• No results found

Drugsbeleidsplan Stad Geraardsbergen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Drugsbeleidsplan Stad Geraardsbergen"

Copied!
50
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Drugsbeleidsplan

Stad Geraardsbergen

(2)

Voorwoord

Drugsbeleid in Geraardsbergen is op zich niets nieuws.

Zoals u verder zal kunnen lezen zijn er al wat initiatieven lopend. Heel wat diensten en burgers zijn nauw betrokken bij de drugsproblematiek in al zijn facetten, en hebben dan ook passende acties ondernomen.

Ook beleidsmatig werd de stad al jarenlang ondersteund. Een uitdrukkelijk woord van dank wordt dan ook naar PISAD1 gericht!

Het vernieuwende aan dit beleidsplan is dat het tracht een overzicht te bieden van alle lopende initiatieven die te maken hebben met de drugsproblematiek. Noden en opportuniteiten werden onderzocht en van daar uit komen dan weer nieuwe acties voort. Deze acties kaderen binnen het bredere gezondheids- en veiligheidsbeleid van de stad.

Door het aanstellen van een drugscoördinator willen we de regierol ook in dit domein in handen nemen. Zo trachten we er over te waken dat we als stad steeds snel kunnen handelen.

Het uiteindelijke doel is dan ook het afstemmen en coördineren van acties gekaderd binnen het drugsbeleid.

Uiteraard maakt de drugscoördinator niet alleen het beleid. Zij wordt daarin ondersteund door een stuurgroep met daarin alle regionale experten betreffende deze materie. Ook hen wil ik bedanken voor het delen van de expertise en het constructief mee nadenken over een goed drugsbeleid in Geraardsbergen.

Guido De Padt Burgemeester

1 Provinciaal Interbestuurlijk Samenwerkingsverband voor Aanpak van Drugmisbruik.

(3)

Inhoudstafel

1. Inleidend 2. Plan van aanpak 3. Uitgangspunten 4. Theoretisch kader

4.1 Verslaving?!

4.2 Preventie en begeleiding 4.3 Handhaving

5. Wat weten we (niet)?

6. Wat hebben we?

7. Wat willen we?

8. Wat zijn de mogelijkheden?

9. Doelstellingen en acties 10. Bronnen

11. Bijlagen

(4)

1. Inleidend

Dit drugsbeleidsplan geeft de visie en het kader aan waarbinnen het lokale drugsbeleid van de stad Geraardsbergen kan worden uitgevoerd.

De stad beoogt om op het lokale niveau bij te dragen tot het welzijn van al haar inwoners en tot de duurzame ontwikkeling van haar gebied. De stad zorgt voor een burgernabije, democratische, transparante en doelmatige uitoefening van haar beleid waarbij de inwoners zoveel mogelijk betrokken worden.

Naast het inzetten op welzijn is in de meerjarenplanning van de Stad duidelijk dat men deze legislatuur (2014 – 2019) sterk wenst in te zetten op veiligheid. Geraardsbergen streeft naar een evenwichtig veiligheidsbeleid, waarbij een balans wordt gezocht tussen preventief en repressief optreden.

Eén van de vooropgestelde acties in het huidige meerjarenplan is dan ook de opmaak en opvolging van een geïntegreerd drugsbeleidsplan, waarin acties gericht op gezondheid, welzijn en veiligheid worden opgenomen.

Het uitwerken van lokaal drugsbeleid is ook één van de aanbevelingen vanuit de beleidsnota van de federale regering in verband met de drugsproblematiek (2001)2 en sluit aan bij de gezondheidsdoelstelling over tabak, alcohol en drugs van het Vlaams agentschap zorg en gezondheid.3

2 De federale regering bevestigde in die nota dat het drugmisbruik een volksgezondheidsprobleem is. Het drugsbeleid dient gericht te zijn op rationele risicobeheersing. Het beleid dient zowel op het aanbod als op de vraag in te werken. Vanuit de parlementaire werkgroep kiest men voor een normaliseringsbeleid en

geïntegreerde globale benadering bestaande uit preventie, hulpverlening en handhaving

3 Het agentschap zorg en gezondheid wil gezondheidswinst op bevolkingsniveau realiseren door tegen het jaar 2015 het gebruik van tabak, alcohol en illegale drugs terug te dringen. Gebruik terugdringen betekent onder meer: voorkomen dat jongeren en jongvolwassenen beginnen te roken, alcohol te gebruiken of illegale drugs te nemen; de beginleeftijd uit te stellen; verantwoordelijk gedrag bevorderen; vroegtijdige aanpak stimuleren;

hulp aanbieden en een gezonde leefomgeving waarborgen.

(5)

2. Plan van aanpak

Een beleid heeft maar kans op slagen als de betrokkenen zich effectief inschakelen in het realiseren van de doelstellingen en prioriteiten van het beleid. Daarom is een stuurgroep samengesteld. Alle relevante partners uit Geraardsbergen zijn hierin vertegenwoordigd.

De stuurgroep bestaat uit Evelyn Branswijk (PISAD), Jo Thienpont (De Kiem), Karolien Van Cotthem (CGG – Drug en Alchoholproject), Kris Mignon en Benny Turrekens (Politie – Recherche), Dirk Van Saene (OCMW4 Geraardsbergen), Joke De Brakeleer (Stad Geraardsbergen) en Guido De Padt (Burgemeester Geraardsbergen).

De rol van de stuurgroep zal eruit bestaan:

- de visie en de doelstellingen van het drugsbeleidsplan mee vorm te geven.

- de prioriteiten in het drugsbeleidsplan mee te bepalen op basis van de bevindingen op het werkveld.

- de acties in het drugsbeleidsplan mee te omschrijven.

- informeren en bevragen van derden organisaties en burgers in functie van het drugsbeleidsplan.

De bestuurssecretaris preventie middelengebruik heeft een onafhankelijke positie en neemt de regie op voor de opvolging en bijsturing van het drugsbeleidsplan. Zij zorgt o.m. voor een jaarlijkse rapportering aan het schepencollege.

In eerste instantie wordt geïnventariseerd welk aanbod aanwezig is in Geraardsbergen ,en dit op drie domeinen namelijk preventie, begeleiding en handhaving.

Op basis van deze inventarisatie worden de noden en eventuele opportuniteiten aangevuld.

Aan dit beleidsplan is al heel wat overleg vooraf gegaan. De informatie uit eerder overleg is gebruikt om dit plan mee vorm te geven. De leden van de stuurgroep hebben vanuit hun expertise verder aangevuld.

Het komende werkjaar willen we dit beleidsplan verder vorm geven door ook andere maatschappelijke sectoren te betrekken (zoals de horeca, justitie, welzijnsvoorzieningen, medische sector, scholen, jeugdwerk, personen met een verslavingsproblematiek, diensten die ondersteunen bij tewerkstelling,….

Dit beleidsplan heeft niet de intentie om tegen de samenwerkingsverbanden en convenanten van bestaande dienstverlening in te gaan.

4 Openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn

(6)

3. Uitgangspunten

Drugsgebruik is van alle tijden en culturen. Een drugsvrije samenleving is een utopie, we willen wel streven naar een “drugsarme” stad waarbij de negatieve gevolgen van gebruik op een efficiënte manier worden aangepakt en dit in een zo vroeg mogelijk stadium.

Dit beleidsplan is te kaderen binnen het bredere welzijns-, gezondheids- en veiligheidsbeleid van Geraardsbergen. De afstemming van preventie, begeleiding en handhaving is hierbij cruciaal. Ook vroeginterventie en harm reduction vallen hieronder.

Onder drugs en middelengebruik verstaan we zowel illegale als legale genotsmiddelen (zoals alcohol en tabak). Ook al zijn gokken en gamen verwante problematieken, er is geopteerd om deze in dit beleidsplan nog niet mee op te nemen. In de toekomst kan dit alsnog toegevoegd worden, mochten hier noden rond geformuleerd worden.

Omdat de gevolgen van middelengebruik zich manifesteren op verschillende levensdomeinen (werk, gezin, gezondheid, contacten met politie en justitie, financieel,…) , is het belangrijk om alle sectoren en actoren die bij een integraal beleid nodig zijn ook effectief bij het beleid te betrekken. We streven naar een maximale afstemming en samenwerking tussen deze diensten.

(7)

4. Theoretisch kader

Om het vervolg van het beleidsplan goed te kunnen situeren en begrijpen, is het belangrijk om het theoretisch kader te schetsen waarop dit plan is gebaseerd.

In eerste instantie is het belangrijk om verslaving goed te definiëren. Nadien wordt verder ingegaan op de verschillende vormen van preventie en hulpverlening met elk hun eigen doeleinden. Er wordt specifiek ingegaan op het belang van vroeginterventie en harm reduction. Als laatste wordt het handhavingsbeleid beschreven.

4.1 Verslaving?!

Als een persoon éénmalig of af en toe iets gebruikt, spreken we niet onmiddellijk van misbruik of verslaving. Aan verslaving gaat een proces vooraf. Of iemand verslaafd raakt en hoe snel dit gebeurt, is onder andere afhankelijk van het middel en van de leefomstandigheden waarin iemand verkeert.

Er zijn heel wat definities van verslaving uitgeschreven, maar de meest recente hebben het over een

“een chronische hersenaandoening”. Volgens DeLeon hebben middelengebruikers een chronische en terugkerende ziekte waarvan zij kunnen genezen. Middelengebruikers kunnen beter worden maar hebben een hoger risico om opnieuw middelen te gebruiken of misbruiken, in vergelijking met diegenen die in het verleden geen middelen hebben misbruikt.

De opvatting dat een persoon zelf kiest om verslaafd te zijn, moet dus genuanceerd worden.

4.2 Preventie en begeleiding

Preventie wordt ingedeeld in universele, selectieve en geïndiceerde preventie.

(8)

Universele preventie is gericht op de algemene bevolking of een deelpopulatie die niet geïdentificeerd is op basis van een individuele risicofactor; bijvoorbeeld massamediale campagnes voor de gehele bevolking.

Selectieve preventie is gericht op hoogrisiscogroepen zoals bijvoorbeeld kinderen van verslaafde ouders, jongeren,...

Geïndiceerde preventie is gericht op individuen die wel telkens, klachten of symptomen hebben van potentieel problematisch middelengebruik, maar die (nog) niet voldoen aan diagnostische criteria zoals beschreven in dsm – 45.

Onder begeleiding valt in het schema zowel de hulpverlening als de voortgezette zorg.

De hulpverlening wordt onderverdeeld in identificatie, vroege behandeling en standaardbehandeling. Bij identificatie gaat het om een getrapt proces van screening, assessment en diagnostiek. Vroege behandeling staat voor een kortdurende interventie, holistisch van aard met veel aandacht voor de omgeving van de cliënt en minder intensief dan een standaard behandeling. Onder een standaardbehandeling wordt de toepassing van effectieve, evidence based behandelingsmodellen bij personen met een gediagnosticeerde stoornis verstaan.

Onder voortgezette zorg vallen tot slot langdurige behandeling en langdurige zorg. Het gaat hier om interventies gericht naar personen bij wie de stoornis blijft duren en gericht op terugvalpreventie, rehabilitatie en kwaliteit van het leven.

Een goed drugsbeleid investeert in preventie, snelle opsporing van risico’s en vroege aanpak van gebruik.

Belang van vroeginterventie.

Vroeginterventie begint in bovengenoemd spectrum bij geïndiceerde preventie en eindigt bij vroege behandeling.

Vroeginterventie wordt gedefinieerd als alle methodologisch onderbouwde acties die professionelen uit alle sectoren toepassen met de bedoeling personen met riskant of problematisch middelengebruik zo vroeg mogelijk te identificeren, hen te motiveren tot gedragsverandering en verder te ondersteunen bij deze veranderingsstrategie. Zo kan men de (risico’s op) mogelijke schade trachten te reduceren. Net omdat vroeginterventie niet enkel de verantwoordelijkheid is van de gespecialiseerde dienstverlening, wordt het belang hiervan nog eens benadrukt.

Het spreekt voor zich dat hoe vroeger men optreedt in het proces van problematisch middelengebruik, hoe groter de perspectieven op gedragsverandering en de kans op herstel. (Babor, 1996 in VAD, dossier vroeginterventie, 2007)

5 Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (kortweg DSM, vertaling diagnostisch en statistisch handboek voor psychische stoornissen) is een Amerikaans handboek dat in de meeste landen als standaard in de psychiatrische diagnostiek dient.

(9)

Belang van harm reduction

Harm reduction of schadebeperking heeft als doel het minimaliseren van druggerelateerde schade voor drugsgebruikers en de omgeving of maatschappij. Harm reduction heeft ook een preventieve poot.

Op gezondheidsniveau staat het minimaliseren van overdraagbare ziekten centraal. Op maatschappelijk vlak is het beperken van openbare overlast het doel.

4.3 Handhaving

De wet op de verdovende middelen dateert van 24 februari 1921. In 2003 werd ze gewijzigd.

Sindsdien wordt er een onderscheid gemaakt tussen cannabis en andere illegale drugs (cocaïne, heroïne, xtc, speed,…). Toch is en blijft cannabis een illegale drug.

Het parket maakt een onderscheid tussen de vraag- en aanbodzijde. Waar bij gebruikers de klemtoon in de maatregelen vooral ligt op hulpverlening, beslist men voor de aanbodzijde tot strafvervolging.

Naast deze federale wetgeving zal het lokale politiereglement kort worden aangehaald.

Minderjarigen die illegale drugs bezitten en/of gebruiken.

De wet van 2003 geldt niet voor wie minderjarig (jonger dan 18 jaar) is: bezit en gebruik van zowel cannabis als van andere illegale drugs blijft in alle omstandigheden verboden. Wordt een minderjarige betrapt met drugs, dan maakt de politie een PV op en bezorgt dit aan het parket. Ook de ouders worden verwittigd.

Het parket beslist wat er met het dossier gebeurt. Er zijn verschillende mogelijkheden:

waarschuwingsoproeping, bemiddelingsvoorstel of seponering.

De minderjarige is niet verplicht om in te gaan op de voorstellen van het parket en kan ervoor kiezen om zijn zaak door de rechter te laten oordelen.

Als het parket zelf wil dat de jongere vervolgd wordt, dan moet het dossier voldoende aanwijzingen van schuld bevatten.

In een eerste fase kan de jeugdrechter gevraagd worden om een voorlopige maatregel van behoeding, bewaring en onderzoek te nemen.

Op basis van observaties tijdens de voorlopige maatregel kan de jongere (en zijn ouders) in een tweede fase voor de jeugdrechtbank verschijnen in een tweede fase. De jeugdrechtbank kan één van volgende jeugdbeschermingsmaatregelen nemen; voorstel herstelrechterlijk aanbod, geschreven project, ambulante maatregelen of plaatsing.

Meerderjarigen die cannabis bezitten en/of gebruiken.

Sinds 2003 wordt er voor meerderjarigen een onderscheid gemaakt tussen cannabis en andere illegale drugs. Ben je als meerderjarige in het bezit van een kleine hoeveelheid cannabis voor

(10)

persoonlijk gebruik6, dan zal er, bij vaststelling van bezit, een vereenvoudigd proces–verbaal worden opgesteld.

Als er verzwarende omstandigheden en/of de openbare orde verstoord wordt, wordt er een volwaardig pv opgemaakt. Dit wordt door de politie bezorgd aan het parket. Het parket legt de klemtoon op hulpverlening en niet op bestraffing. Het parket beschikt over volgende mogelijkheden:

seponering, minnelijke schikking, pretoriaanse probatie, bemiddeling in strafzaken en doorverwijzing naar de correctionele rechtbank.

Bij invoer, vervaardiging, vervoer en aanschaf van drugs (dus ook cannabis) geldt een strafverzwaring.

Meerderjarigen die andere illegale drugs bezitten en/of gebruiken.

Voor het bezit en/of gebruik van illegale drugs dan cannabis wordt er altijd een pv opgemaakt en doorgestuurd naar het parket.

Bij het parket kan de procureur dezelfde maatregelen treffen als diegenen die hierboven werden beschreven voor cannabisbezit en/of –gebruik, namelijk seponering, minnelijke schikking, pretoriaanse probatie, bemiddeling in strafzaken en doorverwijzing naar de correctionele rechtbank.

Ook hier ligt de klemtoon op hulpverlening en niet op bestraffing. Hier is er geen verschil met overtredingen in verband met cannabis die door het parket werden onderzocht.

Als de zaak door het parket toch wordt doorverwezen naar de correctionele rechtbank is er wél een verschil. Voor cannabis zijn er minder zware politionele straffen mogelijk, voor andere illegale drugs niet.

De correctionele rechtbank kan volgende maatregelen nemen: gevangenisstraf en geldboete en eventueel verbeurdverklaren van in beslag genomen materiaal.

De rechtbank kan de straf eventueel opschorten of uitstellen al dan niet onder bepaalde voorwaarden of een autonome werkstraf opleggen.

GAS wetgeving

Naast deze federale wetgeving kunnen steden en gemeenten ook een plaatselijk handhavingsbeleid uitstippelen voor het aanpakken van ‘overlast’.

Dit beleid is uitgeschreven in het lokale politiereglement. De stad kan bij een overtreding een overlastboete of een gemeentelijke administratieve sanctie uitschrijven.

Zowel politieagenten als gemachtigde ambtenaren mogen inbreuken vaststellen. De boetes kunnen oplopen tot 250 euro voor meerderjarigen en 125 euro voor minderjarigen (vanaf 16 jaar).

6 Cannabis voor persoonlijk gebruik houdt in: maximum hoeveelheid van 3 gram; 1 geteelde vrouwelijke plant;

cannabis onder andere vormen valt hier niet onder.

(11)

5. Wat weten we (niet)?

Bezit van verdovende middelen is in België een strafbaar feit. Een logisch gevolg is dat het moeilijk is om tot objectief betrouwbare cijfergegevens te komen. Om een beeld te kunnen geven, worden enkele Vlaamse cijfers geschetst.

Nadien trachten we een beeld te geven voor Geraardsbergen. Bij deze cijfers wil ik uitdrukkelijk benadrukken dat deze geen wetenschap zijn en met de nodige voorzichtigheid moeten worden geïnterpreteerd.

Stand van zaken in Vlaanderen

Het rapport ‘Middelengebruik in Vlaanderen, een stand van zaken’ geeft een overzicht van het gebruik van alcohol, tabak en drugs en de gevolgen ervan voor de gezondheid en de maatschappij.

Het dateert van 2007 en werd geschreven in het kader van de gezondheidsconferentie tabak, alcohol en drugs.

Enkele vaststellingen hieruit zijn:

Alcohol is de meest ingeburgerde drug onder de Vlaamse bevolking. Op 18-jarige leeftijd heeft 95%

van de leerlingen alcohol gedronken. 67% van de Vlamingen drinkt wekelijks alcohol.

Scholieren starten over het algemeen al op 13 jaar met roken en drinken. Dat staat haaks op de wetgeving die zegt dat het verboden is om alcohol (bier en wijn) te schenken en sigaretten te verkopen aan jongeren onder de 16 jaar. Het schenken en verkopen van sterke drank is verboden onder de 18 jaar.

Gebruik en risicovol gebruik van middelen komen het meest voor bij mannen en bij leerlingen uit het BSO en TSO.

De laatste jaren is het gebruik van tabak bij scholieren afgenomen. Ook het occasioneel en regelmatig gebruik van cannabis bij scholieren is tussen 2000 en 2005 licht gedaald. Het alcoholgebruik is in die groep de laatste jaren constant gebleven. Het rookgedrag van de Vlamingen is de afgelopen jaren niet veranderd. Wel neemt men hier een lichte stijging in het regelmatig gebruik van alcohol waar.

Uit de registratiegegevens van de hulpverlening blijkt dat vooral mannen terecht komen in de hulpverlening met een alcohol- of ander drugprobleem. Ook ziet men dat alcoholproblemen voornamelijk behandeld worden op latere leeftijd, terwijl problemen met cannabis en andere illegale drugs op jongere leeftijd behandeld worden. Een groot deel van de cliënten die beroep doen op de hulpverlening gebruikt meer dan één middel.

De gegevens over de gezondheidsschade door de verschillende middelen zijn niet goed vergelijkbaar omdat de problematiek van de verschillende middelen sterk verschilt. Als we dit toch doen zien we dat er voor elke drugdode, 4 sterfgevallen voor alcohol en 40 sterfgevallen voor tabak zijn.

Mannen sterven 6 keer meer aan tabaksgerelateerde aandoeningen, 3 keer meer aan alcoholgerelateerde aandoeningen en 5 keer meer aan druggerelateerde aandoeningen dan

(12)

vrouwen. Wel is het zo dat de gezondheidsschade omwille van tabak bij mannen langzaamaan afneemt, terwijl dat bij vrouwen toeneemt.

De beperkte gegevens over maatschappelijke kosten van middelen geven aan dat de maatschappelijke kost voor alcohol in alle onderzochte regio's het hoogste ligt. Tabak komt op de tweede plaats en illegale drugs staat op de laatste plaats. Nochtans geeft de overheid meer geld uit aan het beleid op vlak van illegale drugs dan aan het tabaksbeleid.

Deze cijfers schetsen een algemeen beeld. Tot op heden is er geen informatie of deze gegevens overeenkomstig de situatie in Geraardsbergen zijn of niet.

En wat in Geraardsbergen…

Ondanks het feit dat er voor Geraardsbergen geen objectief vergelijkbare cijfers ter beschikking zijn, trachten we toch een beeld te schetsen van de problematiek aan de hand van cijfergegevens die wel ter beschikking zijn.

Momenteel (juni 2014 tot begin oktober 2014) loopt de bevraging van de VAD in alle secundaire scholen in Geraardsbergen. De VAD- leerlingenbevraging is een instrument dat toelaat een zicht te krijgen op het middelengebruik van jongeren die schoollopen in Geraardsbergen. In de bevraging komen o.m. topics als: frequentie en hoeveelheid van gebruik, motieven, houding van vrienden, beschikbaarheid,… aan bod. Ook de huidige aanpak van de drugsthematiek op school is een item. De vragenlijst is opgebouwd volgens de pijlers regelgeving, begeleiding en educatieve en structurele maatregelen.

De resultaten van deze bevraging zijn nog niet bekend bij het opmaken van dit beleidsplan.

In Geraardsbergen zijn 3 professionele diensten die begeleiding bieden aan personen met een (vermoeden) van een verslavingsproblematiek. In 2013 werden 408 personen( 294 bij De Kiem, 83 bij PISAD en 31 bij Centrum Geestelijke Gezondheidszorg) begeleid waarvan er 102 nieuwe begeleidingen opgestart in Geraardsbergen (65 bij De Kiem, 24 bij PISAD, 13 bij Centrum Geestelijke Gezondheidszorg.

Minderjarigen komen vooral op doorverwijzing van school terecht in de hulpverlening (vnl. PISAD), meerderjarigen vooral na contact met justitie. Een groot aandeel van de opgestarte hulpverlening is conditioneel. Het al dan niet positief afronden van de begeleiding heeft gevolgen voor de persoon in kwestie.

De politie is sinds 2009 gestart met het bijhouden van alle druggerelateerde pv’s. Op basis daarvan beschikken we over onderstaande informatie.

Voor de periode 01/01 - 01/09/14 werden er 618 pv's (aanvankelijke en navolgende pv's) inzake verdovende middelen opgesteld, waarvan 604 binnen het gerechtelijk kader, 10 in het verkeerskader en 4 bij een ongeval. Het gros van de inbreuken situeert zich in het centrum van Geraardsbergen. Dit is te zien op onderstaande kaart.

(13)

Van de 618 pv zijn er 94 aanvankelijk en 524 navolgende pv's. Van de 94 zijn er 65 voor bezit, 1 voor teelt en 24 voor verkoop.

Het grote deel navolgende pv's duidt op het feit dat heel wat voorvallen verder onderzoek vereisen.

Dit wijst op zich dan weer dat we hier met redelijk wat zaken zitten die meer dan alleen maar op gebruik wijzen.

Qua alcohol zijn er vorig jaar (2013) 2601 controles in het verkeer geweest. Hiervan waren er 30 in alarmfase (tussen 0.5 en 0.8 promille) en 64 positief (boven 0.8).

In het actieplan middelenmisbruik stelt de politie vast dat er in de politiezone Geraardsbergen – Lierde een verschuiving gaande is van hasj naar speed, heroïne en cocaïne.

Zoals voor gans Vlaanderen geldt, is ook in Geraardsbergen alcohol het meest ingeburgerde product.

(14)

6. Wat hebben we?

Preventie

Van de professionele dienstverlening naar gebruikers in Geraardsbergen, biedt enkel PISAD preventieve activiteiten aan.

PISAD heeft een preventiematrix uitgewerkt, deze biedt een overzicht van enkele van de preventieactiviteiten die PISAD aanbiedt. Er wordt hierbij een onderscheid gemaakt naar leeftijd en doelgroep (jongeren, ouders, intermediairen, enz). De preventieactiviteiten worden jaarlijks aangepast, aangevuld en geëvalueerd. Bij de aanvang van het schooljaar wordt deze preventiematrix voorgesteld aan de scholen op het scholenoverleg. Zij kunnen ook preventie op maat uitwerken.

In 2013 werden 21 infosessies georganiseerd door PISAD voor jongeren in het basisonderwijs en 26 voor jongeren uit het secundair onderwijs.

Zij bieden ook preventieve acties aan naar de algemene bevolking zoals organisatoren van evenementen ondersteunen, aanwezig zijn op festivals/evenementen met preventiestanden en (aangepast) preventiemateriaal ter beschikking stellen.

Ook vanuit de politie en het stadsbestuur worden preventieve activiteiten georganiseerd, al dan niet in samenwerking met andere diensten.

De politie kan op aanvraag infomomenten organiseren. Aan de hand van de drugkoffer geven zij productinformatie.

Vanuit het stadsbestuur wordt in samenwerking met de gezinsraad jaarlijks een rookstopsessie georganiseerd. Deze actie valt samen met de anti tabak campagne en richt zich naar volwassenen.

LOGO Dender ondersteunt mee deze activiteit.

De jeugddienst heeft samen het Jeugdhuis De Ressort een drug en alcoholbeleidsplan uitgewerkt voor hun medewerkers, in samenwerking met PISAD. Zij zullen op dit thema verder werken in hun vormingsweekend in het najaar van 2014.

De politie coördineert tot 2014, ook het M.E.G.A. project. M.E.G.A. staat voor Mijn Eigen Goed Antwoord en wordt georganiseerd in samenwerking met PISAD, NMBS7, CLB8’s en de scholen.

Dit is een preventieprogramma dat al jaren loopt in het zesde leerjaar van alle scholen in Geraardsbergen en Lierde. Het programma is gebaseerd op de wetenschap dat effectieve drugpreventie op een algemene en specifieke manier moet uitgevoerd worden. Het trainen van algemene vaardigheden moet op jonge leeftijd beginnen. Het doel op lange termijn is jongeren in staat stellen op elk vlak gezonde beslissingen te nemen, dus ook in verband met legale en illegale drugs.

Binnen dit project wordt er ook een infoavond naar alle ouders voorzien.

7 Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen

8 Centrum voor LeerlingenBegeleiding

(15)

De veiligheidsdag wordt jaarlijks georganiseerd door de veiligheidsdienst van de stad in samenwerking met de politie. Hierop stellen de politiediensten, brandweer en PISAD hun werking voor naar alle geïnteresseerden. Eén dag wordt specifiek voorzien voor (lagere) scholen.

Daarnaast zijn er ook nog occasionele samenwerkingsverbanden zoals bij de “Laat je niet vangen”

actie. Deze actie werd in 2014 georganiseerd en wint zelfs de wedstrijd van deze cannabiscampagne.

Hierbij werkten de jeugddienst, jeugdhuis De Ressort, Uit de Marge, JAC9 en PISAD samen.

Binnen Geraardsbergen is ook de Drugslijn actief. Zij wensen onder andere de bevolking te sensibiliseren.

Begeleiding

Er zijn in Geraardsbergen 3 diensten die professioneel bezig zijn in het begeleiden van personen met een (vermoeden) van een verslavingsproblematiek. Alle 3 deze diensten zetten zowel in op alle vormen van hulpverlening en voortgezette zorg.

Het centrum geestelijke gezondheidszorg biedt psychotherapie en gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg voor kinderen, volwassenen en ouderen.

Binnen het centrum geestelijke gezondheidszorg Zuid Oost Vlaanderen is er een forensisch team actief. Zij bieden hulpverlening als alternatief voor klassieke straffen, in kader van bemiddeling in strafzaken, vrijheid onder voorwaarden of probatie. Cliënten krijgen psychosociale ondersteuning om een gezondere houding te ontwikkelen tegenover drug en/of alcohol gebruik. Het doel is verantwoord gebruik of geheelonthouding, zodat de kans op herval afneemt en het sociaal leven van de cliënt zich kan herstellen.

De begeleiding die zij aanbieden is verplicht en wordt opgevolgd vanuit justitie.

Cliënten kunnen na deze verplichte begeleiding, vrijwillig verder begeleid worden vanuit het centrum geestelijke gezondheidszorg.

In het ambulante centrum van De Kiem vormt abstinentie geen voorwaarde om een begeleiding te volgen. De begeleiding vertrekt vanuit de hulpvraag van de cliënt en zijn omgeving. Er wordt getracht het gebruik te stoppen of onder controle te krijgen en terugval te voorkomen.

De druggebruiker wordt op medisch, psychosociaal, administratief en juridisch vlak ondersteund en begeleid. Daarnaast is er aandacht voor de sociale situatie (tewerkstelling, huisvesting, tijdsinvulling,…) en de relationele context (ouders, partner,…). Met iedere cliënt worden duidelijke afspraken gemaakt betreffende de doelstellingen, de termijn en de frequentie van de begeleiding.

In het ambulant centrum in Geraardsbergen kan men terecht voor een substitutiebehandeling onder begeleiding van een arts.

9 Jongerenadviescentrum

(16)

Begeleiding vanuit De Kiem kan zowel vanuit een verplichtend als vanuit een vrijwillig kader opgestart worden.

PISAD staat voor Provinciaal Interbestuurlijk Samenwerkingsverband voor Aanpak van Drugmisbruik en is een organisatie die zich toespitst op drugpreventie én de (ambulante) hulpverlening aan kinderen, jongeren en (jong)volwassenen en hun directe omgeving wanneer deze in aanraking komen met drugs. De aandacht wordt niet alleen gericht op het druggebruik van de jongere maar focust op de ondersteuning van de ouders en directe omgeving.

De doelstelling is het gebruik van legale en illegale middelen onder controle te krijgen, misbruik voorkomen en/of gebruik stoppen. Zij werken over het ganse continuüm gaande van preventie, vroegdetectie, vroeginterventie tot hulpverlening. Deze hulpverlening is vrijwillig, maar niet geheel vrijblijvend.

Daarnaast zijn er ook zelfhulpgroepen actief in Geraardsbergen, namelijk de Anonieme Alcoholisten (A.A.) en SOS Nuchterheid.

Anonieme Alcoholisten streven naar herstel van de gevolgen het drankprobleem van haar leden en stelt zich ten doel dit herstel door te geven aan ieder die het verlangen heeft te stoppen met drinken.

SOS Nuchterheid is een vrijzinnig en humanistisch zelfzorginitiatief dat mensen steunt bij het overwinnen van hun problemen met alcohol, drugs, pillen enz….

Er is een lokaal overleg, GEROM (Geraardsbergs Overleg Middelenmisbruik). Dit overleg werd in 2002 in het leven geroepen. De startdoelstelling van dit overleg was een concreet beeld te krijgen van de drugproblematiek in de streek. Elke sector/dienst gaf knelpunten aan waarmee men op het werkveld werd geconfronteerd. Vanuit die bevindingen werden concrete voorstellen geformuleerd, waarop via dit beleidsplan wordt verder gewerkt.

Handhaving

Eén van de prioriteiten die werden opgenomen in het zonaal veiligheidsplan 2014 – 2017 van de politie is de aanpak van overlast van het legaal en illegaal middelenmisbruik. Deze vorm van overlast staat in de top 3 van de belangrijkste criminaliteitsvormen in de politiezone Geraardsbergen/Lierde.

Daarom wordt vanuit onze politiezone een specifiek actieplan middelenmisbruik 2014 – 2017 uitgewerkt.

Het probleem is dat deze vorm van overlast niet op zichzelf staat, maar meer en meer gelinkt wordt aan andere strafrechterlijke feiten zoals intrafamiliaal geweld, slagen en verwondingen, vandalisme, diefstallen, verkeersongevallen,…

(17)

Voor een gedetailleerd overzicht van de acties die de politie in dit kader zal ondernemen, verwijs ik naar het actieplan middelenmisbruik 2014 – 2017 in bijlage.

Tot heden is er voor het gerechtelijk arrondissement Oudenaarde het project alternatieve afhandeling drugs, in kader van bemiddeling in strafzaken. Het is momenteel onduidelijk of het project in deze vorm zal blijven bestaan gezien de hervorming van de parketten die aan de gang is.

Naast de federale wetgeving, zijn er ook specifieke regels voor Geraardsbergen – Lierde uitgewerkt in het politiereglement. Daarin staat dat het verboden is alcohol te drinken op openbare plaatsen na middernacht (tussen 24u en 8u). Dit met het oog op de openbare rust en veiligheid. Uiteraard mag je wel iets drinken op een terras van een café.

Het bezit van een geopend flesje of blikje wordt gelijkgesteld met het drinken van alcohol.

Ook in nachtwinkels mag je geen alcohol drinken.

Na middernacht mogen nachtwinkels geen alcohol meer verkopen of gratis aanbieden.

Voor het verstrekken van sterke drank is een vergunning nodig. Dergelijke vergunning wordt weinig aangevraagd. De voorbije jaren (sinds 2012) werd er jaarlijks één vergunning afgeleverd.

In 2013 werd voor het eerst een verbod op bezit en/of verkoop van sterke drank vervaardigd op de eerste toog. Dit bleek efficiënt te zijn als we kijken naar het aantal intoxicaties die zijn binnengekomen op de spoeddienst van het ziekenhuis.

In juni 2014 werd ook tijdens de wk matchen van de Belgen door de burgemeester in hoogdringendheid een verbod op sterke drank uitgevaardigd. Ook dit had een positief resultaat als we kijken naar het aantal opnames op de spoeddienst ten gevolge van alcoholintoxicatie.

De controle van het aanbieden, schenken en verkopen van alcoholische dranken aan min 16jarigen en sterke drank aan min 18 jarigen gebeurt door de FOD Volksgezondheid.

Daarnaast controleren zij ook het naleven van het rookverbod.

In Geraardsbergen hebben zij een goede samenwerking met de politiediensten voor de controle en met PISAD voor preventiecampagnes.

(18)

7. Wat willen we?

Noden op basis van cijfers

Het is heel moeilijk om te komen tot objectieve en vergelijkbare cijfergegevens. Een beleid uitgewerkt op objectieve gegevens is momenteel niet mogelijk. Ook het opvolgen van evoluties en het evalueren van acties worden bij deze moeilijk.

Zoals in gans Vlaanderen, blijkt alcohol ook in Geraardsbergen het product te zijn, dat het meest problematisch gebruikt wordt.

Het is belangrijk om begeleiding zo vroeg als mogelijk te kunnen laten starten, opdat situaties niet zouden escaleren.

Noden in kader van preventie

Er zijn in Geraardsbergen enkele structurele preventiecampagnes, onder andere naar zesde leerjaar en naar volwassenen toe via de rookstopcampagne.

PISAD beschikt over een overzicht van alle preventieve acties die zij uitvoeren in de scholen.

Noden in kader begeleiding

Vanuit het jeugdwelzijnsoverleg wordt gesignaleerd dat er een nieuwe groep ontstaat, namelijk jonge ouders met een verslavingsproblematiek. De Kiem, PISAD en CGG bevestigen deze problematiek.

De nood vanuit de welzijnssector om de gepaste hulp te kunnen bieden blijft bestaan.

Daarnaast blijkt ook de professionele dienstverlening voor personen met een verslavingsproblematiek te weinig gekend is bij eerstelijnsdiensten. Er is momenteel ook te weinig structurele samenwerking. Dit wordt aangekaart door verschillende eerstelijnsdiensten in het huidige welzijnsoverleg.

Qua doelgroep worden de etnische culturele minderheden moeilijk bereikt. Daarnaast vindt men ook moeilijk ingang bij jeugdbewegingen en sportverenigingen. Uit hulpverlening blijkt dat een uitgewerkt alcohol- en drugbeleid ook hier een meerwaarde zou zijn.

De horeca is een belangrijke partner om mee aan tafel te hebben en samen mee acties uit te werken, maar is hiervoor moeilijk te motiveren.

Er is in Geraardsbergen gebrek aan een PAAZ afdeling waar mensen met een verslavingsproblematiek terecht kunnen voor dringende medische zorgen.

Op de spoeddienst van het ASZ kunnen ze weinig tot geen opvolging bieden voor patiënten die met een intoxicatie worden opgenomen. Zij kunnen patiënten één nacht in opname houden. Bij patiënten die regelmatig met een alcoholintoxicatie worden opgenomen, worden doorverwezen naar de

(19)

sociaal assistente van het ziekenhuis. Momenteel is er weinig samenwerking met de professionele dienstverlening voor personen met een verslavingsproblematiek en het ASZ10 Geraardsbergen.

Daarnaast blijft het belangrijk om artsen en apothekers te blijven informeren over substitutiebehandeling. Hierover blijken nog steeds veel onduidelijkheden en misverstanden te bestaan.

Er is een capaciteitsprobleem in alle dienstverlening.

De Kiem heeft, gezien het budget, enkel een antenne werking kunnen uitbouwen in Geraardsbergen.

Momenteel zijn ze twee dagen per week aanwezig, dit komt neer op ongeveer 40 uren personeelsinzet (waarvan 5 uren arts). Het huidige aanbod is echter ontoereikend om aan de vraag te voldoen. Dit zowel kwantitatief als kwalitatief. Om op de bestaande noden voldoende te kunnen inspelen zou de antennewerking in Geraardsbergen moeten kunnen uitgroeien tot een volwaardig ambulant centrum. Om dit te kunnen realiseren dienen er twee voltijdse equivalenten en vijf uren arts bij te komen op het huidige personeelskader.

Momenteel is het mogelijk om bij apotheker, De Kiem en PISAD gebruikte spuiten in te leveren, spuitenruil is echter nog niet mogelijk.

Noden in kader van handhaving

Eind juni 2014 kwam het bericht in de pers dat er spuiten werden gevonden op de OCMW- parking.

Vanuit de beheerder van De Spiraal wordt aangegeven dat jongeren eerst sterke drank drinken vooraleer ze naar een fuif komen. Wanneer ze dan binnenkomen in De Spiraal, worden ze onwel na het drinken van één biertje. In het drugs- en alchoholbeleid van De Spiraal is reeds opgenomen dat er geen sterke drank wordt verkocht.

Vanuit de spoeddienst wordt aangegeven dat er bij grote evenementen zoals 100 dagen fuiven, Duveltrophy, … veel jongeren met alcoholintoxicatie worden opgenomen.

De grootste uitdaging ligt in het feit hoe we preventie, begeleiding en handhaving op elkaar kunnen laten aansluiten.

10 Algemeen Stedelijk Ziekenhuis

(20)

8. Wat zijn de mogelijkheden?

Er zijn opportuniteiten op verschillende gebieden.

Vooreerst zijn er verschillende samenwerkingsverbanden die geoptimaliseerd kunnen worden. Zo kan het Regionaal Welzijnsoverleg (RWO), specifiek welzijnsoverleg Geraardsbergen, worden ingeschakeld in functie van verdere samenwerking met de welzijnsdiensten. Het kan mee infomomenten organiseren naar welzijnswerkers en het creëren van een forum voor terugkoppeling van de actiepunten en signalen vanuit het vanuit het welzijnsveld.

Daarnaast is er ook een samenwerkingsovereenkomst tussen het Stadsbestuur en het jongerenadviescentrum, waarbij kan gevraagd worden dat zij structureel acties kunnen opnemen naar jongeren toe. Uiteraard in overleg en afstemming met de bestaande dienstverlening.

Ook de jeugddienst en de jeugdraad staan open voor samenwerking. Zo kan er bekeken worden op welke manier zij kunnen bijdragen bij preventieve acties. Maar ook op welke manier we ingang kunnen vinden naar de jeugdverenigingen.

Logo staat voor lokaal gezondheidsoverleg en is erkend door het Vlaams Agentschap ‘Zorg en Gezondheid’. Zij werken rond gezondheidspromotie en ziektepreventie. Het doel van de Logo’s is te komen tot een betere coördinatie en afstemming binnen de preventieve gezondheidszorg. Hun opdracht bestaat er uit om onder andere te werken rond tabak, alcohol en drugs.

Mogelijks bieden ook enkele projecten onze aandacht om verder op te volgen.

Binnen het domein werk (VDAB) loopt er een begeleidingsproject gericht op activering. Onder andere personen met een verslavingsproblematiek in Geraardsbergen komen in aanmerking. Zij kunnen opgevolgd worden door De Kiem in kader van psychologische begeleiding, door Groep Intro in kader van een activeringstraject via stages en door GTB in kader van verdere opvolging naar tewerkstelling.

Tot heden is het heel moeilijk om personen uit Geraardsbergen te laten instromen in dit project ook al zijn er voldoende plaatsen.

De overheid streeft naar een betere geestelijke gezondheidszorg, van een aanbodgestuurde hoofdzakelijk residentiële geestelijke gezondheidszorg naar een vraaggestuurde meer gedifferentieerde geestelijke gezondheidszorg. Een van de stappen in dit proces is het realiseren van zorgcircuits en zorgnetwerken. Artikel 107 binnen de ziekenhuiswet maakt het voor de (psychiatrische) ziekenhuizen mogelijk om een deel van hun financiële middelen te gebruiken om de zorg voor de psychiatrische patiënt te vermaatschappelijken. Dit betekent dat de zorgverlening niet noodzakelijk in het 'bed' hoeft te gebeuren maar dat dit evengoed in de thuissituatie kan plaatsvinden. Dit vraagt uiteraard een intense samenwerking met de eerste lijn dienstverlening.

Naast aansluiting zoeken bij bestaande projecten is het ook aangewezen om te leren van het beleid rond drugs in andere steden en gemeenten.

Ook de Vlaamse en Federale wetgeving en beleidsnota’s dienen te worden opgevolgd.

(21)

9. Doelstellingen en acties

1. Geraardsbergen tracht de problematiek in kaart te brengen.

1.1 Scholen stimuleren de studentenbevraging VAD af te nemen.

1.2 Beleid onderbouwen vanuit relevante cijfers van de gespecialiseerde dienstverlening in Geraardsbergen.

1.3 Verder inzetten om de noden en opportuniteiten in kaart te brengen, door alle stakeholders te bevragen.

2. Geraardsbergen zet in op preventie.

2.1 Organiseren van universele preventie en sensibilisering van de algemene bevolking, minimaal jaarlijks.

2.2 Organiseren van selectieve preventie, voornamelijk naar jongeren toe, minimaal jaarlijks.

2.3 Inzetten op het bereiken van nog onvoldoende bereikte doelgroepen 2.4 Beleid rond evenementen en fuiven uitwerken

3. Geraardsbergen zet in op vroeginterventie.

3.1 Gespecialiseerde netwerk voldoende kenbaar maken bij de eerste lijn dienstverlening 3.2 Welzijnsnetwerk opleiden om signalen van middelengebruik tijdig te herkennen 3.3 Expertise over verslavingsproblematiek binnen het OCMW verhogen.

4. Geraardsbergen zet in op deskundige en voldoende begeleidingsmogelijkheden.

4.1 Zoeken naar mogelijkheden om de capaciteit bij de aanwezige dienstverlening te verhogen, zowel intern als extern.

4.2 Netwerken versterken, door partners op het terrein te laten samenwerken.

4.3 Hulpverlening voor ouders met kinderen met een verslavingsproblematiek opstarten.

5. Drugsbeleid in het breder kader van een gezondheidsbeleid.

5.1 Er is een blijvend aanbod van methadonbehandeling in Geraardsbergen.

5.2 Informeren van artsen en apothekers over substitutiebehandeling.

5.3 Spuitenruil is mogelijk binnen Geraardsbergen.

6. Geraardsbergen zorgt voor een veilige en leefbare stad.

6.1 Samenwerking uitbouwen tussen gemeenschapswacht, politie en hulpverlening om de overlastproblematiek aan te pakken.

De hierboven beschreven acties zijn uiteraard niet limitatief. Naargelang de noodzaak kunnen er acties worden toegevoegd, of andere als minder prioritair worden behandeld.

(22)

22

10. Bronnen

D.C. (2014). Memorandum VVBV 2014. De Kiem, 22 (3), pp.3-6.

D.C. (2014). Het memorandum van de VAD. De Kiem, 22 (3), pp.3-6.

Drugpunt SMAK. (2014). Activiteitenplan Drugpunt SMAK. 2014 – 2016.

Federale Regering. (2001). Beleidsnota van de Federale Regering in verband met de drugproblematiek, 19 januari 2001.

INDRA. (2010). INDRA, Integrale Aanpak van het Regionale Drugsfenomeen.

Möbius, D. (2009). Dossier Alcohol. Geraadpleegd op 19 november 2014 via http://www.vad.be Politie Geraardsbergen – Lierde. (2014). Zonaal veiligheidsplan 2014 – 2017.

Stad Antwerpen. (2011). Drugsactieplan 2012 – 2013. Geraadpleegd op 19 november 2014 via http://ocmw.antwerpen.be

Stad Geraardsbergen. (2014). Meerjarenplan 2014 – 2019.

Stad Kortrijk. (2013). Drugoverleg Kortrijk. Op weg naar een integrale aanpak.

VAD. Aan de slag met een lokaal alcohol- en drugbeleid. Geraadpleegd op 19 november 2014 via http://www.vad.be

VAD. (2013). Drugs en de wet. De meest gestelde vragen. Geraadpleegd op 19 november 2014 via http://www.vad.be

VAD. Evidence – based werken in de alcohol- en drugsector. Geraadpleegd op 19 november 2014 via http://www.vad.be

VAD. Visietekst VAD 1. Geraadpleegd op 19 november 2014 via http://www.vad.be Van Moerkerke, B. (2009). Ronse strijdt tegen drugs. Lokaal nr. 16.

Vander Laenen, F., De Ruyver, B., Christiaens, J. & Lievens, D. (2011). Drugs in Cijfers III. Onderzoek naar de overheidsuitgaven voor het drugsbeleid in België. Gent: Academia Press.

Verstuyft, G. (2007). Dossier vroeginterventie. Geraadpleegd op 19 november 2014 via http://www.vad.be Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid. (2007). Middelengebruik in Vlaanderen: een stand van zaken.

(23)

11. Bijlagen

Bijlage 1: Actieplan Middelenmisbruik 2014 – 2017

Bijlage 2: Preventieve activiteiten door PISAD uitgevoerd in 2013 voor de stad Geraardsbergen.

(24)

Bijlage 1: Actieplan Middelenmisbruik 2014 – 2017

INHOUDSTAFEL

INLEIDING ... 25 PROBLEEMBESCHRIJVING ... 26 DOELGROEP ... 26 PARTNERS ... 27 OORZAKEN EN DOELSTELLINGEN ... 28 KRITIEKE SUCCESFACTOREN ... 28 GEDETAILLEERD VERLOOP ... 29 MEETPLAN ... 30 GOEDKEURING DOOR DE ZONALE VEILIGHEIDSRAAD ... 32

(25)

Inleiding

Eén van de prioriteiten die werden opgenomen in het zonaal veiligheidsplan 2014-2017 is de aanpak van de overlast van het legaal en illegaal

middelenmisbruik.

Uit een bevraging van de gerechtelijke en bestuurlijke overheden bleek dat de overlast van het legaal en illegaal middelenmisbruik in de top drie staat van de belangrijkste criminaliteitsvormen in onze politiezone.

In zijn parketbeleidsplan 2012-2015 vraagt de afdelingsprocureur, de heer Merchiers, eveneens aandacht voor drugs, en meer specifiek aandacht voor cannabisplantages en de preventieve opsporing ervan.

De heer Sabbe, Procureur van het parket van Oost-Vlaanderen stelt in zijn beleidsplan dat de toepassing van een onmiddellijke inning van een minnelijke schikking (oa voor het bezit van drugs) dient uitgebreid te worden naar heel de provincie Oost-Vlaanderen om minder dossiers te seponeren.

Ook de lokale bevolking geeft ons, mede door de oprichting van de diverse

dorpsraden, het signaal dat middelenmisbruik best mag aangepakt worden.

(26)

Probleembeschrijving

Bewust werd er geopteerd om zowel het legale als het illegale

middelenmisbruik aan te pakken : ook alcoholverbruik (-misbruik) blijkt een groot probleem in onze politiezone.

De overlast van het legaal en illegaal middelenmisbruik is niet nieuw maar dreigt steeds groter te worden.

Het legaal en illegaal middelenmisbruik wordt steeds meer maatschappelijk aanvaard.

Het probleem is dat deze vorm van overlast niet op zichzelf staat maar meer en meer gelinkt wordt aan andere strafrechterlijke feiten zoals intrafamiliaal

geweld, slagen en verwondingen, vandalisme, diefstallen, verkeersongevallen….

De link met deze andere strafrechterlijke feiten kan gelegd worden - ofwel tengevolge van alcoholmisbruik en/of middelenmisbruik, - ofwel om het middelenmisbruik te bekostigen.

Het staat buiten kijf dat het maatschappelijk nadeel groot is (kosten gezondheidszorg, mutualiteit, verzekeringen….).

De problematiek inzake de overlast veroorzaakt door het legale en illegale middelenmisbruik zal vermoedelijk nooit volledig onder controle te krijgen zijn, maar moet voor ons een aanzet zijn om hem nog intensiever aan te pakken en minstens terug te dringen.

Uit onze informatie (processen-verbaal, RIR…) blijkt dat onze zone geconfronteerde wordt met diverse soorten van drugs. Wij kunnen een verschuiving van zogenaamde softdrugs (hasj..) naar zogenaamde harddrugs (speed, heroïne en cocaïne) vaststellen.

Doelgroep

De acties om de overlast van het legaal en illegaal middelenmisbruik te

beperken richten zich tot de bevolking in het algemeen. Externe partners zoals scholen, horeca en jeugdhuizen kunnen , indien nodig, betrokken worden bij de bestrijding van de overlast door het legaal en illegaal middelenmisbruik.

De weggebruikers zullen specifiek geviseerd worden inzake openbare

dronkenschap, dronken sturen, sturen onder invloed van verdovende middelen, of overmatig alcoholverbruik.

We voorzien tevens acties naar jongeren en jongvolwassenen inzake het

illegale middelenmisbruik (gebruik, verkoop…).

(27)

Partners

Alle diensten van onze PZ (LRD, INT, BPT, LIK)

De LRD (lokale recherchedienst) spendeert een groot deel van haar capaciteit aan het uitvoeren van gerechtelijke onderzoeken van drugsdossiers. oa met behulp van Bijzondere Opsporings Methoden (BOM) brengen wij netwerken van kleine en grote drugsdealers in kaart en pakken zij de drugscriminaliteit aan.

De Interventiedienst en Verkeersdienst organiseren verkeerscontroles teneinde het middelenmisbruik aan te pakken.

De buurtpolitieteams BPT maken hun informatie over aan ons lokaal informatiekruispunt LIK onder de vorm van informatierapporten.

Bij punctuele acties kunnen wij beroep doen op de federale politie (drughond).

Parket via Alternatieve Afhandeling Drugs(AAD).

Via de drugscoördinator van het stadsbestuur kunnen wij de

gemeenschapswachten verzoeken om de vindplaatsen van spuiten te melden.

Scholen kunnen ons rechtstreeks contacteren om probleemsituaties te melden.

Pisad (Provinciaal Interbestuurlijk Samenwerkingsverband voor Aanpak van Drugsmisbruik).

Samen met de scholen en Pisad staat de politie in voor het MEGA project.

(28)

Oorzaken en doelstellingen

Welke oorzaken van de overlast willen we wegwerken?

- in kaart brengen van de overlast van legaal en illegaal middelenmisbruik.

- voorkomen, wegwerken van de sociale aanvaarding van alcohol- en middelenmisbruik.

Om dit te bereiken kunnen we volgende SMART-doelstellingen bepalen (Specifiek, Meetbaar, Aanvaardbaar, Realiseerbaar en Tijdsgebonden) :

- verkeerscontroles - gebruik ANPR voertuig

- controles van gevoelige plaatsen (station, cafés, fuifzalen…) en tijdens evenementen ( jaarmarkt, WB voetbal…)

- opstellen van processen-verbaal, RIR, DOS-formulieren

Kritieke succesfactoren

Wij moeten steeds rekening houden met factoren die het succesvol uitvoeren van de activiteiten kunnen hypothekeren, zoals :

- een daling van het personeelseffectief

- budgettaire beperkingen

(29)

29

Gedetailleerd verloop

Hierna treft U een opsomming van alle politionele activiteiten.

PRIORITEIT : Aanpak van de overlast van legaal en illegaal middelenmisbruik EINDVERANTWOORDELIJKE : CP Benny TURREKENS

Hoofdactiviteit Verantwoordel ijke

Planning Randvoorwaarden Noodzakelijke mensen en middelen

Wanneer en hoe

rapporteren

Wat en aan wie

rapporteren

1. Zichtbare

aanwezigheid op plaatsen en evenementen die gevoelig zijn voor middelenmisbruik

Interventie (CP

LAUWAET) Verkeer (CP LAUWAET) BPT (HINP TEMMERMAN )

Verkeersco ntroles bij de

uitvoering van de normale dienst

Prioriteit voor de gewone

interventies

Medewerkers van

Interventie, Verkeer, BPT,

overlastteams

Opstellen Proces-

Verbaal, RIR.

Overlastteam s maken melding via dienstblad

PV en RIR via ISLP.(LIK exploiteert)

2.Discreet toezicht op plaatsen en evenementen die gevoelig zijn voor middelenmisbruik

LRD (HINP MIGNON)

Tijdens de gewone dienst + bij grootschali ge

evenemente n

Tussenkomen indien dringend nodig

Medewerkers lokale

recherchedien st

Opstellen Proces- Verbaal en RIR

PV en RIR via ISLP (LIK exploiteert)

3. Inzamelen en verspreiden van alle info inzake

LIK (HINP DU PONT)

Dagelijks Medewerkers

LIK

Permanent inzamelen van data

Alle

informatie ter

beschikking

(30)

middelenmisbruik stellen van alle

medewerkers 4. Opvolging +

exploitatie van alle gekende dealers

LRD (HINP MIGNON

Dagelijkse werking

Medewerkers LRD

Opstellen Proces-

Verbaal, RIR, DOS

PV, RIR en DOS via ISLP (LIK

exploiteert)

Meetplan

PRIORITEIT : Aanpak van de overlast van legaal en illegaal middelenmisbruik EINDVERANTWOORDELIJKE : CP Benny TURREKENS

Overzicht van de voorziene metingen Overzicht van de voorziene rapporteringen

Wat? Norm? Wanneer? Door wie? Hoe? Wanneer? Hoe? Aan wie?

1. Zichtbare aanwezigheid op plaatsen en evenementen die gevoelig zijn voor middelenmisbruik

Dagelijks Per

kwartaal CP

LAUWAET Dagelijks Per

kwartaal Schriftelijk Korpschef +

eindverantwoordelijke

2.Discreet toezicht op plaatsen en

evenementen die gevoelig zijn voor middelenmisbruik

Dagelijks Per kwartaal

HINP MIGNON

Dagelijks Per kwartaal

Schriftelijk Korpschef +

eindverantwoordelijke

3. Inzamelen en verspreiden van alle

Dagelijks Per kwartaal

HINP DUPONT

Dagelijks Per kwartaal

Schriftelijk Korpschef +

eindverantwoordelijke

(31)

info inzake

middelenmisbruik 4. Opvolging + exploitatie van alle gekende dealers

Dagelijks Per

kwartaal HINP

MIGNON Dagelijks Per

kwartaal Schriftelijk Korpschef +

eindverantwoordelijke

(32)

Goedkeuring door de zonale veiligheidsraad

(33)

Bijlage 2: Preventieactiviteiten PISAD 2013 regio Geraardsbergen - Lierde

Hieronder volgt een summiere bundeling van de preventieactiviteiten die in 2013 in de regio Geraardsbergen-Lierde werden gegeven.

Deze zijn slechts een greep uit het brede gamma van preventieactiviteiten die de preventiematrix van PISAD omvat.

De inhoud van de preventieactiviteiten van PISAD zijn evidence-based en wordt vastgelegd op basis van de informatie verkregen bij de intake.

(34)

Kinderen basisonderwijs

MEGA-project: Film Bange Vogel

Doelgroep Jongeren 3de graad basisonderwijs

Groepsomvang Op maat

Tijdsduur Op maat

Thema Drugs.

Kennis.

Attitudevorming.

Vaardigheden/Weerbaarheid.

Doelstellingen De jongere gaat bewust nadenken over middelen, middelengebruik en de gevolgen. Het corrigeren van foutieve kennis rond middelengebruik.

De jongere leert zijn/haar mening genuanceerd uiten (het vormen van attitudes).

De jongere komt op voor zijn/haar eigen mening (dialoog/vaardigheden via rollenspel inoefenen).

De jongere leert nadenken over alternatieven.

Inhoud/methodiek Voorstelling van PISAD.

Veiligheid en regels binnen de groep (PIKAROL).

Bespreking van de film/stellingen.

Groepsdiscussie.

Rollenspel.

Ouders worden betrokken bij de sessies door middel van de brochure cool of foute boel die naast informatie ook huiswerkopdrachten bevat die de ouder samen met zijn kind kan bespreken. (brochure cool of foute boel).

(35)

Evaluatie (pre- en posttest).

(36)

Jongeren Secundair Infosessie B-stroom

Doelgroep Jongeren uit de B-stroom

Groepsomvang Op maat

Tijdsduur Op maat

Thema Drugs

Kennis

Attitudevorming

Vaardigheden/Weerbaarheid

Doelstellingen Jongeren leren omgaan met risicovolle situaties, informatie meegeven over de gevolgen van druggebruik (lichamelijk, psycho- sociaal). Hen weerbaar maken door te werken rond stevig staan, confrontatie, lichaamstaal en grenzen stellen. Nadien krijgen de jongeren een diploma als beloning voor hun inzet.

Inhoud/methodieken EERSTE DEEL IN DE KLAS

Voorstelling van PISAD.

Veiligheid en regels binnen de groep (PIKAROL).

Situatiespel: Is dit gevaarlijk of niet?

Memory

TWEEDE DEEL IN DE TURNZAAL Rots en Water oefeningen rond:

Zelfverdedigingsgroet

Stevig staan + rollenspel alcohol drinken Confrontatie + rollenspel spijbelen Lichaamstaal + rollenspel pesten

Grenzen + rollenspel sigaret of cannabis roken Evaluatie (pre- en posttest) + uitreiken van diploma

(37)

Jongeren 1ste graad ASO/TSO/BSO/KSO Workshop energiedrankjes

Geven energiedrankjes echt vleugels?

Doelgroep Jongeren 1ste graad Secundair Onderwijs

Groepsomvang Op maat

Tijdsduur Op maat

Thema Het gebruik van energiedrankjes.

Gezonde keuzes maken.

Doelstellingen De jongere gaat bewust nadenken over het gebruik van energiedrankjes.

De jongere leert over de risico's van energiedranken.

De jongere leert gezonde alternatieven kennen.

Inhoud/methodiek Voorstelling van PISAD.

Veiligheid en regels binnen de groep (PIKAROL).

Kennisoverdracht.

Analyse van de misleidende invloed van reclame (reclamespots).

(38)

Evaluatie (pre- en posttest)

(39)

Jongeren 1ste graad secundair onderwijs ASO/TSO/BSO/KSO Film Afblijven

Doelgroep Jongeren 1ste graad secundair onderwijs

Groepsomvang Op maat

Tijdsduur Op maat

Thema Drugs

Kennis

Attitudevorming

Vaardigheden/Weerbaarheid

Doelstellingen Het herkennen en duiden van de lichamelijke en emotionele gevolgen van druggebruik op de gebruiker, vriendenkring en familie.

Herkennen en leren omgaan met groepsdruk (rollenspelen).

Inhoud/methodiek Voorstelling van PISAD

Veiligheid en regels binnen de groep (PIKAROL)

Bespreking van de film/stellingen

Groepsdiscussie

Rollenspel

Evaluatie (pre- en posttest)

(40)

Jongeren 2de graad secundair onderwijs Infosessie

Doelgroep Jongeren 2de graad secundair onderwijs

Groepsomvang Op maat

Tijdsduur Op maat

Thema Drugs

Kennis

Attitudevorming

Vaardigheden/Weerbaarheid Probleemoplossend denken

Doelstellingen De jongere gaat bewust nadenken over middelen, middelengebruik en de gevolgen. Het corrigeren van foutieve kennis rond middelengebruik.

Er wordt gewerkt aan de centrale en perifere route (blijvende attitude).

Probleemoplossend vaardigheden/creatief omgaan met problemen/maken van gezonde keuzes.

Inhoud/methodieken Voorstelling van PISAD

Veiligheid en regels binnen de groep(PIKAROL)

Brainstorm drugs

Discussieforum – Stellingenspel

Situatiespel aangevuld met rollenspelen Evaluatie (pre- en posttest)

(41)

Jongeren 2de graad secundair onderwijs ASO/TSO/BSO/KSO Rock ZERO

Doelgroep Jongeren van de 2de graad

Groepsomvang Op maat

Tijdsduur Op maat

Thema Alcohol.

Attitudevorming.

Gezonde keuzes maken.

Doelstellingen De jongere gaat bewust nadenken over het eigen alcoholgebruik en dat van hun peers (vrienden, leeftijdsgenoten).

Het verfijnen van kennis en attitudes.

Werken rond attitudes en sociale normen.

Boodschap van het spel: "alcohol, begin er niet te vroeg mee".

Inhoud Voorstelling van PISAD.

Veiligheid binnen de groep (PIKAROL).

Het spel is opgebouwd rond drie thema's, verwerkt in 3 spelrondes:

- Spelronde 1: feiten en fabels - Spelronde 2: vrienden en ik - Spelronde 3: in beeld

Bespreking en uitleg van de juiste antwoorden.

Evaluatie (pre-en posttest).

(42)

Jongeren 2de graad secundair onderwijs ASO/TSO/BSO/KSO Ervaringsdeskundige

Doelgroep Jongeren uit het secundair onderwijs

Groepsomvang Op maat

Tijdsduur Op maat

Thema Drugs

Levensverhaal

Doelstellingen De jongere gaat bewust nadenken over middelen middelengebruik en de gevolgen.

De jongere leert nadenken over alternatieven/ontwikkelen van gezonde copingstrategieën.

Het verhaal van de ervaringsdeskundige leert dat druggebruik/alcoholgebruik ook gevolgen heeft voor anderen (ouders, familie, vrienden, …).

Inhoud/methodiek Een ex-druggebruiker of ouder van druggebruiker doet zijn/haar levensverhaal en gaat in dialoog met de groep onder supervisie van de drugbegeleider PISAD.

Evaluatie (pre- en posttest).

(43)

Jongeren 3de graad secundair onderwijs Relaties onder invloed

Doelgroep Jongeren 2de en 3de graad secundair onderwijs

Groepsomvang Op maat

Tijdsduur Op maat

Thema Drugs

Kennis Attitudes Risico's

Doelstellingen De jongere gaat bewust nadenken over alcohol/middelengebruik en de gevolgen al dan niet op relationeel vlak, vormt zich een onderbouwde mening en kan deze ook communiceren binnen de relatie.

Inhoud/methodiek Voorstelling van PISAD.

Veiligheid en regels binnen de groep (PIKAROL).

Brainstorm.

Wettelijk kader.

Impact op de hersenen.

Veiligheid binnen relaties.

Seksualiteit en risicogedrag.

Analyse van voor jongere herkenbare verhalen en situaties (groepswerk).

Evaluatie (pre- en posttest).

(44)

Jongeren in het algemeen (stationsbuurt en jeugdhuis)

Preventiecampagnes: vb. Cannabiscampagne 'laat je niet vangen'

Doelgroep Jongeren in het algemeen

Groepsomvang Op maat

Tijdsduur Op maat

Thema Cannabiscampagne 'laat je niet vangen'

Doelstellingen De jongere gaat bewust nadenken over cannabisgebruik en de gevolgen.

De jongere leert zijn/haar mening genuanceerd uiten.

De jongere komt op voor zijn/haar eigen mening.

De jongere leert nadenken over alternatieven.

Inhoud/methodiek Feiten en Fabel van VAD.

Op een ludieke maar toch realistische manier de impact en gevolgen van alcoholgebruik op het lichaam en gewaarwordingen laten ervaren.

Brillenparcours (promillebril en eendjes).

(45)

Intermediairen

Ouders van pubers (in spe)

Doelgroep Ouders, grootouders, directies, leerkrachten, ondersteunend personeel van jongeren uit de 3de graad basisonderwijs

Groepsomvang Op maat

Tijdsduur Op maat

Thema Productinformatie.

Signaalgedrag.

Hoe omgaan met druggebruik.

Doelstellingen De deelnemers krijgen een zicht op de signalen van druggebruik en hoe hierop te reageren.

De deelnemer krijgt inzicht in de verschillende producten (uitzicht, werking, risico's).

Inhoud/methodiek Voorstelling van PISAD.

Informatieoverdracht en ruimte voor dialoog.

Evaluatie.

(46)

Intermediairen

Voor iedereen die het wil weten

Doelgroep Iedereen die interesse heeft in het thema

Groepsomvang Op maat

Tijdsduur Op maat

Thema Voorstellen PISAD.

Signaalgedrag.

Hoe omgaan met druggebruik.

Doelstellingen Gezinsgericht preventieproject ter preventie van tabak-, alcohol- en ander druggebruik bij jongeren.

Centraal staat het versterken van beschermende opvoedingsvaardigheden van ouders, zodat jongeren gezonde keuzes maken inzake tabak, alcohol en drugs.

Specifieke aandacht voor ouders in een maatschappelijk kwetsbare positie.

Inhoud Voorstelling van PISAD.

Presentatie pakket 'als kleine kinderen groot worden'.

Evaluatie (pre- en posttest).

(47)

Preventies naar intermediairen op maat

Doelgroep Organisatoren van kerstmarkten

Groepsomvang Alle participanten van kerstmarkten in Geraardsbergen

Tijdsduur Op maat

Thema Mogelijke preventieve maatregelen.

Kennisgeving van de wetgeving van alcoholgebruik (leeftijdsgrenzen, niet-limitatieve lijst met sterke dranken,..).

Doelstellingen De deelnemers krijgen een zicht op de wetgeving betreffende alcoholgebruik.

De deelnemer krijgt een overzicht van mogelijke preventieve maatregelen.

Inhoud Brochure op maat werd uitgewerkt en ter beschikking gesteld van de organisatoren.

(48)

Algemene bevolking

Villa Vantilt, Veiligheidsdag, enz.

Doelgroep Iedereen die interesse heeft in het thema

Groepsomvang /

Thema Drugsquiz.

Parcours met promillebrillen.

Doelstellingen Bekendheid organisatie.

Preventie naar algemene bevolking.

Inhoud Voorstelling van PISAD.

Drugsquiz.

Parcours met promillebrillen.

Cakes met preventieve boodschap.

(49)

Preventieactiviteiten op maat Enkele voorbeelden uit de pratkijk.

Preventieve actie naar nachtwinkels

Campagne VAD: 'begin niet te vroeg: -16 geen alcohol, -18 geen sterk drank', gericht naar detailhandel.

Preventieve slogan tijdens WK voetbal

Ontwikkelen van een preventieve slogan die tijdens de reclameblokken van het WK-voetbal werd geprojecteerd.

Enz.

(50)

Preventiemateriaal

leeftijdsbandjes Alcoholbandjes +16 en +18

Affiches '16 en alcohol'

Diverse affiches met preventieve boodschappen Enz.

Folders Sishapennen

energiedranken folder PISAD Enz.

Brochures 'Cool of foute boel'

No shit?

Jongeren en druggebruik: een leiddraad voor ouders Enz.

Promillebrillen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Sarah van den Herrewegen Nele Macharis Congres Expoo.. 7

projectvereniging, opgenomen: "Het coördineren én organiseren van wijk-werken, een stelsel waarin werkzoekenden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt tijdelijk

Het speerpunt Urban Management wil de komende jaren proberen een verschil in de stad te maken rondom drie grootstedelijke maatschappelijke thema’s: (1) sociaaleconomische

Werken van Vermeer en Fabritius heeft het museum helaas niet – die waren na de herontdekking van deze kunstenaars rond het midden van de 19e eeuw voor een museum van dit formaat

6) aangestelden die de kermisactiviteit uitoefenen voor rekening of in dienst van de personen bedoeld in 1) t.e.m. 4) onder gezag en in aanwezigheid van deze persoon of van

Niet-ernstig level 1 dyspneu ↑ bij inspanning sputumverandering + hoesten ↑ koorts <38,5 °C en minder dan 3 dagen afwezigheid van symptomen van een (zeer) ernstige acute

de feitelijke venno(o)t(en) van de natuurlijke persoon aan wie de standplaats werd toegewezen, houder van een “machtiging als werkgever” voor de uitoefening van een

PISAD nam tevens deel aan verschillende activiteiten die in de regio voor en/of door jongeren georganiseerd werden. In februari 2008 werd een charter afgesloten tussen de