• No results found

Kwaliteitsverslag. Hapert, Kwaliteitsverslag 2019 Pagina 1 van 19

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Kwaliteitsverslag. Hapert, Kwaliteitsverslag 2019 Pagina 1 van 19"

Copied!
19
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Kwaliteitsverslag

2019

Hapert, 2020

(2)

Inleiding

Het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg geeft een handreiking voor het opstellen van het

kwaliteitsverslag. We volgen deze handreiking. Dit kwaliteitsverslag start met een verantwoording van zorgvisie en kernwaarden (Hoofdstuk 1) en doelgroep en werkwijze (Hoofdstuk 2). Daarna volgt een beschrijving van de uitkomsten van de volgende acht onderwerpen.

• Persoonsgerichte zorg en ondersteuning (Hoofdstuk 5)

• Wonen en welzijn (Hoofdstuk 6)

• Veiligheid (Hoofdstuk 7 en bijlage 1)

• Leren en werken aan kwaliteit (Hoofdstuk 8)

• Leiderschap, governance en management (Hoofdstuk 9)

• Personeelssamenstelling (Hoofdstuk 3)

• Gebruik van hulpbronnen(Hoofdstuk 10)

• Gebruik van informatie (Hoofdstuk 11)

Met dit kwaliteitsverslag voldoen we aan het kwaliteitskader verpleeghuiszorg. Jaarlijks verantwoorden we ons over de voortgang van het kwaliteitsplan in een kwaliteitsverslag. In dit kwaliteitsverslag verantwoorden we ons over de voortgang binnen ons kwaliteitsplan over het jaar 2019. Dit kwaliteitsverslag is openbaar en wordt gepubliceerd op onze website. Hiermee

verantwoorden we ons over de voortgang van onze kwaliteitsdoelstellingen. Het is bedoeld voor alle stakeholders en geïnteresseerden. Het kwaliteitsverslag is, evenals het kwaliteitsplan, tot stand gekomen in nauw overleg met directie en medewerkers.

(3)

Hoofdstuk 1

Zorgvisie en kernwaarden;

Onze zorgvisie en kernwaarden zijn transparant en op meerder plaatsen terug te vinden, zoals;

● Website

● Huisregels

● Kwaliteitsplan

● Scholingsplan

● Jaarplan

● Gedragscode

● Inwerkprogramma

In de verslagperiode hebben we de zorgvisie besproken met het gehele team tijdens het teamoverleg en hebben we deze gekoppeld aan het vernieuwde huisreglement bewoners. Daarnaast is het jaar- en scholingsplan 2020 gepubliceerd op de website. Alle medewerkers uit het team lezen het jaarplan en scholingsplan door. Daarnaast is onze missie en visie een onderdeel tijdens sollicitatiegesprekken ter werving van nieuwe medewerkers, en tijdens jaargesprekken met het huidige personeelsbestand.

Het management is dagelijks actief betrokken op de werkvloer, in het coachen en ondersteunen van het team. Dit wordt door het team gewaardeerd en als zeer prettig ervaren. Het management ziet hierdoor ook een groei in de kwaliteit van medewerkers, zij lijken zich meer bekwaam op de werkvloer te voelen en hierdoor verbeterde de kwaliteit van zorg.

In 2019 heeft de focus gelegen op onbegrepen gedrag. Daarnaast is er geschoold in wondzorg, verpleegtechnische handelingen en palliatieve zorg. Er is een traject gestart rondom onbegrepen gedrag gestart, waarbij een kernteam zich gespecialiseerd heeft, de rest van het team is hier vervolgens in meegenomen. Teamleden voelen zich beter toegerust in omgaan met onbegrepen gedrag.

Daarnaast is er een verbeterslag gemaakt op het vlak van samenwerken met bewoners en diens naasten. In 2019 zijn vrijwel alle eerste contactpersonen gestart met het werken in het

verwantenportaal. Dit heeft tot effect dat naasten beter op de hoogte (kunnen) blijven, en dat er veilige communicatie via dit portaal gehouden wordt.

(4)

Hoofdstuk 2

Doelgroep en werkwijze

Tijdens de verslagperiode voldeden we naar onze mening aan de kwaliteit zoals we deze in vier thema’s hebben verwoord in het kwaliteitsplan;

1 Gedreven om de best mogelijke zorg te bieden:

● Kleinschalig: dat wil zeggen maximaal 13 cliënten;

● Aansturing team: de directie/management is direct betrokken bij de zorgverlening op de werkvloer;

● Passie, inzet en betrokkenheid staan hoog in het vaandel, dit blijkt onder andere uit de zorgvisie en kernwaarden;

● Het is vanzelfsprekend dat de personeelsbezetting is afgestemd op de doelgroep en in overeenstemming is met de missie en visie. Dit is inzichtelijk gemaakt door een toelichting op de personele bezetting met een onderbouwing daarin opgenomen (zie hoofdstuk 4);

● De Hapertse Kluis kan in zeldzame omstandigheden besluiten dat overplaatsing naar een andere zorgvoorziening noodzakelijk is. Dit is altijd in overleg met een deskundige en met het oog op het leveren van kwaliteit en veiligheid;

● Voor onze medewerkers is een gedragscode (beroepscode) opgesteld, waarbij wordt verwacht dat men te allen tijde een professionele werkhouding aanneemt.

Evaluatie: In 2018 is er naar toegewerkt dat alle medewerkers een zorgachtergrond hebben, zelfs bijvoorbeeld in de interieurverzorging. Waar nodig zijn cursussen aangeboden. In 2019 hebben we, om aan een zwaarder wordende doelgroep tegemoet te komen, bewust het opleidingsniveau verhoogd. Zo zijn bij uitstroom van collega’s van een helpende niveau, collega’s met een verzorgende opleidingsniveau aangenomen. Tevens zijn er onder de verantwoordelijke diensten meer verpleegkundigen aangenomen. Dit zal ook in de nachten uitgebreid worden, dit wordt in 2020 gerealiseerd.

2 Actief betrokken bij de brancheorganisatie Riant Verzorgd Wonen:

● We delen actief informatie met collega-voorzieningen;

● We staan ervoor open om collega’s te ontvangen om nader kennis te maken;

● We nemen deel aan gezamenlijke bijeenkomsten;

● We nemen op directieniveau deel aan een lerend netwerk;

● We stellen medewerkers in staat om deel te nemen aan reflectiebijeenkomsten als onderdeel van een lerend netwerk.

3 Voldoen aan wettelijke verplichtingen en regelgeving

● We voldoen aan het kwaliteitskader verpleeghuiszorg;

● We voldoen aan IGZ inspectienormen;

● We voldoen aan normen van de inspectie sociale zaken en werkgelegenheid.

Evaluatie: In 2018 is de inspectie is op bezoek geweest, dit bezoek had een positieve beoordeling.

Daarnaast zijn verbetersuggesties vanuit de inspectie opgenomen in nieuw beleid en doorgezet naar het team, dit heeft ook nog in 2019 plaatsgevonden. Daarnaast zijn we in 2019 bezig geweest met de voorbereiding van de Wet Zorg en Dwang.

4 Open(baar)heid

● Uitkomsten en analyses van tevredenheidsonderzoeken onder bewoners en/of contactpersonen stellen we ter beschikking aan belanghebbenden;

● Uitkomsten en analyses van tevredenheidsonderzoeken onder medewerkers stellen we ter beschikking aan belanghebbenden;

(5)

Evaluatie 2019: in een eerder inspectiebezoek is aangegeven dat we te kleinschalig zijn voor een cliëntenraad. Echter zijn we onlangs op de hoogte gesteld van nieuwe richtlijnen, waarin staat dat een cliëntenraad ook voor ons van toepassing is. Deze zal daarom zo snel mogelijk opgericht worden.

Voorheen werden er huiskamervergadering/bewonersvergadering georganiseerd. Bewoners die de mogelijkheid hadden om hierbij aan te sluiten werden hiervoor uitgenodigd. Naarmate de populatie bewoners dit steeds minder toeliet zijn deze overleggen na verloop van tijd gestopt.

Hoofdstuk 3 Personeel

In 2019 is het gelukt om ten alle tijden de bezetting naar wens in te vullen, met het team dat we hebben. Ook bij ziekte is het gelukt om op een juiste manier mensen te vervangen. We hebben de keuze gemaakt om enkel nog mensen in dienst te nemen met een zorgachtergrond, of huidig personeel zonder zorgachtergrond bij te scholing. Dit doel is gedurende het jaar behaald.

Bij verloop van medewerkers is er kundig nieuw personeel aangenomen. Ook in 2019 is er sprake geweest van verloop, wat ons de mogelijkheid gaf om het algemene opleidingsniveau onder medewerkers te verhogen. Daarnaast is er in 2019 meer tijd geweest voor inwerken van nieuwe medewerkers, om hierbij bij te dragen aan de kwaliteit van zorg en behoud van nieuwe medewerkers.

In 2019 waren er de volgende personeelswijzigingen:

Omschrijving aantal fte

Vertrokken medewerkers 9 3.75

Nieuwe medewerkers 9 3.33

Dankzij onze platte organisatie en korte lijnen kunnen in onze zorgvoorziening de zorggelden optimaal worden benut waarvoor het is bedoeld. Uit het accountantsrapport behorend bij het financieel jaarverslag blijkt dat meer dan 90 % van de zorggelden wordt besteed aan direct bewoner gebonden personele kosten.

De in ons kwaliteitsplan beschreven kaders hebben we grotendeels behaald, hieronder evalueren we op deze kaders;

Wij hanteren de volgende kaders voor voldoende en bekwaam personeel, ingedeeld in drie thema’s:

1 Aandacht, aanwezigheid en toezicht

● Tijdens de zorg en ondersteuning bij intensieve zorgmomenten (zoals opstaan en naar bed gaan) zijn er minimaal drie zorgmedewerkers beschikbaar om deze taken te verrichten;

● Tijdens de dag en avond is er permanent iemand in de huiskamer of gemeenschappelijke ruimte om de aanwezige bewoners de benodigde aandacht en nabijheid te bieden en toezicht te houden;

● In iedere dagdienst, ook in het weekend, is er iemand aanwezig die de juiste kennis en competenties heeft om separaat van de zorgtaken aandacht te besteden aan zingeving/zinvolle dag-invulling van bewoners;

● De zorgmedewerkers die in direct contact zijn met de bewoners, kennen de bewoner, zijn op de hoogte van hun achtergrond en persoonlijke wensen.

Alle bovenstaande punten zijn in 2019 grotendeels behaald. Bij punt 2 is het soms lastig realiseren, in geval van veel bellen van verschillende bewoners, of grote onrust onder bepaalde bewoners. Er is daarom ook extra scholing gegeven in 2019 omtrent onbegrepen gedrag, waarbij het levensverhaal van de individuele bewoner is ingezet als essentieel om bepaald gedrag te kunnen begrijpen.

(6)

Daarnaast hebben we omtrent één casus het CCE betrokken, in dit traject kwam ook het levensverhaal sterk naar voren.

2 Specifieke kennis, vaardigheden

● Er is altijd iemand aanwezig die met zijn of haar kennis en vaardigheden aansluit bij de (zorg)vragen en (zorg)behoeften van de bewoners;

● Er is 24/7 een calamiteitendienst bereikbaar;

● Er is een arts bereikbaar en oproepbaar, huisarts of huisartsenpost;

● Er zijn aanvullende voorzieningen beschikbaar voor (on)geplande zorg, vragen of toenemende complexiteit zoals: opschalen van personeel, inroepen specialist ouderengeneeskunde, overleg medisch specialist of gedragsdeskundige/psycholoog, inschakelen Centrum voor Consultatie en Expertise (CCE), in gang zetten ‘meer-zorg’ en dergelijke.

Alle bovenstaande punten zijn in 2019 behaald. Bij punt 4 is er een stijgende lijn te zien in de samenwerking met psycholoog en SO’er. Er is in 2019 een start gemaakt om te komen tot een nog intensievere samenwerkingsovereenkomst met een SO en psycholoog. Door reorganisatie binnen de werkomgeving van de SO is dit een lang traject geworden wat ook in 2020 verder doorgezet wordt.

Hieronder valt ook 24 uurs beschikbaarheid van de SO arts. Daarnaast is er aansluiting gevonden bij CCE bijeenkomsten, voor verdere verdieping, en is er een individueel CCE traject gestart rondom één bewoner wat ook in 2020 doorloopt.

3 Reflectie, leren en ontwikkelen

● Er is voor iedere medewerker voldoende tijd en ruimte om te leren en zich te ontwikkelen via feedback, intervisie, reflectie en scholing. Op grond van de opleidingsbehoefte van het zorgpersoneel, alsmede de doelstellingen van de organisatie en de ontwikkelingen in de zorg, worden scholingen georganiseerd ten behoeve van de (individuele) vak-ontwikkeling.

Deze zijn opgenomen in het scholingsplan;

● We zijn aangesloten bij het Lerend Netwerk en participeren in bijeenkomsten en scholingen, waarbij ook teamleden aansluiten;

● Er is voldoende tijd beschikbaar om als zorgcoördinator deel te nemen aan multidisciplinair overleg;

● In de functioneringsgesprekken komen competentie- en loopbaanontwikkeling aan de orde;

Alle bovenstaande punten zijn in 2019 behaald, en blijven in de komende jaren een terugkerend thema. De acties die hierin gemaakt worden zijn terug te vinden in ons scholingsplan, welke jaarlijks geëvalueerd wordt, ten behoeve van een nieuw scholingsplan. Daarnaast hebben alle zorgcoördinatoren boventallige uren voor de gehele procesbewaking. Zodra de samenwerking met SO en psycholoog nog verder is uitgediept zullen multidisciplinaire overleggen frequenter met zorgcoördinatoren gepland worden.

(7)

Hoofdstuk 4 Beleid

Het jaarplan 2019 met meetbare doelstellingen wordt regelmatig gemonitord en ieder kwartaal geëvalueerd. Het jaarplan 2019 heeft geleid tot de volgende bevindingen:

● Zorgplannen: Het methodisch werken hebben we verder aangescherpt door te gaan

rapporteren op doelen in het zorgplan. Daarnaast zijn we gaan werken met episodes. In 2020 zal er een verdere verdieping plaatsvinden in de klinimetrie.

● Er is twee jaarlijks gemonitord of alle zorgplannen nog op orde zijn. Daarnaast is er regelmatig een algehele controle gehouden op de dossiers van bewoners en zijn

zorgcoördinatoren gecoacht om deze goed op orde te houden. Aangebrachte verbeteringen werden met het gehele team gecommuniceerd.

● In 2019 heeft een leerling onderzocht in hoeverre personeel goed op de hoogte is van het digitaal methodisch werken. Zij is op zoek gegaan naar begeleidingsvragen. De uitkomsten van dit onderzoek worden in 2020 omgezet tot acties.

● Er heeft een gesprek plaatsgevonden met de huisarts om informatie op papier te krijgen rondom wilsbekwaamheid en wilsonbekwaam ter zake van individuele bewoners. Dit in het kader van Wet Zorg en Dwang. Echter laat de schriftelijke uitwerking hiervan laat op zich wachten, waardoor we dit verder op gaan pakken met de SO arts.

● Er is deelgenomen aan het lerend netwerk via Riant Verzorgd Wonen.

● De verschillende aandachtsvelders hebben tijdens team overleggen ruimte gehad om hun aandachtsveld onder de aandacht te brengen en kennis te vergroten in het team.

● Er is meer samengewerkt met de psycholoog en SO’er, wat een positief effect had op de zorg voor de betreffende cliënt.

(8)

Hoofdstuk 5

Persoonsgerichte zorg en ondersteuning

Net als in eerdere jaren, hebben we in deze verslagperiode geconstateerd dat de zorg en

ondersteuning voor elke bewoner op maat is. Dat wil onder andere zeggen dat iedere bewoner een zorgplan heeft, dat is gebaseerd op diens unieke persoonlijke wensen en verlangens en dat de professionele zorg voortdurend is afgestemd op de actuele zorgvraag, blijkend uit observaties en rapportages. Aan onderstaande thema’s, ontleend aan het kwaliteitskader verpleeghuiszorg, wordt binnen onze locatie voldaan. Dit hebben we als management en directie waargenomen en

geconstateerd op basis van functioneringsgesprekken, observaties tijdens onze aanwezigheid op de werkvloer, contacten met bewoners, naasten, MDO-besprekingen, zorgplanbesprekingen,

overdrachten, rapportages, werkbesprekingen en teamoverleg.

Compassie: nabijheid, vertrouwen, aandacht en begrip

● Medewerkers kennen het verhaal, de behoeften en wensen, de zorgen, problemen en levensvragen van elke bewoner;

● Medewerkers spreken de bewoner aan op een respectvolle manier die de bewoner prettig vindt;

● Medewerkers praten met bewoners en niet over bewoners;

● Medewerkers maken echt contact met bewoners;

● Medewerkers hebben aandacht voor familie, naasten en mantelzorgers;

● Medewerkers hebben inlevingsvermogen, begrip en tonen empathie;

● Medewerkers beschikken over een breed repertoire aan communicatieve en sociale vaardigheden en beschikken over de juiste kennis en vaardigheden op het gebied van zorg die wordt geleverd;

● Medewerkers hebben respect voor normen en waarden van de bewoners, naasten en mantelzorgers.

Evaluatie: Er is extra aandacht uitgegaan naar de individuele levensverhalen van bewoners. Dit is in team overleggen, scholingen, CCE-traject en een onderzoek vanuit een leerling naar voren gekomen.

In het kader van Wet Zorg en Dwang is er veel aandacht geweest voor bewustwording rondom eigen regie van bewoner. Ook is hierbij gericht gekeken naar alternatieven, zodat bewoners met beperkingen ook nog steeds eigen regie kunnen voeren en eigen keuzes kunnen blijven maken waar mogelijk. Ook is er aandacht geweest voor het risico tot het onbewust meenemen van eigen normen en waarden naar de werkvloer.

Uniek zijn: gezien worden in persoonlijke context, eigen identiteit.

● Er is aandacht voor wat bewoners belangrijk en zinvol vinden om te doen. Er is aandacht voor levensbeschouwing en het onderhouden van contacten;

● Als een bewoner dat wil, wordt deze geholpen, met respect voor eigen regie en autonomie;

● Medewerkers zoeken naar de betekenis van gedrag als een bewoner zich onvoldoende of niet meer kan uitdrukken;

● Medewerkers dragen er zorg voor dat de bewoners zich veilig voelen;

● Medewerkers behandelen bewoners met respect;

● Bewoners worden zo veel als mogelijk bij activiteiten en belevenissen betrokken, mits zij hier behoefte aan hebben. Zij maken hier altijd zelf de keuze in;

● Bewoners kunnen zoveel mogelijk hun eigen keuzes maken en kunnen zoveel mogelijk hun leefstijl voortzetten;

● Medewerkers kunnen risico’s en risicovol gedrag inschatten en hier adequaat naar handelen;

● Medewerkers zijn in staat om veranderd gedrag te duiden, en roepen waar nodig hulp in van een externe professional;

(9)

● Medewerkers hebben aandacht voor de naaste(n) van de bewoner als onderdeel van zijn eigen leven;

● Medewerkers kunnen bij het volgen van professionele richtlijnen en standaarden een goede afweging maken, in het licht van de persoonlijke situatie en wensen van de bewoner;

● Dilemma’s worden samen besproken.

Autonomie: behoud van eigen regie over leven en persoonlijk welbevinden ook bij zorg in de laatste levensfase

● Bewoners kunnen, zover mogelijk, hun eigen leven vorm en inhoud geven zowel in grote als in kleine onderdelen van de dag;

● Indien een bewoner de regie niet meer kan nemen, krijgen diens naasten de kans om diens ogen en oren te zijn en de wensen te verwoorden of gedrag toe te lichten en te verklaren;

● Medewerkers laten zich primair leiden door de eigen wensen van de bewoner. Daarbij geldt als uitgangspunt zelfzorg stimuleren;

● Bewoners krijgen de kans om zoveel mogelijk zelf sturing over hun leven te houden;

● Medewerkers wegen met de bewoners en zijn naaste(n) de veiligheidsrisco’s af tegen de kwaliteit van leven;

● Wensen van en afspraken met de cliënt worden gedeeld met naasten en op regelmatige basis opnieuw besproken met de bewoner.

Zorgdoelen: Iedere cliënt heeft afspraken over en inspraak bij de doelen ten aanzien van zijn/haar zorg, behandeling en ondersteuning

● Iedere bewoner heeft een eigen actueel zorgplan en zorgdossier dat in samenspraak met de bewoner en/of diens contactpersoon is opgesteld;

● De bewoner en/of diens contactpersoon geeft aan zich te herkennen in het zorgplan en het zorgdossier, zo niet dan wordt dat besproken;

● De bewoner en/of diens contactpersoon is aanwezig bij het multidisciplinair overleg (MDO), tenzij deze dat niet wil. De bewoner en/of diens contactpersoon wordt in staat gesteld om zich op het MDO voor te bereiden. De inbreng van de bewoner en/of diens contactpersoon doet ertoe om de zorgverlening beter af te stemmen op behoeften;

● Met de bewoner en/of diens contactpersoon wordt op regelmatige basis besproken of de zorg- en behandelafspraken worden nagekomen en of de zorg aan de wensen en behoeften voldoet;

● Iedere bewoner beschikt binnen uiterlijk zes weken na opname over een zorgplan en zorgdossier;

● Binnen 24 uur zijn in ieder geval zaken zoals medicatie, dieet, primaire hulpvraag, een eerste contact persoon en handelen bij calamiteiten vastgelegd in het zorgdossier;

● Het zorgplan wordt opgesteld door tenminste een niveau 3 zorgverlener, die tevens voor deze bewoner de zorgcoördinator is;

● Medewerkers werken individueel en multidisciplinair samen met een actueel zorgplan dat ook werkelijk verbinding houdt met de uitvoering van zorg;

● Medewerkers hebben inzicht in de situatie van de bewoner, inzicht in het zorg- en behandelproces rondom de bewoner en werken hierin samen als multidisciplinair team;

● Medewerkers kunnen inzicht geven over de zorg aan de bewoner, aan diens naasten en aan collega’s.

Evaluatie: In 2019 is er voor gekozen om toekomstige bewoners al tijdig via een intake te leren kennen. Zodat teamleden zich voldoende kunnen inlezen voor opname. Daarnaast is er voorafgaand aan de start van de Wet Zorg en Dwang is er gewerkt om zoveel mogelijk schriftelijk vast te leggen welke bewoners wilsonbekwaam ter zake zijn. Dit om de juiste zaken met de juiste persoon te kunnen bespreken. Dit proces gaat in 2020 verder.

(10)

Hoofdstuk 6 Wonen en welzijn

Ook in deze verslagperiode staan bij ons wonen en welzijn voor de bewoners hoog in het vaandel.

We hebben in vijf thema’s vastgesteld wat de kenmerken zijn van wonen en welzijn binnen onze woonzorgvoorziening. Deze thema’s zijn ontleend aan het kwaliteitskader verpleeghuiszorg. Dit hebben we als management en directie waargenomen en geconstateerd op basis van functioneringsgesprekken, observaties tijdens onze aanwezigheid op de werkvloer, contact met cliënten en naasten, MDO-besprekingen, zorgplanbesprekingen, overdrachten, rapportages, werkbesprekingen en teamoverleggen.

Zingeving

● Er is door medewerkers aandacht voor specifieke levensvragen zoals omgaan met verlies van functies, eenzaamheid, rouw, depressie, ouderdom en invulling van de laatste levensfase;

● Indien een bewoner iets kan en wil betekenen voor een ander ondersteunen we dat;

● Het is voor iedere bewoner mogelijk om een geestelijk verzorger te spreken van de eigen levensbeschouwelijke signatuur.

Zinvolle tijdsbesteding

● Bewoners kunnen iedere dag deelnemen aan verschillende activiteiten, individueel of in groepsverband;

● Bewoners worden gestimuleerd om te bewegen;

● Bewoners kunnen naar buiten als zij dat willen;

● Bij de uitvoering van de dagactiviteiten kan een bewoner begeleiding krijgen van professional;

● Er wordt bij de tijdsbesteding rekening gehouden met verschil in behoefte aan ondersteuning en zorg.

Evaluatie: er wordt door de huiskamerdiensten actief gezocht naar passende activiteiten voor onze doelgroep. In 2020 sluiten twee activiteitenbegeleiders aan bij het Lerend Netwerk om hier nog meer vorm aan te geven. Hierbij ontvangen zij ook intervisie rondom activiteiten en bewoners met onbegrepen gedrag.

Schoon en verzorgd lichaam plus verzorgde kleding

● Iedere bewoner ontvangt naar eigen wens en behoefte en in overleg met diens naasten de dagelijkse persoonlijke verzorging van lichaam en kleding.

Familieparticipatie en inzet vrijwilligers

● Zorgverleners geven naasten en andere betrokkenen uit het sociale netwerk van de bewoner de ruimte om in de zorg en ondersteuning te participeren;

● Het beleid rondom participatie familie is bekend bij bewoners en zorgverleners;

Evaluatie: familieleden hebben in 2019 allen de kans gehad om zich aan te melden voor het verwantenportaal Caren Zorgt. Het grootste gedeelte van de familie heeft dit ook gedaan en heeft nu betere inzicht rondom zorgplannen, de dagelijkse zorg, en kan beveiligd digitaal communiceren. In 2020 wordt onderzocht of ook het bewonersverhaal nog meer vanuit familie digitaal ingegeven kan worden.

Wooncomfort: gastvrijheid, maaltijden, schoonmaak en inrichting

● De inrichting van de woonomgeving is aangepast aan zorg- en ondersteuningsbehoeften;

● De privé, verkeers- en gedeelde (recreatie)ruimten zijn schoon en veilig;

● Bewoners worden in de gelegenheid gesteld met eigen spullen hun studio in te richten;

● Dagelijks wordt een evenwichtige maaltijd verzorgd waarbij rekening wordt gehouden met geloofs- en levensovertuiging;

● Bewoners worden zoveel mogelijk betrokken bij het samenstellen van de (week)menu’s;

(11)

● Bewoners worden daar waar mogelijk en wenselijk betrokken bij het halen van boodschappen en het bereiden van de maaltijden;

● Bezoek voor bewoners is altijd welkom;

● Bezoek voor de bewoners wordt altijd koffie of thee aangeboden. Zij mogen dit ook zelf pakken.

(12)

Hoofdstuk 7 Veiligheid

Ook in deze verslagperiode is bij ons de veiligheid van cliënten van groot belang. We hebben in vier thema’s vastgesteld wat de kenmerken zijn van veiligheid in onze woonzorgvoorziening. Deze thema’s zijn ontleend aan het kwaliteitskader verpleeghuiszorg.

Medicatieveiligheid

● Minimaal eenmaal per jaar organiseren we een medicatiereview met de apotheker en de huisarts;

● We analyseren de MIC meldingen minimaal tweemaal per jaar en we besteden aandacht aan oorzaken en verbetermogelijkheden. Hierbij betrekken we de medewerkers en zo nodig voeren we een retrospectieve risicoanalyse uit;

● We beperken het antipsychoticagebruik in samenspraak met de huisarts zoveel mogelijk en we registreren de prevalentie van het gebruik van antipsychotica om te kunnen vergelijken met voorzieningen uit het lerend netwerk;

● We beperken het antibioticagebruik in samenspraak met de huisarts zoveel mogelijk en we registreren de prevalentie van het gebruik van antibiotica om te kunnen vergelijken met voorzieningen uit het lerend netwerk.

Evaluatie: doel is om de medicatiereview tweemaal per jaar te gaan doen, in verband met wisselende problemen in individuele agenda’s (van huisarts en apotheek), is dit moeizaam verlopen in 2019. Toch is dit doel wel behaald! Daarnaast worden MIC meldingen individueel doorgaans wekelijks bekeken en geanalyseerd, waar nodig wordt er met familie of collega’s de inhoud besproken. Er is jaarlijks een verslag wat ook in het team besproken worden.

Decubitus en mondzorg

● Er vindt regelmatige monitoring plaats van huidletsel, voedingstoestand en mondzorg bij alle bewoners;

● Bespreking van de bevindingen van deze monitoring vindt plaats met de medewerkers en met voorzieningen uit het lerend netwerk.

Evaluatie: er is in 2019 middels scholing extra aandacht geweest voor mondzorg, acties zijn door de aandachtsvelder mondzorg verder uitgewerkt en uitgevoerd. Hoe de individuele mondzorg van bewoners geregeld is, staat in de dossiers van bewoners.

Inzet vrijheidsbeperkende maatregelen

● Indien onvrijwillige zorg is geïndiceerd waar binnen woonzorg Hapertse Kluis geen mogelijkheden toe zijn, betekent dit dat de betreffende bewoner dient te worden overgeplaatst naar een voorziening die hiertoe gemachtigd is;

● Vrijheidsbeperkende maatregelen (VBM) worden met de grootst mogelijke terughoudendheid toegepast. Bij toepassing wordt altijd beoordeeld welke VBM de minste impact heeft op het welzijn van de bewoner, zonder de veiligheid uit het oog te verliezen;

● Indien VBM worden toegepast wordt dit besproken met de bewoner en diens naasten, met de huisarts, met de zorgcoördinator en met de manager. Bij besluit om VBM toe te passen wordt een evaluatiedatum afgesproken. Hierbij geldt als uitgangspunt dat de VBM worden afgebouwd. Voor het toepassen van VBM wordt getekend door de bewoner of diens vertegenwoordiger en de huisarts;

● Op elk moment is een overzicht van alle VBM voorhanden;

● De bevindingen van het gebruik van VBM worden besproken met de medewerkers en met voorzieningen uit het lerend netwerk.

Evaluatie: per 1 januari 2020 gaat de Wet Zorg en Dwang in werking. Hier hebben we in 2019 alle voorbereidingen voor gedaan. Er wordt een samenwerking met een onafhankelijke WZD functionaris

(13)

en extern expert gestart in 2020. Er is bij alle bewoners in kaart gebracht of er sprake is van onvrijwillige zorg, zodat in 2020, indien nodig, stappenplannen gestart kunnen worden.

Ziekenhuisopnamen

● Ziekenhuisopnamen op de Spoedeisende hulp (SEH) worden geregistreerd in het persoonlijke zorgdossier;

(14)

Hoofdstuk 8

Leren en werken aan kwaliteit

Voortdurend werken aan het verbeteren van kwaliteit is in de verslagperiode vanuit verschillende invalshoeken gerealiseerd. In overeenstemming met het kwaliteitskader verpleeghuiszorg beschrijven we drie elementen die het leren en werken aan kwaliteit in deze verslagperiode hebben bevorderd.

1 Kwaliteitsmanagementsysteem

● We werken met het HKZ kwaliteitsmanagementsysteem, waarbij het de doelstelling is te werken naar certificering;

● In dit kwaliteitssysteem zijn de verantwoordelijkheden en bevoegdheden vastgelegd;

● Verantwoording afleggen is ingebed in de processen met de daaraan vastgelegde taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden.

Evaluatie: In 2019 zijn de processen en alle documenten en formulieren rondom de directe zorg gereviseerd en in het team onder de aandacht gebracht. Ook is er een start gemaakt met de processen, documenten en formulieren rondom personeel. Dit wordt in 2020 verder afgemaakt.

2 Continu werken in de praktijk aan verbeteren door zorgverleners

● Kort-cyclische feedback, continue reflectie en dialoog worden gestimuleerd en vinden in een open klimaat plaats.

Evaluatie: medewerkers meer betrekken bij het opstellen van het kwaliteitsplan en verslag. Daarnaast deze verslagen met het team bespreken.

3 Lerend netwerk

● Wij maken deel uit van een lerend netwerk, te weten met branchevereniging Riant Verzorgd Wonen, waarbij meerder organisaties aangesloten zijn. Deze collega zorgorganisaties vallen onder een andere rechtspersoon en hebben een andere Raad van Bestuur;

● Bij de keuze van deze netwerkpartners stond het leren en de praktische werkbaarheid centraal;

● In dit netwerk werken we in ieder geval samen rondom het kwaliteitsplan en het kwaliteitsverslag met verbeterparagraaf;

● In dit netwerk staat samen leren en het ondersteunen d.m.v. uitwisselen van ervaringen en informatie centraal.

(15)

Hoofdstuk 9

Leiderschap, governance en management;

Kenmerkend voor ons participerend leiderschap is dat het management dagelijks aanwezig is op de werkvloer, daarnaast is ook de directrice facilitaire zaken meewerkend in het primair proces. Er is direct contact met cliënten, familie, medewerkers en vrijwilligers. We hebben besloten om zowel een manager als een zorgcoördinator onderdeel te laten zijn van het lerend netwerk. Hiervoor wordt tijdens bijeenkomsten van het lerend netwerken tijd ingeruimd.

We hebben in het kwaliteitsplan zes thema’s onderscheiden, die kenmerkend zijn voor ons leiderschap, te weten

1. Visie op zorg;

2. Sturen op kernwaarden;

3. Leiderschap en goed bestuur;

4. Rol en positie interne organen en toezichthouder(s);

5. Inzicht hebben en geven;

6. Verankeren van medische, verpleegkundige en psychosociale expertise.

Hoe wij in deze verslagperiode hebben voldaan aan deze kenmerken is terug te vinden in dit kwaliteitsverslag. Hier volgen nog enkele andere kenmerken van ons leiderschap:

• Directie en managementteam stelt zich ondersteunend, faciliterend en transparant op naar alle zorgverleners, cliënten, naasten, medewerkers en vrijwilligers.

• Tussen de twee managers is een goed samenspel in de verdeling van aandachtsvelden en verantwoordelijkheden.

• De zorgvisie en kernwaarden zijn opgenomen in het meer jaren kwaliteitsplan en jaarplan.

• Conform de Wet Kwaliteit klachten en geschillen in de zorg (WKKGZ) hebben we een vertrouwenspersoon, klachtenfunctionaris, klachtenreglement met onafhankelijke klachtencommissie en zijn we aangesloten bij een erkende Geschilleninstantie;

• De gedragscode wordt bij iedere nieuwe medewerker onder de aandacht gebracht. Zij krijgen deze opgestuurd en er wordt specifiek gevraagd om deze te lezen. Daarnaast wordt er een document m.b.t. vertrouwelijke informatie ondertekent.

• Er hebben gesprekken plaatsgevonden om de samenwerking met de SO arts uit te diepen.

Consultatie is hierdoor gemakkelijker geworden, zo ook het plannen van MDO’s. Daarnaast zal de SO een rol hebben binnen het kader van de Wet Zorg en Dwang. Hier zijn begin 2020 al gesprekken over gevoerd.

• Er is een personeelsbestand in overeenstemming is met de visie, taken en doelgroep.

(16)

Hoofdstuk 10

Gebruik van hulpbronnen

Hulpbronnen die wij benutten zijn beschreven in ons kwaliteitsplan. Wij zijn tevreden over het gebruik hiervan. We houden ons op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen en we overwegen of deze voor ons toepasbaar zijn. In deze verslagperiode hebben we een aantal nieuwe hulpbronnen toegevoegd aan onze woonvoorziening.

Technologische hulpbronnen

In 2018 is een nieuwe cliënt en medewerker-administratie in gebruik genomen; NEDAP/ONS. Deze is in de tweede helft van 2018 geïmplementeerd in het team. Ook wordt hierbij gebruik gemaakt van het verwantenportaal Caren Zorg. In 2019 is Caren Zorg uitgerold naar alle contactpersonen die hiermee willen werken. We merken hierin ook een positieve digitale samenwerking. In 2020 zal er verder ontwikkeld worden door te gaan werken met de Medicatie app van Nedap. Ook andere (kleinere) ontwikkelingen worden waar mogelijk binnen de Hapertse Kluis geïmplementeerd.

Het kwaliteitshandboek is op het gebied van bewonerszorg volledig gereviseerd en onder de aandacht gebracht bij het team. Het wordt in die vorm ook gebruikt. In 2020 zal het gedeelte personeel ook gereviseerd worden, hier is reeds een start mee gemaakt.

Professionele relaties

Er zijn in 2019 gesprekken gevoerd met zowel huisarts, SO als psycholoog om de samenwerking te formaliseren.

(17)

Hoofdstuk 11

Gebruik van informatie.

● We hebben deze verslagperiode de cliëntervaringen gemeten met een tevredenheidsonderzoek via Net Promotor Score.

● De medicatieveiligheid is bij ons geregeld conform landelijke standaard. Er is jaarlijkse verslaglegging waarin de resultaten worden geanalyseerd en verbetersuggesties worden gedaan.

● Dit kwaliteitsverslag, alsmede ons kwaliteitsplan is openbaar toegankelijk via onze website.

● Er is naast het reguliere scholingsprogramma het gehele jaar gekeken waar de behoefte van het team lag. Daarop is een extra scholing onbegrepen gedrag, een traject rondom 1 bewoner met het CCE en een scholing palliatieve zorg gegeven.

(18)

Hoofdstuk 12 Verbeterparagraaf

In ons kwaliteitsplan staan de volgende verbeterdoelen beschreven om de doelstellingen te behalen:

We stellen alles in het werk om de doelstellingen die in dit kwaliteitsplan zijn beschreven waar te maken. Periodiek evalueren we de voortgang en indien nodig stellen we ons beleid bij om de doelstellingen te behalen.

Bij het maken van dit kwaliteitsplan voorzien we de volgende verbeterdoelen om de doelstellingen te behalen:

● Verstevigen van samenwerking met externe disciplines zoals SO en psycholoog;

● Frequentie medicatiereview met apotheek en huisarts behouden op 2x per jaar;

● Bij bijzondere MIC meldingen worden deze extra besproken in ZOCO overleg of met individuele medewerker of familie. Dit wordt gecontinueerd;

● Enkele aandachtsvelden worden nog meer uitgediept. Bij verloop worden nieuwe collega’s benoemd;

● Verdere uitdieping van het onderwerp Wet Zorg en Dwang, in het gehele team.

De resultaten van verbeterplannen worden in het kwaliteitsverslag opgenomen. Dit verslag is openbaar en voor een ieder inzichtelijk.

In deze verslagperiode is als volgt gewerkt aan de volgende doelen:

● Er heeft een teamoverleg plaatsgevonden rondom het thema Wet Zorg en Dwang.

● Er heeft een teamoverleg plaatsgevonden over het thema medicatieveiligheid.

● Omdat de vorige SO het werk niet meer kan combineren met onze voorziening erbij zijn we in gesprek met een nieuwe SO. De samenwerking wordt momenteel vormgegeven.

● Er is een verdere samenwerking met het CCE geweest, rondom scholing en 1 bewoner.

(19)

Slotwoord van de directie

In dit verslag hebben we terug gekeken naar een mooi jaar, waarbij we het jaar op gestructureerde wijze hebben kunnen evalueren middels dit verslag. Dit ervaren wij als zeer prettig, omdat we de stappen die we in afgelopen jaar gemaakt hebben dan nog eens rustig kunnen bespreken en bekijken.

Kijkend naar alle evaluatie punten zien we terug hoe we afgelopen jaar de keuze gemaakt hebben om een kwaliteitsslag te maken in de professionalisering van ons team. Dit door het opleidingsniveau over de breedte te verhogen, en te investeren in interne en externe opleidingsmomenten voor het team. We kunnen hiermee de lerende, ontwikkelende organisatie zijn die we ambiëren.

Scholingsmomenten worden altijd met enthousiasme ontvangen door ons team, hun wil om te blijven ontwikkelen draagt bij aan een verdere professionalisering. Wij als directie zijn blij met een team wat hierin zo hun steentje wil bijdragen.

Daarnaast is het lerend netwerk een waardevolle aanvulling geweest op het reflecteren, van elkaar leren en uitwisselen van ervaringen.

De waardering voor onze medewerkers is groot. Hun warme zorg en inzet voor onze bewoners is precies de wijze waarop wij onze visie vormgeven, zoals deze ook omschreven staat in ons

kwaliteitsplan. De waardering voor onze zorg krijgen wij regelmatig te horen vanuit onze bewoners en naasten, dit vindt bijvoorbeeld plaats op kleine momentjes tussendoor, maar ook bijvoorbeeld bij de evaluatiegesprekken van zorgplannen of de meting van bewonerstevredenheid. Daarnaast horen we tijdens de uitvaart, op een moment dat niet alleen familie, maar ook wij zelf afscheid nemen van een door ons geliefde bewoner, vaak mooie woorden. Het is erg mooi om terug te horen en lezen hoe naasten naar onze organisatie kijken, het maakt zowel ons team als ons als directie trots op onze organisatie! Wij kijken daarom vol vertrouwen naar 2020, om daar onze zorg verder aan te kunnen bieden aan onze huidige en toekomstige bewoners!

Johan en Jolanda Ettema Directie

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• Inzet van extra medewerkers zorg en welzijn (o.a. door pilot W&T 2018) om inzicht te hebben in de wensen van de bewoners en daar passende activiteiten voor beschikbaar te

• De zorgverleners hebben aandacht voor de naaste(n) van de cliënt als onderdeel van zijn eigen leven;.. • De zorgverlener kan bij het volgen van professionele richtlijnen

Als handvat voor het gesprek wordt gebruik gemaakt van de ‘hand’-methode: wat gaat goed, wat heeft extra aandacht nodig, wat gaat niet goed, waar ben ik trouw aan en waar ben ik

Elke bewoner in onze Herbergier krijgt activiteiten aangeboden die passend zijn bij de individuele hobby’s en wensen en interesses.. Denk hierbij aan gezamenlijk voorbereidingen

in onze Herbergier zijn er gedurende de dag en avond steeds minimaal 4 medewerkers aanwezig die gezamenlijk de zorg en begeleiding van 15 a 16 bewoners op zich nemen. In de nacht is

Doel is het ondersteunen van Middin bij het duurzaam verbeteren van de kwaliteit van verpleeghuiszorg op de locaties Rubroek en Provenier om zo bij te dragen aan haar doelstelling

De krapte op de arbeidsmarkt zal in 2018 blijven bestaan, maar met de extra gelden die door de overheid ter beschikking zijn gesteld voor de intramurale zorg kunnen op bijna iedere

Deze medewerkers zijn ingezet in de huiskamers van intramurale locaties om zo meer aandacht aan cliënten in de huiskamers te kunnen geven en verzorgenden te ontlasten..