Budel (gem. Cranendonck)
rapport 3260
Willem de Zwijgerstraat 38 te Budel (gemeente Cranendonck)
Een Bureauonderzoek
M. Hanemaaijer
Colofon
ADC Rapport 3260
Willem de Zwijgerstraat 38 te Budel (gemeente Cranendonck) Een Bureauonderzoek
Auteur: M. Hanemaaijer
In opdracht van: Geofox-Lexmond bv
© ADC ArcheoProjecten, Amersfoort, 27 mei 2013
Foto’s en tekeningen: ADC ArcheoProjecten, tenzij anders vermeld Status onderzoek: definitief
Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie of op welke wijze dan ook
zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgevers.
ADC ArcheoProjecten aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele schade voortvloeiend uit de toepassing van de adviezen of het gebruik van de resultaten van dit onderzoek.
Autorisatie:
R.M. van der Zee
ISSN 1875-1067
ADC ArcheoProjecten Postbus 1513 3800 BM Amersfoort Tel 033-299 81 81 Fax 033-299 81 80 Email info@archeologie.nl
Inhoudsopgave
Samenvatting 5
1 Inleiding en administratieve gegevens 7
2 Bureauonderzoek 8
2.1 Doelstelling en vraagstelling 8
2.2 Methodiek 8
2.3 Resultaten 8
2.4 Gespecificeerde verwachting en conclusie 11
3 Aanbeveling 12
Literatuur 13
Geraadpleegde websites 13
Lijst van afbeeldingen en tabellen 13
Samenvatting
In opdracht van Geofox-Lexmond BV heeft ADC ArcheoProjecten in november 2012 en januari 2013 een bureauonderzoek uitgevoerd voor de locatie Willem de Zwijgerstraat 38/Burgermeester Van Houtstraat te Budel (gemeente Cranendonck). Aanleiding was de bouw van drie woningen.
De onderzoekslocatie bevindt zich op de flank van een dekzandrug. Dergelijke locaties werden in het verleden veelal uitgekozen voor bewoning. Mogelijk is in het plangebied nog een restant van een oud plaggendek aanwezig. Indien een plaggendek aanwezig is, kunnen in het plangebied archeologische resten voorkomen uit het Laat Paleolithicum tot en met de Vroege Middeleeuwen.
Deze resten zullen zich onderin het plaggendek en in de top van het onderliggende dekzand (C- horizont), vanaf circa 50 cm –mv, bevinden. Hier wordt ook wel van ‘cultuurlaag’ gesproken: een doorwerkte oude bodem tussen het plaggendek en de ongeroerde ondergrond met kleine
fragmenten aardewerk, natuursteen, vuursteen of houtskool. Archeologische sporen bevinden zich naar verwachting tot ongeveer 25 cm in de top van de C-horizont. Organische resten (zoals bot, hout, leder en textiel) zijn door de relatief droge en zure bodemomstandigheden slecht
geconserveerd.
In de top van het plaggendek kunnen archeologische waarden uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe tijd voorkomen. Op basis van oude kaarten kunnen sporen van bebouwing verwacht worden. De beperkte beschikbare gegevens laten niet toe de omvang van de verwachte resten nader te specificeren.
Aangezien in het oostelijk deel van het plangebied rondom de huidige bebouwing een sanering heeft plaatsgevonden waarbij de bodem is afgegraven tot een diepte van 0,5 tot en met 1,9 m –mv, zullen hier geen ondiepe archeologische sporen meer aanwezig zijn. Diepere grondsporen kunnen echter nog wel aanwezig zijn. Ook onder de huidige bebouwing (tussen de funderingssleuven) kunnen nog sporen aanwezig zijn.
ADC ArcheoProjecten adviseert om een Inventariserend veldonderzoek uit te voeren door middel van een verkennend booronderzoek, teneinde de op basis van het bureauonderzoek opgestelde gespecificeerde verwachting aan te vullen en te toetsen. Zo mogelijk dient het booronderzoek plaats te vinden nadat de bebouwing is gesloopt, zodat ook hier een boring gezet kan worden. De exacte invulling van de werkzaamheden dient te worden vastgelegd in een Plan van Aanpak (PvA).
Wij wijzen u erop dat de bevoegde overheid op basis van dit rapport een selectiebesluit neemt. De mogelijkheid bestaat dat dit selectiebesluit afwijkt van het door ons opgestelde advies.
Tabel 1. Overzicht van de verschillende (pre)historische perioden.
Periode Afkorting Tijd in jaren
Nieuwe tijd NT 1500 - heden Middeleeuwen: XME 450 – 1500 na Chr.
Late Middeleeuwen LME 1050 - 1500 na Chr.
Vroege Middeleeuwen VME 450 - 1050 na Chr.
Romeinse tijd: ROM 12 voor Chr. – 450 na Chr.
Laat-Romeinse tijd ROML 270 - 450 na Chr.
Midden-Romeinse tijd ROMM 70 - 270 na Chr.
Vroeg-Romeinse tijd ROMV 12 voor Chr. - 70 na Chr.
IJzertijd: IJZ 800 – 12 voor Chr.
Late IJzertijd IJZL 250 - 12 voor Chr.
Midden-IJzertijd IJZM 500 - 250 voor Chr.
Vroege IJzertijd IJZV 800 - 500 voor Chr.
Bronstijd: BRONS 2000 - 800 voor Chr.
Late Bronstijd BRONSL 1100 - 800 voor Chr.
Midden-Bronstijd BRONSM 1800 - 1100 voor Chr.
Vroege Bronstijd BRONSV 2000 - 1800 voor Chr.
Neolithicum (Jonge Steentijd): NEO 5300 – 2000 voor Chr.
Laat-Neolithicum NEOL 2850 - 2000 voor Chr.
Midden-Neolithicum NEOM 4200 - 2850 voor Chr.
Vroeg-Neolithicum NEOV 5300 - 4200 voor Chr.
Mesolithicum (Midden-Steentijd): MESO 8800 – 4900 voor Chr.
Laat-Mesolithicum MESOL 6450 - 4900 voor Chr.
Midden-Mesolithicum MESOM 7100 - 6450 voor Chr.
Vroeg-Mesolithicum MESOV 8800 - 7100 voor Chr.
Paleolithicum (Oude Steentijd): PALEO tot 8800 voor Chr.
Laat-Paleolithicum PALEOL 35.000 - 8800 voor Chr.
Midden-Paleolithicum PALEOM 300.000 – 35.000 voor Chr.
Vroeg-Paleolithicum PALEOV tot 300.000 voor Chr.
Bron: Archeologisch Basis Register 1992
1 Inleiding en administratieve gegevens
In het voorliggende rapport wordt een onderzoek beschreven waarvoor de volgende administratieve gegevens gelden:
Opdrachtgever: Geofox-Lexmond BV
Soort onderzoek: Bureauonderzoek
Aanleiding: Nieuwbouw woningen
Locatie: Willem de Zwijgerstraat 38 en Burgemeester Van Houtstraat Plaats: Budel Gemeente: Cranendonck Provincie: Noord-Brabant Kadastrale gegevens: gemeente Budel, sectie C nr. 2890
Kaartblad: 57E Oppervlakte plangebied circa 750 m2
Coördinaten: 168.184 / 364.445
168.194 / 364.420 168.166 / 364.409 168.157 / 364.431 Bevoegde overheid: Gemeente Cranendonck Deskundige namens de bevoegde overheid: SRE Milieudienst ARCHIS-onderzoeksmeldingsnummer (CIS-code): 54.568
ADC-projectcode: 4140326
Auteur: M. Hanemaaijer
Projectmedewerkers: M. Hanemaaijer
Autorisatie: R.M. van der Zee
Periode van uitvoering: november 2012 en januari en mei 2013 Beheer en plaats documentatie: ADC ArcheoProjecten bv, Amersfoort
Beheer en plaats digitale documentatie (e-depot): http://persistent-identifier.nl/?identifier=urn:nbn:nl:ui:13-pam7-pe
Het plangebied ligt op basis van Erfgoedkaart van de samenwerkende A2 gemeenten
(Cranendonck, Heeze-Leende, Valkenswaard en Waalre) deels in een historische kern (‘categorie 3’), gebaseerd op de aanwezigheid van een van oorsprong laatmiddeleeuwse bewoning en deels in een zone met een hoge archeologische waarde (‘categorie 4’), gebaseerd op de (verwachte) aanwezigheid van esdekken.1 Daarom heeft de gemeente Cranendonck archeologisch onderzoek verplicht gesteld om in deze zones een omgevingsvergunning te verkrijgen. In dit rapport dient naar oordeel van de bevoegde overheid de archeologische waarde van het plangebied voldoende te zijn vastgesteld. In het kader van dit proces heeft het in dit rapport beschreven onderzoek
plaatsgevonden.
In Nederland dient het vaststellen van de archeologische waarde van een plangebied te gebeuren op grond van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA versie 3.2).2
Behalve op de KNA is de uitvoering van het onderzoek tevens gebaseerd op de richtlijnen van de gemeente Cranendonck.3
1 SRE Milieudienst 2012.
2 SIKB 2010.
3 Beleidsplan Archeologische Monumentenzorg gemeente Cranendonck 2011
2 Bureauonderzoek
2.1 Doelstelling en vraagstelling
Het bureauonderzoek vormt de eerste stap in het vaststellen van de archeologische waarde van het gebied. Het doel van bureauonderzoek is het aan de hand van schriftelijke bronnen verwerven van informatie over bekende en/of verwachte archeologische waarden in het plangebied, om daarmee te komen tot een gespecificeerde, archeologische verwachting.
Voor het bureauonderzoek zijn de volgende onderzoeksvragen opgesteld:
• Zijn mogelijk archeologische waarden in het plangebied aanwezig, en zo ja, wat is de specifieke archeologische verwachting?
• Is het plangebied voldoende onderzocht?
o Zo nee, welke vorm van nader archeologisch onderzoek is nodig om te komen tot een selectiebesluit?
o Zo ja, welk selectiebesluit kan worden genomen (vrijgeven, opgraven, begeleiden)?
2.2 Methodiek
Het onderzoek is uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA), versie 3.2 Landbodems, protocol 4002 Bureauonderzoek.
Het bureauonderzoek bestaat uit de volgende elf processtappen:
1. Afbakenen plan- en onderzoeksgebied en vaststellen consequenties van mogelijk toekomstig gebruik;
2. Aanmelden onderzoek bij Archis;
3. Vermelden (en toepassen) overheidsbeleid;
4. Beschrijven huidig gebruik;
5. Beschrijven historische situatie en mogelijke verstoringen;
6. Beschrijven mogelijke aanwezigheid bouwhistorische waarden in de ondergrond;
7. Beschrijven bekende archeologische en aardwetenschappelijke waarden;
8. Opstellen gespecificeerde verwachting;
9. Opstellen standaardrapport bureauonderzoek;
10. Afmelden onderzoek bij Archis: overdracht onderzoeksgegevens;
11. Aanleveren digitale gegevens bij e-Depot.
De processtappen 1 tot en met 7 leveren gegevens op basis waarvan processtap 8, de gespecificeerde verwachting wordt opgesteld. De gespecificeerde verwachting kan worden beschouwd als een belangrijke conclusie van het bureauonderzoek, omdat hierin wordt aangegeven of, en zo ja, welke archeologische waarden worden verwacht, indien relevant weergegeven op een kaart.
De resultaten van processtappen 1 tot en met 8 worden behandeld in de paragrafen 3.1 tot en met 3.5. Processtap 9 resulteert in het voorliggende rapport. De processtappen 10 en 11 hebben betrekking op het voor derden openbaar maken van de resultaten van het bureauonderzoek bij onder meer Archis en het e-Depot.
2.3 Resultaten
2.3.1 Afbakening plan- en onderzoeksgebied en vaststellen van de consequenties van het mogelijk toekomstige gebruik
De exacte locatie van het plangebied is weergegeven op afbeeldingen 1 en 2.
Van het plangebied zelf zijn onvoldoende archeologische en aardkundige gegevens beschikbaar om een uitspraak te kunnen doen over de archeologische verwachting. Daarom zijn tevens gegevens betrokken uit de directe omgeving, waarmee het onderzoeksgebied kan worden gedefinieerd als het gebied binnen een straal van circa 500 m rondom het plangebied.
In het plangebied zijn de volgende ingrepen gepland (zie afb. 3):
Aard ingreep: sloop huidige woning en bouw drie woningen
Wijze fundering: op staal
Kelder nee Diepte bodemverstoring: circa 50-80 cm -mv
Oppervlakte bodemverstoring: circa 300 m2
De consequentie van de voorgenomen ingreep kan zijn dat eventuele aanwezige waardevolle archeologische resten in de ondergrond mogelijk worden aangetast.
2.3.2 Beschrijving van de aardwetenschappelijke waarden
De volgende aardwetenschappelijke informatie is bekend van het plangebied:
Bron Informatie Geologische kaart van Nederland 1:50.0004 Formatie van Boxtel met een dek van het Laagpakket van
Wierden; fluvioperiglaciale afzettingen (leem en zand) met een zanddek
Geomorfologie5 Niet gekarteerd, op basis van omliggende eenheden dekzandrug of -kopje
Bodemkunde6 Hoge zwarte enkeerdgronden, lemig fijn zand Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN)7 Ca. 32 m + NAP
In het Weichselien, de laatste ijstijd die duurde van 116.000 tot 11.500 jaar geleden, is in de regio rond het plangebied dekzand afgezet. Dit is afgezet in de vorm van vlaktes, kopjes en langgerekte ruggen. In het Holoceen, de huidige geologische periode die na het Weichselien begon, trad een klimaatsverbetering op en nam de vegetatie toe, waarbij het dekzandreliëf werd vastgelegd.8 Vanwege de ligging in bebouwd gebied is het oorspronkelijke dekzandreliëf minder goed herkenbaar. Hoewel het vanwege de aanwezigheid van bebouwing niet mogelijk is om een
gedetailleerd beeld te krijgen van de hoogteligging van het plangebied, is het aannemelijk dat het is gelegen op een dekzandrug.
Volgens de bodemkaart van Nederland schaal 1: 50 000 bevinden zich hoge zwarte enkeerdgronden rond Budel.9 Deze gronden zijn ontstaan doordat akkers vanaf de Late
Middeleeuwen werden bemest met potstalmest, vermengd met plaggen, huisafval, bosstrooisel en ook zand. Dit heeft ertoe geleid dat een dikke humushoudende bovengrond ontstond, zogenaamde plaggendekken. Bij veel enkeerdgronden is het onderste deel van de humushoudende bovengrond de oorspronkelijke A-horizont, of de cultuurlaag van de eerste ontginning nog te herkennen.
Wanneer de dikte van het plaggendek meer is dan 50 cm, wordt gesproken van een enkeerdgrond.10
4 De Mulder et al 2003.
5 Stichting voor Bodemkartering 1981.
6 Stichting voor Bodemkartering 1984.
7 http://www.ahn.nl/viewer
8 Berendsen 2008.
9 Stichting voor Bodemkartering 1984.
10 Stichting voor Bodemkartering 1984.
2.3.3 Beschrijving van bekende archeologische waarden
In het onderzoeksgebied zijn de volgende archeologische (indicatieve) waarden vastgesteld (zie afbeelding 4):
Onderzoeksmeldings- nummer
Soort onderzoek Resultaat Advies
24.568 booronderzoek bodem volledig verstoord Het plangebied is vrijgegeven
27.451 booronderzoek onbekend onbekend
45.608 booronderzoek intact plaggendek proefsleuvenonderzoek op de locaties waar het dekzandpakket verstoord zal worden door de bouw.
47.66811 proefsleuvenonderzoek Geen plaggendek, vooral recente sporen aangetroffen
Het plangebied is vrijgegeven 46.163 bureauonderzoek Mogelijk plaggendek
aanwezig maar waarschijnlijk verstoord als gevolg van huidige bebouwing en vijver
Archeologische begeleiding
51.739 Archeologische begeleiding
Nog niet gepubliceerd Niet van toepassing
Waarnemingsnr Omschrijving Datering12 Opmerking 429.370 Aardewerkfragmenten en greppel NT Hoort bij 47.668
In ARCHISII zijn voor het onderzoeksgebied geen AMK-terreinen en vondstmeldingen geregistreerd.
Op de regionale verwachtings- en beleidskaart staat de volgende archeologische verwachting voor het plangebied aangegeven (zie afb. 5):
Bron Verwachting Toelichting
Erfgoedkaart SRE13 hoog Historische kern van Budel
2.3.4 Beschrijving van de historische situatie, mogelijke verstoringen en bouwhistorische waarden
De historische situatie is op verschillende kaarten als volgt:
Bron Historische situatie
Kadastrale minuut 1811-1832 (afb. 6)14 percelen 76, 78 en 79: bouwland; perceel 77:
huis en erf Topografische kaart 1830-185015 grasland
Bonnekaart uit 1902 en 1928 (afb. 7)16 grasland
Topografische kaart 1953, 1968, 1973, 1985 en 199317 gebouw binnen plangebied, waarschijnlijk huidige bebouwing
11 Van den Bos 2011.
12 Voor een verklaring van de afkortingen, zie tabel 1.
13 http://atlas.sre.nl/archeologie/
14 Kadaster 1811-1832.
15 Wolters Noordhoff Atlasproducties 1990.
16 Bureau Militaire Veldverkenningen 1902 en 1928.
17 Topografische Dienst 1953, 1968, 1973, 1985 en 1993.
Het plangebied bevindt zich circa 500 m ten zuiden van de oude dorpskern van Budel, in het gehucht Heesakkers. Op de kadastrale minuut uit 1811-1832 is het plangebied deels bebouwd (afb.
6). De bebouwing bestaat uit een woonhuis. Het onbebouwde deel bestaat uit bouwland. Op latere kaarten wordt echter geen bebouwing meer weergegeven (afb. 7). Mogelijk is het woonhuis gesloopt.
Op de topografische kaart uit 1953 is opnieuw bebouwing binnen het plangebied afgebeeld. De situatie blijft ongewijzigd tot het heden. Het is onbekend hoe de huidige bebouwing is gefundeerd.
In 2010 heeft in het plangebied een sanering plaatsgevonden in verband met de aanwezigheid van zinkassen. Hierbij is in het oostelijk deel van het plangebied, rondom de huidige bebouwing, de bodem afgegraven tot een diepte die varieert van 0,5 tot 1,9 m –mv. De totale omvang van het gesaneerde gedeelte bedraagt 230 m2. Een overzicht van de ontgravingsdieptes is weergegeven in afb. 8
In KICH18 is voor het plangebied geen aanvullende informatie gegeven.
2.3.5 Beschrijving huidig gebruik
In het plangebied is momenteel een woning aanwezig. De woning wordt omringd door een tuin Voor een impressie van het plangebied zie afb. 9.
2.4 Gespecificeerde verwachting en conclusie
De eerste, voor het bureauonderzoek opgestelde onderzoeksvraag “Zijn mogelijk archeologische waarden in het plangebied aanwezig, en zo ja, wat is de specifieke archeologische verwachting?” kan als volgt worden beantwoord:
De onderzoekslocatie bevindt zich op de flank van een dekzandrug. Dergelijke locaties werden in het verleden veelal uitgekozen voor bewoning. Mogelijk is in het plangebied nog een restant van een oud plaggendek aanwezig. Indien een plaggendek aanwezig is kunnen in het plangebied archeologische resten voorkomen uit het Laat Paleolithicum tot en met de Vroege Middeleeuwen. Deze resten zullen zich onderin het plaggendek en in de top van het onderliggende dekzand (C-horizont), vanaf ca. 50 cm –mv, bevinden. Hier wordt ook wel van ‘cultuurlaag’ gesproken: een doorwerkte oude bodem tussen het plaggendek en de ongeroerde ondergrond met kleine fragmenten aardewerk, natuursteen, vuursteen of houtskool. Archeologische sporen bevinden zich naar verwachting tot ongeveer 25 cm in de top van de C-horizont. Organische resten (zoals bot, hout, leder en textiel) zijn door de relatief droge en zure bodemomstandigheden slecht geconserveerd.
In de top van het plaggendek kunnen archeologische waarden uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe tijd voorkomen. Op basis van oude kaarten kunnen sporen van bebouwing verwacht worden. De beperkte beschikbare gegevens laten niet toe de omvang van de verwachte resten nader te specificeren.
Aangezien in het oostelijk deel van het plangebied rondom de huidige bebouwing een sanering heeft plaatsgevonden waarbij de bodem is afgegraven tot een diepte van 0,5 tot en met 1,9 m –mv zullen hier geen ondiepe archeologische sporen meer aanwezig zijn. Diepere grondsporen kunnen echter nog wel aanwezig zijn. Ook onder de huidige bebouwing (tussen de funderingssleuven) kunnen nog sporen aanwezig zijn.
De beantwoording van de overige onderzoeksvragen is als volgt:
• Is het plangebied voldoende onderzocht?
Nee.
• Zo nee, welke vorm van nader archeologisch onderzoek is nodig om te komen tot een selectiebesluit?
Verkennend booronderzoek.
18 http://www.kich.nl.
3 Aanbeveling
ADC ArcheoProjecten adviseert om een inventariserend veldonderzoek uit te voeren door middel van een verkennend booronderzoek, teneinde de op basis van het bureauonderzoek opgestelde gespecificeerde verwachting aan te vullen en te toetsen. Ter plaatse van het gesaneerde deel van het oosten van het plangebied worden geen ondiepe archeologische sporen verwacht. Diepere grondsporen kunnen echter nog wel aanwezig zijn. Ook onder de huidige bebouwing (tussen de funderingssleuven) kunnen nog sporen aanwezig zijn. Zo mogelijk dient het booronderzoek plaats te vinden nadat de bebouwing is gesloopt, zodat ook hier een boring gezet kan worden.
De exacte invulling van de werkzaamheden dient te worden vastgelegd in een Plan van Aanpak (PvA).
Wij wijzen u erop dat de bevoegde overheid op basis van dit rapport een selectiebesluit neemt. De mogelijkheid bestaat dat dit selectiebesluit afwijkt van het door ons opgestelde advies.
Literatuur
Berendsen, H.J.A., 2008: Landschappelijk Nederland. Assen (Fysische geografie van Nederland).
Bos, P.A., van den, 2011: Inventariserend Veldonderzoek, d.m.v. proefsleuven Burgemeester van Houtstraat 23, Budel Gemeente Cranendonck. Becker & Van de Graaf-rapport 1266.
Bureau Militaire Verkenningen, 1902-1928, Budel, blad 736, 1:25.000.
Groenewoudt, B.J., 1994: Prospectie, waardering en selectie van archeologische vindplaatsen: een beleidsgerichte verkenning van middelen en mogelijkheden. Amersfoort (Nederlandse
Archeologische Rapporten, 17).
Kadaster, 1811-1832: Oorspronkelijke aanwijzende tafel der grondeigenaren en der ongebouwde en gebouwde vaste eigendommen, Budel, sectie C, blad 1.
Mulder, E.F.J. de, M.C. Geluk, I. Ritsema, W.E. Westerhof & Th.E. Wong (red.), 2003: De ondergrond van Nederland. Groningen/Houten (Geologie van Nederland, deel 7).
Stichting voor Bodemkartering, 1981: Geomorfologische kaart van Nederland, schaal 1:50.000, blad 50 Tilburg.
Stichting voor Bodemkartering, 1984: Bodemkaart van Nederland, schaal 1:50.000, blad 50 Oost Tilburg.
Normalisatie-Instituut, Nederlands, 1989: Geotechniek, classificatie van onverharde grondmonsters NEN 5104. Delft.
SIKB, 2010: Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA) Landbodems. Gouda.
Topografische Dienst Nederland, 1952, 1962, 1973, 1982, 1989, 1994: Topografische Kaart van Nederland, schaal 1:50.000, Valkenswaard, blad 57E.
Wolters-Noordhoff Atlasprodukties, 1990: Grote Historische Atlas van Nederland, deel 4 Zuid- Nederland 1838-1857, Groningen.
Geraadpleegde websites
http://archis2.archis.nl http://www.ahn.nl/viewer http://www.kich.nl http://www.watwaswaar.nl https://maps.google.nl/
http://atlas.sre.nl/archeologie/
Lijst van afbeeldingen en tabellen
Afb. 1 Locatie van het plangebied Afb. 2 Detailkaart van het plangebied Afb. 3 Bouwplan
Afb. 4 Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden, AMK-terreinen en ARCHIS-meldingen Afb. 5 Locatie van het plangebied op de Erfgoedkaart van de SRE Milieudienst
Afb. 6 Plangebied op de kadastrale minuut uit 1811-1832 (het noorden is rechtsboven) Afb. 7 Plangebied op de Bonnekaart van 1902
Afb. 8 Overzicht sanering oostelijk deel plangebied
Afb. 9 Impressie van het plangebied (bron: Google Street View) Tabel 1. Overzicht van de verschillende (pre)historische perioden.
Afb. 1 Locatie van het plangebied
BUDELBUDELBUDELBUDELBUDELBUDELBUDELBUDELBUDELBUDEL DORPLEIN BUDEL DORPLEIN BUDEL DORPLEINBUDEL DORPLEINBUDEL DORPLEINBUDEL DORPLEINBUDEL DORPLEINBUDEL DORPLEINBUDEL DORPLEIN BUDEL SCHOOT BUDEL SCHOOT BUDEL SCHOOTBUDEL SCHOOTBUDEL SCHOOTBUDEL SCHOOTBUDEL SCHOOTBUDEL SCHOOTBUDEL SCHOOT GASTEL GASTEL GASTELGASTELGASTELGASTELGASTELGASTELGASTEL LEENDE LEENDE LEENDELEENDELEENDELEENDELEENDELEENDELEENDE
MAARHEEZE MAARHEEZE MAARHEEZEMAARHEEZEMAARHEEZEMAARHEEZEMAARHEEZEMAARHEEZEMAARHEEZE
NEDERWEE NEDERWEE NEDERWEENEDERWEENEDERWEENEDERWEENEDERWEENEDERWEENEDERWEE NN N SOERENDONK
SOERENDONK SOERENDONKSOERENDONKSOERENDONKSOERENDONKSOERENDONKSOERENDONKSOERENDONK
STERKSEL STERKSEL STERKSELSTERKSELSTERKSELSTERKSELSTERKSELSTERKSELSTERKSEL
STRAMPROIJ STRAMPROIJ STRAMPROIJSTRAMPROIJSTRAMPROIJSTRAMPROIJSTRAMPROIJSTRAMPROIJSTRAMPROIJ VALKENSWAARD
VALKENSWAARD VALKENSWAARDVALKENSWAARDVALKENSWAARDVALKENSWAARDVALKENSWAARDVALKENSWAARDVALKENSWAARD
WEERT WEERT WEERTWEERTWEERTWEERTWEERTWEERTWEERT
bron: Geodan © ADC 2012© ADC 2012© ADC 2012© ADC 2012© ADC 2012© ADC 2012© ADC 2012© ADC 2012© ADC 2012 000000000 5000 m5000 m5000 m5000 m5000 m5000 m5000 m5000 m5000 m
160000 160000
160000160000160000160000160000160000160000 165000165000165000165000165000165000165000165000165000 170000170000170000170000170000170000170000170000170000 175000175000175000175000175000175000175000175000175000 180000180000180000180000180000180000180000180000180000 355000355000355000355000355000355000355000355000355000
360000360000360000360000360000360000360000360000360000 365000365000365000365000365000365000365000365000365000 370000370000370000370000370000370000370000370000370000 375000375000375000375000375000375000375000375000375000
Afb. 2 Detailkaart van het plangebied
Afb. 3 Bouwplan
Afb. 4 Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden, AMK-terreinen en ARCHIS-meldingen
Afb. 5 Locatie van het plangebied op de Erfgoedkaart van de SRE Milieudienst Hoge verwachting,
Hoge verwachting, Hoge verwachting,Hoge verwachting,Hoge verwachting,Hoge verwachting,Hoge verwachting,Hoge verwachting,Hoge verwachting, Historische kern, Historische kern, Historische kern,Historische kern,Historische kern,Historische kern,Historische kern,Historische kern,Historische kern, categorie 3 categorie 3 categorie 3categorie 3categorie 3categorie 3categorie 3categorie 3categorie 3
Hoge verwachting, Hoge verwachting, Hoge verwachting,Hoge verwachting,Hoge verwachting,Hoge verwachting,Hoge verwachting,Hoge verwachting,Hoge verwachting, categorie 4 categorie 4 categorie 4categorie 4categorie 4categorie 4categorie 4categorie 4categorie 4
Esdek Esdek EsdekEsdekEsdekEsdekEsdekEsdekEsdek
Plangebied Plangebied Plangebied Plangebied Plangebied Plangebied Plangebied Plangebied Plangebied
Afb. 6 Plangebied op de kadastrale minuut uit 1811-1832 (het noorden is rechtsboven)
Afb. 7 Plangebied op de Bonnekaart van 1902
Afb. 8 Overzicht sanering oostelijk deel plangebied
Afb. 9 Impressie van het plangebied (bron: Google Street View)