Tabellen Jeugdmonitor 12-18 jaar 2011

(1)

(2)

Tabellen Jeugdmonitor 12-18 jaar 2011

Gemeente Moerdijk

Programma Lokaal Gezondheidsbeleid

© GGD West-Brabant

Breda, augustus 2012

(3)

Inhoud

Leeswijzer

Tabel 1 Aantal 12-18 jarigen, steekproefgrootte en respons per gemeente en regio

Tabel 2 Indicatoren voor de gemeente en de regio West-Brabant A. Algemene kenmerken

B. School

C. Gezondheid en welzijn D. Leefstijl

E. Vrijetijdsbesteding en internet F. Omgaan met geld

G. Relatie met ouders

H. Seksualiteit en veilig vrijen

I. Vragen over dingen waar je mee kunt zitten

J. Vragen over personen en organisaties die informatie, advies of hulp kunnen geven K. Voorzieningen in de gemeente

L. Veiligheid

Tabel 3 Antwoordpercentages per vraag voor de gemeente en de regio West-Brabant A. Algemene vragen

B. School

C. Gezondheid en welzijn D. Leefstijl

E. Vrijetijdsbesteding F. Omgaan met geld G. Relatie met ouders

H. Seksualiteit en veilig vrijen

I. Vragen over dingen waar je mee kunt zitten

J. Vragen over personen en organisaties die informatie, advies of hulp kunnen geven K. Voorzieningen in de gemeente

L. Veiligheid

Tabel 4 Vergelijking jeugdmonitor 12-18 jarigen 2007 en 2011 in de gemeente en de regio West-Brabant

A. Algemene kenmerken B. School

C. Gezondheid en welzijn D. Leefstijl

E. Vrijetijdsbesteding en internet

(4)

G. Relatie met ouders

H. Seksualiteit en veilig vrijen

I. Vragen over dingen waar je mee kunt zitten

J. Vragen over personen en organisaties die informatie, advies of hulp kunnen geven K. Voorzieningen in de gemeente

L. Veiligheid

(5)

Leeswijzer

Algemeen

De Gezondheidsmonitor van de GGD West-Brabant kent vier gezondheidsenquêtes die elk bij een andere leeftijdsgroep van de bevolking worden uitgezet (0 t/m 11 jaar, 12 t/m 18 jaar, 19 t/m 64 jaar en 65-plus). Met een gezondheidsenquête kunnen problemen of trends gesignaleerd worden.

Vaak zal nader onderzoek verricht moeten worden om hiervoor verklaringen te achterhalen. De epidemiologische analyses op basis van de gezondheidsenquêtes bieden actuele beleidsinformatie op het terrein van volksgezondheid en aanverwante beleidsterreinen.

In dit tabellenboek zijn de resultaten van de jongerenenquête 2011 voor uw gemeente

opgenomen. Tevens is er een vergelijking gemaakt met de jongerenenquête in 2007. De cijfers zijn binnenkort ook terug te vinden op www.ggdgezondheidsatlas.nl. Achtergrondinformatie over de verschillende gezondheidsonderwerpen kunt u raadplegen op www.regionaalkompas.nl.

• De cijfers in de tabellen 2, 3 en 4 zijn representatief voor uw eigen gemeente en de regio West-Brabant. De cijfers zijn met behulp van zogenaamde weegfactoren gecorrigeerd voor de werkelijke leeftijds- en geslachtsopbouw in uw eigen gemeente. Bij de weegfactoren voor de regio is daarnaast nog rekening gehouden met het aantal inwoners van de afzonderlijke gemeenten.

• Bovenaan de kolommen van tabel 2, 3 en 4 staat het totaal aantal inwoners van 12 t/m 18 jaar (n= …) waar de percentages betrekking op hebben.

• Percentages hebben betrekking op de totale onderzoeksgroep, tenzij anders aangegeven.

• Alle percentages zijn afgerond naar gehele getallen. Uitzondering hierop zijn cijfers kleiner dan 1%: percentages tussen 0 en 1 worden met één cijfer achter de komma weergegeven.

• Per kernindicator (tabel 2 en tabel 4) is getoetst of de verschillen statistisch significant zijn.

Significant wil zeggen een werkelijk verschil, dus met een waarschijnlijkheid van 95% (bij verschillen tussen gemeente en regio) of 99% (bij verschillen op regionaal niveau) dat het verschil niet op toeval berust.

• Voor een aantal onderwerpen wordt een top 3 gepresenteerd. Dit is de top 3 zoals die geldt in de gemeente. De top 3 in de regio West-Brabant kan anders zijn dan de top 3 in de gemeente. Deze wordt echter niet gepresenteerd.

Tabel 1: Bevolking 12 t/m 18-jarigen, steekproef en respons

Tabel 1 geeft een overzicht van het totaal aantal 12 t/m 18-jarigen dat in de gemeenten van de GGD-regio West-Brabant woont, de omvang van de steekproef (aantal jongeren dat een vragenlijst heeft ontvangen) en de respons (het aantal en het percentage 12 t/m 18-jarigen waarvan de GGD een ingevulde vragenlijst heeft ontvangen).

• Enkele gemeenten hebben een of meer extra steekproeven, omdat zij meer dan 50.000 inwoners hebben. Per 50.000 inwoners wordt namelijk een steekproef getrokken.

Daarnaast kan elke gemeente tegen betaling een extra steekproef aanvragen.

• Het aantal inwoners van 12 t/m 18 jaar in de gemeenten (en wijken) is gebaseerd op de

bevolkingsaantallen uit de GBA op het moment van het versturen van de vragenlijst (17-

10-2011).

(6)

Tabel 2: Kernindicatoren

In Tabel 2 worden de belangrijkste resultaten van de jongerenenquête beschreven in de vorm van kernindicatoren. De resultaten zijn weergegeven als percentages voor uw gemeente (totaal) en de regio West-Brabant (totaal, jongens versus meisjes en 12 t/m 15 versus 16 t/m 18 jarigen).

Vetgedrukte percentages in de tabel geven een statistisch significant verschil aan tussen:

a) uw gemeente en regio West-Brabant;

b) jongens en meisjes in de regio West-Brabant;

c) 12 t/m 15-jarigen en 16 t/m 18-jarigen in de regio West-Brabant.

Tabel 3: Antwoordpercentages op alle vragen

In Tabel 3 staan de antwoordpercentages van alle vragen uit de jongerenenquête voor uw gemeente en de hele regio West-Brabant.

• Bij sommige vragen konden jongeren meer dan één antwoordcategorie aankruisen. In tabel 3 kan het totaal van de antwoordpercentages daarom boven de 100% uitkomen.

• De resultaten in deze tabel zijn niet statistisch getoetst.

Tabel 4: Vergelijking 2007-2011

In Tabel 4 worden de kernindicatoren van de jongerenenquête 2011 waar mogelijk vergeleken met de resultaten uit 2007.

Vetgedrukte percentages in de tabel geven een statistisch significant verschil aan tussen:

a) uw gemeente in 2007 en uw gemeente in 2011;

b) de regio West-Brabant in 2007 en de regio West-Brabant in 2011.

Van enkele indicatoren wijken de percentages voor 2011 mogelijk af van de percentages genoemd

in tabel 2. Om een betrouwbare vergelijking te kunnen doen met 2007 moesten die betreffende

indicatoren voor 2011 op een iets andere manier opnieuw worden berekend. In de meeste gevallen

kwam dit doordat er voor het hetzelfde onderwerp in 2007 minder items waren dan in 2011. Dit

wordt in de tabel aangegeven met een voetnoot. Ook kan het zijn dat de percentages voor 2007

iets afwijken van eerder gepresenteerde cijfers in 2007. Dit komt doordat de indicator in 2011

soms iets anders is berekend (bijvoorbeeld vanwege een veranderde landelijke richtlijn). Voor een

correcte vergelijking met 2011 zijn de nieuwe berekeningen toegepast op de gegevens van 2007.

(7)

Tabel 1

Aantal 12-18 jarigen, steekproefgrootte en respons per gemeente en regio

Programma Lokaal Gezondheidsbeleid

© GGD West-Brabant

Breda, augustus 2012

(8)

Basis steekproef 12- t/m 18

jarigen Steekproef

Gemeente / regio

Aalburg 1305 594 259 43,6

Alphen-Chaam 868 533 237 44,5

Baarle-Nassau 449 414 175 42,3

Bergen op Zoom 5316 717 341 47,6

Breda 13185 2986 1269 42,5

Drimmelen 2354 661 358 54,2

Etten-Leur 3382 690 311 45,1

Geertruidenberg 1699 627 296 47,2

Halderberge 2411 663 320 48,3

Moerdijk 2991 681 284 41,7

Oosterhout 4700 1421 592 41,7

Roosendaal 6395 1450 693 47,8

Rucphen 1703 627 314 50,1

Steenbergen 1926 641 278 43,4

Werkendam 2410 663 303 45,7

Woensdrecht 1760 631 300 47,5

Woudrichem 1251 588 268 45,6

Zundert 1969 643 331 51,5

Regio West-Brabant 56074 15230 6929 45,5

Extra steekproef 12- t/m 18

jarigen Steekproef

Gemeente / regio

Bergen op Zoom

- Gageldonk-West 380 334 110 32,9

Totaal (incl. extra steekproef) 56454 15564 7039 45,2

Respons Tabel 1. Aantal 12- t/m 18 jarigen, steekproefgrootte en respons per gemeente en regio

totaal aantal

aantal aangeschreven

personen aantal %

Respons

totaal aantal

aantal aangeschreven

personen aantal %

Steekproefgrootte Jeugdmonitor 12- t/m 18 jarigen 2011 Regio West-Brabant

(9)

Tabel 2

Indicatoren voor de gemeente en de regio West-Brabant

Programma Lokaal Gezondheidsbeleid

© GGD West-Brabant

Breda, augustus 2012

(10)

Tabel 2. Resultaten Jeugdmonitor - Moerdijk en de regio West-Brabant

Tabel 2. Kernindicatoren

jongens meisjes 12-15 16-18

% aantal % % % % %

n=2991 n=56074 n=28618 n=27456 n=31614 n=24460 A. Algemene kenmerken

Geslacht

Jongen 52 1555 51 100 - 51 51

Meisje 48 1436 49 - 100 49 49

Leeftijd

12 t/m 15 jaar 58 1735 56 57 56 100 -

16 t/m 18 jaar 42 1256 44 43 44 - 100

Lengte/gewicht

Overgewicht (incl. obesitas) 12 359 11 12 11 11 12

Ernstig overgewicht (obesitas) 3 90 2 2 2 2 2

Gezinssituatie

Vader en moeder 77 2303 79 80 78 81 76

Vader/moeder en partner 10 299 7 7 7 7 7

Co-ouders 3 90 3 3 3 3 3

Eenoudergezin 9 269 9 8 10 8 10

Woont bij anderen of zelfstandig 0,9 27 2 2 3 0,6 4

Etniciteit

Autochtoon 91 2722 85 85 84 85 85

Westers allochtoon 4 120 6 6 6 5 6

Niet-westers allochtoon 4 120 10 10 10 10 9

Opleiding ouders

Ouders laag opgeleid (geen onderwijs of alleen

basisonderwijs) 0,9 27 2 2 2 2 2

Ouders laag/midden opgeleid (ten hoogste

MAVO/MBO-kort) 22 658 23 23 23 23 24

Werksituatie ouders

Geen van beide ouders/verzorgers parttime of

fulltime werk 1 30 2 2 2 2 3

Eén of beide ouders/verzorgers werkloos,

arbeidsongeschikt en/of langdurig ziek 8 239 9 7 11 7 11

Gevoelens afgelopen 3 maanden

Beetje tot erg somber 3 90 3 2 5 3 4

B. School Soort onderwijs

Niet meer op school/geen onderwijs 3 90 2 2 2 0,7 3

Basisonderwijs 2 60 4 4 3 6 0,2

Brugklas VMBO/HAVO 6 179 5 6 5 9 0,5

VMBO/Praktijkonderwijs 26 778 22 22 22 32 10

MBO 15 449 14 14 15 0,3 33

HAVO/VWO/HBO/Universiteit 46 1376 51 51 52 51 52

Ander soort onderwijs 2 60 1 1 0,9 0,9 2

Ziekteverzuim

Heeft in afgelopen 4 weken wegens ziekte

verzuimd van school 33 957 31 28 35 30 33

Spijbelen

Heeft in afgelopen 4 weken gespijbeld van school 5 145 7 7 7 3 13

Schoolbeleving

Vindt school niet leuk/vreselijk 1 29 3 4 3 3 4

Regio West-Brabant Totaal

Moerdijk Totaal

Kernindicatoren Jeugdmonitor 12- t/m 18-jarigen 2011

Regio West-Brabant 1

(11)

jongens meisjes 12-15 16-18

% aantal % % % % %

Moerdijk Totaal Pesten

Is de afgelopen 3 maanden op school gepest 8 232 10 11 10 13 7

Heeft de afgelopen 3 maanden anderen op school

gepest 8 232 10 14 6 12 7

Is de afgelopen 3 maanden minstens 2 keer per

maand op school gepest 4 116 4 5 4 5 3

Heeft de afgelopen 3 maanden minstens 2 keer

per maand anderen op school gepest 2 58 2 3 1 3 1

C. Gezondheid en welzijn Ervaren gezondheid

Vindt eigen gezondheid matig/slecht 12 359 14 10 17 11 17

Chronische aandoeningen

Heeft één of meer chronische aandoeningen

vastgesteld door een arts 23 688 23 21 25 22 25

- astma of bronchitis 11 329 9 8 9 8 9

- diabetes melitus 0 0 0,5 0,5 0,4 0,6 0,4

- eczeem 6 179 6 4 8 6 6

- migraine 5 150 3 2 5 3 4

- ADHD 4 120 4 7 2 5 4

Wordt in sterke mate belemmerd bij het uitvoeren van dagelijkse bezigheden door één of meer chronische aandoeningen

3 90 3 2 5 3 4

Wordt belemmerd bij het uitvoeren van dagelijkse bezigheden door één of meer chronische aandoeningen

15 449 19 14 23 16 21

Psychosociale gezondheid

Psychisch ongezond 12 359 14 9 19 11 17

Heeft verhoogd risico op psychosociale

problematiek 2 60 2 2 2 2 2

Heeft een verhoogd risico op:

- emotionele problemen 4 120 4 1 6 3 5

- gedragsproblemen 0,9 27 2 3 1 2 2

- hyperactiviteit 12 359 14 15 13 16 12

- problemen met leeftijdsgenoten 1 30 2 2 1 2 1

- pro-sociaalgedrag (een vorm van sociaal gedrag waarin je iets voor mensen doet zonder hier iets voor terug te willen)

3 90 3 4 2 3 2

Mantelzorg

Geeft mantelzorg 9 269 10 8 12 11 10

Vindt mantelzorg geven zwaar 0,9 27 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2

D. Leefstijl Voeding

Niet dagelijks groente 80 2393 79 79 79 78 79

Niet dagelijks fruit 79 2363 77 78 75 76 78

Minder dan 2 stuks fruit per dag 88 2632 87 88 86 87 87

Minder dan 5x per week ontbijten 16 479 15 14 16 12 19

Is zeker/waarschijnlijk van plan om binnenkort

gezonder te gaan eten 29 867 33 26 40 31 36

Roken

Niet-roker 90 2692 88 88 88 95 79

Dagelijkse roker 4 120 6 6 6 2 11

Rookt en is zeker/waarschijnlijk van plan om

binnenkort minder te gaan roken 26 78 45 43 46 48 44

Rookt en is zeker/waarschijnlijk van plan om

binnenkort te stoppen met roken 36 108 29 27 30 32 28

Is in de afgelopen 7 dagen in huis aan rook

blootgesteld 23 688 24 24 25 22 28

Heeft wel eens waterpijp gerookt 28 837 28 30 26 16 44

Rookt (nu) waterpijp 5 150 7 9 5 4 11

(12)

jongens meisjes 12-15 16-18

% aantal % % % % %

Moerdijk Totaal Alcoholgebruik

Heeft wel eens alcohol gedronken 53 1585 52 51 54 25 87

Leeftijd eerste glas alcohol:

- jonger dan 12 jaar 2 60 2 3 2 2 2

- 12 of 13 jaar 10 299 11 10 11 11 10

- 14 of 15 jaar 31 927 28 26 30 11 50

- 16 jaar of ouder 10 299 11 11 10 0 24

Drinkt 20 glazen alcohol of meer per week 5 150 4 6 1 0,3 8

Heeft/is in de afgelopen 4 weken:

- alcohol gedronken 46 1376 43 42 44 16 78

- bij minstens één gelegenheid 5 glazen of

meer gedronken (binge drinker) 30 897 28 30 27 8 55

- dronken of aangeschoten geweest 15 449 18 19 16 4 36

Drinkt wel eens alcohol en ouders vinden:

- goed 67 1062 57 56 58 29 68

- vinden dat ik minder moet drinken 2 32 5 8 3 3 6

- raden het af 14 222 17 18 16 35 10

- verbieden het 3 48 3 4 2 9 0,4

- weten het niet 2 32 4 3 5 11 1

- zeggen er niets van 12 190 14 12 16 13 14

Heeft in de afgelopen 4 weken alcohol gedronken en:- heeft in de afgelopen 4 weken bij minstens

één gelegenheid 5 glazen alcohol of meer heeft

gedronken (% binge drinkers van de drinkers) 62 853 64 69 59 44 70

- is zeker/waarschijnlijk van plan om

binnenkort minder alcohol te gaan drinken 2 28 6 6 7 9 6

- is zeker/waarschijnlijk van plan om

binnenkort niet meer dronken te worden 17 234 22 20 25 30 21

Druggebruik

Heeft wel eens drugs gebruikt 10 299 8 9 8 2 17

Druggebruik afgelopen 4 weken:

Wiet of hasj 2 60 2 3 2 1 4

Hallucinogene paddestoeltjes 0 0 0,1 0,3 0 0 0,3

GHB 0 0 0 0,1 0 0 0,1

XTC/MDMA 0 0 0,3 0,3 0,2 0,1 0,5

Amfetaminen 0 0 0,1 0,2 0,1 0 0,2

LSD 0 0 0 0 0 0 0

Cocaïne of heroïne 0 0 0,1 0,2 0,1 0,1 0,2

Bewegen

Sport nooit 7 209 10 9 12 5 17

Sport of beweegt minder dan 7 dagen per week

minimaal 1 uur per dag 79 2363 76 74 79 73 81

Denkt genoeg te bewegen 76 2273 74 80 67 79 67

Is zeker/waarschijnlijk van plan om binnenkort

meer te gaan bewegen 26 778 29 23 34 25 34

Weerbaarheid

Heeft lage weerbaarheid (komt niet goed op voor

zichzelf) 4 120 4 3 5 4 5

E. Vrijetijdsbesteding en internet Vrijetijdsbesteding

Lid van een vereniging of organisatie 83 2483 77 81 72 81 70

Lid van een sportvereniging 74 2213 64 69 59 69 57

Doet wekelijks vrijwilligerswerk 8 239 9 9 9 8 11

Gokt of speelt wekelijks om geld 0 0 1 3 0,3 0,8 2

(13)

jongens meisjes 12-15 16-18

% aantal % % % % %

Moerdijk Totaal Internet

Is in het afgelopen jaar digitaal gepest 5 150 5 5 6 6 4

Heeft in het afgelopen jaar anderen digitaal

gepest 2 60 2 3 1 2 2

Gamet dagelijks online met anderen 10 299 10 16 2 10 9

Winkelt/surft/zoekt dagelijks informatie op

internet 16 479 18 20 16 13 26

Bezoekt dagelijks social media sites 61 1825 54 45 63 48 62

Is "internet-verslaafd" 3 90 4 4 3 4 4

F. Omgaan met geld Omgaan met geld

Komt vaak geld te kort 7 209 9 8 10 7 10

Leent vaak geld van anderen 0,9 27 2 2 2 2 2

Heeft een schuld die niet binnen een maand kan

worden afgelost 0,3 9 2 2 2 1 3

G. Relatie met ouders Ouders

Relatie met ouders minder goed 16 479 17 15 19 14 21

Rapportcijfer moeder 6 of hoger 99 2961 98 99 97 98 97

Rapportcijfer vader 6 of hoger 94 2812 94 95 92 95 92

H. Seksualiteit en veilig vrijen Seksualiteit en veilig vrijen

Heeft wel eens geslachtsgemeenschap gehad 22 658 23 20 26 5 46

Leeftijd bij eerste geslachtsgemeenschap:

- jonger dan 12 jaar 0 0 0,1 0,1 0 0,1 0,1

- 12-13 jaar 1 30 1 1 2 1 2

- 14-15 jaar 11 329 10 7 12 3 18

- 16-17 jaar 9 269 11 10 12 0 25

- 18-19 jaar 1 30 0,9 0,9 0,8 0 2

- niet van toepassing 78 2333 77 81 74 96 54

Heeft wel eens onveilig gevreeën 11 329 13 9 18 2 28

Seksuele ervaring tegen de zin in 8 239 5 3 8 3 9

I. Problemen Problemen

Heeft geen problemen 21 628 19 24 13 21 16

Heeft alleen regelmatig problemen 63 1884 62 61 63 62 62

Heeft één of meer problemen die dag en nacht

spelen 16 479 19 15 24 17 22

Top drie problemen (regelmatig/dag en nacht) (Moerdijk):

1. schoolprestaties/cijfers 47 1406 51 47 54 51 51

2. keuzes die ik moet maken 50 1496 49 42 57 44 56

3. mijn uiterlijk 34 1017 34 22 47 32 37

J. Hulpvraag bij problemen Hulpvraag bij problemen

Zoekt nooit informatie of hulp 4 120 3 4 2 3 3

Zoekt alleen informatie of hulp bij directe

omgeving 42 1256 49 47 50 47 52

Zoekt (ook) informatie of hulp bij professional 53 1585 47 48 47 49 45

Top 3 onbekende hulpverleners (Moerdijk):

1. COC 65 1944 66 67 64 71 58

2. Novadic/Kentron 56 1675 59 60 58 67 49

3. JIP 51 1525 48 52 44 54 39

Top 3 bekende hulpverleners (Moerdijk):

1. leerlingbegeleider/mentor 97 2901 97 97 98 97 98

2. huisarts 97 2901 96 95 97 95 97

3. politie 96 2871 94 93 95 94 95

(14)

jongens meisjes 12-15 16-18

% aantal % % % % %

Moerdijk Totaal Heeft in de afgelopen 12 maanden hulp gezocht

bij één of meer hulpverleners 40 1196 44 41 47 42 47

Top 3 heeft in de afgelopen 12 maanden hulp gezocht bij hulpverleners (Moerdijk):

1. leerlingbegeleider/mentor 22 658 29 28 29 29 29

2. huisarts 17 508 19 16 22 15 24

3. vertrouwenspersoon school 7 209 9 8 9 9 8

Momenteel behoefte aan professionele hulp 2 60 2 1 3 2 3

K. Voorzieningen gemeente Buurt

Rapportcijfer 6 of hoger voor de buurt 90 2692 94 93 94 94 93

Mist één of meer ontmoetingsplaatsen in de

buurt 52 1555 48 51 45 52 44

(Veel) te weinig leuke dingen voor jongeren

georganiseerd in buurt 53 1585 41 41 42 40 42

L. veiligheid

Gevoelens van onveiligheid

Voelt zich wel eens overdag of 's avonds/'s

nachts onveilig 22 658 25 14 37 23 28

Voelt zich wel eens overdag onveilig 3 90 6 4 7 6 6

Voelt zich wel eens 's avonds/'s nachts onveilig 21 628 24 13 36 22 28

Voelt zich wel eens onveilig:

- op straat in eigen woonbuurt 7 209 10 5 14 8 11

- thuis 3 90 2 1 3 2 2

- op school 3 90 2 2 2 3 2

- tijdens het uitgaan 7 209 10 7 14 4 19

- bij sportaccommodaties 1 30 0,8 0,8 0,9 0,9 0,7

Slachtoffer van ongewenst gedrag

Afgelopen 12 maanden slachtoffer geweest van

ongewenst gedrag 24 718 25 27 22 21 30

Top 3 slachtoffer van ongewenst gedrag (Moerdijk):

1. fiets, bromfiets of scooter is gestolen 10 299 8 10 7 5 12

2. andere spullen zijn gestolen 9 269 9 9 8 8 10

3. spullen zijn vernield 6 179 9 10 7 8 9

(15)

Tabel 3

Antwoordpercentages per vraag voor de gemeente en de regio West-Brabant

Programma Lokaal Gezondheidsbeleid

© GGD West-Brabant

Breda, augustus 2012

(16)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

Moerdijk Regio West- Brabant

% %

n=2991 n=56074

A. Algemene vragen

A1. Ben je een jongen of een meisje?

jongen 52 51

meisje 48 49

A2. Hoe oud ben je?

12 jaar 12 13

13 jaar 19 15

14 jaar 13 15

15 jaar 13 13

16 jaar 17 16

17 jaar 10 15

18 jaar 14 13

A6. Bij wie woon je de meeste dagen van de week?

Ik woon:

bij mijn vader en moeder (samen) 77 79

ongeveer de helft van de tijd bij mijn moeder en de helft van de tijd bij mijn vader (co-

ouders) 3 3

bij mijn moeder en haar vriend(in) 10 6

bij mijn vader en zijn vriend(in) 0,3 1

alleen bij mijn moeder 7 8

alleen bij mijn vader 2 1

bij anderen (bijvoorbeeld pleegouders, andere familie, internaat) 0,3 1

zelfstandig 0,6 1

A7a. In welk land ben je geboren?

Nederland 98 95

Suriname 0 0,1

Nederlandse Antillen 0 0,2

Aruba 0 0,1

Turkije 0 0,2

Marokko 0 0,2

ander land 2 4

A7b. In welk land is je moeder geboren?

Nederland 93 88

Suriname 0,6 0,7

Nederlandse Antillen 0,3 0,5

Aruba 0 0,1

Turkije 1 2

Marokko 0 2

ander land 5 7

A7c. In welk land is je vader geboren?

Nederland 93 88

Suriname 0,3 0,7

Nederlandse Antillen 0 0,5

Aruba 0 0,1

Turkije 2 2

Marokko 0 2

ander land 5 6

A8a. Wat is de hoogst voltooide opleiding van je moeder/ verzorgster? (een opleiding afgerond met diploma of voldoende getuigschrift)

niet van toepassing, er is geen moeder in het huis waar ik de meeste dagen van de week

woon 0,7 0,7

geen opleiding (lagere school niet afgemaakt) 0,9 2

basisonderwijs (lagere school, speciaal basisonderwijs) 2 2

lager of voorbereidend beroepsonderwijs (LTS, LEAO, LHNO, VMBO) 14 13

middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (zoals MAVO, (M)ULO, MBO-kort, VMBO

theoretische leerweg) 21 17

middelbaar beroepsonderwijs en beroepsbegeleidend onderwijs (zoals MBO-lang, MTS,

MEAO, BOL, BBL, INAS) 32 26

hoger algemeen en voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (zoals HAVO, VWO,

Atheneum, Gymnasium, HBS, MMS) 10 12

hoger beroepsonderwijs (zoals HTS, HEAO, HBO-V, kandidaats wetenschappelijk

onderwijs) 14 19

wetenschappelijk onderwijs (Universiteit) 4 6

andere opleiding moeder 1 3

Antwoorden jeugdmonitor 12- t/m 18-jarigen 2011

Gemeente Moerdijk 1

(17)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

A8b. Wat is de hoogst voltooide opleiding van je vader/ verzorger? (een opleiding afgerond met diploma of voldoende getuigschrift)

niet van toepassing, er is geen vader in het huis waar ik de meeste dagen van de week

woon 1 2

geen opleiding (lagere school niet afgemaakt) 1 1

basisonderwijs (lagere school, speciaal basisonderwijs) 0,6 2

lager of voorbereidend beroepsonderwijs (LTS, LEAO, LHNO, VMBO) 18 17

middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (zoals MAVO, (M)ULO, MBO-kort, VMBO

theoretische leerweg) 11 12

middelbaar beroepsonderwijs en beroepsbegeleidend onderwijs (zoals MBO-lang, MTS,

MEAO, BOL, BBL, INAS) 29 23

hoger algemeen en voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (zoals HAVO, VWO,

Atheneum, Gymnasium, HBS, MMS) 8 8

hoger beroepsonderwijs (zoals HTS, HEAO, HBO-V, kandidaats wetenschappelijk

onderwijs) 19 22

wetenschappelijk onderwijs (Universiteit) 11 11

andere opleiding vader 2 3

A9a. Heeft je moeder/verzorgster op dit moment betaald werk?

ja, voltijds (fulltime) 17 20

ja, deeltijds (parttime) 63 60

nee, is huisvrouw 15 15

nee, is werkloos 2 2

nee, is arbeidsongeschikt of langdurig ziek 3 2

nee, is gepensioneerd of met de VUT 0 0,2

dat weet ik niet 0,4 1

A9b. Heeft je vader/verzorger op dit moment betaald werk?

ja, voltijds (fulltime) 90 86

ja, deeltijds (parttime) 5 5

nee, is huisman 0,4 0,5

nee, is werkloos 2 2

nee, is arbeidsongeschikt of langdurig ziek 1 3

nee, is gepensioneerd of met de VUT 0 0,8

dat weet ik niet 1 2

A10. Welk gezichtje geeft het beste aan hoe jij je in de afgelopen 3 maanden voelde?

zeer vrolijk 24 24

vrolijk 38 40

beetje vrolijk 26 25

neutraal 9 7

beetje somber 2 2

somber 1 0,8

zeer somber 0 0,5

B. School

B1. Zit je op school, volg je een opleiding of studie?

ja 97 98

nee 3 2

B2. Welk soort onderwijs volg je?

basisonderwijs 2 4

brugklas Praktijkonderwijs 2 1

brugklas VMBO-tl (MAVO)/HAVO 6 5

brugklas HAVO/VWO/gymnasium 7 6

Praktijkonderwijs 0,7 1

VMBO theoretische leerweg (MAVO) 15 11

VMBO overig (gemengde leerweg, kaderberoepsgerichte leerweg of basisberoepsgerichte

leerweg) 8 9

MBO (ROC, AOC) 15 14

HAVO 13 17

VWO (atheneum, gymnasium, lyceum) 19 21

HBO 5 5

universiteit 1 1

Regionale Expertise Centra (REC) 0,9 0,2

ander soort onderwijs 1 1

onbekend/weet niet 0 0,1

nvt, zit niet op school 3 2

(18)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

De vragen B3 t/m B7 gelden alleen voor schoolgaande jongeren.

B3. Hoeveel dagen ben je de laatste 4 weken dat er school was thuis gebleven, omdat je ziek was? (Vakantieweken niet meetellen bij die 4 weken)

geen 67 69

1-2 dagen 24 23

3-5 dagen 7 7

meer dan 5 dagen 2 2

B4. Hoeveel lesuren heb je de laatste 4 weken dat er school was gespijbeld?

(Vakantieweken niet meetellen bij die 4 weken)

geen 95 93

1 uur 1 2

2 uur 0,8 2

3 tot 4 uur 0,7 1

5 tot 10 uur 1 1

11 of meer uur 1 0,5

B5. Hoe vind je het op school?

hartstikke leuk 14 16

leuk 61 55

gaat wel 24 25

niet leuk 0,7 3

vreselijk 0,6 0,9

B6. Hoe vaak ben je de afgelopen 3 maanden op school gepest?

nooit 92 90

minder dan 2 keer per maand 4 6

2 of 3 keer per maand 2 2

ongeveer 1 keer per week 0,7 1

meerdere keren per week 1 2

B7. Hoe vaak heb je de afgelopen 3 maanden meegedaan aan pesten van een andere leerling op school?

nooit 92 90

minder dan 2 keer per maand 7 8

2 of 3 keer per maand 0,9 1

ongeveer 1 keer per week 0,7 0,7

meerdere keren per week 0,3 0,4

C. Gezondheid en welzijn

C1. Hoe vind je je gezondheid in het algemeen?

heel goed 27 28

goed 60 59

gaat wel 12 12

niet zo best 0,7 2

slecht 0 0,4

C2. Wil je bij de volgende ziekten en aandoeningen aankruisen of je die hebt of in de afgelopen 12 maanden hebt gehad?

a. astma of bronchitis

nee 88 91

ja, niet door arts vastgesteld 0,3 0,8

ja, wel door arts vastgesteld 11 9

b. chronische vermoeidheid

nee 96 96

ja, niet door arts vastgesteld 3 3

ja, wel door arts vastgesteld 0,3 1

c. diabetes mellitus (suikerziekte)

nee 99 99

ja, wel door arts vastgesteld 0 0,5

d. eczeem

nee 88 91

e. buikklachten langer dan 3 maanden

nee 97 95

ja, wel door arts vastgesteld 0,6 3

(19)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

f. migraine of regelmatige ernstige hoofdpijn

nee 88 89

g. een aangeboren hartaandoening

nee 99 99

ja, wel door arts vastgesteld 0,3 0,6

h. ADHD

nee 94 95

ja, niet door arts vastgesteld 2 0,9

i. anorexia of boulimia nervosa

nee 99 99

ja, wel door arts vastgesteld 0,4 0,2

j. kanker

nee 100 100

ja, wel door arts vastgesteld 0 0,1

k. andere ziekte/aandoening

nee 90 90

C3. In welke mate word of werd je hierdoor belemmerd bij het uitvoeren van dagelijkse bezigheden?

sterke mate 3 3

lichte mate 12 15

niet belemmerd 14 12

niet van toepassing 71 70

C4. Hoe vaak gedurende de afgelopen 4 weken:

a. was je erg zenuwachtig?

altijd 0 0,3

meestal 2 2

vaak 3 6

soms 32 31

zelden 37 41

nooit 25 20

b. zat je zo erg in de put dat niets je kon opvrolijken?

altijd 0 0,2

meestal 0 1

vaak 3 3

soms 9 10

zelden 22 23

nooit 65 64

c. voelde je je kalm en rustig?

altijd 9 7

meestal 45 39

vaak 29 30

soms 12 17

zelden 4 5

nooit 1 2

d. voelde je je somber en neerslachtig?

altijd 0 0,2

meestal 2 2

vaak 6 5

soms 13 17

zelden 35 37

nooit 44 40

e. was je een gelukkig mens?

altijd 24 22

meestal 47 46

vaak 18 19

soms 9 9

zelden 2 2

nooit 0 0,8

(20)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

C5a. Ik probeer aardig te zijn tegen anderen. Ik houd rekening met hun gevoelens

niet waar 1 0,7

een beetje waar 17 19

zeker waar 82 80

b. Ik ben rusteloos, ik kan niet lang stilzitten

niet waar 44 41

zeker waar 14 16

c. Ik heb vaak hoofdpijn, buikpijn, of ik ben misselijk

niet waar 70 70

zeker waar 6 7

d. Ik deel makkelijk met anderen (snoep, speelgoed, potloden etc.)

niet waar 5 4

zeker waar 64 67

e. Ik word erg boos en ben vaak driftig

niet waar 82 77

zeker waar 3 3

f. Ik ben nogal op mijzelf. Ik speel meestal alleen of bemoei mij niet met anderen

niet waar 65 65

zeker waar 8 8

g. Ik doe meestal wat me wordt opgedragen

niet waar 5 8

zeker waar 36 34

h. ik pieker veel

niet waar 52 51

zeker waar 12 13

i. Ik help iemand die zich heeft bezeerd, van streek is of zich ziek voelt

niet waar 3 4

zeker waar 67 65

j. Ik zit constant te wiebelen of te friemelen

niet waar 50 49

zeker waar 17 17

k. Ik heb minstens één goede vriend of vriendin

niet waar 7 4

een beetje waar 5 5

zeker waar 88 90

l. Ik vecht vaak. Het lukt mij andere mensen te laten doen wat ik wil

niet waar 94 91

een beetje waar 6 8

zeker waar 0 1

m. Ik ben vaak ongelukkig, in de put of in tranen

niet waar 84 83

zeker waar 3 3

n. Andere jongeren van mijn leeftijd vinden mij over het algemeen aardig

niet waar 2 1

zeker waar 86 85

o. Ik ben snel afgeleid, ik vind het moeilijk om me te concentreren

niet waar 37 33

zeker waar 19 21

p. Ik ben zenuwachtig in nieuwe situaties. Ik verlies makkelijk mijn zelfvertrouwen

niet waar 45 44

zeker waar 16 16

q. Ik ben aardig tegen jongere kinderen

niet waar 0,6 2

zeker waar 84 84

(21)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

r. Ik word er vaak van beschuldigd dat ik lieg en bedrieg

niet waar 89 86

zeker waar 2 3

s. Andere kinderen of jongeren pesten of treiteren mij

niet waar 93 91

een beetje waar 5 8

zeker waar 1 2

t. Ik bied vaak anderen aan hun te helpen (ouders, leerkrachten, kinderen)

niet waar 8 10

zeker waar 36 35

u. Ik denk na voor ik iets doe

niet waar 7 6

zeker waar 41 40

v. Ik neem dingen weg die niet van mij zijn thuis, op school of op andere plaatsen

niet waar 96 94

een beetje waar 4 5

zeker waar 0,6 1

w. Ik kan beter met volwassenen opschieten dan met jongeren van mijn leeftijd

niet waar 64 67

zeker waar 7 7

x. Ik ben voor heel veel dingen bang, ik ben snel angstig

niet waar 79 80

zeker waar 3 3

y. Ik maak af waar ik mee bezig ben. Ik kan mijn aandacht er goed bij houden

niet waar 9 12

zeker waar 33 31

C6. Geef jij momenteel mantelzorg?

nee 91 90

ja 9 10

C7. Vind je het zwaar om mantelzorg te geven?

nee 5 7

een beetje 3 3

ja 0,9 0,2

D. Leefstijl

D1. Hoeveel dagen per week ontbijt je meestal?

(bijna) nooit 6 6

1 dag per week 0,7 0,9

2 dagen per week 3 3

elke dag 76 74

D2. Hoeveel dagen per week eet je fruit? (bijvoorbeeld appels, sinaasappels, mandarijnen, bananen etc.)

(bijna) nooit 16 15

1 dag per week 7 7

elke dag 21 23

(22)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

D3. Op de dagen dat je fruit eet, hoeveel porties eet je dan meestal per dag?

(Voorbeelden van 1 portie fruit zijn: 1 appel, 1 banaan, 1 perzik, 1 kiwi, 2 mandarijnen, 2 pruimen, een handje met druiven, kersen of aardbeien)

1/2 portie per dag (bijvoorbeeld één mandarijn of een halve appel) 7 7

1 portie per dag 34 33

1 1/2 portie per dag 8 8

2 porties per dag 28 27

2 1/2 porties per dag 5 8

3 of meer porties per dag 2 2

D4. Hoeveel dagen per weet eet je groente?

(bijna) nooit 4 4

1 dag per week 1 2

elke dag 20 21

D5. Heb je wel eens gerookt? (tenminste één sigaret, sigaar of pijp)

nee 74 72

ja 26 28

D6. Hoe vaak rook je nu?

ik rook niet 90 88

minder dan één keer per week 4 3

tenminste één keer per week, maar niet iedere dag 2 3

iedere dag 4 6

D7. Is er gerookt in huis in de afgelopen 7 dagen waar jij bij was?

nee, er wordt bij mij thuis in huis nooit gerookt 68 68

nee, er wordt bij mij thuis in huis nooit gerookt als ik erbij ben 3 3

nee, in de afgelopen 7 dagen werd bij mij in huis niet gerookt toen ik erbij was 6 5 ja, in de afgelopen 7 dagen werd bij mij in huis gerookt waar ik bij was 23 24 D8. Heb je wel eens waterpijp gerookt?

nee 72 72

ja 28 28

D9. Hoe vaak rook je nu waterpijp?

ik rook nu geen waterpijp 95 93

minder dan één keer per week 5 7

tenminste één keer per week, maar niet iedere dag 0,6 0,6

iedere dag 0 0

D10. Wat voor alcoholhoudende drank drink je?

ik heb nooit alcohol gedronken 47 48

bier 35 33

wijn, cider of champagne 21 22

breezers of andere mixdrankjes die je kant-en-klaar koopt 27 25

mixdrankjes die zelf gemixt worden 21 22

shooters 19 17

alcopop 0 0,4

likeur 15 14

sterke drank puur gedronken 4 7

Sherry, Port, Martini 2 2

(23)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

D11. Hoe vaak heb je iets met alcohol gedronken?

a. in je hele leven

0 keer 0 0,3

1 keer 0,6 1

2 keer 1 2

3 keer 2 2

4 keer 3 2

5 keer 3 3

6 keer 2 1

7 keer 2 1

8 keer 0,6 2

9 keer 1 0,6

10 keer 3 3

11-19 keer 5 5

20 keer of vaker 29 28

nvt, ik heb nooit gedronken 47 48

b. in de laatste 4 weken

0 keer 7 9

1 keer 9 9

2 keer 8 9

3 keer 7 6

4 keer 8 6

5 keer 5 4

6 keer 0,3 2

7 keer 0,7 1

8 keer 5 2

9 keer 0,6 0,4

10 keer 0 1

11-19 keer 0,6 1

D12. Op hoeveel van de vier doordeweekse dagen drink je meestal alcohol? (van maandag tot en met donderdag)

4 dagen 0,5 0,2

3 dagen 0 0,2

2 dagen 1 0,7

1 dag 3 3

minder dan 1 dag 4 5

ik drink nooit alcohol op doordeweekse dagen 44 43

D13. Hoeveel glazen, flesjes of blikjes alcohol drink je dan meestal op zo'n doordeweekse dag? (van maandag tot en met donderdag)

11 glazen of meer per dag 0 0,1

7-10 glazen per dag 0 0,3

6 glazen per dag 1 0,5

2 glazen per dag 2 2

1 glas per dag 3 5

nvt, ik heb nooit gedronken of ik drink nooit op doordeweekse dagen 92 91 D14. Op hoeveel van de drie weekend dagen drink je meestal alcohol? (vrijdag,

zaterdag en zondag)

3 dagen 3 1

2 dagen 12 10

1 dag 16 19

minder dan 1 dag 17 15

ik drink nooit alcohol in het weekend 6 7

(24)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

D15. Hoeveel glazen, flesjes of blikjes alcohol drink je dan meestal op zo'n weekend dag? (vrijdag, zaterdag en zondag)

20 glazen of meer per dag 0 0,3

15-19 glazen per dag 0 1

1 glas per dag 10 8

nvt, ik heb nooit gedronken of ik drink nooit in het weekend 53 56

D16. Hoe vaak heb je de afgelopen vier weken VIJF OF MEER drankjes met alcohol gedronken bij één gelegenheid? (bijvoorbeeld een feestje of op een avond)

nooit 23 24

1 keer 10 11

2 keer 8 6

3 of 4 keer 6 7

5 of 6 keer 3 3

7 of 8 keer 1 1

9 keer of vaker 1 0,9

D17. Hoe vaak ben je dronken of aangeschoten geweest door het drinken van alcohol?

0 keer 14 15

1 keer 8 7

2 keer 4 5

3 keer 5 4

4 keer 3 3

5 keer 3 3

6 keer 0,6 1

7 keer 0,3 0,9

8 keer 0,9 0,9

9 keer 0,7 0,4

10 keer 3 2

11-19 keer 4 3

b. in de laatste 4 weken

0 keer 37 34

1 keer 7 9

2 keer 5 4

3 keer 0,7 2

4 keer 1 1

5 keer 0,6 0,5

6 keer 0,6 0,3

7 keer 0,4 0,3

8 keer 0 0,1

9 keer 0 0,1

10 keer 0 0,1

11-19 keer 0,6 0,1

D18. Hoe oud was je toen je voor het eerst een glas alcohol dronk?

jonger dan 12 jaar 2 2

12-13 jaar 10 11

14-15 jaar 31 28

16 jaar of ouder 10 11

(25)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

D19. Als je alcohol drinkt, waar is dit dan meestal?

thuis, alleen 3 2

thuis, met anderen 25 25

bij anderen thuis 20 24

op een schoolfeest 9 6

in een disco 21 24

in een café, bar, snackbar of op een terras 30 27

in een restaurant 8 6

in de sportkantine bij een vereniging 7 5

op straat, in een park of ergens anders buiten (en dan niet op een terras) 2 2

in een keet, hok of schuur 3 3

ergens anders 1 2

D20. Hoe kom je meestal aan de alcohol die je drinkt?

ik koop het zelf (bijvoorbeeld in een winkel, bar, keet/hok) 29 31

anderen kopen het voor mij en ik betaal ze terug 1 2

ik krijg het van vrienden 5 5

ik krijg het van mijn ouders 11 8

ik krijg het van andere familieleden 0,7 1

anders 3 4

D21. Wat vinden je ouders/verzorgers ervan dat je alcohol drinkt?

ze vinden het goed 35 29

ze vinden dat ik minder alcohol zou moeten drinken 1 3

ze raden het af 7 9

ze verbieden het 2 1

ze weten het niet 0,9 2

ze zeggen er niets van 7 7

D22. Heb je wel eens softdrugs aangeboden gekregen (zoals hasj, wiet of GHB)?

ja 19 19

nee 81 81

D23. Waar heb je wel eens hasj of wiet aangeboden gekregen?

op school 7 6

thuis of bij vrienden thuis 4 5

op straat, in een park of bij een hangplek 7 9

in een café of disco, op een feest of bij een concert 3 5

ergens anders 2 3

D24. Heb je wel eens harddrugs aangeboden gekregen (zoals cocaïne, XTC, pep/speed)?

ja 2 4

nee 98 96

D25. Waar heb je wel eens harddrugs (zoals cocaïne, XTC, pep/speed) aangeboden gekregen?

op school 1 0,7

thuis of bij vrienden thuis 0 0,5

op straat, in een park of bij een hangplek 2 2

in een café of disco, op een feest of bij een concert 0,9 2

ergens anders 0 0,5

D26. Heb je wel eens drugs gebruikt (zoals hasj, wiet, cocaïne, XTC, pep/speed, paddo's)?

ja 10 8

nee 90 92

(26)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

D27. Hoe vaak heb je hasj of wiet gebruikt?

0 keer 0 0,2

1 keer 3 2

2 keer 0,6 1

3 keer 2 0,8

4 keer 0,6 0,5

5 keer 2 0,5

6 keer 0 0,2

7 keer 0,6 0,2

8 keer 0 0,2

9 keer 0 0,1

10 keer 0,7 0,4

11-19 keer 0 0,4

nvt, ik heb nooit drugs gebruikt 90 91

b. in de laatste vier weken

0 keer 9 6

1 keer 1 1

2 keer 0 0,4

3 keer 0 0,2

4 keer 0 0,1

5 keer 0 0,1

6 keer 0 0

7 keer 0 0

8 keer 0 0,1

9 keer 0 0,1

10 keer 0 0

11-19 keer 0 0,1

20 keer of vaker 0,3 0,2

D28. Hoe kom je meestal aan hasj of wiet?

ik gebruik het nu niet meer 7 5

van vrienden 2 3

via, via van iemand die ik goed ken 0,3 0,3

van een (huis)dealer 0 0,4

ik koop het in een coffeeshop 0,3 1

van schoolgenoten 0,3 0,6

ik kweek het zelf 0 0,1

anders 0 0,2

D29. Waar gebruik je meestal hasj of wiet?

thuis 0 0,6

bij vrienden 1 2

café of disco, op een feest of bij een concert 0,9 0,7

in een coffeeshop 0,3 0,3

op of rond school 0,6 0,3

op straat, in een park of een andere plek buiten 1 2

ergens anders 0 0,2

D30. Als je hasj of wiet rookt hoeveel joints rook je dan gemiddeld per keer?

minder dan 1 joint 2 2

1 joint 0,9 0,6

2 joints 0 0,4

3 of meer joints 0 0,3

nvt, ik heb het nooit gebruikt of ik gebruik het nu niet meer 97 97

(27)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

D31. Hoe vaak heb je GHB gebruikt?

0 keer 10 8

1 keer 0,3 0,1

2 keer 0 0,1

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

8 keer 0 0

9 keer 0 0

10 keer 0 0

11-19 keer 0 0

b. in de laatste vier weken

0 keer 10 8

1 keer 0 0

2 keer 0 0

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

8 keer 0 0

9 keer 0 0

10 keer 0 0

11-19 keer 0 0

D32. Hoe vaak heb je in je hele leven onderstaande middelen gebruikt?

a. XTC (ecstasy, MDMA)

0 keer 9 8

1 keer 0,3 0,4

2 keer 0 0,2

3 keer 0 0,1

4 keer 0,3 0,1

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

b. cocaïne (crack, coke of wit)

0 keer 9 8

1 keer 0 0,3

2 keer 0,3 0,1

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

nvt, ik heb nooit drugs gebruikt 0 0,1

c. hallucinogene paddestoeltjes (paddo's of magic mushrooms)

0 keer 10 8

1 keer 0 0,3

2 keer 0 0,1

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0,3 0

8 keer of vaker 0 0

(28)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

d. amfetaminen (uppers, pep, speed)

0 keer 10 8

1 keer 0,3 0,3

2 keer 0 0

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

e. heroïne (horse, smack of bruin)

0 keer 10 9

1 keer 0,3 0

2 keer 0 0

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

8 keer of vaker 0 0

f. LSD

0 keer 10 8

1 keer 0 0

2 keer 0 0

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

8 keer of vaker 0 0

D33. Hoe vaak heb je in de laatste 4 weken onderstaande middelen gebruikt?

a. XTC (ecstasy, MDMA)

0 keer 0,6 0,7

1 keer 0 0,2

2 keer 0 0,1

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

8 keer of vaker 0 0

nvt, ik heb nooit XTC gebruikt 99 99

b. cocaïne (crack, coke of wit)

0 keer 0,3 0,5

1 keer 0 0,1

2 keer 0 0

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

8 keer of vaker 0 0

nvt, ik heb nooit cocaïne gebruikt 100 99

c. hallucinogene paddestoeltjes (paddo's of magic mushrooms)

0 keer 0,3 0,3

1 keer 0 0,1

2 keer 0 0

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

8 keer of vaker 0 0

nvt, ik heb nooit hallucinogene paddestoeltjes gebruikt 100 100

(29)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

d. amfetaminen (uppers, pep, speed)

0 keer 0,3 0,4

1 keer 0 0,1

2 keer 0 0

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

8 keer of vaker 0 0

nvt, ik heb nooit amfetaminen gebruikt 100 99

e. heroïne (horse, smack of bruin)

0 keer 0,3 0

1 keer 0 0

2 keer 0 0

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

8 keer of vaker 0 0

nvt, ik heb nooit heroïne gebruikt 100 100

f. LSD

0 keer 10 9

1 keer 0 0

2 keer 0 0

3 keer 0 0

4 keer 0 0

5 keer 0 0

6 keer 0 0

7 keer 0 0

8 keer of vaker 0 0

nvt, ik heb nooit LSD gebruikt 90 91

D34. Hoeveel dagen van de week besteed je minimaal één uur aan alle hierna genoemde activiteiten bij elkaar opgeteld: lopen of fietsen van en naar school, gymmen op school, sporten bij een sportvereniging en sporten buiten een sportvereniging om (bijvoorbeeld voetballen op straat)?

geen enkele dag 3 3

1 dag 8 5

2 dagen 7 6

3 dagen 10 9

4 dagen 13 10

5 dagen 21 24

6 dagen 16 20

7 dagen 21 24

D35. Denk je dat je genoeg aan lichamelijke activiteit doet?

ja 76 74

nee 16 16

weet ik niet 8 11

D36. Geef aan in hoeverre je het eens bent met onderstaande uitspraken.

a. Ik weet wat ik wel en niet wil

helemaal mee eens 49 50

mee eens 41 40

mee eens/niet mee eens 8 8

mee oneens 2 2

helemaal mee oneens 0,6 0,6

b. Ik zeg het als iemand iets doet wat ik vervelend vind

mee eens 48 47

mee oneens 2 3

helemaal mee oneens 0,6 0,6

c. Ik laat mij makkelijk overhalen om dingen te doen die ik niet wil

mee eens 5 4

mee oneens 38 41

helemaal mee oneens 43 40

(30)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

d. Ik kan heel goed nee zeggen tegen mijn vrienden

mee eens 39 38

mee oneens 7 8

e. Ik vind het moeilijk om hulp te vragen als iemand mij lastig valt

mee eens 14 11

mee oneens 35 36

f. Ik doe alleen maar dingen die ik zelf echt wil

mee eens 40 40

mee oneens 8 8

g. Ik laat me niet overhalen om dingen te doen die ik niet wil in ruil voor een cadeautje

mee eens 24 27

mee oneens 11 7

h. Ik kom voor mezelf op als iemand mij uitscheldt, beledigt of bedreigt

mee eens 41 37

mee oneens 5 4

i. Als mijn vrienden iets doen wat ik eigenlijk niet wil dan doe ik toch maar mee

helemaal mee eens 0,6 1

mee eens 2 4

mee oneens 40 41

D37. In hoeverre ben je het eens met onderstaande uitspraken.

Ik ben van plan om binnenkort:

a. minder te gaan roken

ja, zeker wel 2 2

ja, waarschijnlijk wel 0,3 2

misschien wel/misschien niet 3 3

nee, waarschijnlijk niet 0,9 2

nee, zeker niet 1 0,9

b. te stoppen met roken

ja, zeker wel 2 2

nee, waarschijnlijk niet 2 3

nee, zeker niet 2 2

c. minder alcohol te gaan drinken

ja, zeker wel 0,5 0,7

nee, zeker niet 13 11

d. niet meer dronken te worden

ja, zeker wel 0,9 2

ja, waarschijnlijk wel 3 3

nee, zeker niet 5 6

(31)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

e. gezonder te gaan eten

ja, zeker wel 8 12

nee, zeker niet 8 6

f. meer te gaan bewegen/sporten

ja, zeker wel 10 12

nee, zeker niet 13 10

E. Vrijetijdsbesteding

E1. Hoeveel dagen per week doe je gewoonlijk deze dingen?

a. computerspelletjes (ook Wii, Playstation, Nintendo, Gameboy etc.)

dit doe ik nooit 31 34

1-2 dagen per week 30 28

elke dag 17 15

b. online gamen met anderen

elke dag 10 10

c. e-mailen of chatten (bijvoorbeeld met MSM, Google talk)

elke dag 41 38

d. op internet winkelen/informatie zoeken/surfen

elke dag 16 18

e. (mobiel-)bellen of sms-en met vriend(inn)en

elke dag 52 49

f. televisie/dvd/online film kijken

elke dag 50 47

g. social media sites bezoeken (bijvoorbeeld Facebook, Hyves, Twitter)

elke dag 61 54

h. boek/krant lezen

elke dag 13 13

i. huiswerk maken

elke dag 32 30

(32)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

j. sporten

elke dag 14 13

k. met een hobby bezig zijn (bijvoorbeeld tekenen, knutselen, schilderen, muziek maken/luisteren)

elke dag 31 27

l. naar/ met vriend(inn)en thuis

elke dag 3 4

m. op straat rondhangen

elke dag 1 2

n. vrijwilligerswerk

3-4 dagen per week 0,3 0,7

5-6 dagen per week 0 0,1

elke dag 0 0,2

o. (online) gokken of spelen om geld (ook kaarten om geld)

3-4 dagen per week 0 0,2

elke dag 0 0,1

E2. Van welke verenigingen of organisaties ben je lid?

sportvereniging 74 64

zang-, muziek-, of toneelvereniging 15 13

organisatie op het gebied van natuur of milieu (zoals: WNF Rangerclub, NJN) 4 4

jeugdvereniging (bijvoorbeeld scouting, knutselclub) 3 4

vereniging of organisatie van kerk of moskee 3 5

ander soort vereniging of organisatie 10 9

geen lid van vereniging 17 23

E3. Hoe vaak heb je het afgelopen jaar de volgende ervaringen gehad OP INTERNET?

a. iemand beledigde je

nooit 81 81

1 keer per maand 13 13

2-3 keer per maand 2 2

1 keer per week 2 1

vaker 3 2

b. iemand was grof tegen je

nooit 80 79

1 keer per week 1 1

vaker 3 2

c. iemand viel je lastig

nooit 89 86

1 keer per week 1 1

vaker 1 1

(33)

Tabel 3: antwoordpercentages op alle vragen

% %

d. iemand maakte je belachelijk

nooit 85 87

1 keer per week 1 0,9

vaker 1 1

e. iemand negeerde je volkomen

nooit 86 84

1 keer per week 0,3 1

vaker 2 1

f. iemand probeerde je te kwetsen

nooit 88 88

vaker 1 1

g. iemand pestte je

nooit 95 95

2-3 keer per maand 1 0,7

1 keer per week 0,3 0,2

vaker 1 0,7

E4. Hoe vaak heb je het afgelopen jaar OP INTERNET het volgende zelf bij iemand gedaan?

a. iemand beledigen

nooit 90 89

vaker 1 1

b. grof tegen iemand zijn

nooit 83 85

vaker 1 1

c. iemand lastig vallen

nooit 97 96

vaker 0,8 0,4

d. iemand belachelijk maken

nooit 91 92

vaker 1 0,7

e. iemand volkomen negeren

nooit 82 82

1 keer per week 3 1

vaker 1 2

f. iemand proberen te kwetsen

nooit 96 97

2-3 keer per maand 0,6 0,4

vaker 1 0,4

g. iemand pesten

nooit 98 98

1 keer per maand 0,8 2

vaker 0,8 0,3