Gemeente Valkenswaard

(1)

Reconstructie Europalaan

Deelrapport Geluid

Gemeente Valkenswaard

November 2013

Definitief

(2)

© DHV B.V. Niets uit dit bestek/drukwerk mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. drukwerk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van DHV B.V., noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt voor enig ander werk dan waarvoor het is vervaardigd.

Het kwaliteitssysteem van DHV B.V. is gecertificeerd volgens ISO 9001.

Reconstructie Europalaan

Deelrapport Geluid

dossier : BC2978-102-102

registratienummer : MD-AF20131645/LOK versie : def01

classificatie : Openbaar

Gemeente Valkenswaard

November 2013

Definitief

(3)

HaskoningDHV Nederland B.V

Gemeente Valkenswaard/Reconstructie Europalaan 12 november 2013, versie def01

MD-AF20131645/LOK - 1 -

Openbaar

INHOUD BLAD

1 INLEIDING 3

1.1 Aanleiding 3

1.2 Positie deelrapport geluid 3

1.3 Doel onderzoek 3

1.4 Leeswijzer 4

2 WETTELIJK KADER 5

2.1 Algemeen 5

2.2 Omvang geluidzones wegen en stedelijk-/buitenstedelijk gebied 5

2.3 Geluidgevoelige objecten 6

2.4 Definitie gevel conform Wgh 7

2.5 Reken- en meetvoorschrift geluid 2012 en geluidbelasting 7

2.6 Aftrek conform art. 110g Wgh 8

2.7 De plicht tot toetsing aan grenswaarden 8

2.8 Cumulatie 12

2.9 Uitstraling van de effecten 12

2.10 Gemeentelijk en provinciaal geluidbeleid 13

3 UITGANGSPUNTEN 14

3.1 Wegontwerp 14

3.2 Onderzoeksgebied 14

3.3 De onderzochte situaties 16

3.4 Gebruikte rekenmethode 16

3.5 Verkeersgegevens 16

3.6 Wegdekverhardingen en snelheden 17

3.7 Optrektoeslag 17

3.8 Afschermende voorzieningen 18

3.9 Eerder vastgestelde hogere waarden 18

3.10 Rekenpunten 19

4 RESULTATEN 20

4.1 Europalaan 20

4.2 De Vest (N398) 20

4.3 Zuidelijke Randweg (N398) 20

4.4 Bakkerstraat 21

4.5 Wolbergstraat 21

4.6 Leenderweg 21

4.7 Valkenierstraat 22

4.8 Bosstraat 22

4.9 Eindhovenseweg (N69) 23

4.10 Uitstraling van de effecten 23

5 GELUIDBEPERKENDE MAATREGELEN 24

5.1 Algemeen 24

5.2 Europalaan 25

5.3 Valkenierstraat 32

(4)

MD-AF20131645/LOK - 2 -

Openbaar

5.4 Bakkerstraat 33

5.5 Wolbergstraat 33

6 CONCLUSIE 34

7 COLOFON 37

BIJLAGEN

1 Studiegebied

2 Invoergegevens – Huidig 2013

3 Invoergegevens – Toekomst 2025

4 Resultaten Europalaan

5 Resultaten De Veste

6 Resultaten Zuidelijke Randweg

7 Resultaten Bakkerstraat

8 Resultaten Wolbergstraat

9 Resultaten Leenderweg

10 Resultaten Valkenierstraat

11 Resultaten Bosstraat

12 Resultaten Eindhovenseweg

13 Resultaten Europalaan/Valkenierstraat – na schermmaatregelen

14 Uitstralingseffecten

15 Vast te stellen hogere waarden (met stiller asfalt)

(5)

MD-AF20131645/LOK - 3 -

Openbaar

1 INLEIDING

1.1 Aanleiding

De gemeente Valkenswaard heeft de ambitie om het centrum beter bereikbaar, aantrekkelijker en leefbaarder te maken. De reconstructie van de Europalaan is één van de projecten om deze ambitie te bereiken. De gemeente is voornemens de Eindhovenseweg en Markt in het centrum van Valkenswaard autoluw in te richten, waarbij de heringerichte Europalaan onderdeel moet worden van een lokale ring rond het autoluwe centrum.

De openstelling van de heringerichte Europalaan heeft tot gevolg dat de Luikerweg, Markt en Eindhovenseweg in het centrum van Valkenswaard ontlast worden. Het verkeer verschuift naar de twee routes om het centrum heen. Aan de oostzijde van het centrum rijdt het verkeer via de route Zuidelijke Randweg en Europalaan, aan de westzijde van het centrum via de Dommelseweg, Nieuwe Waalreseweg en Geenhovensedreef.

1.2 Positie deelrapport geluid

De Europalaan zal voor het gemotoriseerde verkeer een belangrijke functie krijgen. Voor een goede doorstroming en verkeersveilige afwikkeling van het gemotoriseerde en langzame verkeer zal de bestaande infrastructuur hierop aangepast worden. Het gehele tracé van de Europalaan, tussen De Vest/Zuidelijke Randweg en Eindhovenseweg (N69), wordt heringericht om als gebiedsontsluitingsweg te kunnen fungeren. Het ontwerp voorziet in de aanleg van rotondes op de kruising met de Bakkerstraat/Wolbergstraat en de kruising met de Zuidelijke Randweg/De Vest. Daarnaast wordt de kruising met de Eindhovenseweg volledig heringericht als voorrangskruispunt en blijven de bestaande verkeerslichteninstallaties op de kruisingen met de Valkeniersstraat en Leenderweg in aangepaste vorm bestaan.

Ten behoeve van het akoestisch onderzoek is een verkeersonderzoek (“Verkeersmodel Regio Kempen”) uitgevoerd. De verkeersgegevens die gebruikt zijn, zijn afkomstig van het verkeersmodel dat in samenwerking met de gemeenten Valkenswaard, Waarle, Bergeijk, Eersel en Bladel tot stand is gekomen.

Het verkeersmodel beschrijft de verkeersituatie in de regio. De gemeente Valkenswaard is voornemens de Europalaan in 2014 te reconstrueren en in 2015 open te stellen.

1.3 Doel onderzoek

Volgens de Wet geluidhinder dient getoetst te worden aan de regelgeving en de grenswaarden van deze wet. Doel van het onderzoek is te bepalen of sprake is van “reconstructie” zoals omschreven in de Wet geluidhinder. Indien sprake is van “reconstructie” dan wordt onderzocht welke geluidbeperkende maatregelen doeltreffend zijn en getroffen kunnen worden. Indien niet kan worden voldaan aan de grenswaarden in de Wet geluidhinder dan wordt aangegeven voor welke woningen een hogere waarde dient te worden vastgesteld.

Voor de woningen waarvoor een hogere waarde wordt vastgesteld, wordt in een vervolgonderzoek

onderzocht of het treffen van gevelmaatregelen nodig is om de binnenwaarde te waarborgen.

(6)

MD-AF20131645/LOK - 4 -

Openbaar

1.4 Leeswijzer

In hoofdstuk 2 wordt het wettelijk kader omschreven. Hoofdstuk 3 behandelt de uitgangspunten. De

rekenresultaten van de geluidberekeningen zijn opgenomen in hoofdstuk 4. In hoofdstuk 5 wordt ingegaan

op de geluidbeperkende maatregelen. In hoofdstuk 6 is ten slotte de conclusie van het onderzoek vermeld.

(7)

MD-AF20131645/LOK - 5 -

Openbaar

2 WETTELIJK KADER

2.1 Algemeen

De Wet geluidhinder (Wgh) stelt eisen aan de maximaal toegestane geluidbelasting op de gevels van bestaande geluidgevoelige objecten ten gevolge van de wijziging van een weg.

Op grond van afdeling 4 van hoofdstuk VI van de Wgh moet onderzoek worden verricht naar de te wijzigen weg(vakken). Van deze wegen moet de geluidbelasting vóór de wijziging van de bestaande wegen en de toekomstige geluidbelasting, na wijziging van deze wegen, worden onderzocht.

Het Reken- en meetvoorschrift geluid 2012 (Rmg2012) stelt de regels voor het bepalen van de geluidbelastingen. Uitgangspunt voor het bepalen van de toekomstige geluidbelasting is volgens het Rmg2012 het zogenoemde maatgevende jaar. In beginsel is dit het 10de jaar na realisatie van de wijziging aan de weg. De toekomstige geluidbelastingen zijn bepalend voor het treffen van eventuele geluidmaatregelen. Ten aanzien van de wijzigingen aan de bestaande wegen dient ook de heersende geluidbelasting te worden bepaald. Dit is één jaar vóór de wijziging van de weg. In paragraaf 3.3 zijn de toetsjaren beschreven.

De Wet geluidhinder is slechts van toepassing voor zover het gaat om geluidgevoelige objecten binnen de geluidzone van de wegen. Binnen deze zones wordt de geluidbelasting getoetst aan de grenswaarden. De grenswaarden zijn opgenomen in de Wgh en Besluit geluidhinder (Bg).

2.2 Omvang geluidzones wegen en stedelijk-/buitenstedelijk gebied

In art. 74 Wgh zijn de geluidzones gedefinieerd. De geluidzones zijn te beschouwen als aandachts- of onderzoeksgebieden.

Zones zijn van rechtswege aanwezig. Dat wil zeggen dat er geen apart besluit nodig is om ze in te stellen.

Op het moment dat het aantal rijstroken van de weg zodanig wordt gewijzigd dat daar een andere wettelijke zonebreedte bij hoort, is die nieuwe zonebreedte automatisch van kracht.

De wettelijke breedte van de geluidzone wordt bepaald door het aantal rijstroken van de weg, en het binnen- of buitenstedelijke karakter van de omgeving langs de weg. In de volgende tabel zijn de wettelijke zonebreedten opgesomd die de Wgh kent.

Tabel 2-1 Zonebreedten

Aantal rijstroken Breedte van de geluidzone Buitenstedelijk gebied Stedelijk gebied

5 of meer 600 m 350 m

3 of 4 400 m 350 m

1 of 2 250 m 200 m

In art. 1 Wgh zijn de definities opgenomen van stedelijk en buitenstedelijk gebied. Deze definities luiden:

• buitenstedelijk: het gebied buiten de bebouwde kom (bepaald door borden komgrens) en het gebied (binnen en buiten de bebouwde kom) binnen de zone van een autoweg of autosnelweg;

• stedelijk: het gebied binnen de bebouwde kom met uitzondering van de gebieden binnen de zone van

een autoweg of autosnelweg.

(8)

MD-AF20131645/LOK - 6 -

Openbaar

Voor de Europalaan en de kruisende wegen is sprake van stedelijk gebied.

Wegen die geen zone hebben, en waarop de Wet geluidhinder dus niet van toepassing is, zijn:

• wegen die gelegen zijn binnen een als woonerf aangeduid gebied;

• wegen waarvoor een maximumsnelheid van 30 km/uur geldt.

In paragraaf 3.2 zijn de geluidzones beschreven en in paragraaf 3.6 de maximumsnelheden.

2.3 Geluidgevoelige objecten

Onder geluidgevoelige objecten worden in de Wet geluidhinder verstaan: woningen, andere geluidgevoelige gebouwen en geluidgevoelige terreinen. De grenswaarden van de Wet geluidhinder zijn van toepassing op de geluidgevoelige objecten voor zover deze liggen binnen de geluidzone van een weg.

Woning

Onder een woning wordt verstaan: gebouw of gedeelte van een gebouw waar bewoning is toegestaan op grond van het bovengenoemde (art. 1 Wgh).

Ander geluidgevoelig gebouw

Bij algemene maatregel van bestuur als zodanig aangewezen gebouw, niet zijnde een woning, dat vanwege de bestemming daarvan bijzondere bescherming tegen geluid behoeft (art. 1 Wgh). Wat betreft het gebruik wordt uitgegaan van het bovengenoemde. Wat andere geluidgevoelige gebouwen zijn, is bepaald in art. 1.2,1 Bg:

a. een onderwijsgebouw;

b. een ziekenhuis;

c. een verpleeghuis;

d. een verzorgingstehuis;

e. een psychiatrische inrichting;

f. een kinderdagverblijf.

Geluidgevoelig terrein

Bij algemene maatregel van bestuur als zodanig aangewezen terrein dat vanwege de bestemming daarvan bijzondere bescherming tegen geluid behoeft. Wat betreft het gebruik wordt uitgegaan van het bovengenoemde. Onder geluidgevoelige terreinen wordt verstaan (art. 1.2,3 Bg):

a. een woonwagenstandplaats;

b. een ligplaats in het water, die in het bestemmingsplan is aangewezen om door een woonschip te worden ingenomen.

Planologische status gebouw

Als in het bestemmingsplan enkel het geluidgevoelige gebouw als geheel is genoemd en er geen aparte

bestemming is gegeven voor verschillende delen van het gebouw, valt het geluidgevoelige gebouw in zijn

geheel onder de werking van de Wgh.

(9)

MD-AF20131645/LOK - 7 -

Openbaar

2.4 Definitie gevel conform Wgh

In art. 1 Wgh is de definitie voor een gevel opgenomen. Onder een gevel wordt verstaan: bouwkundige constructie die een ruimte in een woning of ander geluidgevoelig gebouw scheidt van de buitenlucht, daaronder begrepen het dak. Ingevolge art. 1b,4 Wgh wordt onder een gevel in de zin van deze wet en de daarop berustende bepalingen niet verstaan:

a. een bouwkundige constructie waarin geen te openen delen aanwezig zijn en met een in NEN 5077 bedoelde karakteristieke geluidwering die ten minste gelijk is aan het verschil tussen de geluidbelasting van die constructie en 33 dB onderscheidenlijk 35 dB(A), alsmede

b. een bouwkundige constructie waarin alleen bij uitzondering te openen delen aanwezig zijn, mits de delen niet direct grenzen aan een geluidgevoelige ruimte.

De geluidgevoelige ruimte binnen een woning omvat de ruimte voor zover deze kennelijk als slaap-, woon- of eetkamer wordt gebruikt of voor een zodanig gebruik is bestemd, alsmede een keuken van ten minste 11 m

²

(art. 1 Wgh).

Indien in het bestemmingsplan enkel het geluidgevoelige gebouw als geheel is genoemd en er geen aparte bestemming wordt gegeven voor verschillende delen van het gebouw, dan valt het geluidgevoelige gebouw in zijn geheel onder de werking van de Bg en is voor alle delen van het gebouw sprake van een gevel. Als in het bestemmingsplan een aparte bestemming is gegeven voor verschillende delen van het gebouw, dan is alleen sprake van een gevel als zich achter deze gevel een verblijfsruimte bevindt zoals opgenomen in art. 1.1,1d Bg.

2.5 Reken- en meetvoorschrift geluid 2012 en geluidbelasting

Reken- en meetvoorschrift geluid 2012

In het Reken- en meetvoorschrift geluid 2012 (Rmg2012) is bepaald hoe de geluidbelastingen op geluidgevoelige objecten bepaald moeten worden. Daarbij geldt dat in het rapport de te toetsen geluidbelastingen als afgeronde waarden moeten worden gepresenteerd. Verschillen tussen geluidbelastingen moeten echter worden berekend uit niet-afgeronde waarden, en pas daarna afgerond worden. Bij het afronden van geluidbelastingen of van verschillen tussen geluidbelastingen wordt een waarde die precies op 0,50 eindigt afgerond naar het dichtstbijzijnde even getal (art. 1.3 Rmg2012).

Zo wordt een verschilwaarde van 1,49 afgerond naar 1. Een verschilwaarde van 1,50 wordt afgerond naar 2. Een verschil van 2,50 wordt echter ook afgerond naar 2, het dichtstbijzijnde even getal. Een geluidbelasting van bijvoorbeeld 57,50 dB wordt afgerond naar 58 dB, maar een geluidbelasting van 58,50 dB wordt ook afgerond naar 58 dB, het dichtstbijzijnde even getal.

Geluidbelasting

De geluidbelasting wordt berekend als het gemiddelde van een geheel jaar. Overeenkomstig art. 1 Wgh wordt onder de L

den

-waarde verstaan het energetisch en naar de tijdsduur van de beoordelingsperiode gemiddelde van de volgende drie waarden:

• het equivalente geluidniveau gedurende de dagperiode L

day

(van 7.00 uur tot 19.00 uur);

• het equivalente geluidniveau gedurende de avondperiode L

evening

(van 19.00 uur tot 23.00 uur) vermeerderd met 5 dB;

• het equivalente geluidniveau gedurende de nachtperiode L

night

(van 23.00 uur tot 7.00 uur) vermeerderd met 10 dB.

Op de berekende de L

den

-waarden wordt overeenkomstig art. 110g Wgh een aftrek toegepast bij

wegverkeerslawaai.

(10)

MD-AF20131645/LOK - 8 -

Openbaar

2.6 Aftrek conform art. 110g Wgh

Volgens art. 110g Wgh dient de berekende geluidbelasting vanwege het wegverkeer te worden gecorrigeerd voordat wordt getoetst aan de grenswaarden in de Wgh. In art. 3.4 Rmg2012 is de aftrek van art. 110g Wgh omschreven. Deze aftrek is:

a. 2 dB voor wegen waarvoor de representatief te achten snelheid van lichte motorvoertuigen 70 km/uur of meer bedraagt;

b. 5 dB voor de overige wegen.

Op alle beschouwde wegvakken is de maximumsnelheid minder dan 70 km/uur en is de aftrek 5 dB.

2.7 De plicht tot toetsing aan grenswaarden 2.7.1 Sanering

Door het Bureau Sanering Verkeerslawaai (BSV) is een lijst “saneringssituatie reeds gemeld” aangeleverd.

Voor het bepalen van de saneringsgevallen geldt als criterium dat alleen de woningen binnen de zone van het werkgebied dienen te worden beschouwd.

De sanering van de woningen op de Leenderweg is afgehandeld (proj. 529.737.19). Deze hogere waarden zijn meegenomen in de toetsing.

Ten gevolge van de wijzigingen aan Europalaan komt de sanering van de woningen aan de Eindhovenseweg en omgeving te vervallen. De Europalaan vormt de “verkeersmaatregel sanering Eindhovenseweg e.o.”.

2.7.2 Reconstructie van een weg

In art. 1 Wgh is de volgende definitie van een reconstructie van een weg opgenomen:

een of meer wijzigingen op of aan een aanwezige weg ten gevolge waarvan uit akoestisch onderzoek als bedoeld in art. 77, eerste lid, onder a, en art. 77, derde lid, blijkt dat de berekende geluidbelasting vanwege de weg in het toekomstig maatgevende jaar zonder het treffen van maatregelen ten opzichte van de geluidbelasting die op grond van art. 100 dan wel het bepaalde krachtens art. 100b, aanhef en onder a, als de ten hoogste toelaatbare geluidbelasting geldt met 2 dB of meer wordt verhoogd.

Er is sprake van “reconstructie” als aan de volgende twee voorwaarden wordt voldaan:

• Er moet sprake zijn van een fysieke wijziging op of aan de weg. Het gaat dan bijvoorbeeld om een wijziging van het profiel, de wegbreedte, de hoogteligging, het wegdek, het aantal rijstroken, de aanleg van kruispunten, de aanleg van aansluitingen, op- en afritten, wijzigingen van de maximumsnelheid.

• Ten gevolge van de wijziging(en) en de verwachte groei van het verkeer in de eerste tien jaar na de wijziging(en) moet er sprake zijn van een toename van de geluidbelasting ten opzichte van de grenswaarde met (afgerond) 2 dB of meer.

Om dit te kunnen bepalen moet dus eerst voor elke geluidgevoelig object de geldende “grenswaarde”

worden bepaald. Vervolgens wordt bezien of deze grenswaarde in de toekomstige situatie, doorgaans

het 10

^e

jaar na openstelling van de gewijzigde weg, afgerond met tenminste 2 dB wordt overschreden.

(11)

MD-AF20131645/LOK - 9 -

Openbaar

In art. 1b,5 Wgh is beschreven dat er geen akoestisch onderzoek noodzakelijk is als de wijziging van de weg bestaat uit:

a. een snelheidsverlaging, of

b. de vervanging van de wegdeklaag door een wegdeklaag met dezelfde of een grotere geluidreducerende werking.

Bepalen grenswaarde

Om de grenswaarde voor deze gevallen te kunnen bepalen, is het allereerst van belang om te weten of sprake is van een in het verleden vastgestelde hogere waarde voor de ten hoogste toelaatbare geluidbelasting (in het vervolg van dit rapport kortweg “hogere waarde” genoemd).

Als geen sprake is van een eerder vastgestelde hogere waarde, is de grenswaarde gelijk aan de heersende geluidbelasting (dat is de geluidbelasting één jaar voor de wijziging van de weg). Hierbij geldt conform de Wet geluidhinder dat een geluidbelasting van 48 dB of lager altijd is toegestaan.

Als echter in het verleden voor de te wijzigen weg al eens een hogere waarde is vastgesteld die lager is dan de geluidbelasting in het jaar voor wijziging, dan geldt deze hogere waarde als grenswaarde (art. 99 Wgh). Zodoende is de geldende grenswaarde de laagste waarde van:

• de geluidbelasting één jaar voor de fysieke ingreep;

• een eventueel eerder vastgestelde hogere waarde, zo nodig omgerekend naar een L

den

-waarde in dB (zie onder).

Vervolgens wordt bezien of deze grenswaarde in de toekomstige situatie, het 10

^e

jaar na openstelling van de weg, en zonder geluidmaatregelen, met 2 dB (onafgerond 1,5 dB) of meer overschreden wordt.

Omrekening eerder vastgestelde hogere waarden

Als voor een geluidgevoelig object in het verleden een hogere waarde is vastgesteld in een etmaalwaarde in dB(A) dient deze te worden omgerekend naar een vergelijkbare L

den

-waarde in dB (art. 110h Wgh).

Alleen dan kan op de juiste manier de hogere waarde worden vergeleken met de geluidbelasting in dB in het jaar voorafgaand aan de wijziging van de weg. Het omrekenen moet volgens het Rmg2012 op de volgende wijze gebeuren (art. 3.7 Rmg2012):

1. Bepaal op basis van de situatie in het jaar voorafgaand aan de wijziging van de weg het verschil tussen L

den

en de etmaalwaarde (niet afgerond getal);

2. Corrigeer de hogere waarde in dB(A) (geheel getal) op basis van het bij 1 gevonden verschil (niet afgerond getal) naar een hogere waarde in dB (dit levert een niet afgerond getal op);

3. Indien het resultaat van 2 lager is dan 48 dB, dan krijgt de omgerekende hogere waarde per definitie de waarde 48 dB (ondergrens).

In de volgende tabel zijn de grenswaarden voor het bepalen van het “reconstructie-effect” samengevat.

(12)

MD-AF20131645/LOK - 10 -

Openbaar

Tabel 2-2 Grenswaarden bij reconstructie

Situatie Grenswaarde

Niet eerder hogere waarde vastgesteld en heersende geluidbelasting <=48 dB (art. 100, 1 Wgh, art. 3.3,1 en 3.3,4 Bg)

48 dB

Niet eerder hogere waarde vastgesteld en heersende geluidbelasting > 48 dB (art. 100, 3 Wgh, art. 3.3,3 en 3.3,4 Bg)

Heersende geluidbelasting (= 1 jaar voor wijziging van de weg)*

Eerder vastgestelde hogere waarde (art. 100, 2 Wgh, art. 3.3,2 en 3.3,4 Bg)

Laagste van:

• Heersende geluidbelasting (= 1 jaar voor wijziging van de hoofdweg) met een minimum van 48 dB

• Eerder vastgestelde hogere waarde

* Als een geluidgevoelig object of weg pas na 1 januari 2007 voor het eerst is opgenomen in een bestemmingsplan, en voor dit geluidgevoelige object of vanwege deze wegen géén hogere waarde is vastgesteld, geldt voor altijd een vaste grenswaarde van 48 dB.

Bepalen toename

Of er sprake is van “reconstructie” in de zin van de Wet geluidhinder wordt per geluidgevoelig object bepaald. Het kan dus zo zijn dat voor het ene object wel sprake is van reconstructie en voor het andere object niet.

Bepalen maatregelen

Indien er sprake is van reconstructie in de zin van de Wet geluidhinder moet worden onderzocht of er maatregelen kunnen worden getroffen om de overschrijding van de grenswaarde ongedaan te maken.

Het doel daarbij is om de toekomstige geluidbelasting zo veel mogelijk terug te brengen tot de grenswaarde. Daarbij wordt eerst gekeken naar maatregelen bij de bron (stiller wegdek) en vervolgens naar maatregelen in de overdracht (geluidschermen of -wallen).

Hierbij is niet alleen van belang of het technisch mogelijk is om dergelijke maatregelen te treffen, ook het kostenaspect is van belang. Er wordt daarom ook beoordeeld of maatregelen als geluidschermen niet te duur zouden worden. Van de maatregelen wordt een indicatie gegeven van de kosten. Naast het kostenaspect kunnen ten slotte nog bezwaren van stedenbouwkundige, verkeerskundige, vervoerskundige of landschappelijke aard bestaan tegen het realiseren van bepaalde geluidmaatregelen.

Als maatregelen niet mogelijk zijn of stuiten op bezwaren moet een hogere grenswaarde voor de maximaal toelaatbare toekomstige geluidbelasting worden vastgesteld.

Maximale hogere grenswaarden

In beginsel is de ten hoogste toelaatbare overschrijding van de grenswaarde als gevolg van “reconstructie van de weg” 5 dB (minder dan onafgerond 5,50 dB). Een toename van meer dan 5 dB is alleen toegestaan indien ten gevolge van de reconstructie de geluidbelasting van de gevel van ten minste een gelijk aantal woningen elders met een ten minste gelijke waarde zal verminderen (art. 100a,1a Wgh). De maximaal toelaatbare geluidbelasting mag echter niet worden overschreden.

De maximale hogere grenswaarden die kunnen worden vastgesteld, zijn mede afhankelijk of eerder de

Wet geluidhinder van toepassing is geweest en of sprake is van stedelijk of buitenstedelijk gebied. Voor de

onderhavige situatie is sprake van stedelijk gebied.

(13)

MD-AF20131645/LOK - 11 -

Openbaar

Tabel 2-3 Maximaal toelaatbare geluidbelasting bij reconstructie (stedelijk gebied) Soort geluidgevoelig

object

Situatie Maximale geluidbelasting in dB

Waarde Artikel

Woning

Indien:

• Eerder hogere waarde vastgesteld

• Niet eerder hogere waarde vastgesteld en heersende waarde ≤ 53 dB

63 dB art. 100a, 1, b2º Wgh

Alle overige gevallen 68 dB art. 100a, 2 Wgh

Ander geluidgevoelig gebouw

Indien:

• Eerder hogere waarde vastgesteld

• Niet eerder hogere waarde vastgesteld en heersende waarde ≤ 53 dB

63 dB art. 3.4, 2, 2º Bg

Alle overige gevallen 68 dB art. 3.4, 3 Bg

Vaststellen hogere grenswaarde (art. 110a Wgh)

Een hogere waarde dan de voorkeurswaarde kan worden vastgesteld in gevallen waarin de toepassing van maatregelen (bron- en overdrachtsmaatregelen) onvoldoende doeltreffend is, of waarin deze maatregelen overwegende bezwaren van stedenbouwkundige, verkeerskundige, vervoerskundige, landschappelijke of financiële aard ontmoeten. Bij bezwaren van financiële aard moet er sprake zijn van bovenmatige kosten, alsmede het ontbreken van alternatieven (art. 110a, lid 5 Wgh).

Voor de reconstructie van de Eindhovenseweg (N69) is Gedeputeerde Staten van de provincie Noord- Brabant bevoegd gezag voor het vaststellen van hogere waarden.

Voor de reconstructie van de lokale wegen dient het College van Burgemeester en Wethouders de hogere waarden vast te stellen.

De provincie Noord-Brabant heeft geluidbeleid voor het toestaan van hogere waarden. De gemeente Valkenswaard sluit aan bij dit beleid. Deze eisen dienen ook in acht te worden genomen.

Voor het verkrijgen van een hogere grenswaarde dan de voorkeurswaarde dient de procedure gevolgd te worden zoals is omschreven in art. 110c Wgh. Dit betreft de procedure zoals geregeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Een van de aspecten hierbij is een tervisielegging van het ontwerpbesluit en de akoestische rapportage.

Binnenwaarde

Wanneer een hogere waarde wordt vastgesteld dient krachtens art. 112 Wgh en art. 3.10 Bg het College van Burgemeester en Wethouders er op toe te zien dat de geluidbelasting in de geluidgevoelige ruimten van de geluidgevoelige objecten de in de wet gestelde waarden niet overschrijdt. In het volgende zijn de grenswaarden samengevat.

Woningen

● 33 dB indien voor de eerste maal een hogere waarde wordt vastgesteld (art. 112a Wgh);

● voor woningen waarvoor eerder een hogere waarde is vastgesteld, geldt de waarde die voor deze situatie eerder is bepaald (art. 112b Wgh);

● voor woningen waarvoor sprake is van een saneringssituatie, geldt een waarde van 43 dB (art. 111b,3

Wgh).

(14)

MD-AF20131645/LOK - 12 -

Openbaar

Andere geluidgevoelige gebouwen

Afhankelijk van de verblijfsruimte van het gebouw geldt:

● 28 dB voor verblijfsruimte, genoemd in art. 1.1,1d onder 1° t/m 3° Bg (art. 3.10, 1a Bg);

● 33 dB voor verblijfsruimte, genoemd in art. 1.1,1d onder 4° t/m 5° Bg (art. 3.10, 1b Bg).

Indien sprake is van een saneringssituatie dan geldt:

● 38 dB voor verblijfsruimte, genoemd in art. 1.1,1d onder 1° t/m 3° Bg(art. 3.10, 2a Bg);

● 43 dB voor verblijfsruimte, genoemd in art. 1.1,1d onder 4° t/m 5° Bg (art. 3.10, 2b Bg).

De definitie van een verblijfsruimte voor andere geluidgevoelige gebouwen is beschreven in paragraaf 2.4.

2.8 Cumulatie

Bij het vaststellen van een hogere grenswaarde voor een geluidgevoelig object moet op grond van art.

110f Wgh aandacht geschonken worden aan de eventuele cumulatie met andere gezoneerde geluidbronnen, indien het geluidgevoelig object tevens binnen de geluidzone van een of meer van deze geluidbronnen ligt. Hierbij wordt de geluidbelasting gecumuleerd met de andere gezoneerde geluidbronnen waarbij sprake is van een geluidbelasting hoger dan de zogenaamde voorkeurswaarden.

De geluidbelastingen van verschillende bronnen kunnen echter niet eenvoudigweg gesommeerd worden tot één totaalniveau. Verschillende soorten geluid leveren bij dezelfde geluidbelasting in dB namelijk in verschillende mate hinder op.

Voor de cumulatie is aangesloten op de methodiek in hoofdstuk 2 van bijlage 1 van het Rmg2012. Hierbij dient de aftrek ingevolge art. 110g Wgh niet te worden toegepast.

Er zijn voor gecumuleerde geluidbelastingen geen grenswaarden in de Wet geluidhinder opgenomen. Op basis van de hoogte van de gecumuleerde geluidbelasting dient het bevoegd gezag een afweging te maken over de toelaatbaarheid.

2.9 Uitstraling van de effecten

In art. 99, lid 2 Wgh is omschreven dat indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat de reconstructie van een weg zal leiden tot een toename van de geluidbelasting van 2 dB of meer vanwege andere wegen dan de te reconstrueren weg of wegdelen, ook inzicht dient te worden gegeven in de effecten op die andere wegen.

Op de geluidbelastingen vanwege het extra verkeer van het plan zijn de grenswaarden uit de Wet geluidhinder niet van toepassing. Voor het bepalen van de effecten is aangesloten op de Handleiding akoestisch onderzoek wegverkeer van Rijkswaterstaat - 2009 (HAOW - 2009) van Rijkswaterstaat. De strekking hiervan is dat er in twee stappen moet worden onderzocht.

Stap 1

Allereerst wordt onderzocht of de toename van 2 dB of meer toegeschreven kan worden aan de

reconstructie van de weg. Bij deze eerste toetsing wordt de autonome ontwikkeling vergeleken met de

toekomstige situatie met plan. Eerder vastgestelde hogere waarden blijven hierbij buiten beschouwing. Uit

deze vergelijking blijkt de werkelijke invloed van de reconstructie op de geluidbelasting.

(15)

MD-AF20131645/LOK - 13 -

Openbaar

Stap 2

Als na stap 1 sprake is van een toename van de geluidemissie van meer dan 2 dB dan dient het akoestisch onderzoek te worden uitgebreid. Daarbij dienen eventueel geluidbeperkende maatregelen te worden afgewogen.

Er bestaat echter geen formele plicht op grond van de Wgh om maatregelen te treffen vanwege de geluidtoename van die andere weg of wegdeel. Wel moeten de resultaten van het onderzoek worden meegewogen in de besluitvorming.

2.10 Gemeentelijk en provinciaal geluidbeleid

Beleid gemeente Valkenswaard

De gemeente Valkenswaard sluit voor het toestaan van hogere grenswaarden aan op het beleid van de provincie Noord-Brabant. In dit beleid zijn voorwaarden opgenomen voor het toestaan van een hogere grenswaarde.

Beleid provincie Noord-Brabant

De provincie heeft het ontheffingsbeleid Wet geluidhinder vastgesteld (10 februari 1998). In het beleid zijn voor “reconstructie van wegen” hoofdcriteria en subcriteria opgenomen voor het toestaan van een ontheffing voor een hogere grenswaarde.

Bij het vaststellen van een grenswaarde boven de 53 dB (was voorheen 55 dB(A)) wordt aanvullend gevraagd ten minste één geluidluwe gevel of geluidluwe plek bij de woning veilig te stellen.

De gemeente Valkenswaard heeft geen beleid vastgesteld voor het afwegen of een geluidscherm

‘doeltreffend’ is (art. 110a, 5 Wgh). Voor deze afweging is gekeken naar het maatregel- en doelmatigheidscriterium dat het Ministerie van Infrastructuur en Milieu hanteert voor rijkswegen (“Regeling doelmatigheid geluidmaatregelen Wet geluidhinder”). In deze Regeling zijn nadere regels opgenomen om schermmaatregelen te beoordelen in relatie tot de doeltreffendheid van deze maatregel. Hoewel in de onderhavige situatie sprake is van lokale wegen in een stedelijke situatie, sluit de gemeente hierop aan door als voorwaarde te stellen dat een geluidscherm minimaal 5 dB reductie moet opleveren. De reductie van 5 dB dient te worden behaald op tenminste één woning met een geluidbelasting hoger dan de voorkeurswaarde van 48 dB om doeltreffend te zijn.

Indien de reductie van het scherm minder is dan 5 dB (op een woning met een geluidbelasting van 48 dB

of meer) dan is de maatregel niet doeltreffend. Als het geluidscherm doeltreffend is, dan wordt vervolgens

onderzocht of de maatregel niet stuit op bezwaren van stedenbouwkundige, verkeerskundige,

vervoerskundige, landschappelijke en financiële aard (art. 110a, 5 Wgh).

(16)

MD-AF20131645/LOK - 14 -

Openbaar

3 UITGANGSPUNTEN

3.1 Wegontwerp

Voor het wegontwerp wordt verwezen naar de presentatietekeningen Ontwerp Europalaan te Valkenswaard d.d. 28-10-2013 met kenmerk AC6351-11-PL01 (blad 1), AC6351-11-PL02 (blad 2), AC6351-11-PL03 (blad 3) en AC6351-11-PL04 (blad 4).

3.2 Onderzoeksgebied

Voor het bepalen van het onderzoeksgebied is aangesloten op de werkwijze in de Handleiding Akoestisch Onderzoek Wegverkeer – 2009 (HAOW - 2009) van Rijkswaterstaat. De basis voor het onderzoeksgebied is de wettelijke zonebreedte langs het wegvak dat wordt gewijzigd (de begrenzing van het werkgebied).

Vervolgens is het onderzoeksgebied uitgebreid door het werkgebied met ⅓ van de breedte van de geluidzone door te trekken (zie onderstaand figuur).

Figuur 3-1: Onderzoeksgebied (d = zonebreedte)

Zonebreedte langs aansluitingen

Bij aansluitingen van kruisende wegen varieert het aantal rijstroken en daarmee ook de zonebegrenzing.

Voor het bepalen van de zonebegrenzing is aangesloten op op de Handleiding Akoestisch Onderzoek Wegverkeer – 2009 (HAOW - 2009) van Rijkswaterstaat. Hierin wordt gesteld dat het uitgangspunt is dat:

Op- en afritten, verbindingsbogen en parallelbanen onderdeel uitmaken van de weg om de begrenzing van de buitenste rijstrook te bepalen;

De zonebreedte wordt uitgezet vanaf de buitenste begrenzing van de buitenste rijstrook;

Ter hoogte van het begin en het einde van de toe- en afritten loopt de verwijding van het onderzoeksgebied met ⅓ van de zonebreedte door.

Toepassing van deze uitgangspunten houdt in dat ter plaatse van een aansluiting van de weg de zonebreedte wordt bepaald door het aantal rijstroken op de hoofdrijbaan en deze breedte wordt uitgezet vanaf de buitenkant van de op- en afritten. In de onderstaande figuur is een voorbeeld voor de begrenzing van het onderzoeksgebied schematisch weergegeven.

d/3

weg einde

wijziging

einde wijziging

d

Onderzoeksgebied = werkgebied +

⅓ zonebreedte werkgebied

(17)

MD-AF20131645/LOK - 15 -

Openbaar

Figuur 3-2: Voorbeeld onderzoeksgebied langs aansluitingen (d = zonebreedte)

Dit uitgangspunt is in deze studie ook toepgepast op de opstel- c.q. voorsorteerstroken ter hoogte van de kruisingen voor het bepalen van het onderzoeksgebied.

Onderzoeksgebied

In de onderstaande tabel is de breedte van de geluidzone langs de wegvakken weergegeven met het onderzoeksgebied langs de wegvakken. Er is sprake van stedelijk gebied.

Tabel 3-1 Geluidzone en onderzoeksgebied langs wegvakken

Wegvak Aantal rijstroken

hoofdrijbaan

Geluidzone in meters

Onderzoeksgebied (+

⅓

breedte geluidzone)

Europalaan 2 200 m +70 m

Zuidelijke Randweg (N398) 2 200 m +70 m

De Vest (N398) 2 200 m +70 m

Wolbergstraat* 2 (200 m) (+70 m)

Bakkerstraat* 2 (200 m) (+70 m)

Leenderweg 2 200 m +70 m

Valkenierstraat

• Ten westen van Europalaan 2 200 m +70 m

• Ten oosten van Europalaan* 2 (200 m) (+70 m)

Bosstraat

• Ten westen van Europalaan* 2 (200 m) (+70 m)

• Ten oosten van Europalaan* 2 (200 m) (+70 m)

Eindhovenseweg (N69) 2 200 m +70 m

*

Dit betreffen wegen waarop de maximumsnelheid van 30 km/uur geldt of gaat gelden.

De wegen waarop een maximumsnelheid van 30 km/uur geldt en/of zal gelden, hebben geen geluidzone

volgens de Wgh en de grenswaarden in de Wgh zijn dan niet van toepassing. Volledigheidshalve zijn in dit

onderzoek de effecten van deze wegen wel inzichtelijk gemaakt. In bijlage 1 is het onderzoeksgebied

weergegeven.

(18)

MD-AF20131645/LOK - 16 -

Openbaar

3.3 De onderzochte situaties

De geluidberekeningen voor de te wijzigen wegvakken zijn uitgevoerd voor de situaties genoemd in de volgende tabel.

Tabel 3-2 Onderzochte situaties Jaar Doelstelling

2013 Eén jaar voor de wijziging van de wegen, voor het bepalen van de grenswaarden

2025 Situatie 10^e jaar na openstelling van de wegen, zonder geluidmaatregelen, voor het bepalen van de toename bij de te wijzigen wegdelen

2025 Toekomstige situatie met eventuele bronmaatregelen en/of schermvarianten, voor het bepalen van geluidmaatregelen

De in de Wgh gestelde grenswaarden zijn van toepassing op de geluidbelasting vanwege de afzonderlijke geluidbronnen. In dit onderzoek is de geluidbelasting daarom per weg berekend en getoetst.

3.4 Gebruikte rekenmethode

De berekeningen voor de wegen zijn overeenkomstig art. 3.2 Rmg2012 uitgevoerd. Hierin zijn de factoren voorgeschreven waarmee rekening dient te worden gehouden wordt, zoals bijvoorbeeld samenstelling van het verkeer, afstandsreducties, reflecties, afschermingen, bodem- en luchtdemping, hoogteligging.

Er is gebruik gemaakt van het rekenprogramma GeoMilieu, versie 2.30. Dit rekenprogramma voldoet aan Standaard Rekenmethode 2 (SRM2) van het Rmg2012.

De adressen van de bestaande gebouwen zijn ontleend aan de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) en Grootschalige Basiskaart Nederland (GBKN) die door gemeente ter beschikking is gesteld. Het aantal bouwlagen is bepaald aan de hand van Google Maps. In het akoestisch model zijn alle gebouwen ingevoerd voor zover deze door reflectie of afscherming invloed hebben op de geluidbelasting op de geluidgevoelige objecten.

3.5 Verkeersgegevens

Verkeersmodel

Met betrekking tot de wegen worden de verkeersintensiteiten uitgedrukt in het gemiddeld aantal motorvoertuigen dat in de betreffende dag-, avond- en nachtperiode per uur over de weg rijdt (weekdagjaargemiddelden).

Voor de onderbouwing van de verkeersgegevens wordt verwezen naar het deelrapport Verkeer (kenmerk R_MO-EH20130110, d.d. 12-11-2013 van Royal HaskoningDHV).

Etmaalintensiteiten en verdeling

De invoergegevens van de wegvakken in de huidige en toekomstige situatie zijn opgenomen in respectievelijk bijlage 2 en 3.

Voor de toedeling van het verkeer dat in de toekomstige situatie op de nieuwe rotondes rijdt, is

aangesloten op de systematiek van de provincie Limburg (NL). Eerst wordt bepaald of één van de

toeleidende wegen van ondergeschikt belang is.

(19)

MD-AF20131645/LOK - 17 -

Openbaar

Indien een toeleidende weg een intensiteit heeft die minder is dan 1/3 van de toeleidende weg met de hoogste intensiteit dan is deze weg van ondergeschikt belang. Het verkeer op de rotonde wordt dan niet toegerekend aan deze toeleindende weg.

3.6 Wegdekverhardingen en snelheden

In de onderstaande tabel zijn de maximumsnelheden en wegdekverhardingen op de beschouwde wegvakken in beide toetsjaren samengevat. De invoergegevens zijn in bijlage 2 (huidig) en 3 (toekomst) opgenomen.

Tabel 3-3 Samenvatting wegdekverharding en snelheid

Wegvak Wegdekverharding Maximumsnelheid

(km/uur)

2014 2025 2014 2025

Europalaan

• Zuidelijke Randweg - Eindhovenseweg DAB DAB 50 50

Rotonde Europalaan / Zdl Randweg / De Vest nvt Uitgeborsteld beton

Zuidelijke Randweg (N398) DAB DAB 50 50

Wolbergstraat Elementen Elementen 30 30

Bakkerstraat Elementen Elementen 30 30

Leenderweg DAB DAB 50 50

Valkenierstraat

• Ten westen van Europalaan SMA/DDL-B SMA/DDL-B 50 50

• Ten oosten van Europalaan Elementen Elementen 30 30

Bosstraat

• Ten westen van Europalaan DAB DAB 50 30

• Ten oosten van Europalaan Elementen Elementen 30 30

Eindhovenseweg (N69)

• Ten zuiden van Europalaan DAB DAB/elementen 50 50

• Ten noorden van Europalaan DAB DAB 50 50

NB: DAB = dicht asfaltbeton

Elementen = elementenverharding in keperverband (klinkers) DDL-B = dunne deklaag B

SMA = steenmastiek asfaltbeton NL5

De emissieparameters voor deze wegdektypen zijn ontleend aan de CROW-publicatie 316 "De wegdekcorrectie voor geluid van wegverkeer 2012”. Op de website http://www.stillerverkeer.nl worden de actuele wegdekcorrectiefactoren van verschillende wegdektypen bijgehouden met het toepassingsbereik waarbinnen de wegdekcorrectiefactoren mogen worden toegepast.

3.7 Optrektoeslag

De optrektoeslag is een correctieterm ten gevolge van het afremmen en optrekken van het verkeer door

de aanwezigheid van een kruispunt of een situatie die de gemiddelde snelheid van het verkeer sterk

beperkt. De optrektoeslag mag alleen worden toegepast als ten gevolge van deze snelheidsbeperkende

maatregel de gemiddelde snelheid van de motorvoertuigen ten minste wordt gehalveerd. De optrektoeslag

is alleen van toepassing op middelzware en zware motorvoertuigen. In het Rmg2012 wordt de

optrektoeslag onderscheiden in een kruispunt- en een obstakeltoeslag.

(20)

MD-AF20131645/LOK - 18 -

Openbaar

Kruispunttoeslag

Een kruispunttoeslag wordt alleen in rekening gebracht als gaat om geregelde kruispunten. Bij kruispunten zonder verkeersregelinstallatie wordt geen kruispunttoeslag in rekening gebracht.

In de huidige situatie is een kruispunttoeslag gehanteerd voor de kruispunten van de Europalaan met de Bakkerstraat/Wolbergstraat, Leenderweg, Valkenierstraat, Eindhovenseweg (N69) en de Eindhovenseweg (N69) met de Geenhovensedreef/Merendreef.

In de toekomstige situatie is een kruispunttoeslag gehanteerd voor de kruispunten van de Europalaan met de Leenderweg, Valkenierstraat, Bosstraat (met verkeerslichten beveiligde voetgangersoversteekplaats), Eindhovenseweg (N69), en de Eindhovenseweg (N69) met de Geenhovensedreef/Merendreef.

Obstakeltoeslag

Daarnaast worden in de toekomstige situatie de kruispunten van de Europalaan met De Vest/Zuidelijke Randweg (

N398)

en de Bakkerstraat/Wolbergstraat voorzien van een rotonde. Voor deze kruispunten is een obstakeltoeslag toegepast. De snelheid, waarmee op de rotondes in het rekenmodel is gerekend, is 30 km/uur. Dit is de minimale snelheid waarmee met het rekenmodel kan worden gerekend.

3.8 Afschermende voorzieningen

Langs de Zuidelijke Randweg

(N398)

bevindt zich een bestaand geluidscherm met een hoogte van 3,3 tot 3,6 meter.

Ter hoogte van het nieuwbouwplan Diverdo aan d’n Overweg is een ‘geluidmuur’ geprojecteerd met een hoogte van 3 en 4 meter langs de Europalaan.

3.9 Eerder vastgestelde hogere waarden

In de onderstaande tabel zijn de besluiten en vastgestelde waarden opgenomen die binnen het studiegebied van toepassing zijn. De waarden in de dosismaat dB(A) zijn omgerekend in de dosismaat dB volgens art. 3.7 Rmg2012 (zie paragraaf 2.7.2).

Tabel 3-4 Overzicht besluiten vastgestelde hogere waarden

Besluit Omschrijving

Besluit 1082208, 13 december 2004 43 appartementen Europalaan 120 t/m 204 Besluit 152485, d.d. 24 februari 1987 De Muldershoek

Besluit 293695, d.d. 10 november 1994 Valkenierstraat 92

Besluit 9 augustus 1989 De Windmulder 6

Besluit 939943, 3 oktober 2003 Frans van Beststraat 3 t/m 13, Karel Mollenstraat Zuid 86, 88, 94, 98, 100 t/m 104, Kerverijstraat 10 t/m 64 en Leenderweg 41, 43, 43a t/m 43h

Project 529.737.19 BSV lijst “Afgehandelde sanering Leenderweg”

Project "Hoek Europalaan-Bakkerstraat, 29 jan. 2008* Appartementen en grondgeboden woningen Diverdo

Besluit 31 augustus 2000 Europalaan 2A

Besluit 5 oktober 2009 Parallelweg-Oost 1 t/m 3E

* Dit bouwplan is nog niet gerealiseerd, maar wel vastgesteld.

(21)

MD-AF20131645/LOK - 19 -

Openbaar

3.10 Rekenpunten

Op elk bestaand geluidgevoelig object binnen de geluidzone van de weg is een rekenpunt gelegd.

Geluidgevoelige objecten waarvan de akoestische omstandigheden gelijk zijn, zijn vertegenwoordigd door

één punt. Bij twijfel over de maatgevende gevel, zijn op meerdere gevels waarneempunten neergelegd. De

geluidbelastingen zijn berekend voor alle bouwlagen. Op de begane grond is er gerekend op een hoogte

van 1,5 meter. De rekenhoogte voor de 1

^e

verdieping is 4,5 meter. Vervolgens is er een verdiepinghoogte

aangehouden van 3 meter.

(22)

MD-AF20131645/LOK - 20 -

Openbaar

4 RESULTATEN

De resultaten zijn per weg beschreven in de onderstaande paragrafen.

4.1 Europalaan

Grenswaarde

Op de woningen binnen de zone van de weg is het regime “reconstructie van een weg” van toepassing. De grenswaarde wordt hier gevormd door de heersende geluidbelasting. Bij de woningen met een vastgestelde waarde geldt de laagste waarde van de heersende geluidbelasting en de (omgerekende) eerder vastgestelde hogere waarde. De grenswaarden zijn vermeld in bijlage 4.1.

Resultaten

Zoals blijkt uit kolom A is bij 390 woningen sprake van reconstructie in het kader van de Wet geluidhinder.

In bijlage 4.1 zijn woningen weergegeven waar sprake is van een overschrijding.

Op 49 van de 390 woningen wordt een toename berekend van 5,50 dB of meer. Voor deze woningen dient volgens art. 100a, lid 1a Wgh te worden onderzocht of door geluidbeperkende maatregelen de toename kan worden gereduceerd tot minder dan 5,50 dB. Indien dit niet mogelijk is dan dient te worden aangetoond dat de geluidbelasting van ten minste een gelijk aantal woningen elders met ten minste een gelijke waarde zal verminderen.

Conform artikel 77 Wgh moet er nog nader onderzoek worden verricht naar aanvullende maatregelen. In hoofdstuk 5 wordt ingegaan op de geluidbeperkende maatregelen voor deze weg.

4.2 De Vest (N398)

Grenswaarde

Op de woningen binnen de zone van de weg is het regime “reconstructie van een weg” van toepassing. De grenswaarde wordt hier gevormd door de heersende geluidbelasting. De grenswaarden zijn vermeld in bijlage 5.1.

Resultaten

Zoals blijkt uit kolom A is bij de woningen geen sprake van reconstructie. De Wet geluidhinder stelt geen aanvullende eisen ten aanzien van de wijzigingen aan deze weg.

4.3 Zuidelijke Randweg (N398)

Grenswaarde

Op de woningen binnen de zone van de weg is het regime “reconstructie van een weg” van toepassing. De grenswaarde wordt hier gevormd door de heersende geluidbelasting. De grenswaarden zijn vermeld in bijlage 6.1.

Resultaten

Zoals blijkt uit kolom A is bij de woningen geen sprake van reconstructie. De Wet geluidhinder stelt geen

aanvullende eisen ten aanzien van de wijzigingen aan deze weg.

(23)

MD-AF20131645/LOK - 21 -

Openbaar

4.4 Bakkerstraat

Toetswaarde

De Bakkerstraat betreft in de huidige en toekomstige situatie een weg waarop een maximumsnelheid van 30 km/uur geldt. Deze weg heeft volgens de Wet geluidhinder geen geluidzone en de grenswaarden zijn dan niet van toepassing.

Volledigheidshalve is inzichtelijk gemaakt wat de effecten zijn van de wijzigingen (bijlage 7.1). Voor het beoordelen van de effecten is aangesloten op de methodiek voor reconstructie volgens de Wet geluidhinder.

Resultaten

Zoals blijkt uit kolom A is bij 3 woningen sprake van een toename van 1,50 dB of meer. In analogie met de Wet geluidhinder moet in het kader van de goede ruimtelijk ordening een afweging voor het toepassen van geluidbeperkende maatregelen worden gemaakt.

4.5 Wolbergstraat

Toetswaarde

De Wolbergstraat betreft in de huidige en toekomstige situatie een weg waarop een maximumsnelheid van 30 km/uur geldt. Deze weg heeft volgens de Wet geluidhinder geen geluidzone en de grenswaarden zijn dan niet van toepassing.

Volledigheidshalve is inzichtelijk gemaakt wat de effecten zijn van de wijzigingen (bijlage 8.1). Voor het beoordelen van de effecten is aangesloten op de methodiek voor reconstructie volgens de Wet geluidhinder.

Resultaten

Zoals blijkt uit kolom A is bij 4 woningen sprake van een toename van 1,50 dB of meer. In analogie met de Wet geluidhinder moet in het kader van de goede ruimtelijk ordening een afweging voor het toepassen van geluidbeperkende maatregelen worden gemaakt.

4.6 Leenderweg

Grenswaarde

Op de woningen binnen de zone van de weg is het regime “reconstructie van een weg” van toepassing. De grenswaarde wordt hier gevormd door de heersende geluidbelasting. Bij de woningen met een vastgestelde waarde geldt de laagste waarde van de heersende geluidbelasting en de (omgerekende) eerder vastgestelde hogere waarde. De grenswaarden zijn vermeld in bijlage 9.1.

Resultaten

Zoals blijkt uit kolom A is bij de woningen geen sprake van reconstructie. De Wet geluidhinder stelt geen

aanvullende eisen ten aanzien van de wijzigingen aan deze weg.

(24)

MD-AF20131645/LOK - 22 -

Openbaar

4.7 Valkenierstraat

Grenswaarde/toetswaarde

Op de woningen binnen de zone van de Valkenierstraat te westen van de Europalaan is het regime

“reconstructie van een weg” van toepassing. De grenswaarde wordt hier gevormd door de heersende geluidbelasting. De grenswaarden zijn vermeld in bijlage 10.1.

Opgemerkt wordt dat de Valkenierstraat ten oosten van de Europalaan in de huidige en toekomstige situatie een weg betreft waarop een maximumsnelheid van 30 km/uur geldt. Deze weg heeft volgens de Wet geluidhinder geen geluidzone. Volledigheidshalve is inzichtelijk gemaakt wat de effecten zijn van de wijzigingen aan dit wegdeel. Voor het beoordelen van de effecten is aangesloten op de methodiek voor reconstructie volgens de Wet geluidhinder.

Resultaten

Zoals blijkt uit kolom A is bij op 36 woningen (appartementengebouw Europalaan) sprake van reconstructie vanwege de Valkenierstraat ten westen van de Europalaan. Conform artikel 77 Wgh moet er nog nader onderzoek worden verricht naar aanvullende maatregelen. In hoofdstuk 5 wordt ingegaan op de geluidbeperkende maatregelen voor deze weg.

Vanwege de Valkenierstraat ten oosten van de Europalaan is op 5 woningen sprake van een toename van 1,50 dB of meer. In analogie met de Wet geluidhinder moet in het kader van de goede ruimtelijk ordening een afweging voor het toepassen van geluidbeperkende maatregelen worden gemaakt.

4.8 Bosstraat

De Bosstraat, ten westen en oosten van de Europalaan, zal in de toekomstige situatie afgesloten worden voor het verkeer vanaf de Europalaan. Hierdoor zal in de toekomstige situatie een afname van het verkeer plaatsvinden ten opzichte huidige situatie en is uitgesloten dat er sprake zal zijn van een toename van de geluidbelasting boven de voorkeurswaarde van 48 dB op deze wegvakken. Om toch een beeld te geven van de effecten is de Bosstraat ten oosten van de Europalaan beschouwd. Op de Bosstraat ten westen van de Europalaan zal het effect vergelijkbaar zijn.

Toetswaarde

De Bosstraat ten oosten van de Europalaan zal in de toekomstige situatie een weg blijven waarop een maximumsnelheid van 30 km/uur geldt en zijn de grenswaarden niet van toepassing.

Volledigheidshalve is inzichtelijk gemaakt wat de effecten zijn van de wijzigingen. Voor het beoordelen van de effecten is aangesloten op de methodiek voor reconstructie volgens de Wet geluidhinder.

Resultaten

Zoals blijkt uit kolom A van bijlage 11.1 is op de woningen geen sprake van een toename van 1,50 dB of

meer. Er zijn derhalve geen belemmeringen voor de Bosstraat.

(25)

MD-AF20131645/LOK - 23 -

Openbaar

4.9 Eindhovenseweg (N69)

Grenswaarde

Op de woningen binnen de zone van de weg is het regime “reconstructie van een weg” van toepassing. De grenswaarde wordt hier gevormd door de heersende geluidbelasting. Bij de woningen met een vastgestelde waarde geldt de laagste waarde van de heersende geluidbelasting en de (omgerekende) eerder vastgestelde hogere waarde. De grenswaarden zijn vermeld in bijlage 12.1.

Resultaten

Zoals blijkt uit kolom A is bij de woningen geen sprake van reconstructie. De Wet geluidhinder stelt geen aanvullende eisen ten aanzien van de wijzigingen aan deze weg.

4.10 Uitstraling van de effecten

Methodiek

Het onderzoek naar de uitstraling van de geluideffecten van de wijzigingen aan weg is op basis van een emissieverschilberekening uitgevoerd. Op deze wijze kan pragmatisch de toe- of afname van het geluid worden bepaald. Aan de hand van een vuistregel kan de toe- of afname van de geluidbelasting worden berekend op basis van de etmaalintensiteiten. De formule voor deze vuistregel is 10 x log(intensiteit na / intensiteit voor).

Resultaten

Op basis van de in paragraaf 2.9 beschreven stappen zijn de overige wegen in het verkeersmodel van Valkenswaard onderzocht. In bijlage 14 zijn de wegvakken weergegeven waarop sprake is van uitstraling van de effecten. Dit betreffen wegvakken van de Geenhovesedreef, Nieuwe Waalreseweg, Dommelseweg, Antwerpsebaan, Kerkweg/Bejaardstraat, Waalreseweg en De Hofnar/Bakkerstraat/

Hofstraat.

Afweging

De gemeente kan, bijvoorbeeld bij toekomstig onderhoud en beheer, in overweging nemen om op deze

wegvakken een geluidreducerende wegdekverharding aan te brengen om de effecten van de

geluidbelasting te beperken.

(26)

MD-AF20131645/LOK - 24 -

Openbaar

5 GELUIDBEPERKENDE MAATREGELEN

5.1 Algemeen

Uit de resultaten is gebleken dat voor de Europalaan en Valkenierstraat (ten westen van de Europalaan) niet overal wordt voldaan aan de voorkeurswaarde. Conform artikel 77 Wgh dient nog nader onderzoek te worden verricht naar aanvullende maatregelen.

Daarnaast is op de Bakkerstraat, Wolbergstraat en Valkenierstraat (ten oosten van de Europalaan), in analogie met de Wet geluidhinder, sprake van een toename van het geluid van 1,50 dB of meer. In het kader van de goede ruimtelijk ordening dient een afweging voor het toepassen van geluidbeperkende maatregelen te worden gemaakt.

Eerst wordt gekeken naar de mogelijkheden voor het treffen maatregelen bij de bron (stiller wegdek) en vervolgens naar maatregelen in de overdracht (geluidschermen of -wallen). Hierbij is niet alleen van belang of het technisch mogelijk is om dergelijke maatregelen te treffen, ook het kostenaspect is van belang. Er wordt daarom ook beoordeeld of maatregelen als geluidschermen niet te duur zouden worden.

Van de maatregelen wordt een indicatie gegeven van de kosten. Naast het kostenaspect kunnen ten slotte nog bezwaren van stedenbouwkundige, verkeerskundige, vervoerskundige of landschappelijke aard bestaan tegen het realiseren van bepaalde geluidmaatregelen. In dat geval dient een hogere waarde procedure te worden gevolgd. Hierbij dient in een vervolgonderzoek onderzocht te worden of het treffen van gevelmaatregelen nodig is om de binnenwaarde te waarborgen.

Bronmaatregelen

De aanleg van geluidreducerend wegdek is vanuit civieltechnisch oogpunt (beheer, onderhoud en duurzaamheid) niet haalbaar in de volgende situaties:

• Binnen een afstand van circa 25 meter van een op kruispunt en rotonde. Deze verharding is minder bestand tegen wringend verkeer. Er treedt dan groot en snel kwaliteitsverlies op van het wegdek door het afremmend en optrekkend verkeer;

• Bij een beperkte lengte van het geluidreducerend wegdek (minder dan 100 meter). Aanleg is vanuit beheers- en onderhoudsoverwegingen niet wenselijk.

Overdrachtsmaatregelen

Het plaatsen van een geluidscherm kan effectief zijn om het geluid in de woonomgeving terug te dringen.

Geluidschermen zijn echter alleen mogelijk als er voldoende ruimte tussen de weg en de geluidgevoelige objecten is. Geluidschermen zijn in een stedelijke situatie vaak moeilijk inpasbaar en kunnen een ongewenste verkeerskundige of stedenbouwkundige barrière vormen. Ter hoogte van kruispunten zijn geluidschermen niet of minder effectief.

Gevelmaatregelen

Indien bron- of overdrachtsmaatregelen onvoldoende effectief of niet mogelijk zijn, dan wordt voor de

woningen, waarvoor nog sprake is van een overschrijding van de grenswaarden op de gevel, in een

vervolgonderzoek onderzocht of gevelmaatregelen nodig zijn om de binnenwaarde te waarborgen.

(27)

MD-AF20131645/LOK - 25 -

Openbaar

5.2 Europalaan

Bronmaatregelen

Geluidreducerende wegdekverharding

Op de Europalaan, tussen De Vest/Zuidelijke Randweg (N398) en Geenhovensedreef/Merendreef, is het effect van geluidreducerend asfalt onderzocht. Dit betreft een wegdek met een dunne deklaag B (DDL-B).

In bijlage 3.2b en bijlage 4 is aangegeven op welke wegdelen DDL-B wordt toegepast en op welke delen SMA-NL5 (steenmastiekasfalt).

Het aantal woningen waarbij, na het toepassen van DDL-B, sprake is van een overschrijding van de grenswaarden wordt verminderd tot 362. Dit zijn 28 woningen minder dan zonder het toepassen van geluidreducerend asfalt. In bijlage 4.1, kolom B, zijn de woningen weergegeven waarop nog sprake is van een overschrijding. Na aanleg van DDL-B op de Europalaan is geen sprake meer van een toename van 5,50 dB of meer.

Door het CROW is op de website

http://www.stillerverkeer.nl voor wegbeheerders een kostentool Stille

Wegdekken ontwikkeld om een indicatie te krijgen van de investeringskosten indien een ander wegdek wordt toegepast. De kosten voor het toepassen van dunne deklaag B zijn circa 49,55 euro/m

²

. Het totaal oppervlak is circa 12.830 m

²

. De totale kosten zijn circa 635.727 euro, exclusief onderhoudskosten.

In bijlage 15 is een overzicht opgenomen van de woningen waarvoor nog een hogere waarde moet worden vastgesteld na het toepassen van geluidreducerend asfalt.

Verkeerskundige maatregelen

Het verlagen van de verkeersintensiteit door het aanbrengen van verkeerswerende voorzieningen is niet wenselijk aangezien dit de doorstroming van het verkeer kan beperken. Bovendien is dit strijdig met het doel van de reconstructie van de Europalaan.

Het verlagen van de maximaal toegestane snelheid is verkeerskundig gezien geen gewenste optie, aangezien de verwachting is dat er dan meer sluipverkeer optreedt in de kern van Valkenswaard en daardoor een veel groter aantal inwoners (geluid)hinder zal ondervinden.

Overdrachtsmaatregelen

Ter hoogte van de woningen waarvoor nog sprake is van een overschrijding van de grenswaarde zijn geluidschermen op effect en toepasbaarheid eveneens onderzocht. Hierbij is onderzocht welk geluidscherm nodig zou zijn om overschrijdingen teniet te doen. Als maximale schermhoogte is 6 meter gehanteerd. Een hoger geluidscherm is niet meer inpasbaar in een stedelijke situatie en dergelijke voorzieningen stuiten op bezwaren van onder andere stedenbouwkundige aard. De schermen zijn geluidabsorberend uitgevoerd om reflectie van het geluid naar de tegenoverliggende woningen te beperken.

Om een inschatting te maken van de kosten van een geluidscherm zijn de onderstaande kostenkentallen

voor geluidschermen gehanteerd. Deze kosten zijn exclusief bijkomende civieltechnische werkzaamheden.

(28)

MD-AF20131645/LOK - 26 -

Openbaar

Tabel 5-1 Kostenkentallen voor geluidschermen (prijspeil 2013) Hoogte (m) Investering (€ / m²) per strekkende meter

1 1.181

2 1.671

3 2.209

4 2.693

5 3.120

6 3.493

Bron: Handleiding Akoestisch Onderzoek Wegverkeer – 2009

Prijspeil 2007 is geïndexeerd met 14% (prijsindexatie Grond-, wegen waterbouw, GWW, gebaseerd op CBS).

Ter hoogte van de woningen waarop, na het toepassen van geluidreducerend asfalt, nog sprake is van een overschrijding van de grenswaarde, zijn de effecten van een geluidscherm onderzocht. Hierbij zijn de indicatieve kosten van het geluidscherm bepaald, het aantal overschrijdingen dat wordt gereduceerd, de kosten per weggenomen overschrijding. Bovendien is onderzocht of het geluidscherm minimaal 5 dB reductie oplevert. In bijlage 13 is de ligging van de mogelijke geluidschermen weergegeven.

Geluidscherm A: Europalaan oostzijde – tussen Zuidelijke Randweg en Bakkerstraat

In de onderstaande tabel zijn de schermvarianten (A) samengevat. In bijlage 13.1 zijn de rekenresultaten opgenomen.

Tabel 5-2 Overzicht schermvarianten A Lengte (m) Hoogte

(m)

Indicatieve kosten (€)

Aantal overschrijdingen

Reductie aantal overschrijdingen

Kosten per weggenomen overschrijding

Opmerking

Basis: Stiller asfalt 20 Nvt

320 1 377.933 20 0 nvt Reductie <5 dB

320 2 534.797 9 -11 48.618 Reductie ≥5 dB

320 3 706.982 1 -19 37.210 Reductie ≥5 dB

320 4 861.658 1 -19 45.350 Reductie ≥5 dB

320 5 998.458 1 -19 52.550 Reductie ≥5 dB

320 6 1.117.747 1 -19 58.829 Reductie ≥5 dB

Op de woning op Stakenborgakker 1 blijft sprake van een overschrijding van de grenswaarde, aangezien deze woning ter hoogte van een bestaand geluidscherm (circa 3,6 meter hoog) is gelegen. Dit scherm is te laag is voor deze woning. Indien het bestaande geluidscherm van 3,6 meter wordt verhoogd tot 5 meter over een lengte van 15 meter dan wordt deze overschrijding weggenomen. De meerkosten hiervan zijn niet beschouwd.