Inspectierapport
Kinderopvang Peuteropvang 't Healtsje (KDV) Wolfsklauw 25
8411 RC Jubbega
Toezichthouder: GGD Fryslân
In opdracht van gemeente: Heerenveen
Datum inspectie: 29-10-2015
Type onderzoek : Onderzoek voor registratie
Status: Definitief
Inhoudsopgave
Het onderzoek ... 3
Observaties en bevindingen ... 4
Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang ... 4
Pedagogisch klimaat ... 5
Personeel en groepen ... 7
Veiligheid en gezondheid ... 8
Accommodatie en inrichting ... 9
Inspectie-items ... 10
Gegevens voorziening ... 13
Gegevens toezicht ... 13
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ... 14
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 1 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd onderzoek voor registratie.
Beschouwing
Op 29 oktober 2015 heeft GGD Fryslân in opdracht van de gemeente Heerenveen een onderzoek voor registratie uitgevoerd bij Peuteropvang 't Healtsje in Jubbega, in verband met de harmonisatie van peuterspeelwerk en kinderopvang.
Onderzoek en inspectiehistorie
Vooruitlopend op het Wetsvoorstel Harmonisatie Peuterspeelzalen en kinderopvang per 1 januari 2017 heeft Kinderwoud Kinderopvang B.V. een aanvraag ingediend voor de exploitatie per 1 januari 2016 van een kinderdagverblijf in plaats van peuterspeelzaal voor locatie 't Healtsje in Jubbega. Het betreft de registratie als een nieuwe opvangvorm, namelijk als KDV. De inspectie historie als peuterspeelzaal is derhalve niet meegenomen in dit onderzoek.
Het door de overheid geformuleerde doel van de harmonisatie is om verschillen tussen
peuterspeelzalen en kinderopvang weg te nemen en te zorgen voor een betere afstemming tussen kinderopvang, peuterspeelzaalwerk en onderwijs.
Omschrijving locatie
Peuteropvang 't Healtsje is onderdeel van Kinderwoud B.V.
Kinderwoud biedt naast dagopvang, ook buitenschoolse opvang, peuterspeelzaalwerk en gastouderopvang aan.
Op de groep worden er maximaal 16 kinderen tegelijkertijd opgevangen in de leeftijd van 2–4 jaar.
De peuteropvang heeft één groep en is zes dagdelen per week open. Op vier dagdelen wordt voorschoolse educatie aangeboden. Er wordt gewerkt met de programma's Piramide en Uk en Puk.
De locatie is gehuisvest in een multifunctionele accommodatie 'De Kompenije'. De groepsruimte grenst direct aan de buitenschoolse opvang. De sanitaire ruimte wordt gedeeld en er kan buiten gespeeld worden op een geheel omheinde ruimte.
Bevindingen
Uit het onderzoek is gebleken dat Peuteropvang aan alle inspectie-items voldoet, die in dit onderzoek getoetst zijn.
Aandachtspunt
Na het gewijzigd gebruik van het door de houder geëxploiteerde kindercentrum dient zowel het pedagogisch beleid als de risico inventarisatie nog een keer doorgelopen te worden door de houder zodat deze betreffende de actuele situatie zijn.
Advies aan College van B&W
Opnemen in het landelijk register kinderopvang en peuterspeelzalen.
Observaties en bevindingen
Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang
In dit hoofdstuk wordt het wettelijk kader beschreven voor toezicht en handhaving bij kindercentra.
Onder de Wko gelden normen voor het starten van een kind centrum dat bedrijfsmatig of anders dan om niet, gedurende de opvang verzorging en opvoeding biedt aan kinderen in de leeftijd van 0 jaar tot de eerste dag van de maand waarop het voortgezet onderwijs voor die kinderen begint.
Kinderopvang in de zin van de wet
Peuteropvang 't Healtsje zal opvang bieden aan kinderen in de leeftijd 2 tot 4 jaar. De kinderen worden gedurende de dag verzorgd en er wordt opvoeding geboden door beroepskrachten.
Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving
Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging van de houder.
Gebruikte bronnen:
• Interview anderen (gesproken met beroepskrachten)
• Website (www.kinderwoud.nl & www.landelijkregisterkinderopvang.nl)
Pedagogisch klimaat
In dit onderdeel van de inspectie worden de inspectiebevindingen over het domein ‘Pedagogisch klimaat’ belicht. Bij een onderzoek voor registratie gaat het alleen om de beoordeling van de inhoud van het pedagogisch beleidsplan op basis van de wettelijke criteria.
Pedagogisch beleid
De houder van een kindercentrum draagt zorg voor een zodanig pedagogisch beleid dat leidt tot verantwoorde kinderopvang. De inhoud van het pedagogisch beleid kan bij een onderzoek voor registratie nog niet aan de pedagogische praktijk getoetst worden.
Kinderwoud werkt met een algemeen pedagogisch beleidsplan, een algemeen werkplan per opvangsoort en ter aanvulling hierop het document "Locatie specifieke bijlage".
In het pedagogisch beleidsplan staat de visie van Kinderwoud beschreven en worden de kernwaarden van Kinderwoud vertaald naar de vier pedagogische uitgangspunten; emotionele veiligheid, persoonlijke competentie, sociale competentie en de overdracht van normen en waarden. Daarnaast wordt de visie verder uitgewerkt in concrete thema's zoals de samenwerking met ouders, de speelleeromgeving, het taalbeleid en het volgen van de ontwikkeling van kinderen.
In het pedagogisch werkplan KDV staat beschreven hoe het pedagogisch beleid in de praktijk wordt gebracht. Het werkplan is ook gebaseerd op de vier pedagogische uitgangspunten. Het werkplan bevat onder andere informatie over de dagindeling, de inrichting van de groepsruimten en het signaleren van bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen.
Per locatie kunnen accentverschillen voorkomen. Deze zijn, waar het structurele zaken betreft, vastgelegd in het document "Locatie specifieke bijlage”. Dit document is specifiek
voor Peuteropvang 't Healtsje opgesteld en bevat o.a. informatie over de locatie, de groep, de invulling van de achterwachtfunctie en het wenbeleid.
Aandachtspunt
De locatie specifieke bijlage van Peuteropvang 't Healtsje dient na 01-01-2016 wanneer de locatie formeel een Peuteropvang (KDV) is, helemaal up to date te zijn met de juiste informatie
betreffende een exploitatie van een KDV.
Conclusie:
De toezichthouder constateert uit bovenstaande bevindingen dat de houder hiermee voldoet aan de getoetste criteria op het gebied van het pedagogisch beleid.
Voorschoolse educatie
Voorschoolse educatie wordt getoetst bij locaties die in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen zijn geregistreerd als gesubsidieerde locaties voor voorschoolse educatie.
Het gaat hierbij om de uitvoering van een door een gemeente gesubsidieerd programma dat gericht is op het verbeteren van de voorwaarden voor het met succes instromen in het basisonderwijs voor kinderen die nog niet tot een school kunnen worden toegelaten.
Op de website van het Nederlands Jeugd Instituut (NJI) is een lijst te vinden met erkende
programma’s. Deze programma’s voldoen aan de eisen uit het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie.
Kinderwoud kinderopvang B.V. werkt organisatie breed met de programma's Piramide en Uk en Puk, welke beide door het NJI zijn erkend.
Tijdens het onderzoek na registratie zal VVE inhoudelijk getoetst worden; wordt van gemeente Heerenveen subsidie ontvangen ten behoeve van voorschoolse educatie, heeft Kinderwoud een opleidingsplan opgesteld voor 2016 etc.
Tevens zal worden beoordeeld of locatie 't Healtsje ten minste 10 uur per week aan VVE activiteiten aanbiedt, gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling.
Tenslotte worden de getuigschriften van de beroepskrachten voorschoolse educatie getoetst.
Gebruikte bronnen:
• Interview anderen (gesproken met beroepskrachten)
• Website (www.kinderwoud.nl & www.landelijkregisterkinderopvang.nl)
• Pedagogisch beleidsplan
• Pedagogisch werkplan (met locatie specifieke bijlage - september 2015)
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
Per 1 juli 2013 is de nulmeting continue screening opgenomen in de Wet kinderopvang en
kwaliteitseisen peuterspeelzalen. De VOG's voor houder en personen werkzaam bij de onderneming moeten vanaf 1 maart 2015 zijn afgegeven na 1 maart 2013.
Stagiaires, uitzendkrachten en vrijwilligers vallen vooralsnog niet onder de continue screening.
Voor hen geldt dat de VOG niet ouder mag zijn dan twee jaar.
De verklaringen omtrent gedrag van de houder is 24 september 2015. Deze is bij het indienen van de aanvraag van exploitatie niet ouder dan 2 maanden.
Conclusie:
De getoetste verklaring omtrent het gedrag voldoet aan de gestelde eisen.
Gebruikte bronnen:
• Verklaringen omtrent het gedrag (houder)
Veiligheid en gezondheid
De houder van een kindercentrum voert een beleid dat ertoe leidt dat de veiligheid en gezondheid van de op te vangen kinderen in elk door hem geëxploiteerd kindercentrum zoveel mogelijk is gewaarborgd.
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De houder van het kindercentrum legt jaarlijks, met behulp van een methode die voldoet aan de eisen, in een risico-inventarisatie schriftelijk vast welke risico's de opvang van kinderen met zich meebrengt. Te nemen maatregelen worden van een verantwoordelijke voorzien en een beoogde realisatiedatum. Houder draagt er zorg voor dat medewerkers kennis kunnen nemen van de bevindingen.
De risico-inventarisatie is uitgevoerd in september 2015. Er is gebruik gemaakt van de methode van Tulp Managementadvies. Bij deze methode zijn de risico's op het gebied van de veiligheid en de gezondheid in één document opgenomen.
De geïnventariseerde risico’s zijn compleet en komen overeen met de risico’s in de praktijk.
Tijdens de inspectie is de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid steekproefsgewijs getoetst aan de verschillende ruimtes. Er zijn geen bijzonderheden geconstateerd. Twee aandachtspunten die met beroepskracht besproken zijn: enig zwerfaval op het buitenspeelterrein en de spanning op het net van de zandbak verdient aandacht; bij onvoldoende spanning verliest het net zijn functie.
De in het plan van aanpak opgenomen acties zijn door de houder uitgevoerd.
Tijdens het onderzoek na registratie, dat zal plaatsvinden binnen drie maanden nadat de locatie als peuteropvang (KDV) operationeel is, zal worden beoordeeld of de werkafspraken, huisregels en protocollen waar in de inventarisatie naar verwezen word geïmplementeerd zijn, of
beroepskrachten in staat gesteld zijn kennis te nemen van de inventarisaties en of het plan van aanpak opvolging heeft gekregen. Toezichthouder zal het beleid aan de praktijk toetsen.
Aandachtspunt:
Binnen 3 maanden na het gewijzigd gebruik van het door de houder geëxploiteerde kindercentrum zal de risico-inventarisatie nog een keer doorgelopen dienen te worden om de risico's van de nieuwe praktijk te beoordelen.
Conclusie:
De toezichthouder constateert uit bovenstaande bevindingen dat de houder hiermee voldoet aan de getoetste criteria op het gebied van veiligheid en gezondheid.
Gebruikte bronnen:
• Interview anderen (gesproken met beroepskrachten)
• Observaties
• Risico-inventarisatie veiligheid (september 2015)
• Risico-inventarisatie gezondheid (september 2015)
• Actieplan veiligheid (september 2015)
• Actieplan gezondheid (september 2015)
• Veiligheidsverslag (september 2015)
• Gezondheidsverslag (september 2015)
• Huisregels/groepsregels
Accommodatie en inrichting
Binnenruimte
Er zijn eisen gesteld aan de accommodatie en inrichting van een binnenruimte van een kindercentrum, onder andere dat er ten minste 3,5 m² bruto oppervlakte in de groepsruimte beschikbaar per kind is.
Peuteropvang 't Healtsje is gehuisvest in een multifunctionele accommodatie 'De Kompenije'. Er is beschikking over een eigen groepsruimte die voldoende ruimte biedt voor de opvang van 16 kinderen in de leeftijd van 2 - 4 jaar. De binnenruimte is ingericht met verschillende
activiteitenhoeken.
Direct aan de groepsruimte grenzend is de sanitaire ruimte, met twee kindertoiletten, een wastafel op kind hoogte en een verschoontafel met handenwasgelegenheid voor beroepskrachten.
Conclusie:
De binnenspeelruimte bevat voldoende oppervlakte voor de opvang van 16 kinderen. De binnenspeelruimte voldoet aan de wettelijke eisen voor de inrichting van de binnenruimte.
Buitenspeelruimte
Er zijn eisen gesteld aan de accommodatie en inrichting van een buitenspeelruimte van een kindercentrum, onder andere dat er is ten minste 3 m² buitenspeelruimte per aanwezig kind is.
Peuteropvang 't Healtsje maakt gebruik van een eigen buitenspeelruimte welke direct voor de groepsruimte is gelegen en daarmee aangrenzend aan het kindercentrum. De ruimte is volledig omheind en bestaat een gedeelte kunstgras en een gedeelte tegels. Er kan o.a. gebruik gemaakt worden van een zandbak, picknicktafel en een glijbaan. De oppervlakte is ruim voldoende groot voor de opvang van 16 kinderen.
Conclusie:
De buitenspeelruimte voldoet aan de wettelijke eisen voor de inrichting van de buitenspeelruimte.
Gebruikte bronnen:
• Observaties
Inspectie-items
Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang
Kinderopvang in de zin van de wet
De opvang vindt bedrijfsmatig of anders dan om niet plaats.
(art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Gedurende de opvang wordt verzorging en opvoeding geboden en een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van kinderen.
(art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De opvang is gericht op kinderen in de leeftijd van 0 jaar tot de leeftijd waarop zij het basisonderwijs volgen.
(art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 1 sub d Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving
Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Pedagogisch klimaat
Pedagogisch beleid
De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de stamgroep.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun stamgroep verlaten.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub d Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe stamgroep waarin zij zullen worden opgevangen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub e Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop beroepskrachten in de dagopvang bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen of andere problemen signaleren en ouders doorverwijzen naar passende instanties die hierbij verdere ondersteuning kunnen bieden.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub i Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop beroepskrachten in de dagopvang worden toegerust voor de taak van signaleren en doorverwijzen en op welke wijze zij daarbij ondersteund worden.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub j Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
Een verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot registratie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.
(art 1.50 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn,
respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn
respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Accommodatie en inrichting
Binnenruimte
Elke stamgroep beschikt over een afzonderlijke vaste groepsruimte.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² binnenspeelruimte beschikbaar, waaronder mede begrepen passend voor spelactiviteiten ingerichte ruimtes buiten de
groepsruimte.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Buitenspeelruimte
Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening : Peuteropvang 't Healtsje
Website : http://www.kinderwoud.nl
Aantal kindplaatsen : 16
Gesubsidieerde voorschoolse educatie : Ja Gegevens houder
Naam houder : Kinderwoud Kinderopvang
Adres houder : Trambaan 1e
Postcode en plaats : 8441 BH HEERENVEEN
Website : www.kinderwoud.nl
KvK nummer : 01106502
Gegevens toezicht
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD : GGD Fryslân
Adres : Postbus 612
Postcode en plaats : 8901 BK LEEUWARDEN
Telefoonnummer : 088-2299222
Onderzoek uitgevoerd door : Mevr. S. Oomkens Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente : Heerenveen
Adres : Postbus 15000
Postcode en plaats : 8440 GA HEERENVEEN
Planning
Datum inspectie : 29-10-2015
Opstellen concept inspectierapport : 15-12-2015
Zienswijze houder : Niet van toepassing
Vaststelling inspectierapport : 24-12-2015 Verzenden inspectierapport naar houder : 05-01-2016 Verzenden inspectierapport naar
gemeente
: 05-01-2016 Openbaar maken inspectierapport : 14-01-2016
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.