• No results found

Edesche verlustingen, of geestelijcke gezangen en lof-zangen op verscheyden voorvallen en gelegentheden

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Edesche verlustingen, of geestelijcke gezangen en lof-zangen op verscheyden voorvallen en gelegentheden"

Copied!
143
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Edesche verlustingen, of geestelijcke gezangen en lof-zangen op verscheyden voorvallen en gelegentheden

http://hdl.handle.net/1874/35389

(2)
(3)
(4)
(5)
(6)
(7)
(8)
(9)
(10)
(11)
(12)
(13)

Edesche verlustingen, of geestelijcke gezangen en lof-zangen op verscheyden voorvallen en gelegentheden Op deEEDISCHE GEZANGEN Van den Eerwaerdtgen, Godtfaligett, endefeergeleerden Heer, J O H A N N E S C L O E C K- IWEden was de loof e Slange kloeck,Om over 't menfchelick, Geflacht den vloeck^Te brengen: maer der Vromven Zaedt, met EedeOns toeirefeyt, bracht wederom den Vrede. Des Satans Woordt was , EDE , g'hebt geen noot;Doch eylaes! 't Eeten deed' den Menfch den doodt.Maer Chriftm feyt oock., EDE, 'kfalu gevenAfijn eygen Vleefch, om

eettwighlickje leven.O Eede ! wat gelttckjs dit, datghyOockjme'e tot defen Boom des Levens vryToe-treden mooght, hoorende KLOECKprmget*Met kloecke ftemm', en Eedische Gezangen ,Dat elck, die fijne Saligbeyt bemind,Met Eede fich aen fijnen Godt verbind',Om't Hemelfch Eden kloeck'lick te beftrijden,En als geveeldt hetfelve te doen lijden-Wel aen dan Eede , EDE van dit Broodt,De Heer belooft met Eede, dat de Doodt1) met f al houden uyt het Hemelfch Eden,Sooghyjijnflemm hoort, nu het noch is Heden. JACOBUS STEEN, V.V-M' Scherpen&elanHS. M0&*

(14)
(15)
(16)
(17)
(18)
(19)
(20)
(21)
(22)
(23)
(24)
(25)
(26)
(27)
(28)
(29)
(30)
(31)
(32)
(33)
(34)
(35)
(36)
(37)
(38)
(39)
(40)
(41)
(42)
(43)
(44)
(45)
(46)
(47)
(48)
(49)
(50)
(51)
(52)
(53)
(54)
(55)
(56)
(57)
(58)
(59)
(60)
(61)
(62)
(63)
(64)
(65)
(66)
(67)
(68)
(69)
(70)
(71)
(72)
(73)
(74)
(75)
(76)
(77)
(78)
(79)
(80)
(81)
(82)
(83)
(84)
(85)
(86)
(87)
(88)
(89)
(90)
(91)
(92)
(93)
(94)
(95)
(96)
(97)
(98)
(99)
(100)
(101)
(102)
(103)
(104)
(105)
(106)
(107)
(108)
(109)
(110)
(111)
(112)
(113)
(114)
(115)
(116)
(117)
(118)
(119)
(120)
(121)
(122)
(123)
(124)
(125)
(126)
(127)
(128)
(129)
(130)
(131)
(132)
(133)
(134)
(135)
(136)
(137)
(138)
(139)
(140)
(141)
(142)
(143)

Powered by TCPDF (www.tcpdf.org)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Aegidius Haeffacker, Het paradys der geestelijcke en kerckelijke lof-sangen, op de principaelste feest-dagen des gheheelen jaers.. En heeft geblust

Van 't geen waar ieder veel van spreekt, Zy hier nooit iets gebleeken.. Men zing' wel eens geschiedenis, By 't reisjen door deez' landen, Doch zwyge altoos van alles wat Ooit

Oneindig heer in liefde ongemeten, Schou aan op uw genaden-stoel gezeten, In Jezu wonden 't vyantlyke hert, Dat door dit alles niet verbroken

Na aldus de reden en het oogmerk der gedaane pooging bygebragt te hebben, zal, voor Roomsch- Catholyken, niet noodig zyn hier by te voegen, dat de hulp, in sommige Gezangen aan

- Mogen deze Gezangen dienen, om den lust voor de Zangkunst, op zich zelf eene zo edele uitspanning, op te wekken, en tevens, om den mensch waardige en deugdzaame begrippen in

ziet hier een Bundeltjen Gezangen, van tyd tot tyd door onderscheidene Liefhebbers der Dichtkunst, maar voornamelyk van hun Vaderland, vervaardigd, en thans by een verzameld..

Bereidt ons hert, doorboort de ooren, Als uwen Leeraar tot ons spreekt, Doet in de ziel u stemme hooren, Dat doch het herte smelt, en breekt, Maakt ons verstandigh, en aandachtig,

Gaet Heer met haer niet verder in 't gerichte, Maer wilt doch in uw' wonder scherp gesichte, Eens wenden af, van haer bloet-rode sonden, Siet oock eens aen uw's Soons bloet-rode