• No results found

Cover Page The handle

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Cover Page The handle"

Copied!
23
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Cover Page

The handle http://hdl.handle.net/1887/20103 holds various files of this Leiden University dissertation.

Author: Schild, Alexander Johan Paul

Title: De invloed van het EVRM op het ondernemingsrecht Date: 2012-11-06

(2)

Akkermans, Bax & Verhey 2005

P.W.C Akkermans, C.J. Bax, L.F.M. Verhey, Grondrechten: grondrechten en grondrechtsbescherming in Nederland, Deventer: Kluwer 2005.

Alexander 2007

P.M. Alexander, ‘Public-to-Private transacties’, Ondernemingsrecht 2007(5), p. 194.

Alexy 2010

Robert Alexy, ‘The Dual Nature of Law’, Ratio Juris, Vol. 23, Issue 2, June 2010, p. 167-182.

Allegaert 2005

V. Allegaert, Le Droit des Sociétés et les Libertés et Droits Fondamentaux, 2005, Marseille: Presses Universitaires d’Aix-Marseille 2005.

Alkema 2000

E.A. Alkema, ‘The concept of property – In particular in the European Convention on Human Rights’, in: J.P. Loof, H. Ploeger & A. v.d. Steur (red.), The right to property. The influence of Article 1 Protocol No. 1 ECHR on several fields of domestic law, Maastricht: Shaker Publishing 2000.

Van Apeldoorn 2009a

J.C. van Apeldoorn, ‘Artikel 1 Eerste Protocol EVRM en de positie van de aandeelhouder’, Tijdschrift voor Insolventierecht 2009 (4), p. 119-129.

Van Apeldoorn 2009b

J.C. Van Apeldoorn, Insolventieprocedures en grondrechten (diss. Tilburg), Den Haag, Boom juridische uitgevers 2009.

Arai-Takahashi 2002

Y. Arai-Takahashi, The Margin of Appreciation Doctrine and the Principle of Proportionality in the Jurisprudence of the ECHR, Antwerpen, Oxford, New York: Intersentia 2002.

(3)

Arden 2009

M.H. Arden, ‘Human Rights and civil wrongs: tort law under the spotlight, Hailsham lecture 2009’, 12 may 2009, <www.judiciary.gov.uk/docs/speeches/

arden-speech-hailsham-lecture.pdf>

Asser-Hartkamp 2011

Asser-Hartkamp 3-I*, Vermogensrecht algemeen, Europees recht en Nederlands vermogensrecht, Deventer: Kluwer 2011.

Asser-Maeijer/Van Solinge & Nieuwe Weme 2009

Asser-Maeijer/Van Solinge & Nieuwe Weme 2-II*, De naamloze en besloten vennootschap, Deventer: Kluwer 2009.

Asser-Maeijer 2000

Asser-Maeijer 2-III, Vertegenwoordiging en rechtspersoon, De naamloze en besloten vennootschap, Deventer: Kluwer 2000.

Asser/Mijnsen & De Haan 2006

Asser/Mijnsen & De Haan 3-I, Goederenrecht, Algemeen Goederenrecht, Deventer: Kluwer 2006.

Assink 2010

B.F. Assink, ‘Aan de rand van de afgrond groeien de mooiste bloemen’, Ondernemingsrecht 2010 (7), p. 327-331.

Assink 2011

B.F. Assink,‘Nogmaals over het plukken van mooie bloemen aan de rand van de afgrond’, Ondernemingsrecht 2010 (40), p. 203-207.

Assink 2012

B.F. Assink:‘Vraagtekens rond afgeleide schade’, in: Van der Korst, Abma &

Raaijmakers (red.), Handboek onderneming en aandeelhouder, Deventer:

Kluwer 2012, p. 305-347.

Bakels, Hammerstein & Wesseling-van Gent 2009

Asser Procesrecht deel 4, Hoger Beroep, Deventer: Kluwer 2009.

Bakewell 2010

S. Bakewell, How to live, A Life of Montaigne in One Question and Twenty Attempts at an Answer, New York: Other Press 2010.

(4)

Barkhuysen 1998

T. Barkhuysen, Art. 13 EVRM: effectieve rechtsbescherming bij schending van mensenrechten (diss. Leiden), Lelystad: Koninklijke Vermande 1998.

Barkhuysen 2002

T. Barkhuysen,‘Het betreden van bedrijfsruimten aan banden gelegd op grond van art. 8 EVRM?’, NTB 2002(8), p. 236-241.

Barkhuysen en Van Emmerik 2004

T. Barkhuysen en M.L. van Emmerik, ‘Het EVRM en het Nederlandse milieurecht’, JBplus, 2004.

Barkhuysen & Van Emmerik 2005

T. Barkhuysen & M.L. van Emmerik,‘De eigendomsbescherming van artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM en het Nederlandse burgerlijk recht: het Straatsburgse perspectief’ in: De eigendomsbescherming van artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM en het Nederlandse burgerlijk recht (preadvies voor de Vereniging voor Burgerlijk Recht), Deventer: Kluwer 2005.

Barkhuysen & Van Emmerik 2006

T. Barkhuysen & M.L. van Emmerik,‘Rechtsbescherming tegen de overheid en het EVRM’, TMA 2006(4), p. 130-142.

Barkhuysen, Van Emmerik & Hielkema 2008

T. Barkhuysen, M.L. van Emmerik & H.M. Hielkema, ‘Onrendabele huur- woningen en het Europese eigendomsrecht’, WR 2008 (8), p. 1860-1867.

Barkhuysen, Van Emmerik & Rieter 2008

T. Barkhuysen, M.L. van Emmerik & E.R. Rieter, Procederen over mensen- rechten, Nijmegen: Ars Aequi Libri 2008.

Barkhuysen, Bos & Ten Have 2011

T. Barkhuysen, A.W. Bos & F. ten Have,‘Een verkenning van de betekenis van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie voor het Privaatrecht’, NTBR 2011 (10), p. 547-557.

Barkhuysen & Bos 2011

T. Barkhuysen & A.W. Bos, ‘De betekenis van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie voor het bestuursrecht’, JB Plus, 2011 (1), p. 3-34.

(5)

Barkhuysen & Van Emmerik 2011

T. Barkhuysen & M.L. van Emmerik, Het EVRM en het Nederlandse bestuurs- recht, Deventer: Kluwer 2011.

Barneveld 2012

J. Barneveld, ‘Relativering van rechtspersoonlijkheid – Van der Heijden- congres 2011’, Ondernemingsrecht 2012 (8), p. 326-333.

Bates 2010

Ed Bates, The Evolution of the European Convention on Human Rights. From its Inception to the Creation of a Permanent Court of Human Rights, Oxford: Oxford University Press 2010.

Berlin (1969) 2002

Isaiah Berlin‘Two Concepts of Liberty’, 1969, herdrukt in: Liberty (ed. H. Hardy) Oxford: Oxford University Press 2002.

Bentham 1792

Jeremy Bentham,‘Anarchical Fallacies; Being an Examination of the Declara- tion of Rights Issued during the French Revolution’ (1792); republished in J. Bowring (ed.), The Works of Jeremy Bentham, vol. II (Edinburgh: W. Tait, 1843).

Berendsen & Van Thiel 2008

S.J.H.M. Berendsen & S.C.M. Van Thiel, ‘Pseudo-uitkoop van minderheids- aandeelhouders bij juridische fusie’, TOP 2008 (3), p. 92-98.

Bingham 2010

T. Bingham, The Rule of Law, London: Allen Lane 2010.

Böhler 2009

B. Böhler, ‘Terrorismebestrijding’, in Handboek Verdediging, hoofdstuk 7, Deventer: Kluwer 2009.

Bootsma 2011

A.A. Bootsma, Financiële prikkels voor aandeelhouders. Tot waar mag het gelijkheidsbeginsel worden gebogen, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers 2011.

Borgers 2010

M. Borgers,‘De ijdele hoop van Pishchalnikov en Brusco’, NJB 2010 (2286), afl. 44/45, p. 2818-2819.

(6)

Bovens 1990

M.A.P. Bovens, Verantwoordelijkheid en organisatie, beschouwingen over aansprakelijkheid, institutioneel burgerschap en ambtelijke ongehoorzaamheid (diss. Leiden), Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink 1990.

Bovens 1998

M. Bovens, ‘Hebben rechtspersonen morele plichten en fundamentele rechten?’, Ars Aequi 1998 (7/8), p. 651-659.

Bulten 2011

C.D.J. Bulten, De geschillenregeling ten gronde (diss. Nijmegen), Deventer: Kluwer 2011.

Cassese 1994

A. Cassese, ‘Are Human Rights Truly Universal?’, in: A. Cassese e.a. (red.), Human Rights in a Changing World, Cambridge: UK Polity 1994, p. 49-67.

Castermans 2010

A.G. Castermans,‘Corporations for Human Rights’, European Company Law, 2010 (5), p. 217-222.

Claes 2010

E. Claes, Legaliteit en rechtsvinding in het strafrecht. Een grondslagentheore- tische benadering, Leuven: Universitaire Pers Leuven 2003.

Croiset van Uchelen 2008

A.R.J. Croiset van Uchelen, ‘Verlengstuk van de vennootschap of van de rechter?’, in: Geschriften vanwege de Vereniging Corporate Litigation 2007- 2008, Deventer: Kluwer 2008, p. 189-231.

Crommelin 2007

R.W.J. Crommelin, Het aanvullen van de rechtsgronden, De betekenis van art. 8:69 Awb in het licht van art. 48 (oud) Rv (diss. Leiden), Alphen aan den Rijn: Kluwer 2007.

Cuyvers 2009

A. Cuyvers,‘Tussen Scyllii en Charybdii: terrorisme, rechtsbescherming en de verhouding tussen rechtsordes in Kadi’, Ars Aequi 2009, p. 155-164.

De Jong 2008

S. de Jong, Een wereld van verschil, Wat is er mis met cultuurrelativisme?, Amsterdam: De Bezige Bij 2008.

(7)

De Jongh & Schild 2010

J.M. de Jongh & A.J.P. Schild,‘De aansprakelijkheid van de onderzoeker in het conceptwetsvoorstel tot herziening van het enquêterecht’, Ondernemingsrecht 2010 (1), p. 67-70.

De Jongh 2011

J.M. de Jongh, ‘Redelijkheid en billijkheid en het evenredigheidsbeginsel, in het bijzonder in de verhouding van aandeelhouders tot het bestuur’, Onderne- mingsrecht 2011 (17), p. 608-615.

Van Dijk, Van Hoof, Van Rijn & Zwaak 2006

P. van Dijk, F. van Hoof, A. van Rijn & L. Zwaak, Theory and practice of the European Convention of Human Rights, Antwerpen/Oxford: Intersentia 2006.

Dilthey (1883) 1994

W. Dilthey, Kritiek van de historische rede, Amsterdam: Boom 1994, vertaling door Wilfred Oranje uit het Duits: Einleitung in die Geisteswissenschaften (1883).

Dworkin (1977) 1994

R. Dworkin, Taking Rights Seriously, London: Duckworth, 1994.

Dworkin 1996

R. Dworkin, ‘Objectivity and Truth: You’d Better Believe It’, Philosophy &

Public Affairs, vol. 25, Spring 1996, p. 87-97.

Dworkin 2010

R. Dworkin,‘The Temptation of Elana Kagan’, The New York Review of Books, 2010 (13), p. 35-38.

Eikelboom 2009

F. Eikelboom, ‘Een toetsingskader voor het treffen van voorzieningen in het enquêterecht: artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM’, Ondernemings- recht 2009(15), p. 606-611.

Eikelboom 2011

F. Eikelboom, ‘Enkele vermogensrechtelijke beschouwingen ten aanzien van overdracht van aandelen ten titel van beheer bij wijze van voorziening in het enquêterecht’, Ondernemingsrecht 2011 (8), p. 291-303.

(8)

Eikelboom 2011b

F. Eikelboom,‘Afwijken van dwingend recht bij het treffen van onmiddellijke voorzieningen op de voet van art. 2:349a BW jo. art. 2:8 lid 2 BW, Onderne- mingsrecht 2011(14), p. 489-496.

Eikelboom 2012

F. Eikelboom,‘Hoe kneedbaar is (de positie van) een tijdelijk bestuurder’, in:

Geschriften vanwege de Vereniging Corporate Litigation 2011-2012, Deventer:

Kluwer 2012, p. 89-121.

Eisma & Uniken Venema 1990

S.E. Eisma & C.Æ. Uniken Venema, Eigendom ten titel van beheer naar komend recht (preadvies van de Vereeniging ‘Handelsrecht’), Zwolle: W.E.J.

Tjeenk Willink 1990.

Van Eluswege, Devisscher & Van Bossuyt 2010

P. Van Eluswege, P. Devisscher en A. van Bossuyt, ‘Het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie: implicaties voor de nationale rechtsorde’, Tijdschrift voor privaatrecht 2010 (2), p. 529-580.

Emberland 2006

M. Emberland, The Human Rights of Companies, Exploring the Structure of ECHR Protection, Oxford: Oxford University Press 2006.

Van Emmerik 1997

M.L. van Emmerik, Schadevergoeding bij schending van mensenrechten. De rechtspraktijk onder het EVRM, vergeleken met die in Nederland (diss. Leiden), Leiden: Stichting NJCM-Boekerij 1997.

Van Emmerik 2010

M.L van Emmerik, ‘Overheidsaansprakelijkheid en EVRM: op het grensvlak van privaat- en publiekrecht’, O&A 2010(2), p. 69-74.

Fagan 2011

A. Fagan, Human Rights, Confronting Myths and Misunderstandings, Chel- tenham: Eward Elgar 2011.

Fishkin 1986

J.S. Fishkin, Beyond Subjective Morality: Ethical Reasoning and Political Philosophy, Yale, Yale University Press 1986.

(9)

Foqué 1992

R. Foqué, De ruimte van het recht (inaugurele rede), Arnhem: Gouda Quint, 1992.

Fura-Sandström 2007

E. Fura-Sandström, ‘Business and Human Rights, Who Cares?’, in: Liber Amicurum Luzius Wildhaber, Human Rights Strasbourg Views/Droits de l’hommes, regards de Strasbourg (Calflisch e.a. red.), Kehl: Engel 2007, p. 159-165.

Geerts 2004

P.G.F.A. Geerts, Enkele formele aspecten van het enquêterecht (diss.

Groningen), Kluwer Deventer 2004, p. 310.

Gerards 2006

J.H. Gerards, ‘Rechtsvinding door het Europees Hof voor de rechten van de mens’, NJCM-Bulletin, 2006 (31), p. 93-122.

Gerards 2006a

J.H. Gerards, Belangenafweging bij rechterlijke toetsing aan fundamentele rechten (oratie Leiden), Deventer: Kluwer 2006.

Gerards 2011a

J.H. Gerards,‘Waar gaat het debat over het Europees Hof voor de Rechten van de Mens nu eigenlijk over?’, NJB 2011(10), p. 608-612.

Gerards 2011b

J.H. Gerards, EVRM: algemene leerstukken, Den Haag: Sdu Uitgevers 2011.

Gerards 2011c

J.H. Gerards, Het prisma van de grondrechten (rede Nijmegen), Nijmegen 2011.

Van Gerven & Lierman 2010

W. van Gerven & S. Lierman, Beginselen van Belgisch Privaatrecht, Mechelen:

Kluwer 2010.

Van Ginneken & Timmerman 2011

M.J. van Ginneken & L. Timmerman, De betekenis van het evenredigheidsbe- ginsel voor het ondernemingsrecht, Ondernemingsrecht 2011(17), p. 601-607.

(10)

Goldhaber 2007

Michael D. Goldhaber, A People’s History of the European Court of Human Rights, New Brunswick, New Jersey, and London: Rutgers University Press 2007.

Grapperhaus 2012

F.B.J. Grapperhaus, Over het ingrijpen in beloningen, TRA 2012 (2), p. 5-12.

Grosheide & Van Maanen 2005

F.W. Grosheide en G.E. van Maanen,‘Een groeifonds of een grabbelton? Art. 1 Eerste Protocol en de Nederlandse rechtsorde’, NTBR 2005(4), p. 142-150.

Haeck 2006

Y. Haeck, ‘The genenis of the property clause under article 1 of the First Protocol to the European Convention on Human Rights’, in: Propriété et droits de l’homme. Property and human rights, H. Vandenberghe (red.), Leuven, 2006, p. 165-194.

Harris 2002

I. Harris,‘Berlin and his critics’, in 1969, herdrukt in: Liberty (ed. H. Hardy) Oxford: Oxford University Press 2002, p. 349-366.

Hartkamp 2010

A.S. Hartkamp, De verplichting tot ambtshalve toepassing van Europees recht door de Nederlandse rechter, Trema 2010(4), p. 136-143.

Hartkamp 2011

A.S. Hartkamp, ‘De horizontale werking van het (primaire) recht van de Europese Unie en het Nederlandse vermogensrecht’ in: Preadviezen voor de Vereniging voor de vergelijkende studie van het recht van België en Nederland, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers 2011, p. 305-361.

Heemskerk 2009

Hugenholtz/Heemskerk, Hoofdlijnen van het Nederlands Burgerlijk Proces- recht, Amsterdam: Elsevier Juridisch 2009.

Van der Heijden/Van der Grinten 1992

E.J.J. van der Heijden & W.C.L. van der Grinten, Handboek voor de naamloze en de besloten vennootschap, Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink 1992.

(11)

Hermans 2003

R.M. Hermans,‘Het onderzoek in de enquêteprocedure’, in: G. Van Solinge &

M. Holtzer (red.), Geschriften vanwege de Vereniging Corporate Litigation 2002-2003, Deventer: Kluwer 2003, p. 113-173.

Hijink 2010

J.B.S. Hijink, Publicatieverplichtingen voor beursvennootschappen (diss UvA), Deventer: Kluwer 2010.

Hins & Nieuwenhuis 2010

A.W. Hins & A.J. Nieuwenhuis, Hoofdstukken grondrechten, Nijmegen: Ars Aequi Libri 2010.

Hoffman 2009

Lord Hoffman, ‘The Universality of Human Rights’, Judicial Studies Board Annual Lecture 19 March 2009, <ww.judiciary.gov.uk/supporting-our- judiciary/training/Annual+Lectures>.

Holmes 1897

Oliver Wendell Holmes, Jr.‘The Path of the Law’, 10 Harvard Law Review 457 (1897).

Holtzer 2003

M. Holtzer,‘De aansprakelijkheid van de onderzoeker in de enquêteprocedure’, in: C.J.M. Klaassen e.a. (red.), Aansprakelijkheid in beroep, bedrijf of ambt, Deventer: Kluwer 2003, p. 267.

Hume (1740) 2003

D. Hume, A Treatise Of Human Nature, New York: Dover Publications Inc.

2003.

Hunt 2007

L. Hunt, Inventing human rights: a history, New York: W.W. Norton &

Company 2007.

Jacobs/White & Ovey 2006

Jacobs/White & Ovey, The European Convention on Human Rights, Oxford:

Oxford University Press 2006.

Janssen 2006

J.F.M. Janssen,‘De invloed van artikel 1 van het Eerste Protocol EVRM op het Nederlandse recht’, in: Rechtseenheid en vermogensrecht, Hoogervorst e.a.

(red.), Deventer: Kluwer 2006.

(12)

De Jongh, Schild & Timmerman 2010

J.M. de Jongh, A.J.P. Schild en L. Timmerman, ‘Naar maatschappelijke varianten van de rechtsvormen in Boek 2 BW?’ in: Maatschappelijk verant- woord ondernemen, preadvies NJV 2010 (met tevens preadviezen van A.J.A.J.

Eijsbouts en F.G.H. Kristen).

Joosten 1998

H.F.J. Joosten,‘Enquête: Verantwoordelijkheid en aansprakelijk van ‘functio- narissen”, in: De Ondernemingskamer (Ingelse, red.), Nijmegen: Ars Aequi Libri 1998, p. 25-26.

Josephus Jitta 2003

M.W. Josephus Jitta, ‘De aansprakelijkheid van door de ondernemingskamer benoemde bestuurders en commissarissen’, in: Aansprakelijkheid in beroep bedrijf of ambt (Klaassen, red.), Deventer: Kluwer 2003.

Kekes 1989

J. Kekes, The Primacy of Judgment, Moral Tradition and Individuality, Princeton: Princeton University Press 1989.

Van Kempen 2008

P.H.P.H.M.C. van Kempen, Repressie door mensenrechten. Over positieve verplichtingen tot aanwending van strafrecht ter bescherming van fundamen- tele rechten (oratie Nijmegen), Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2008.

Keulartz 1994

J. Keulartz, ‘Inleiding: Wilhem Dilthey, pionier van het postmetafysische denken’, in: J. Keulartz (red)., W. Dilthey, Kritiek van de historische rede, Amsterdam: Boom 1994, vertaling door Wilfred Oranje uit het Duits: Ein- leitung in die Geisteswissenschaften (1883).

King 2010

Michael S. King,‘Natural Law and the Bhagavad-Gita: The Vedic Concept of Natural Law’, Ratio Iuris, Volume 16 (3), September 2003, p. 399-415.

Klerk & Van Poelgeest 1991

Y.S. Klerk en L. van Poelgeest,‘Ratificatie à contre-coeur: de reserves van de Nederlandse regering jegens het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens en het individueel klachtrecht’, RM Themis, 1991, p. 220-246.

De Kluiver 2012

H.J. de Kluiver, ‘Kroniek van het ondernemingsrecht’, NJB 2012 (15), p. 1050-1058.

(13)

Koster 2011

H. Koster, ‘Over stemrechtloze aandelen en cash out (de)mergers in Nederland’, Ondernemingsrecht 2011(94), p. 474-475.

Kroeze 2004

M.J. Kroeze, Afgeleide schade en afgeleide actie (diss.), Deventer: Kluwer 2004.

Kroeze & Verbrugh 2010

M.J. Kroeze & M.A. Verbrugh, ‘Kroniek van het Vennootschapsrecht’, NJB 2010/781, afl. 15, p. 996-999.

Lambooy 2010

T.E. Lambooy, Corporate Social Responsibility. Legal and semi-legal frame- works supporting CSR (diss.), Deventer: Kluwer 2010.

Lawson 1990

R.A. Lawson, ‘Adieu les travaux!, Het afgenomen belang van de travaux préparatoires voor de uitleg van het EVRM’, in: A.W. Heringa e.a. (red.), 40 jaar EVRM, Leiden: Stichting NJCM-Boekerij 1990, p. 61-74.

Lawson 1999

R.A. Lawson, Het EVRM en de Europese Gemeenschappen, Deventer: Kluwer 1999.

Lawson & Loof 2010

R. Lawson & J.-P. Loof, ‘Ik ben er niet gerust op… Interview met Egbert Myjer’, NJCM-Bulletin, 2010 (7), p. 683-697.

Lennarts 2010

M.L. Lennarts,‘Majority shareholder sidelined by the Dutch business court: the Inter Access case in the light of Article 1 Protocol 1 ECHR’, European Company Law, 2010, p. 210-216.

Lennarts 2011

M.L. Lennarts & I. Meijer-Wagenaar, ‘Het wetsvoorstel aanpassing en claw- back bestuurdersbeloning: dempen van de put nadat het kalf verdronken is’, WPNR 6911(2011), p. 1031–1041.

Lindenbergh 2004

S.D. Lindenbergh,‘Constitutionalisering van contractenrecht. Over de werking van fundamentele rechten in contractuele verhoudingen’, WPNR 2004(6602), p. 977-986.

(14)

Lindenbergh 2011

S.D. Lindenbergh, ‘Vermogensrechtelijke remedies bij schending van funda- mentele rechten’ in: EVRM en privaatrecht: is alles van waarde weerloos?

(preadvies voor de Vereniging voor Burgerlijk Recht), Deventer: Kluwer 2011.

Lokin & Schild 2012

E.C.H.J. Lokin & A.J.P. Schild, ‘De bonus belast: enige kritische kantteke- ningen bij Tang/Irrgang en lid 7 van het wetsvoorstel aanpassen en terug- vorderen van bonussen’, Ondernemingsrecht 2012 (9), p. 349-357.

Loth 2009

M.A. Loth, Dwingend en aanvullend recht, Deventer, Kluwer 2009.

Loth & Gaakeer 2002

M.A. Loth & A.M.P. Gaakeer, Meesterlijk recht. Over recht, rechtswetenschap en juristerij, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers 2002.

Van Maanen 2011

G.E. van Maanen, ‘De invloed van het EVRM op het privaatrecht. Een grote ver-van-mijn-bedshow?’ in: EVRM en privaatrecht: is alles van waarde weerloos? (preadvies voor de Vereniging voor Burgerlijk Recht), Deventer:

Kluwer 2011.

Margalit 1996

A. Margalit, The Decent Society, Cambridge, Massachusetts: Harvard University Press 1996.

MacIntyre 1967

A. MacIntyre, A short history of Ethics, London: Routledge & Kegan Paul Ltd.

1967.

Marty 2007

D. Marty,‘UN Security Council and European Union blacklists’, 2007, kenbaar via <<http://assembly.coe.int/ASP/APFeaturesManager/defaultArtSiteView.

asp?ID=717>>, geraadpleegd op 5 maart 2012.

Meij 2006

A.W.H. Meij,‘Toenemende complexiteit van het Europese recht’, Rechtstreeks 2006, nr. I, p. 34-35.

(15)

Milo 2007

J.M. Milo, ‘Constitutionele en rechtsvergelijkende proportionaliteit in het goederenrecht. De invloed van artikel 1 Eerste Protocol EVRM’, NTBR 2007 (6), p. 46-55.

Morano-Foadi & Adreadakis 2011

S. Morano-Foadi & S. Andreadakis,‘Reflections on the Architecture of the EU after the Treaty of Lisbon: The European Judicial Approach to Fundamental Rights’, European Law Journal, Vol. 17, No. 5, September 2011, p. 595-610.

Morsink 2009

J. Morsink, Inherent Human Rights, Philosophical Roots of the Universal Declaration, Philadelphia: University of Pennsylvania Press 2009.

Moyn 2010

S. Moyn, The Last Utopia, Human Rights in History, Cambridge Massachusetts

& Londen: The Belknap Press of Harvard University Press 2010.

Nagel 1986

T. Nagel, The View From Nowhere, New York: Oxford University Press 1986.

Nieuwenhuis 1976

J.H. Nieuwenhuis,‘Legitimatie en heuristiek van het rechterlijke oordeel’, RM Themis 1976 (1), p. 494-515.

Nussbaum 2001

M.C. Nussbaum, Upheavals of Thought, The Intelligence of Emotions, Cambridge: Cambridge University Press 2001.

Van Ooik & Wessel

R.H. van Ooik & R.A. Wessel, ‘De Yusuf en Kadi-uitspraken in perspectief.

Nieuwe verhoudingen in de interne en externe bevoegdheden van de Europese Unie’, SEW 2006, p. 55-57.

Overkleeft 2011

F.G.K. Overkleeft, ‘HR Inter Access: food for thought over procederen in enquêtezaken’, V&O 2011(4), p. 78-82.

Pahladsingh & Van Roosmalen 2011

A. Pahladsingh & H.J.Th.M. van Roosmalen, ‘Het Handvest van de Grond- rechten van de Europese Unie één jaar juridisch bindend: rechtspraak in kaart’, NtER 2011 (2), p. 54-61.

(16)

Paulson 2006

S. L. Paulson,‘On the background and significance of Gustav Radbruch’s post- war papers’, O.J.L.S. 2006, 26(1), p. 17-40.

Philips 2012

R.J. Philips,‘Inter Access: voorlopige voorzieningen in het algemeen belang’, in:

Geschriften vanwege de Vereniging Corporate Litigation 2011-2012, Deventer:

Kluwer 2012, p. 281-301.

Pitlo/Raaijmakers 2006

Pitlo/Raaijmakers, Het Nederlands burgerlijk recht, deel 2, Ondernemingsrecht, Deventer: Kluwer 2006.

Quist 2011a

P.H.N. Quist, Decharge (I).‘Over vennootschappelijke absolutie en de grenzen daarvan’, WPNR 2011(6885), p. 401-403.

Quist 2011b

P.H.N. Quist, Decharge (II).‘Over vennootschappelijke absolutie en de grenzen daarvan’, WPNR 2011(6885), p. 418-420.

Raaijmakers 2011

M.J.G.C. Raaijmakers,‘Eenheid en verscheidenheid in het Nederlandse onder- nemingsrecht. Bespreking van Asser/Maeijer/Van Solinge & Nieuwe Weme 2- II* 2009’, Ars Aequi 2011 (4), p. 318-323.

Radbruch 1946

G. Radbruch,‘Gesetzliches Unrecht und übergesetzliches Recht’, Süddeutsche Juristen-Zeitung 1 (1946) 105-8, vertaald in het Engels verschenen als‘Statu- tory lawlessness and supra-statutory law’, O.J.L.S. 2006, 26 (1), p. 1-11.

Rombach 1974

J. Rombach, ‘Hedendaagse opvattingen over rechtsvinding en rechterlijke functie’, WPNR, 1974 (5249 & 5250) p. 97-105.

Rijken 2009

C.R.J.J. Rijken,‘Het Hof als hoeder van de fundamentele rechten in de zaak Kadi en Al Barakaat’, NTER 2009 (4), p. 140-146.

(17)

Rorty (1989) 2007

R. Rorty, Contingentie, Ironie & Solidariteit, Kampen: Uitgeverij Ten Have 2007, (Contingency, Irony and Solidarity, Cambridge: Cambridge University Press 1989, vertaald door Kees Vuck en Oscar van den Boogaard).

Rorty 1999

R. Rorty, ‘Human rights, Rationality and Sentimentality’, in: The Politics of Human Rights (O. Savic ed.), London & New York: Verso 1999, p. 67-83.

Rothkopf 2012

D. Rothkopf, Power Inc: The Epic Rivalry Between Big Business and Government – and the Reckoning That Lies Ahead, New York: Farrar, Straus

& Giroux.

Ryngaert 2010

C. Ryngaert, ‘Enige gevalstudies inzake de accountability van internationale organisaties: de VN-missie in Kosovo en de VN-‘terrorismelijsten’, O&A 2010 (33), p. 75-82.

Salemink 2011

T. Salemink,‘Kroniek Uitkoopregeling 2007-2010’, Ondernemingsrecht 2011(5), p. 183-191.

Sandel 2009

M.J. Sandel, Justice, what’s the right thing to do?, New York: Farrar, Straus and Giroux 2009.

Sanders/Westbroek 2005

P. Sanders & W. Westbroek/F.K. Buijn/P.M. Storm, BV & NV, Deventer:

Kluwer 2005.

Van der Sangen 2002

G.J.H. van der Sangen,‘Omgekeerde doorbraak, afgeleide schade en de positie van (minderheids-) aandeelhouders in besloten verhoudingen’, Stichting &

Vereniging 2002 (6), p. 171-178.

Schild 2007a

A.J.P. Schild, ‘Aandeelhouders, schuldeisers en afgeleide schade’, Bb 2007 (17), p. 191-199.

Schild 2007b

A.J.P. Schild‘De betekenis van art. 1 Eerste Protocol voor het Ondernemings- recht’, NJCM-Bulletin 2007, p. 603-624.

(18)

Schild 2009

A.J.P. Schild,‘De koers van Hoge Raad in het enquêterecht’, in: WelBeraden (M.J.A. Duker, L.J.A. Pieterse en A.J.P. Schild), Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2009.

Schild 2011

A.J.P. Schild, Het evenredigheidsbeginsel in het ondernemingsrecht; de juris- prudentie van het EHRM als inspiratiebron, Ondernemingsrecht 2011 (17), p. 619-625.

Schild 2012

A.J.P. Schild,‘Ondernemingsrecht, De Interventiewet & het EVRM: een lastig huwelijk’, Ondernemingsrecht 2012 (1), p. 15-23.

Scholten 1974

P. Scholten, Mr. C. Asser’s handleiding tot de beoefening van het Nederlands burgerlijk recht. Algemeen deel*, Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink 1974.

Schoordijk 1972

H.C.F. Schoordijk, Oordelen en vooroordelen (rede, uitgesproken bij de vijf- enveertigste herdenking van de dies natalis van de Katholieke Hogeschool te Tilburg op donderdag 28 september 1972), Deventer: Kluwer 1972.

Schouten 2009

J.C. Schouten,‘Het empirisch onderzoek naar het enquêterecht en de toekomst van de geschillenregeling’, Ondernemingsrecht 2009 (13), p. 528-532.

Schrijver 2011

N. Schrijver, ‘In afwachting van … één wereldwijd mensenrechtenverdrag!’, NJB 2011 (15), afl. 1, p. 32-33.

Schutte 2004

C.B. Schutte, The European Fundamental Right of Property, Deventer: Kluwer 2004.

Schutte-Veenstra 2010

J.N. Schutte-Veenstra, ‘Grensoverschrijdende fusie: rechtsvormen, voorwaar- den en toepasselijk recht’, Ondernemingsrecht 2010 (10/11), p. 413-424.

Searle 2011

John R. Searle, ‘The Mystery of Consciousness Continues’, The New York Review of Books, June 9, 2011.

(19)

Sen 2006

A. Sen, Identity and Violence, the illusion of destiny, New York, London: W.W.

Norton & Company 2006.

Sen 2009

A. Sen, The Idea of Justice, Cambridge (MA): The Belknap Press of Harvard University Press 2009.

Senden 2011

H.C.K. Senden, Interpretation of Fundamental Rights in a Multilievel Legal System (diss. Leiden), Intersentia 2011.

De Serière 2011

V.P.G. de Serière,‘Het voorstel voor een Interventiewet nader beschouwd, ook in vergelijking met wetgeving in ons omringende landen’, Ondernemingsrecht 2011 (9), p. 331-341.

De Serière 2012

V.P.G. de Serière, ‘Als de (stille?) noodklok luidt…Overheidsingrijpen in privaatrechtelijke verhoudingen ten behoeve van stabiliteit in de financiële sector’, Ondernemingsrecht 2012 (1), p. 5-14.

Simmonds 2008

N.E. Simmonds, Central Issues in Jurisprudence, London: Sweet & Maxwell 2008.

Slot 2008

P.J. Slot & J.K. de Pree, T&C Mededingingswet, Deventer: Kluwer 2008.

Sluysmans 2011

J.A.M.A. Sluysmans, De vitaliteit van het schadeloosstellingsrecht in onteige- ningszaken. Een studie naar theorie en praktijk (diss. Leiden), Den Haag:

Stichting Instituut voor Bouwrecht 2011.

Smith 2004

C.E. Smith, Ambtshalve aanvullen van rechtsgronden, Nijmegen: Ars Aequi Cahiers 2004.

Smith 2006

C.E. Smith, ‘Belangenafweging door gevalsafweging’, RM Themis 2006, p. 141-147.

(20)

Smits 2003

J.M. Smits,‘Constitutionalisering van het vermogensrecht’, in: Preadvies voor de Nederlandse Vereniging voor Rechtsvergelijking, Deventer: Kluwer 2003, p. 7-49.

Smits 2008

P. Smits, Artikel 6 EVRM en de civiele procedure (diss.), Deventer: Kluwer 2008, p. 56-57.

Soeharno 2005

J.E. Soeharno, ‘Over rechterlijke intuïtie. Paul Scholtens intuïtieleer en een alternatief model van Aristoteles’, Nederlands Tijdschrift voor Rechtsfilosofie en Rechtstheorie, 2005-3, p. 235-261.

Speyrath 2010

H.M.H. Speyart,‘A Tale of Three cities: Grondrechtelijke aandachtspunten bij de toepassing van het mededingingsrecht’, NtEr 2010(10), p. 343-358.

Spronken 2012

T. Spronken,‘Het EHRM in dialoog’, NJB 2012(7), p. 443.

Störig 2002

H.J. Störig, Geschiedenis van de filosofie, Utrecht: Uitgeverij Het Spectrum B.V. 2002.

Stuurman 2009

S. Stuurman, De uitvinding van de mensheid, Korte wereldgeschiedenis van het denken over gelijkheid en cultuurverschil, Amsterdam: Uitgeverij Bert Bakker 2009.

Taylor (1989) 2007

C. Taylor, Bronnen van het zelf, Rotterdam: Lemniscaat 2007 (Sources of the Self: The Making of the Modern Identity, 1989, vertaald door M. Stoltenkamp).

Taylor 1999

C. Taylor,‘Conditions of an Unforced Consensus on Human Rights’, in: The Politics of Human Rights (O. Savic ed.), London & New York: Verso 1999, p. 67-83.

Thierry 2003

D.M. Thierry, ‘Het enquêteverslag staat centraal, maar niet alleen’, Onderne- mingsrecht 2003 (8), p. 296-298.

(21)

Timmerman 1997

L. Timmerman,‘Hebben rechtspersoenen mensenrechten?’ in: Rechtspleging in het ondernemingsrecht, Deventer: Kluwer 1997, p. 43-55.

Timmerman 2000

L. Timmerman, ‘Onderstromen in het privaatrechtelijke rechtspersonenrecht’, in: De ontwikkeling van de rechtspersoon in het publiekrecht en het privaat- recht (preadvies voor de Nederlandse Juristen-Vereniging), W.E.J. Tjeenk Willink: Deventer 2000.

Timmerman & Thierry 2004

L. Timmerman & D.M. Thierry, ‘De onderzoeker in het vennootschappelijke enquêterecht’, Trema, 2004 (4), p. 215-220.

Timmerman 2006

L. Timmerman, ‘Hartkamp en afgeleide schade’, in: Hartkampvariaties, (H.J. van Kooten e.a. red.), Deventer: Kluwer 2006.

Tjepkema 2010

M.K.G. Tjepkema, Nadeelcompensatie op basis van het égalitébeginsel. Een onderzoek naar nationaal, Frans en Europees recht (diss. Leiden), Deventer:

Kluwer 2010.

Tuijtel 2007

M.M. Tuijtel, ‘Decharge door de Ondernemingskamer?’, Ondernemingsrecht, 2007 (15), p. 550-557.

Vande Lanotte & Haeck 2004

J. Vande Lanotte & Y. Haeck, Handboek EVRM, deel 2: Artikelsgewijze commentaar; vol. I en II, Antwerpen, Oxford: Intersentia 2004.

Vande Lanotte & Haeck 2005

J. Vande Lanotte & Y. Haeck, Handboek EVRM, deel 1, algemene beginselen, Antwerpen, Oxford: Intersentia 2005.

Verbrugh 2011

M.A. Verbrugh,‘Wijziging van Boek 2 BW ter uitvoering van Richtlijn 2009/

109/EG inzake (grensoverschrijdende) juridische fusies en splitsingen’, Onder- nemingsrecht 2011(6), p. 217 – 222.

Verstijlen 1998

F.M.J. Verstijlen, De faillissementscurator (diss. Tilburg), Deventer: W.E.J.

Tjeenk Willink 1998.

(22)

De Waele 2011

H.C.F.J.A. de Waele,‘Het EU-Handvest van de Grondrechten in de Nederlandse rechtspraktijk’, Trema 2011 (7), p. 245-251.

Van Wijk 1996

J.W.H. van Wijk, ‘Tijdelijke overdracht van aandelen ten titel van beheer’, in: D.J. Hayton e.a. (red.), Vertrouwd met de Trust: trust and trust-like arrangements, Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink 1996.

Van Wijk 2008

J.W.H. van Wijk, Afgeleide schade, TOP 2008, (1), p. 25-33.

Wissink 2001

M.H. Wissink, Richtlijn conforme interpretatie in het burgerlijk recht (diss.

Leiden) Deventer: Kluwer 2001.

Veenstra 2008

F. Veenstra,‘De aandeelhouder en zijn afgeleide schade’, Ondernemingsrecht 2008 (4), p. 140-146.

De Vries 2010

P.P. de Vries, Exit rights of minority shareholders in a private limited company (diss. Groningen), Deventer: Kluwer 2010.

(23)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

king op verdedigingsrechten – in dit geval: de interne openbaarheid – is toegestaan en dat daarbij moet zijn voldaan aan ‘the basic require- ments of a fair trial’. Belangrijker

De eisen waaraan de nationale (Nederlandse) rechtsbescherming tegen schending van mensen- rechten moet voldoen, zijn te vinden in artikel13 EVRM.Op grond van artikel13 EVRM

]' De term eigendom in dit artikel doet een Nederlander denken aan de term eigendom zoals die wordt gehanteerd in artikel5:1 BW.De officiele Engelse term 'possessions' (Frans:

De funcöe van een constitutie is met uitgcput met het vestigen, veidclen en beperken van (ovcrhcids-) macht Constituties hebben per dcfinitie 'horizonta- le' werkmg, zy bevatten

EP-zaken voor het Hof en kan vergeleken worden met de toepassing van het evenredigheidsbeginsel en het beginsel van de 'egalite devant les charges publiques' in het Nederlandse

Voor wat betreft het gestelde over de onrechtmatigheid van de terugwerkende kracht, geeft het gerechthof in algemene zin aan dat daarbij een ‘fair-balance’-toets moet worden

Alles bijeen genomen mist ook de uitspraak van het EHRM overtuiging, omdat onduidelijk blijft waarom bij de bepaling van het oordeel of een fair evenwicht is bereikt, aspecten

Als de toepassing van vreemd recht gevolgen heeft die ken- nelijk onverenigbaar zijn met normen en waarden die voor Nederland van fundamenteel belang zijn, worden toepassingen