LEERJAAR 2 HOOFDSTUK 4 STEDEN
© Malmberg 1
WERKBLAD ACTUALITEIT NIEUW LEVEN IN OUDE STEDEN Lees het artikel en gebruik de bronnen op de website.
1 Vat het artikel in twee regels samen.
. . . . . .
2 Beschrijf de absolute en de relatieve ligging van Middelharnis.
Tip: Bij de absolute ligging gebruik je lengte- en breedtegraden. Bijvoorbeeld: 40º N.B., 15º O.L. Gebruik Google Earth of de atlas. Bij de relatieve ligging beschrijf je de ligging van de plaats ten opzichte van andere plaatsen. Bijvoorbeeld: de stad ligt in het
zuidwesten van Duitsland.
Absolute ligging:
. . .
Relatieve ligging:
. . . . . .
3 Volgens het artikel zijn er drie groepen factoren die de aantrekkingskracht van steden bepalen. Maak hieronder in de eerste twee kolommen combinaties van factoren en voorbeelden. Kies uit: economisch – demografisch – goed betaald werk – jonge, hoogopgeleide bevolking – natuur en werk op fietsafstand – geografisch
Factor Voorbeeld Eigen voorbeeld
4 Vul in de rechterkolom voor elke factor een voorbeeld in dat je zelf hebt bedacht.
5 Zoek in de atlas (alleen GB54) de kaart ‘Nederland – spreiding van steden’ op.
Bestudeer kaart A. Noem twee steden met een historische stadskern die het dichtst bij jou in de omgeving liggen.
. . .
LEERJAAR 2 HOOFDSTUK 4 STEDEN
© Malmberg 2
6 Gebruik bron 1 en bestudeer de infographic over de huizenprijzen. Beschrijf de huizenprijzen in historische steden met een ‘Hoe …, hoe …’- zin.
. . . . . .
7 Volgens bron 2 betalen mensen en bedrijven in historische steden mee aan het in stand houden van cultuur-historisch erfgoed zoals monumentale gebouwen en oude straatjes.
Open bron 2 en ga in het document naar pagina 11, de tweede alinea. Citeer de regel die dit duidelijk maakt.
. . . . . .
8 Stel: je bent tien jaar ouder dan nu en gaat zelfstandig wonen. Wat zijn jouw drie belangrijkste woonwensen? Schrijf erbij of je dan waarschijnlijk in een historische stadswijk zult gaan wonen of niet.
. . . . . . . . .
