Vraag nr. 436 van 3 juni 1998
van de heer FRANCIS VERMEIREN
Bouwaanvragen Zaventem – Advies Regie der Luchtwegen
In de ruimere omgeving van de luchthaven van Zaventem geldt sedert 1972 een formele verplich- ting om inzake bouwen verkavelingsaanvragen het advies in te winnen van de Regie der Luchtwegen (RLW).
In een recente omzendbrief RO5 van 7 januari 1993 heeft de gemachtigde ambtenaar aan deze verplichting herinnerd voor "aanvragen die liggen in gebieden met luchtvaartdienstbaarheden".
In een vroegere omzendbrief van 10 mei 1972 werd gestipuleerd dat de RLW advies uitbrengt over
"toelaatbare bouwhoogten". In de omgeving van de luchthaven is dit advies bindend. Een negatief advies van de RLW geeft aanleiding tot een iden- tieke beoordeling door de gemachtigde ambtenaar, namelijk weigering tot bouw of verkavelen.
Reeds enige tijd blijkt dat de negatieve adviezen worden gemotiveerd door "de nabijheid van de luchthaven", ook wanneer de toelaatbare bouw- hoogte niet wordt overschreden. En de gemachtig- de ambtenaar oordeelt dan in dezelfde zin, ook al stemt dit niet overeen met de omzendbrief van 1972 van de Regie der Luchtwegen.
Anderzijds is mij ter kennis gebracht dat de Regie der Luchtwegen thans overweegt in het gebied tus- sen de luchthaven en de dorpskom van Steenok- kerzeel een bedrijvenzone aan te leggen, terwijl ook langs de Haachtsesteenweg lintbebouwing zou worden gepland, waarvoor de bouwlijnen reeds vastliggen en worden gehanteerd bij bouwaanvra- gen van nieuwe concessiehouders.
Dit alles roept een reeks vragen op.
1. Op welk juridisch gegeven steunt de RLW zich om telkens negatieve adviezen uit te brengen ? De betrokken gemeenten kunnen niet verwij- zen naar een wettelijk document bij de beoor- deling van bouw- en verkavelingsaanvragen.
2. Waarop steunt de gemachtigde ambtenaar zich om deze juridisch twijfelachtige adviezen van de RLW in te volgen, terwijl de Regie zelf blijkbaar hiervan afwijkingen aanbiedt ?
3. Hoe kan rechtszekerheid worden gewaarborgd van aanvragen in gebieden die volgens het gewestplan zijn bestemd voor bebouwing ?
4. Wat met de aansprakelijkheid van de betrokken overheid ten opzichte van schadeclaims van ver- ongelijkte eigenaars ?
Antwoord
Bij de beoordeling van bouw- en verkavelingsdos- siers wordt er niet alleen rekening gehouden met de bouwhoogten doch ook met de geluidshinder, conform de bepalingen van het Ruimtelijk Struc- tuurplan Vlaanderen (RSV), die voorzien in een uitdoving van de woonfunctie in de zones met geluidsoverlast rond de luchthaven en omgeving.
Hierbij moet ook worden verwezen naar de vrijwa- ring van veiligheidscorridors onder de aanvliegrou- tes (nodig voor onder andere een degelijke wer- king van het Instrument Landing System, een vitaal onderdeel van iedere internationale luchtha- ven).
Voor de luchthaven van Zaventem wordt, in uit- voering van het RSV, een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan opgesteld in overleg met alle betrokken actoren. Hierin zullen onder andere de diverse bedrijvenzones worden afgebakend en gespecifieerd.
Meer specifiek ingaand op de voorgelegde vragen kan ik het volgende meedelen.
1. De Regie der Luchtwegen steunt zich op een erfdienstbaarheid van openbaar nut.
2. De gemachtigde ambtenaar baseert zich bij de beoordeling van dergelijke adviezen van de RLW op de stedenbouwkundige voorschriften van de plannen van aanleg.
3. De rechtszekerheid betreffende het al dan niet bouwen/verkavelen ontstaat door het advies dat wordt uitgebracht door de gemachtigde ambte- naar na een meervoudige toetsing aan in hoofd- zaak de bestaande aanlegplannen, de eventueel ingewonnen bijkomende adviezen en de plaat- selijke goede ordening (voornaamste criteria hierin : omliggende bebouwing, reliëf, woonhy- giëne, ontsluitingsinfrastructuur).
4. Er kan pas een schadeclaim worden ingediend nadat er een recht is ontstaan. Het feit van de ligging in een woonzone garandeert op zich niet dat een bepaalde bestemming in een bepaalde vorm op die plaats en met een welbepaalde ves- tiging mag worden gerealiseerd.