Wat is de aanleiding?
Zie paragraaf 1 van de memorie van toelichting.
Wie zijn betrokken?
Zie paragraaf 2.3 van de memorie van toelichting voor de opsomming van deelnemende instanties aan casusoverleggen. Daarnaast gaat het om radicaliserende of geradicaliseerde personen en personen die in zeer nauw verband staan tot hen.
Wat is het probleem?
Zie paragrafen 4.1 en 4.2 van de memorie van toelichting.
Wat is het doel?
Zie paragrafen 4.1 en 4.2 van de memorie van toelichting.
Wat rechtvaardigt overheidsinterventie?
Het codificeren van de taak van het college m.b.t. het casusoverleg vergt een wetsvoorstel.
Wat is het beste instrument?
De probleemaanpak is beschreven in de paragrafen 4.1 en 4.2.
Wat zijn de gevolgen?
Zie paragraaf 7 van de memorie van toelichting.