601 - F.01U.008.970
Handmelder SM 210 LSN RW
Inhoudsopgave
1. Productbeschrijving . . . 3
2. Prestatiekenmerken . . . 3
3. Installatieaanwijzingen . . . 3
3.1 Maximumaantal aan te sluiten melders . . . 3
3.2 Normen, richtlijnen, projecteringsadviezen . . . 3
4. Bestellijst . . . 4
5. Constructie . . . 4
6. Beschrijving van de werking . . . 5
6.1 Meldertest . . . 5
7. Installatieaanwijzingen . . . 6
7.1. Bevestigingsdetails voor de binnenversies (IP54) . . . 6
7.2. Bevestigingsdetails voor de buitenversies (IP54) . . . 7
7.3. Aansluiting . . . 8
8. Aanwijzingen voor onderhoud en service . . . 9
8.1. Verdere documentatie . . . 9
8.2. Afvalverwijdering . . . 9
9. Technische gegevens . . . 9
10. Afkortingen . . . 10
11. Memo’s . . . 11
1. Productbeschrijving
De handmelders SM 210 LSN RW worden gebruikt voor handmatige alarmering.
De handmelders SM 210 LSN RW worden binnen het lokale beveiligingsnetwerk LSN gekoppeld aan centrale eenheden voor branddetectie gebruikt.
De handmatige alarmpunten SM 210 LSN RW zijn verkrijgbaar in 3 versies:
- SM 210 LSN RW, met achterplaat voor opbouwmontage binnen - SM 210 LSN RW, met inbouwraam voor inbouwmontage binnen - SM 210 LSN RW, met achterplaat voor opbouwmontage buiten
2. Productkenmerken
D Activering van het alarm door indrukken (breken) van het ruitje
⇒ Bescherming tegen verwonding door ruitje met folielaag
D Melderzoekprocedures met analyse en meervoudige datatransmissie
D Melderidentificatie en adresmelding op de brandmeldcentrale in geval van een alarm voor een snellere lokalisatie van de brand.
D Alarmindicatie op de melder via een knipperende rode LED
3. Installatieaanwijzingen
D Handmelders moeten worden geïnstalleerd op gemakkelijk zichtbare en toegankelijke plaatsen.
D Handmelders moeten voldoende verlicht zijn met daglicht of een andere lichtbron (waaronder veiligheidslicht, indien aanwezig).
D Handmelders moeten worden gemonteerd langs vluchtwegen en ontsnappingsroutes (bijv. uitgangen, gangen, trappenhuizen).
3.1. Maximumaantal aan te sluiten melders
Vanwege het verschillende stroomverbruik van LSN - elementen uit de LSN - datalijn moet de maximumwaarde voor het stroomverbruik per LSN - lus absoluut worden aangehouden.
Voor grenswaarden zie de de productinformatie van de gebruikte centrale eenheid voor branddetectie.
3.2. Normen, richtlijnen, projecteringsadviezen
Zie normen, (NEN 2535) richtlijnen, projecteringsadviezen voor de montageplaats enzovoort.
Houd u aan de voorschriften van de plaatselijke brandweer.
4. Bestellijst
Bestelnummer LE* Omschrijving
4.998.098.964 ST Handmelder SM 210 LSN RW, kleur rood, met testknop en achterplaat voor opbouwmontage binnen
Handmelder volgens UL / LPC - norm
4.998.098.965 ST Handmelder SM 210 LSN RW, kleur rood, met testknop en inbouwraam voor inbouwmontage binnen
Handmelder volgens UL / LPC - norm
4.998.104.058 ST Handmelder SM 210 LSN RW, kleur rood, met testknop en achterplaat voor opbouwmontage buiten
Handmelder volgens UL / LPC - norm
4.998.103.969 ST Reserve - ruitje voor SM 210 LSN RW / SM 120 RW
*LE = leveringseenheid / ST = stuks
5. Constructie
Pos. Omschrijving 1 frontplaat melder 2 alarmindicatie (LED)
3 ruitje met bedrukte beschermingsfolie 4 mechanisme voor alarmreset en meldertest 5 microschakelaar
6 behuizing melder
7 gat voor inbouwbekabeling 8 boorsjabloon voor kabelwartels 9 achterplaat
1 3
2
5
4 6 7 9
8
6. Beschrijving van de werking
Nadat het ruitje (1) is ingedrukt, wordt het alarm vrijgegeven door de knop van de microschakelaar (2) en begint de LED (3) te knipperen.
De reset van de microschakelaar (2) wordt uitgevoerd door het vervangen van het ruitje (1).
2
4
5 3
Handmelder zonder frontplaat
1
6.1. Meldertest
Als de testknop in de uitsparing (4) wordt geschoven, zal de opsluitkraag (5) worden ontgrendeld. Daardoor schuift het ruitje (1) naar beneden en geeft de microschakelaar (2) een alarm vrij. De indicatie - LED (3) begint te knipperen.
7. Installatieaanwijzingen
Inbouw - handmelder
De inbouwhandmelder wordt compleet met een inbouwraam geleverd en wordt gemonteerd op een standaardachterplaat met één ingang en een diepte van min.
25mm of direct op een wand. Er moet worden gelet op de hoeveelheid kabelruimte aan de achterkant van de handmelder, d.w.z. een diepere doos of afstandsstuk maakt de montage eenvoudiger.
Opbouw - handmelder
De handmelder voor opbouwmontage wordt compleet met een achterplaat geleverd waarop de handmelder wordt gemonteerd. Er is voorzien in een
kabelingang aan de achterkant. Met behulp van het boorsjabloon op de brochure kunnen kabelgaten worden geboord in de bovenkant of onderkant van de
achterplaat voor één of twee kabelwartels max. diameter 20mm.
7.1. Bevestigingsdetails voor de binnenversies (IP 54)
Zie het boorsjabloon op de brochure van de handmelder voor de positie van de gaten voor de kabelwartels.
Inbouwbekabeling voor meldermontage met inbouwdoos en kabelingang
aan achterkant Opbouwbekabeling, via
kabelwartels
BOV EN
BOV EN 87
36 20
60
∅ 4
Aanzicht: binnenkant achterplaat Aanzicht: inbouwraam
100
∅ 4
107
7.2. Bevestigingsdetails voor de binnenversies (IP 67)
Aanzicht: binnenkant achterplaat Aanzicht: achterplaat met erop gemonteerde handmelder
45 97 20
75
Opbouwbekabeling, via kabelwartels
87
∅ 4
111 BOV EN
7.3. Aansluiting
LSN LSN
Achterkant melder Achterplaat voor opbouwmontage
+U 0V LSN2 b2a2
LSN1 a1 b1
Aansluitklemmen
+U rd
Voeding voor andere LSN - elementen d.w.z.
0V zw
Voeding voor andere LSN - elementen d.w.z.
LSN - koppeleenheden
LSN2
a2 wt
Komt van de brandmeldcentrale of van een dichter bij de LSN2
b2 ge
Komt van de brandmeldcentrale of van een dichter bij de centrale gelegen LSN - element
LSN1
a1 wt
Gaat naar het volgende LSN - element LSN1
b1 ge
Gaat naar het volgende LSN - element
8. Aanwijzingen voor onderhoud en service
Onderhouds - en servicewerkzaamheden dienen regelmatig te worden uitgevoerd door bekwaam en geschoold personeel in overeenstemming met de nationale wettelijke eisen.
Ondeugdelijke melders die onder de garantie vallen, zullen kosteloos worden vervangen.
8.1. Verdere documentatie
Bestelnummer LE* Omschrijving
3.002.218.156 ST Aansluithandleiding AHB BMZ / EMZ 3.002.218.155 ST Aansluithandleiding AHB UGM
*LE = leveringseenheid / ST = stuks
Wie toegangsrechten heeft, kan op de Bosch ST ExtraNet bij www.boschsecurity.com/emea/fire
de actuele informatie voor elk product en de met het apparaat meegeleverde installatievoorschriften downloaden als een PDF bestand.
8.2. Afvalverwijdering
Defecte handmelders worden compleet vervangen en moeten als afval worden verwijderd in overeenstemming met de wettelijke vereisten.
9. Technische gegevens
Nominale spanning (LSN): 10V DC . . . 31V DC Stroomverbruik (LSN): 0,4mA
IP - klasse (volgens EN 60529): IP 54 (binnenversies) IP 67 (buitenversie) Omgevingstemperatuur: - 25°C . . . +65°C Milieuklasse (VdS): III
Afmetingen (H x B x D): Binnenversies
87 x 87 x 53mm (opbouwmontage) 87 x 87 x 20mm (inbouwmontage)
107 x 107 x 36mm (inbouwmontage met inbouwraam) Buitenversie
111 x 111 x 65mm (opbouwmontage) Materiaal behuizing: kunststof, ABS
Kleur: rood (RAL 3001)
Gewicht: ca. 150g
LPC - goedkeuringsnummer: 378c
10. Afkortingen
AHB = Anschaltehandbuch / Aansluithandleiding BMZ = Brandmeldezentrale / brandmeldcentrale BM = Brandmelder
DIN = Deutsches Institut f. Normung / Duits instituut voor normalisatie EMZ = Einbruchmeldezentrale / inbraakmeldcentrale
EN = Europa Norm / Europese norm
GMZ = Gefahrenmeldeanlage / beveiligingssysteem KI = Kundendienst Information / onderhoudsinformatie LED = Light Emitting Diode
LPC = Loss prevention council
LSN = Local SecurityNetwork (lokaal beveiligingsnetwerk) SM = Springknopfmelder / handmelder
UGM = Universelle Gefahrenmeldezentrale / universele centrale van het beveiligingssysteem
VDE = Verband Deutscher Elektrotechniker e.V. /
Verbond van Duitse elektrotechnische ingenieurs
11. Memo’s
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
- - - -
5600 JB Eindhoven Nederland
Tel.: +31 (0)40 - 27 87113 Fax: +31 (0)40 27 85707 www.boschsecurity.nl
nl.securitysystems@bosch.com