• No results found

KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING G. V. O / 2009 / 4 / 24 juni 2009

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING G. V. O / 2009 / 4 / 24 juni 2009"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1 KAMER VAN BEROEP GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS

BESLISSING

G. V. O / 2009 / 4 / 24 juni 2009

Inzake …

verzoekende partij,

tegen de inrichtende macht v.z.w. … verwerende partij.

Met een ter post aangetekende brief van 9 januari 2009 tekent verzoeker beroep aan tegen de beslissing van de inrichtende macht v.z.w. … , hem betekend bij aangetekende brief van 6 januari 2009, waarbij hem ontslag om dringende reden wordt gegeven.

1. Over de gegevens van de zaak

Verzoeker is tijdelijk aangesteld voor bepaalde duur als leraar fysica in de vestiging van de school te ….

Bij aangetekend schrijven van 6 januari 2009 deelt … als “gevolmachtigde van het centrumbestuur” aan verzoeker mee dat hij om dringende redenen wordt ontslagen. Als redenen wordt vermeldt:

-“Onbeleefd gedrag tegenover de directie” en

-“Het verlaten van de voorbereidende deliberatieraad al roepend en zonder instemming”

“Deze reactie van uwentwege leidt er toe dat het vertrouwen dermate is geschonden zodanig dat verder samenwerken onmogelijk is.”

Bij aangetekende bief van 9 januari 2009 tekent verzoeker tegen deze beslissing beroep aan bij de Kamer van beroep.

2. Over de ontvankelijkheid van het beroep

Het beroep is binnen de termijn en naar de vorm regelmatig ingediend.

(2)

2 3. Over het verloop van de procedure

Het beroepschrift verstuurd als aangetekende brief van 9 januari 2009 is uitvoerig gemotiveerd. Er wordt geen memorie van toelichting en ook geen verweerschrift ingediend.

De zitting wordt aanvankelijk gepland op 11 maart 2009.

Op 10 maart 2009 maakt de verzoekende partij telefonisch melding van een mogelijke minnelijke schikking (dezelfde dag bij fax bevestigd) en vraagt dat de zitting wordt uitgesteld. De vraag wordt aanvaard.

Gelet op het uitblijven van een verdere reactie nodigt de kamer de partijen uit voor de zitting van 24 juni 2009.

Er worden geen getuigen opgeroepen.

De partijen worden op 24 juni 2009 door de Kamer van beroep gehoord over de grond van de zaak.

4. Over de grond van de zaak

Verzoekende partij werpt op dat het ontslag werd gegeven door … “als gevolmachtigde van het centrumbestuur … ” en werd ondertekend “Namens het centrumbestuur … Directeur …”. Artikel 25, eerste lid van het decreet rechtspositie van 27 maart 1991 bepaalt dat het ontslag om dringende redenen wordt gegeven door de inrichtende macht.

Verzoeker stelt verder : “Het zogenaamde ‘Centrumbestuur’ kan niet geïdentificeerd worden met de inrichtende macht. Uit de ontslagbrief kan niet afgeleid worden dat de inrichtende macht beraadslaagd en beslist heeft.”

Ter zitting stelt verwerende partij dat de directeur van de vestiging een volmacht heeft om op te treden namens de inrichtende macht. Hij legt daarvan geen bewijs voor, maar biedt aan dat alsnog te doen.

De kamer van beroep moet vaststellen dat de verwerende partij tot hiertoe op geen enkele manier gereageerd heeft. Bij brief van 9 januari 2009 werd het huishoudelijk reglement van de Kamer en het beroepschrift toegestuurd op het tegenadres van de ontslagbrief (…). Daarin wordt de mogelijkheid om een verweerschrift in te dienen vermeld.

Op 19 februari 2009 stuurt het secretariaat van de Kamer een fax, tevens verstuurd als brief, naar … om er op te wijzen dat nog geen verweerschrift is ingediend. De Kamer ontvangt geen reactie.

Een ordelijke procedure vraagt dat beide partijen de vastgestelde termijnen voor het indien van stukken naleven. De kamer kan niet ingaan op de vraag om alsnog het bewijs van een volmacht voor te leggen. Het middel dat het ontslag niet door de inrichtende

(3)

3 macht is gegeven, is in alle duidelijkheid in het beroepschrift verwoord. Verzoekende partij en de Kamer mochten verwachten dat de verwerende partij ten allerlaatste op de zitting zou aantonen dat er een rechtsgeldige machtiging aan de directeur was gegeven om op te treden namens de inrichtende macht. Er ligt geen document voor dat uitgaat van de inrichtende macht. Een aan de zitting voorafgaande - vrijblijvende - verkenning op het internet op initiatief van een lid van de kamer laat overigens evenmin toe te besluiten dat de directeur gemachtigd was om namens de inrichtende macht op te treden.

De Kamer moet, op basis van de tijdig aangebrachte gegevens vaststellen dat niet is aangetoond dat de persoon die het ontslag wegens dringende redenen heeft gegeven daartoe naar recht was gemachtigd door de inrichtende macht van de vzw … . Het ontslag moet daarom als nietig worden beschouwd.

BESLISSING

Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde psycho-medisch- sociale centra, zoals het werd gewijzigd;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 22 mei 1991 omtrent de preventieve schorsing en de tucht, alsmede omtrent het ontslag van sommige tijdelijke personeelsleden in het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerd psycho-medisch- sociale centra, zoals gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 30 mei 1996 en van 13 januari 1998;

Gelet op het huishoudelijk reglement van de Kamer van Beroep van het gesubsidieerd vrij onderwijs van 20 oktober 1999;

Na beraadslaging, Met eenparigheid,

Artikel 1

De beslissing genomen door de directeur van de vestiging te … van de …waarbij verzoeker wordt ontslagen om dringende redenen wordt nietig verklaard.

Brussel, 24 juni 2009.

(4)

4 De Kamer van beroep is samengesteld uit:

De heer Raf VERSTEGEN, voorzitter;

De heren A. JANSSENS en P. WILLE, vertegenwoordigers van de representatieve groeperingen van de inrichtende machten;

Mevrouw H. LAVRYSEN en de heren M. BORREMANS, P. GREGORIUS, L.

SMEETS en L. VAN DEN BOSCH, vertegenwoordigers van de vakorganisaties;

Mevrouw Karen DE BLEECKERE, secretaris.

Na loting om de pariteit onder de geledingen te herstellen nemen mevrouw Lavrysen en de heren Borremans en Smeets niet deel aan de stemming.

Opgemaakt in twee originele exemplaren, waarvan één voor elke partij.

De secretaris, De voorzitter,

Karen DE BLEECKERE Raf VERSTEGEN

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

… , hem betekend bij aangetekende brief van 1 april 2009, waarbij verzoeker de tuchtstraf van de terbeschikkingstelling bij tuchtmaatregel voor een periode van twee

overwogen, een tuchtrechtelijk ingrijpen maar al te zeer gebaseerd kan zijn op de algemene houding van de ambtenaar; dat de feiten waaruit die algemene

Tijdens het tuchtverhoor erkent verzoeker dat hij in de jaren 2006, 2007 en 2008 er voor verantwoordelijk was dat proefstukken lassen van de leerlingen van het 7 e jaar

Dat de brief van 17 oktober 2007 die de verzoekende partij oproept tot het tuchtverhoor, enkel ondertekend is door de voorzitter van de inrichtende macht en niet door twee leden

Met een ter post aangetekende zending van 4 december 2017 wordt aan verzoekende partij meegedeeld dat er een tuchtprocedure wordt ingesteld en wordt zij uitgenodigd voor verhoor in

Tenslotte stelt verzoeker dat hij pas via de e-mail van 27 april 2009 een eerste keer op de hoogte werd gebracht van de naam van de tweede evaluator.. Verzoeker bevestigt ook dat

Tegen deze beslissing tekent verzoekster beroep aan bij aangetekent schrijven van 10 maart 2009, dit conform artikel 47 undecies § 2 eerste lid van het decreet van 27 maart

4.1 De Kamer van beroep acht volgende feiten bewezen: grens overschrijdend gedrag in woorden en handelingen tegenover de leerlingen (nr.1a en b in de brief van 26 juni waarmee