Taal actief • Instaplessen spelling • groep 7 • © Malmberg ’s-Hertogenbosch
spelling
Dit ga je leren
Je leert hoe je woorden met ei en ij schrijft.
trein ijs
afscheid batterij
Dit moet je weten
Woorden met ei en ij zijn weetwoorden.
Je leert deze woorden uit je hoofd.
Het ei-web kan je daarbij helpen.
1 Schrijf het woord op.
Kies uit: afscheid batterij bereikbaar keihard trein uiteindelijk
1 Roosmarijns moeder stapt mee de t
rein
in.2 ‘Je zorgt toch wel dat je b bent, 3 denk eraan je b steeds op te laden.’
4 A nemen kost duidelijk moeite.
5 U stapt haar moeder net op tijd uit.
6 Ze rent nog even k mee over het perron.
2 ij of ei? Schrijf het woord op.
1 Roosmarijn gaat een week paardr2den.
paardrÿ den
2 Op een boerder@ in Over€ssel.
3 De eerste dag bl2ven ze op het terr@n.
4 Er zijn allerl€ klusjes te doen.
5 Roosmarijn levert graag een b2drage in de stallen.
6 Poep ruimen en tegel@k een liedje zingen.
7 Stijn zingt de refr€nen heel vals mee.
8 Op de laatste dag valt Roosmarijn k2hard van haar paard.
9 Stijn helpt haar zorgzaam over@nd.
10 €genlijk is Stijn best leuk, p2nst Roosmarijn.
11 Jammer dat hij in @ndhoven woont en zij in N€megen.
groep 7 vakantie instaples 1
14464_Instaplessen 7.indd 4
14464_Instaplessen 7.indd 4 04-06-13 11:0004-06-13 11:00
Taal actief • Instaplessen spelling • groep 7 • © Malmberg ’s-Hertogenbosch
spelling
Werkwoorden in de tegenwoordige tijd.
onderwerp tegenwoordige tijd
ik, …jij? stam kleur
jij, u, hij, zij, het stam +t kleurt wij, jullie, zij hele werkwoord kleuren
1 Vul de goede vorm van het werkwoord in.
Ik-vorm Hij-vorm Wij-vorm
Ik gaap. Hij
gaapt
. Wij .Ik . Inez kijkt. Zij .
Ik . Zij . Wij bellen.
Ik . Sohaib zorgt. Jullie .
Ik dans. Hij . Wij .
Ik werk. Jesper werkt. Wij .
2 Vul de goede vorm van het werkwoord in.
gapen 1 Fleur
gaapt
aan een stuk.hangen 2 Bram al de hele middag op een strandstoel.
zorgen 3 ‘ jullie eens voor de tafel,’ zegt hun moeder.
werken 4 ‘Ik al een uur in mijn eentje in die warme tent.’
vieren 5 Vandaag ze papa’s verjaardag.
fietsen 6 Nu hij nog ergens rond.
kleuren 7 ‘Ik de menukaarten,’ zegt Fleur.
kijken 8 ‘ jij of er genoeg borden zijn?’
bellen 9 Als alles klaar is ze papa.
kijken 10 Die op van de verrassing.
dansen 11 Hij zelfs nog met de buurvrouw.
vliegen 12 Zo de vakantie voorbij.
groep 7 vakantie instaples 2
14464_Instaplessen 7.indd 5
14464_Instaplessen 7.indd 5 04-06-13 11:0004-06-13 11:00