiken die geen wildplakken of graffiti toelaten.

De aannemer moet tot slot in het bijzonder op toezien dat de bevoorradingszones van de bouwplaatsen, de opslagplaatsen, de stortplaatsen, enz. in goede staat en schoon worden gehouden.

In het bijzonder moet al het bouw- of afbraakafval afgevoerd worden naarmate het geproduceerd wordt, naar recyclagecentra met het oog op het hergebruik ervan of, in laatste instantie, met het oog op de eliminatie ervan.

Organisatie en maatregelen tegen de hinder

Het is belangrijk te onderstrepen dat de delen waar de werken rechtstreeks betrekking op hebben, zich tegenover de ingang van de halls en van de trappenhuizen van het gebouw bevinden.

De aannemers mogen dus de voetgangerstoegangen van de zuidelijke gevels niet gebruiken en de toegang tot de bouwplaats enkel voorzien langs de noordelijke zijde.

Bovendien zou men enkel de interventiezone kunnen afbakenen door modulaire en wegneembare steigers die tegenwoordig vaak gebruikt worden.

Via de geïntegreerde goederenliften in de externe structuren, zullen de bouwplaatsen eveneens bevoorraad worden met materialen (die nooit langs de toegangszijde van de bewoners mogen komen) en het afval moet rechtstreeks door waterdichte kokers naar containers gevoerd worden die onderaan de gebouwen geplaatst worden.

Deze zones worden bovendien afgedekt met zeilen om de verspreiding van stof tegen te gaan.

De opslag- en bevoorradingszones moeten ook verdeeld worden over twee locaties, respectievelijk voor elk van de gebouwen. Er wordt aan de aannemers ook opgelegd om geen luidruchtig werk uit te voeren buiten de zogenaamd "normale" werkuren (vóór 7 uur en na 18 uur, in het weekend, enz.)

Al deze maatregelen zullen het mogelijk maken om de hinder en de storingen volledig te isoleren en om zeker ieder risico op ongevallen voor de bewoners waar de werken geen betrekking op hebben, te vermijden.

Het mobiliteitsplan

Het is van het allergrootste belang dat de verkeersstroom die veroorzaakt wordt door de bouwwerken, goed beheerd wordt. In dit geval zal de gekozen aannemer belast zijn met het opstellen van een mobiliteitsplan voor de toegang tot en de bevoorrading van de bouwplaats. Het is belangrijk te onderstrepen dat deze taak in grote mate vergemakkelijkt zal worden door de nabijheid van de ring en de gemakkelijke bereikbaarheid van de nabijgelegen autosnelweg.

2.7.2 BESCHERMING VAN DE BOMEN

Op het terrein van de bouwplaats moet bijzondere zorg worden besteed aan de bescherming van de integriteit van de bomen, bij de manoeuvres van de werfmachines en -voertuigen.

Om het leefmilieu te beschermen tijdens de uitvoering van de bouwwerken, moet de Aannemer de stammen op het terrein van de bouwplaats of in de onmiddellijke nabijheid

(7)

vooraf en volledig beschermen, tot op de vereiste hoogte. De Aannemer is in ieder geval verantwoordelijk voor de schade en de schadelijke gevolgen die het gebrek aan voorzorgen tijdens de uitvoering van zijn werken, zou kunnen veroorzaken.

De beschermmiddelen van de bomen moeten perfect beantwoorden aan de voorschriften op het vlak van esthetiek en netheid. Ze moeten met name geschilderd zijn in de kleuren geel en blauw, in harmonie met de afsluiting van de bouwplaats. Ze moeten de stammen over een toereikende hoogte en de wortels over een oppervlakte die bepaald wordt aan de hand van de aard van de bomen, beschermen tegen letsels, afzetting van materialen of lozing van giftige producten.

De beschermmiddelen van de bomen moeten het voorwerp uitmaken van een goedkeuringsprocedure bij de Directie Wegen van de AED.

De wortels met een diameter van minder dan vijf centimeter mogen ofwel zorgvuldig afgesneden of afgezaagd worden, maar mogen in geen geval afgetrokken of afgescheurd worden. Het wegsnijden van wortels met een diameter van meer dan vijf centimeter, is verboden.

De beschermperimeter van de bomen wordt bepaald door de projectie van de kroon, vermeerderd met twee meter rond de volledige omtrek.

Binnen deze perimeter worden beschermmaatregelen genomen tegen verzakking volgens onderstaande principes:

- Geen enkele werfinstallatie of opslag van materiaal is toegelaten.

- Geen enkel verkeer is toegelaten, behalve als vooraf beschermingen werden geplaatst voor het verdelen van de belasting.

- Ophogingswerken worden ofwel uitgevoerd met de hand, ofwel met machines die niet over de wortels rijden. In geen geval zijn ophogingen van meer dan 10 cm toegelaten zonder overleg met de Administratie. Uitgraafwerken in de perimeter zijn niet toegelaten zonder het akkoord van Leidinggevende Ambtenaar.

- In de perimeter van de kroon zijn greppels verboden en worden de kabels geplaatst, ofwel in technische goten, ofwel door gestuurde boring.

- In het geval van funderingsgraafwerken die leiden tot een verlaging van het grondwaterpeil, worden de taluds beschermd tegen een te snelle uitdroging, door het aanbrengen van een ondoorlaatbare bescherming, die boven- en onderaan de taluds wordt vastgezet.

- Het opslaan van bouwmaterialen, zand, aarde is niet toegelaten binnenin de projectie van de kroon.

- Het opslaan van olie, brandstof, chemische producten moet beantwoorden aan de wettelijke criteria en deze producten mogen zich in geen geval binnen de projectie van de kroon bevinden.

- Diverse afvalproducten, cementmelk, schoonmaakwater, ... moeten zorgvuldig afgevoerd worden om infiltratie in de bodem en lozing in het oppervlaktewater te vermijden.

- Het verkeer van werfmachines is verboden binnen de beschermperimeter. De machines voor het aanstampen van de bodem zijn niet toegelaten voor de afwerking van de bekleding binnen deze perimeter. Het stationeren van voertuigen is er eveneens verboden.

(8)

2.7.3 BESTRIJDING VAN DE HINDER

2.7.3.1 LAWAAI EN TRILLINGEN

Bestrijding van het lawaai

De Aannemer moet ervoor zorgen dat zijn werfmachines en -voertuigen gehomologeerd zijn wat het geluid betreft, rekening houdend met de bestemming en de activiteiten in de buurt.

Hij moet zich er ook van verzekeren dat ze behoorlijk onderhouden werden om te blijven beantwoorden aan deze homologatie.

De Aannemer moet instructies geven om de machines die tijdelijk niet gebruikt worden, stil te leggen en hij moet erop toezien dat de van kracht zijnde reglementering nageleefd wordt.

Geluiddemping van de compressors en van de pneumatische hamers

De compressors en de pneumatische hamers die desgevallend gebruikt worden, moeten stil zijn.

Het geluidsniveau van de gebruikte compressor wordt gemeten met behulp van een sonometer die op 1,2 m van de vloer en op 7 m van de grootste oppervlakte van de compressor wordt geplaatst, in de richting van het effectieve maximale geluidsniveau.

De test wordt uigevoerd in vrij veld, boven een hard en weerkaatsend vlak (beton of asfalt);

de gekozen plaats moet vooraf goedgekeurd zijn door de Leidinggevende Ambtenaar.

Het geluidsniveau van de gebruikte compressor mag niet hoger zijn dan 75 dBA (70 dBA voor nachtwerk).

Het geluidsniveau van de pneumatische hamer in werking mag niet hoger zijn dan 90 dBA (80 dBA voor nachtwerk).

Iedere compressor die in werking is met zijn toegangspanelen geopend, kan het voorwerp uitmaken van een boete van 1.000 F, af te houden van de volgende vorderingsstaat en na eenvoudige vaststelling in het Logboek van de Werken.

Uurregeling van de werken

De Aannemer moet, in de mate van het mogelijke, zijn activiteiten uitvoeren tijdens de normale werkuren.

De Aannemer mag voorstellen om 's nachts te werken in het kader van de gebruikelijke wettelijke en reglementaire bepalingen, door bepaalde trajecten te schrappen of om te leiden, op basis van de vooraf goedgekeurde circulatieplannen. Er mag echter geen prijsverhoging voor nachtwerk, weekendwerk of werk op feestdagen toegepast worden wanneer het een vraag van de Aannemer betreft.

2.7.3.2 LUCHTVERONTREINIGING

De Aannemer moet alle nodige voorzorgen nemen om de productie van stof afkomstig van de uitvoering van de werken, te beperken.

Als het weer droog is, moet hij er in het bijzonder op toezien dat de toegangswegen, pistes, enz. die gebruikt worden door de voertuigen, regelmatig besproeid worden, om de productie van stof bij het voorbijrijden van de werfmachines, tegen te gaan.

Hij moet er ook op toezien dat de explosiemotoren stilgelegd worden zodra ze niet meer nodig zijn voor de uitvoering van de werken.

(9)

2.7.3.3 WATERVERONTREINIGING

Het is formeel verboden afvalwater, vuil water of afval van welke aard ook, afkomstig van de werken, te lozen in het rioleringsnet.

De Aannemer moet erop toezien dat het afvloeiingswater dat op natuurlijke wijze terechtkomt in het rioleringsnet, niet vervuild wordt door elementen die afkomstig zijn van de bouwplaats, want dan moet hij dit water buiten de bouwplaats afvoeren of in een reservoir opslaan, zodat het kan bezinken. Het water afkomstig van het wassen van de wegen en dat van nature aarde bevat, moet ook opgevangen worden door de machines waarmee de schoonmaak uitgevoerd wordt.

Als er vervuild water afgevoerd moet worden door de Aannemer en hij dit in het openbaar rioleringsnet wenst te lozen, moet hij de in het water aanwezige aardemassa vooraf laten bezinken, zodat er schoon water afgevoerd wordt naar de riolering. De Aannemer legt de plannen van de bezinkingsinstallatie die hij van plan is te gebruiken, ter goedkeurig voor aan de Leidinggevende Ambtenaar.

De normale afloop van het rioleringswater moet te allen tijde worden verzekerd, ongeacht de situatie. Als de riolering dichtslibt door de uitvoering van de werking, wordt het slib verwijderd door en op kosten van de Aannemer, na vaststelling op tegenspraak door de bevoegde openbare dienst, van de omvang en van de kosten van de baggerwerken.

2.7.3.4 RECYCLAGE VAN DE MATERIALEN

Afbraakpuin

Het afval bestaat uit producten van om het even welke aard die afkomstig zijn van de bouw- of afbraakwerken en die de Aannemer van de bouwplaats moet verwijderen.

Puin wordt gedefinieerd als de steen- en zandfractie van dit afval.

Het puin dat afkomstig is van de afbraak en de bouw moet verplicht gerecycleerd worden, eventueel in een recycleerinstallatie.

Tijdens de demontage-, afbraak- of constructiewerken moet de Aannemer daartoe de verschillende types afval zo goed mogelijk scheiden en vermijden om materialen te mengen waarvan de verwerking met het oog op de recyclage onmogelijk of te duur zou worden. Als het afval niet ter plaatste gesorteerd kan worden, moet de Aannemer het afvoeren naar een sorteercentrum.

7.4.2. Gebruik van gerecycleerde materialen

De gerecycleerde materialen die bruikbaar zijn voor de werken, worden in detail vermeld in hoofdstuk C, waarbij hun toepassing beschreven wordt in de hoofdstukken die verband houden met de bouwwerken waarin ze geïntegreerd kunnen worden.

(10)

2.7.4 VERGOEDING VAN DE AANNEMINGEN

2.7.4.1 PRIJSBORDEREL

De afsluitingen, de bescherming van de bomen, de toegangsbruggen en alle middelen die verband houden met de informatie van het publiek alsook de signalisatie ten behoeve van de gebruikers, maken het voorwerp uit van specifieke posten op het prijsborderel.

ALLE LEVERINGEN OF PRESTATIES DIE VOORTVLOEIEN UIT DE VOORSCHRIFTEN DIE NIET HET VOORWERP ZOUDEN UITMAKEN VAN EEN DUIDELIJK GEDEFINIEERDE POST OP HET PRIJSBORDEREL,

WORDEN BESCHOUWD ALS EEN LAST VAN DE AANNEMING. 2.8 STABILITEIT

Zie de beschrijving in volume 2: Stabiliteit, gemaakt door het bureau - ingenieur stabiliteit PFC sprl.

2.9 TECHNISCHE INSTALLATIES

Zie de beschrijving in volume 3: speciale technieken, gemaakt door het bureau -

ingenieur speciale technieken SOLIREMY sprl.

(11)

2.10 DOCUMENTEN DIE SPECIFIEK VAN TOEPASSING ZIJN OP DE OPDRACHT.

Deel 1 bestek administratieve voorwaarden

bijlagen:

stedenbouwkundige vergunning

advies DBDMH

offerteformulier enz.

planning

Deel 2 Technisch bestek

Volume 1: Afbraak, architectuur ruwbouw, installatie van de bouwplaats, enz.

Volume 2: Stabiliteit

Volume 3: speciale technieken

aflevering 3,1: sanitair/hydro/afvoer aflevering 3,2: elektriciteit

aflevering 3,3: verwarming aflevering 3,4: ventilatie

bijlagen:

afwerkingen room by room

Deel 3 opmetingsstaten

Volume 1: Afbraak, architectuur ruwbouw, installatie van de bouwplaats, enz.

bijlagen: lijst van de deuren Volume 2: Stabiliteit

Volume 3: speciale technieken

aflevering 3,1: sanitair/hydro/afvoer aflevering 3,2: elektriciteit

aflevering 3,3: verwarming aflevering 3,4: ventilatie

Deel 4 Grafische documenten (plannen en details) Volume 1: architectuur

bijlage:

dossier bestaande plannen

Volume 2: Stabiliteit

Volume 3: speciale technieken

aflevering 3,1: sanitair/hydro/afvoer aflevering 3,2: elektriciteit

aflevering 3,3: verwarming aflevering 3,4: ventilatie

Deel 5 EPB-aflevering

Deel 6 Aflevering Coördinatie gezondheid veiligheid

(12)

A. De werken worden uitgevoerd conform de indicatie van de plannen vermeld in Deel 4 van het dossier (Architectuur, stabiliteit en speciale technieken).

B. Aanbestedingsplannen, topografische opmetingen en uitvoeringsplannen

Alle inplantingsmaten en alle opmetingsmerktekens op de plannen zijn louter indicatief; ze moeten vóór iedere installatie en/of uitvoering ter plaatse gecontroleerd worden door de opdrachtnemer.

De inschrijver wordt dan ook verondersteld het bedrag van zijn offerte bepaald te hebben aan de hand van zijn eigen vaststellingen en ramingen. Hij wordt gehouden zich vooraf en persoonlijk te informeren over de uitvoeringsvoorwaarden van de werken.

Iedere verandering van de indeling van de lokalen in de zone van de werken, die zich voordoet tussen de datum van de aanbesteding en de aanvang van de werken en die het voorwerp uitmaakt van een substantiële verandering van de werkvoorwaarden voorzien in de offerte, moet gemeld worden middels aangetekend schrijven aan de leidinggevende ambtenaar, vóór de effectieve aanvang van de werken en dit op straffe van nietigheid van iedere latere klacht.

De opdrachtnemer moet ter plaatste alle gegeven inlichtingen controleren en ze eventueel aanvullen.

Iedere grote tegenstrijdigheid met de door de Administratie geleverde plannen moet onmiddellijk aan haar gesignaleerd worden.

De aandacht van de aannemer wordt gevestigd op het feit dat het opmeten van de bestaande situatie en van de geplande situatie een last vormt van de aanneming. In het bijzonder moeten de grenzen van de uitlijning met de andere niet-bebouwde percelen het voorwerp uitmaken van een afbakening op tegenspraak met de eigenaar, in aanwezigheid van de Administratie. Deze operatie vormt een last van de aanneming.

De Administratie heeft geen geotechnische proeven uitgevoerd, zodanig dat de aannemer zijn prijzen bepaalt volgens zijn eigen vaststellingen.

Het architectuurbureau Atelier Antex, Ruststraat 13 te 1180 Brussel (Tel.:

02/375.03.37 - Fax: 02/375.06.28) werd door de Administratie belast met de opdracht van ontwerper voor de realisatie van de aanbestedingsplannen van dit dossier. De uitvoerings- en detailplannen moeten opgesteld worden door de opdrachtnemer en moeten ter goedkeuring voorgelegd worden aan de leidinggevende ambtenaar (bijgestaan door de architect).

Het referentieniveau wordt ter plaatste gegeven door de leidinggevende ambtenaar of zijn afgevaardigde.

C. Aard van de bodem - Geotechnische proef.

De Administratie heeft geen geotechnische proeven uitgevoerd, zodanig dat de aannemer zijn prijzen bepaalt volgens zijn eigen vaststellingen.

(13)

D. Het dossier van Coördinator Veiligheid & Gezondheid Ontwerp

Het dossier bestaat uit een veiligheids- en gezondheidsplan van het ontwerp; het postinterventiedossier; het coördinatiedagboek en wordt in bijlage bij dit bestek gevoegd.

OPMERKINGEN.

1. De opdrachtnemer moet alle hierboven opgesomde documenten die van toepassing zijn op deze opdracht, permanent ter beschikking houden op de bouwplaats.

2. De aanbestedingsdocumenten (plannen en geschreven documenten) vullen elkaar aan en vormen één geheel.

In het geval van tegenstrijdigheid tussen de tekeningen en/of vermeldingen op de eventuele plannen en de "Room by Room" en/of de voorschriften van dit Bijzonder Bestek, wordt overeengekomen dat het de plannen zijn, die bindend zijn.

In het geval van tegenstrijdigheid tussen de "Room by Room" en de beschrijvende opmetingsstaat en/of de samenvattende opmetingesstaat en/of de technische bepalingen, wordt overeengekomen dat de voorschriften van de "Room by Room" de overhand hebben.

Wanneer de "Room by Room" de informatie die opgenomen is in de andere documenten niet bevat, zijn het de andere documenten die prevaleren.

In het geval van tegenstrijdigheid tussen de beschrijvende opmetingsstaat en/of de samenvattende opmetingesstaat en/of de technische bepalingen, wordt overeengekomen dat het de voorschriften van de beschrijvende opmetingsstaat zijn, die gelden.

De inschrijver verbindt er zich echter toe iedere vastgestelde discrepantie onmiddellijk te melden aan de Bouwheer.

Alle documenten vullen elkaar aan en hun gevolgen zijn opgenomen in de eenheidsprijzen.

DOCUMENTEN

Vóór de uitvoering moet de aanneming de kenmerken van de materialen, alsook de gekozen afdichtingmiddelen, verplicht ter goedkeuring voorleggen. Deze worden vergezeld van bewijsnota's.

· Te verstrekken kenmerken:

· Totaalgewicht:

· hygrothermische kenmerken gewicht van de mobiele delen met hun snelheden:

· bevestigingsmiddelen en plaatsingsdetails.

· Technische goedkeuringen (ATAG, BUtgb, enz.) en attesten

2.11 LEVERING VAN UITVOERINGSMIDDELEN EN GEMEENSCHAPPELIJKE DIENSTENDOORDEALGEMENEAANNEMER

Met het oog op de naleving van de einddatum van de werken, terwijl een coherente ontwikkeling van de werken van de verschillende aannemingen verzekerd wordt, moet de algemene aannemer de uitvoeringsmiddelen en gemeenschappelijke diensten verstrekken die hierna beschreven worden.

a. Het schoonmaken van de bouwplaats

De algemene aannemer coördineert de schoonmaak van de eigenlijke bouwplaats en van de omgeving ervan, tot de voorlopige opleveringen.

(14)

Onder schoonmaak van de bouwplaats moet men het permanent onderhoud ervan verstaan, alsook de afvoer van het afval dat door de aannemers opgestapeld wordt in de daartoe voorziene bakken en/of containers.

De algemene aannemer coördineert de minstens wekelijkse schoonmaak van de volledige bouwplaats (binnen en buiten).

Behoudens andersluidende bepalingen in het bijzonder bestek, beperkt de taak van de medecontractanten zich tot het opstapelen van het puin en afval op door de algemene aannemer aangewezen plaatsen.

De uitgaven van de interventies van de algemene aannemer, d.w.z.:

Þ de lonen en sociale lasten van de arbeiders die aangesteld zijn voor de schoonmaak,

Þ de kosten voor het installeren en demonteren alsook de huur van de nodige toestellen (zoals stortgoten, storttrechters, silo's, laadbakken, dumpers, hijstoestellen, industriële stofzuigers, enz.) )

Þ de courante werkings-, onderhouds- en herstellingskosten ervan, alsook het loon van hun werknemers,

Þ de kosten van de verplaatsingen, wijzigingen en aanpassingen van de machines en de demontage en afvoer ervan,

Þ de kosten voor de uitvoering of het behoud van openingen in de bouwwerken en de latere afdichting ervan,

Þ het transport van het puin, met inbegrip van, in voorkomend geval, de facturen van de daartoe aangestelde gespecialiseerde bedrijven, de storttaksen, containers, enz.

zullen ingediend worden op de prorata-rekening.

De schoonmaak van de bouwplaats ontheft de medecontractant niet van zijn verantwoordelijkheid voor de specifieke schoonmaak van zijn aanneming, in het bijzonder de eindschoonmaak vóór de voorlopige oplevering van zijn werken.

In het geval van tekortkoming, neemt de algemene aannemer de plaats in van de aanneming die in gebreke blijft, op kosten van deze laatste, als ze gekend is, ten laste van de prorata-rekening in het andere geval.

b. De distributie van water en elektrische stroom

De aannemer treft op zijn kosten alle regelingen om de primaire installaties die vereist zijn voor de water- en elektriciteitbevoorrading van de bouwplaats tot stand te brengen en te verplaatsen, indien nodig.

Door en op kosten van de algemene aannemer worden per niveau 2 leveringspunten van water en elektriciteit voorzien.

Het beschikbare vermogen op ieder leverpunt van elektriciteit mag in geen geval door de aannemers gebruikt worden voor het testen, controleren of bevoorraden van de definitieve installaties.

Elk leveringspunt bestaat uit een kast met vierpolige schakelaar van 63 ampère 380 V + nulleider + aarding met smeltzekering van 63 ampère en aansluitklemmen.

(15)

Voor het bouwplaatsmaterieel (bijv. laspost) met een schijnbaar vermogen van meer dan 2.200 VA moet een driefasenvoeding van 380 V voorzien worden.

De distributie-installaties vanaf de leverpunten van water en stroom op elk niveau, alsook hun onderhoud, zijn ten laste van de betrokken aannemers.

Deze installaties mogen enkele gerealiseerd worden met akkoord van de algemene aannemer.

Het elektriciteitsverbruik moet betaald worden door de medecontractanten, aan de algemene aannemer, afhankelijk van de geïnstalleerde vermogens; de algemene aannemer houdt de boekhouding ervan bij.

Het water- en elektriciteitsverbruik is ten laste van de prorata-rekening.

Bovendien moet elke aannemer zorgen voor de verlichting van de lokalen waar hij werken moet uitvoeren, alsook voor de verlichting, de watertoevoer en de verwarming van zijn voorlopige installaties.

De algemene aannemer, daarentegen, neemt de ambtshalve maatregelen voor de permanente verlichting van de trappen en de normale ontruimingswegen, waarbij de installatie en het verbruik ten laste is van de prorata-rekening.

c. Hijstoestellen en toegangsmiddelen

De algemene aannemer moet op zijn kosten het volgende voorzien:

Þ de installatie en het gebruik van de ruwbouwkranen tot aan het einde van de gesloten ruwbouw.

Þ de installatie en het gebruik van een externe gesloten goederenlift op de bouwplaats, die de bevoorrading toelaat van de afwerkingsmaterialen en van de apparatuur. Ze moeten zodanig geïnstalleerd worden dat ze de afwerking van de gevels, de plaatsing van der amen, uitrustingen, afwerkingen, enz. niet hinderen.

Het gebruik van de hijstoestellen door de medecontractanten mag enkel gebeuren op basis van een programmering opgesteld door de algemene aannemer.

De medecontractant moet zelf zorgen voor de levering van de nodige bijkomende machines, de inrichting van de gewenste toegangen alsook de afsluiting ervan, voor de aanvoer van het zwaar of omvangrijk materieel als dit niet kan gebeuren door middel van de voorziene machines en/of toegangen en na akkoord van de algemene aannemer, of moet toezien op de fractionering van zijn materieel en omvangrijke materialen in minder zware of grote elementen, die ter plaatse geassembleerd worden.

Al deze maatregelen zijn exclusief ten laste van de betrokken medecontractant.

Zijn ten laste van de algemene aannemer:

Þ voor de werfkranen: de huur, het verbruik, de nodige werknemers, de

controle-, de onderhouds- en de herstellingskosten van de werfmachines die reeds in gebruik zijn voor de ruwbouw,

Þ de toegangsinstallaties tot de bouwplaats.

Zijn ten laste van de prorata-rekening,

Þ voor de goederenlift van de bouwplaats: de huur, het verbruik, de nodige werknemers, de controle-, de onderhouds- en de herstellingskosten.

(16)

De aanvoer, de montage, de demontage, de huur en de retour van de bijkomende machines buiten de machines die reeds in gebruik zijn voor de ruwbouw en die nodig zijn voor de behoeften van de bouwplaats, zijn ten laste van de aanneming die dit aanvraagt.

Het voorlopige gebruik van de definitieve liften, zonder bijzondere maatregelen, is verboden.

Voor deze machines komt het volgende dus ten laste van de prorata-rekening:

Þ de kosten voor het aanbrengen en verwijderen van de voorlopige

beschermingen van de kooien en toegangen, de eventuele werknemers, het verbruik, de kosten voor de periodieke controles, het onderhoud en de herstelling van deze definitieve hijstoestellen en hun toebehoren, alsook de tenlastenneming door de installateurs, van de garantieperiode tot de voorlopige oplevering.

De aandacht wordt in het bijzonder gevestigd op de bestaande lift P2, gelegen Koningsplein 10.

Deze lift is voorzien om behouden te worden in het gerenoveerde ontwerp. Het gebruik van deze lift voor de bouwplaats is toegelaten op voorwaarde dat bewarende maatregelen worden genomen.

De binnenzijde van de kooi alsook de toegang tot deze kooi moeten beschermd worden.

De maximaal toegelaten lasten moeten gerespecteerd worden.

(Zie bijlage 9)

Voor deze lift komt het volgende dus ten laste van de prorata-rekening:

Ø de kosten voor het aanbrengen en verwijderen van de beschermingen van de kooien en toegangen, de kosten voor de plaatsbeschrijving vóór gebruik, de eventuele werknemers, het verbruik, de kosten voor de periodieke controles, het onderhoud en de herstelling van deze lift.

d. De voorlopige afdichting van de bouwplaats

De algemene aannemer neemt op zijn kosten alle nodige en nuttige maatregelen om de dichting van het gebouw in aanbouw te verzekeren, om een snelle start toe te laten van de uitvoering van de Opdracht van de uitrusting en de afwerking, zonder het einde van de ruwbouw, van de definitieve waterdichte afsluiting en de plaatsing van de beglazing af te wachten.

Deze maatregelen omvatten, op niet-beperkende wijze, de voorlopige sluitingen van de trechters, kokers, vensters, dakramen, voorlopige afdichting, enz., alsook het onderhoud ervan.

e. De sanitaire installaties van de bouwplaats

De algemene aannemer moet op zijn kosten sanitaire installaties voorzien, met inbegrip van de toevoer- en afvoerleidingen, die nodig geacht worden voor het personeel op de bouwplaats.

De algemene aannemer moet in dezelfde geest de demontage en de afvoer van de installaties voorzien.

(17)

Het onderhoud, het verbruik, de kosten voor het ontstoppen van de verstopte leidingen en rioleringen van de sanitaire installaties van de bouwplaats en de eventuele werken die eruit voortvloeien, zijn ten laste van de prorata-rekening.

f. De niveaus en assen

De algemene aannemer plaatst, op zijn kosten en verantwoordelijkheid, voldoende uitlijnniveaus, tracés en assen in elke zone en op elke verdieping en verzekert het onderhoud ervan.

Hij is belast met de controle van de algemene en gedetailleerde tracés van de bouwwerken, met dien verstande dat de aannemers daarom niet ontheven zijn van hun verantwoordelijkheid.

Hij materialiseert met conventionele merktekens de doorgangen (uitsparingen, plaatsen in de kokers, enz.) die voorbehouden zijn voor elk vakgebied en coördineert de wachtleidingen die voorzien moeten worden in het metselwerk, de wanden, enz.

g. Sluiting van de bouwplaats

De algemene aannemer moet het onderhoud verzekeren van alle voorzieningen die geplaatst worden voor de omheining of de afsluiting van de bouwplaats.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Gebruik en beleving van natuur van niet-westerse allochtonen 3.1 Participatie in het bezoek aan het groen in en buiten de stad 3.2 Gebruik van groen in de stad 3.3 Gebruik

De effecten waarnaar wordt verwezen in dit document zullen niet worden geregistreerd onder de US Securities Act van 1933 (de “Securities Act”) of bij enige andere toezichthouder

In this case the Constitutional Court (hereafter CC) had to consider if a child’s right to a basic education had been infringed upon. This required the court to balance

Sesessie of afskeiding was die strewe, veral onder Nasionaliste, om die Unie van Suid-Afrika uit die Britse Gemenebes van Nasies los te maak.. Vir baie

 (In-)direct naar grond en grond- en oppervlakte water... Antibiotica

Het EHRM vindt met 15 tegen 2 stemmen, en in afwij- king van de Kamer, geen schending van het recht op leven in zijn materiële aspect, maar doet dat unaniem wel voor wat betreft

Een spreadsheet werd opgemaakt waarin de pluviometergegevens die relevant zijn voor het stroomgebied gebundeld werden met de daarbijhorende sets van

Een (kleinschalig) onderzoek onder op zichzelf wonende mensen met chro- nisch psychiatrische problematiek of een verstandelijke beperking laat een- zelfde beeld zien: het