COMMISSIEVOORSTEL Opiniërend
BIJ ZAAKNUMMER: 2017006835
Voorstel voor de vergadering van de Commissie Algemene Zaken en Control op 30 maart 2017
Agendanummer : 7
Onderwerp: Vergunningaanvraag huisvesting arbeidsmigranten Prinsenmeer
Opsteller: J.C.M. Reumkens-Spanjer, team Vergunningen, Toezicht en Handhaving
Portefeuillehouder: Vos, H.G.
Datum: 15 maart 2017
Voorstel: Wensen en bedenkingen meegeven aan college van burgemeester en wethouders over voornemen om vergunning te verlenen voor het realiseren van voorzieningen voor de huisvesting van maximaal 500 arbeidsmigranten op een afgescheiden gedeelte van Prinsenmeer gedurende een periode van maximaal 10 jaren
Presentatie: Nee
Bijlage(n)/ter inzage aanvraag omgevingsvergunning AST 2017005822 tekening bestaande situatie AST2017005825 tekening nieuwe situatie AST2017005828 ruimtelijke onderbouwing AST2017005829 aanvullende memo AST2017005830
Samenvatting
In de vergaderingen van 21 en 23 februari 2017 zijn de commissies Ruimte en AZ&C door middel van een memo geïnformeerd over de voorgenomen formalisering van de huisvesting van arbeidsmigranten op Prinsenmeer.
Zoals is meegedeeld bestaat het voornemen om de huisvesting van arbeidsmigranten mogelijk te maken door middel van een omgevingsvergunning.
Vergunningverlening is mogelijk door af te wijken van de geldende beheersverordening.
Medewerking aan de aanvraag betekent dat afgeweken wordt van het op 2 juni 2009 door de raad vastgestelde geldende beleid voor huisvesting van arbeidsmigranten.
Alvorens een besluit op de vergunningaanvraag te nemen leggen wij ons voornemen aan uw commissie voor met het verzoek om eventuele wensen en bedenkingen kenbaar te maken.
Aanleiding
Sinds 2007 geldt voor een groot aantal tot de Europese Unie toegetreden Midden- en Oost Europese landen vrij verkeer van personen. Gevolg daarvan is dat het aantal arbeidsmigranten in Nederland in de afgelopen jaren sterk is toegenomen. Het aantal dat in de gemeente Asten verblijft varieert, afhankelijk van het seizoen, tussen 8 en 10%
van de Astense bevolking. Een substantieel deel van de arbeidsmigranten is gehuisvest op Prinsenmeer (uit evaluatierapport 2016: 41% = 540 arbeidsmigranten).
De afgelopen jaren is op verschillende manieren geprobeerd om de huisvesting van arbeidsmigranten in goede banen te leiden. Zo is in 2009 een beleidsnotitie vastgesteld en in 2012 een partiële herziening arbeidsmigranten voor het buitengebied. Omdat Prinsenmeer daarbuiten valt is in 2011 een gedoogbeschikking afgegeven voor de huisvesting van arbeidsmigranten op Prinsenmeer voor een periode van 5 jaren. Deze gedoogbeschikking is op 6 juli 2016 afgelopen. Sindsdien liggen er geen schriftelijke afspraken meer onder de huisvesting op Prinsenmeer.
Ruim vóór afloop van de gedoogbeschikking is de gemeente in overleg getreden met de Oostappengroep, met de bedoeling om gezamenlijk te komen tot een nieuw
afsprakenkader. Daar is behoefte aan mede gezien de ontstane situatie op Prinsenmeer, waarbij beduidend meer arbeidsmigranten zijn gehuisvest dan toegestaan op grond van het beleid en de gedoogschikking.
De Oostappengroep heeft daarop aan het college verzocht om medewerking te verlenen aan de huisvesting van een groter aantal arbeidsmigranten op Prinsenmeer. Omdat het college primair wenst dat voorzien wordt in een goede huisvesting van de
arbeidsmigranten en alternatieve huisvestingsmogelijkheden voor deze grote groep ontbreken heeft het college aangegeven daartoe in principe en onder voorwaarden bereid te zijn.
In vervolg is op 13 december 2016 voorliggende aanvraag ingekomen, waarbij de Oostappengroep concreet verzoekt vergunning te verlenen voor de huisvesting van 500 arbeidsmigranten Prinsenmeer voor een periode van 10 jaren. In een aanvullende memo geeft de Oostappengroep informatie gegeven over:
- de wijze waarop het toezicht, beheer en klachtenmelding is georganiseerd;
- de geautomatiseerde nachtregistratie met een directe koppeling naar gemeente een politie;
- de werklocatie van de arbeidsmigranten en de tewerkstelling via uitzendbureaus;
- maatregelen gericht op o.a. sociale veiligheid;
- verblijfsduur van de arbeidsmigranten;
- informatieloket voor de arbeidsmigranten.
Inhoudelijke beoordeling van de aanvraag
De ingediende aanvraag levert strijd met het geldende planologische regime, dat is vastgelegd in de beheersverordening “Ommel recreatiepark (Prinsenmeer) 2013”.
De aanvraag levert eveneens strijd met het geldende gemeentelijke beleid inzake de huisvesting van arbeidsmigranten zoals vastgelegd in de In de beleidsnotitie “Huisvesting arbeidsmigranten gemeente Asten 2009”.
Hierna wordt in het kort toegelicht hoe de voorliggende aanvraag zich verhoudt tot enerzijds de geldende beheersverordening en het toekomstige bestemmingsplan en anderzijds tot de geldende beleidsnotitie.
Geldend bestemmingsplan (beheersverordening)
Het geldende planologische regime ligt vast in de Beheersverordening “Ommel recreatiepark (Prinsenmeer) 2013”.
De aanvraag levert strijd met de bestemmingsregels voor ‘recreatie’, opgenomen in hoofdstuk 2 van de beheersverordening.
Toekomstig bestemmingsplan
Momenteel wordt een nieuw bestemmingsplan voor het park voorbereid. De gronden worden daarin bestemd voor ‘recreatie’. De voorgenomen huisvesting van
arbeidsmigranten wordt niet opgenomen in het nieuwe plan, omdat deze huisvesting van tijdelijke aard is (maximaal 10 jaren). De bestemming voor de gronden is en blijft
‘recreatie’. Qua aantal standplaatsen en/of chalets voldoet de aanvraag aan de maximaal
toegestane oppervlakte van recreatieve verblijfsaccommodaties, zoals opgenomen in het nieuwe concept bestemmingsplan.
Geldende beleidsnotitie
In de beleidsnotitie “Huisvesting arbeidsmigranten gemeente Asten 2009”, vastgesteld door de raad op 2 juni 2009, is de huisvesting van arbeidsmigranten op Prinsenmeer mogelijk gemaakt onder de navolgende randvoorwaarden:
1. aantal gemaximeerd op 216 personen;
2. geen huisvesting buiten het afgescheiden gedeelte;
3. geen vermenging toerisme en huisvesting arbeidsmigranten;
4. alleen huisvesting van arbeidsmigranten die binnen de gemeente Asten werkzaam zijn;
5. huisvesting moet gekoppeld zijn aan bedrijfsbehoefte van Asten;
6. huisvesting op Prinsenmeer moet eindig zijn.
De aanvraag wijkt in ieder geval af van de randvoorwaarden 1. en 4.:
- het aantal arbeidsmigranten bedraagt 500 en overschrijdt daarmee het toegestane maximum van 216;
- er worden ook arbeidsmigranten gehuisvest die buiten de gemeente Asten werkzaam zijn.
Medewerking door gebruik afwijkingsbevoegdheid
Medewerking aan de ingediende aanvraag is mogelijk door af te wijken van de
beheersverordening krachtens artikel 2.12 lid 1 sub a onder 2 Wabo jo. artikel 4 onder 11 bijlage II Bor (kleine buitenplanse afwijking) voor een periode van maximaal 10 jaren.
Is afwijking aanvaardbaar?
In het kader van dit vraagstuk overwegen wij het volgende:
Het geldende beleid voor de huisvesting van arbeidsmigranten is in 2016 geëvalueerd.
Uit de evaluatie is naar voren gekomen dat het beleid bijstelling behoeft. Er is nog geen aanvang gemaakt met de ontwikkeling van het nieuwe beleid.
In het evaluatierapport zijn diverse aanbevelingen voor beleidsbijstelling gedaan. De aanbevelingen luiden:
a. maak afspraken over het maximale aantal arbeidsmigranten dat op het park mag zitten, binnen en buiten het afgescheiden gedeelte. Voorkom daarmee dat de vergunning die wordt verleend nooit overeenkomt met het werkelijke aantal arbeidsmigranten dat op het park verblijft;
b. stel de voorwaarden vast waaraan het verblijf van de arbeidsmigranten op
Prinsenmeer moet voldoen. Een voorbeeld is dat de arbeidsmigranten moeten worden gehuisvest binnen een afgescheiden gedeelte van het park, dat wordt ingericht
volgens dezelfde standaard als het huidige afgescheiden gedeelte;
c. geef prioriteit aan controles op de naleving van deze voorwaarden;
d. breng de mogelijkheden voor registratie van de arbeidsmigranten op Prinsenmeer in kaart. Zorg ervoor dat de gemeente en de politie zelfstandig toegang krijgen tot het nachtregister van Prinsenmeer.
Onderbouwing aantal arbeidsmigranten
Het evaluatierapport biedt onvoldoende onderbouwing voor de benodigde afwijking van het geldende beleid. Uit de aanbeveling onder a. kan wel worden afgeleid dat het niet zo zeer van belang is om het aantal arbeidsmigranten dat gehuisvest wordt op het park te maximeren. Wel is het van belang dat met Prinsenmeer duidelijke afspraken worden gemaakt over het aantal arbeidsmigranten.
Door de gevraagde vergunning te verlenen wordt hier uitvoering aan gegeven. Er mogen straks maximaal 500 arbeidsmigranten worden gehuisvest, en alleen binnen het
afgescheiden gedeelte van het park. Deze voorwaarde zal nadrukkelijk in de vergunning
worden opgenomen, zodat na vergunningverlening bij overtreding handhavend kan worden opgetreden.
Onderbouwing loslaten lokale koppeling huisvesting en werk
Uit het evaluatierapport blijkt dat het merendeel van de arbeidsmigranten dat op Prinsenmeer verblijft niet werkzaam is binnen de gemeente Asten. Motieven voor het loslaten van de lokale koppeling tussen huisvesting en werk zijn:
a. De verantwoordelijkheid op goede huisvesting van arbeidsmigranten houdt niet bij de gemeentegrens op. In de praktijk blijkt dat er zowel lokaal als in de regio
onvoldoende reguliere huisvestingsmogelijkheden zijn.
b. Op 28 maart 2012 is de “Nationale-Verklaring (tijdelijke) huisvesting arbeidsmigranten 2012” door onder andere de Minister van BZK en de VNG
ondertekend. Daarin worden afspraken gemaakt en zijn inspanningsverplichtingen tussen huisvesters en gemeenten over goede en voldoende huisvesting voor arbeidsmigranten. De minister van BZK stimuleert gemeenten om in regionaal verband te komen tot een evenwichtige verdeling van werken en wonen voor
arbeidsmigranten. Daaruit concluderen wij dat ons huidige beleid van lokaal vestigen van arbeidsmigranten niet meer past.
c. Het vasthouden aan het beleid is in de praktijk nagenoeg niet handhaafbaar.
Tijdelijke bewoners zouden dan arbeidscontracten moeten tonen. Dit behelst een zeer intensieve controle vanuit de gemeente.
Onderbouwing termijnstelling
In de aanvraag wordt verzocht om gebruik te maken van de maximaal mogelijke termijn voor de benodigde afwijking. In dit verband overweegt het college als volgt:
Op grond van het gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid moeten arbeidsmigranten bij voorkeur worden gehuisvest in reguliere woningen. Dit uitgangspunt geldt voor arbeidsmigranten die hier langere tijd verblijven. In de provinciale woningbehoefte prognosegegevens is met deze behoeftevraag rekening gehouden. Arbeidsmigranten die korte tijd in Nederland verblijven worden niet meegenomen in deze prognosegegevens.
Voor deze groep (shortstay-ers) moet op een andere manier in huisvesting worden voorzien. De voorkeur van deze groep gaat uit naar huisvesting in (semi-)permanente voorzieningen. Een substantieel deel van de shortstay-ers wordt momenteel gehuisvest op Prinsenmeer.
De vraag naar huisvestingsvoorzieningen voor de shortstay-ers is structureel. Er is geen zicht op dat deze vraag de komende jaren zal afnemen. Tegelijkertijd is er evenmin zicht op dat het aanbod geschikte huisvestingsvoorzieningen voor deze groep zal toenemen.
Uit het oogpunt van de behoefte bestaat geen aanleiding om de termijn te beperken.
Mocht de vraag onverhoopt toch afnemen dan hoeft dit geen probleem te vormen. De chalets kunnen op dat moment wederom conform de bestemming ‘recreatie’ in gebruik genomen worden. Dit geldt uiteraard ook ingeval het aanbod elders toeneemt.
Onze conclusie
Onder verwijzing naar bovenstaande overwegingen zijn wij van oordeel dat afwijking van het geldende planologische regime en beleid, met inachtneming van de
bedrijfsorganisatorische maatregelen zoals uiteengezet in de aanvullende memo, aanvaardbaar is. Wij hebben dan ook het voornemen om met gebruikmaking van onze bevoegdheid om af te wijken van de beheersverordening. Een definitieve beslissing op de aanvraag zullen wij nemen nadat wij kennis hebben genomen van wensen en
bedenkingen van uw commissie.
Risico’s
- onvoldoende draagvlak
- bezwaar/beroep afwijken van geldend beleid voor huisvesting arbeidsmigranten op Prinsenmeer (maximum aantal arbeidsmigranten en koppeling huisvesting en werk), terwijl er nog geen sprake is van nieuw vastgesteld beleid
- onvoldoende inzicht in lokale en regionale behoefte - aantasting recreatiefunctie Prinsenmeer
h.reumkens@asten.nl