Vraag nr. 38 van 9 januari 2002
van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN "Discovering the Low Countries" – Taalgebruik Eind 2001 nodigde de Belgische ambassadeur in Bulgarije een aantal landgenoten uit voor het bij-wonen op 5 oktober 2001 van de opening van een tentoonstelling die de titel "Discovering the Low countries" draagt. Deze uitnodiging was eentalig Engels/Bulgaars opgesteld en werd onder andere gestuurd naar Vlaamse onderdanen waarvan, b l i j-kens de gebruikte titulatuur op de enveloppe, d e Nederlandse taalaanhorigheid bij de ambassade nochtans bekend was.
Dit is in strijd met de gecoördineerde taalwetten in bestuurszaken van 18 juli 1966, waarvan artikel 47, § 3, duidelijk bepaalt dat buitenlandse diensten met Belgische particulieren corresponderen in de taal waarvan deze zich hebben bediend.
Uit de uitnodiging blijkt dat deze tentoonstelling werd georganiseerd in samenwerking met de Vlaamse Gemeenschap.
Het is onaanvaardbaar dat Nederlandstalige land-genoten in het buitenland door Belgische diensten niet in hun taal worden aangeschreven.
1. Wat was de betrokkenheid van de V l a a m s e overheid in dit project ?
2. Op welke wijze werd er toegezien op het taalge-bruik in het kader van dit evenement ?
3. Welk toezicht wordt er door de Vlaamse rege-ring meer in het algemeen uitgeoefend opdat activiteiten in het buitenland die mee door haar worden georganiseerd, of waaraan zij mee-w e r k t , steeds ook in het Nederlands mee-worden aangekondigd en mee in het Nederlands wor-den georganiseerd voor de Vlaamse landgeno-ten in het builandgeno-tenland ?
4. Welke maatregelen worden er genomen om dergelijke taalmisstanden in de toekomst onmo-gelijk te maken ?
Antwoord
1. De betrokkenheid van de Vlaamse overheid in de organisatie van de tentoonstelling was be-perkt tot een financiële steun van 240.000 frank.
Die steun was bedoeld om Vlaamse werken waar nodig te restaureren en zoveel mogelijk bekend te maken bij het Bulgaarse publiek. H e t ging dus om een promotiecampagne voor Vlaanderen, met kunst als medium.
De vermelding dat de tentoonstelling met de steun van de Vlaamse Gemeenschap kon plaats-v i n d e n , was de enige eis die in dergelijke geplaats-val- geval-len steeds wordt gesteld, namelijk de promotie van Vlaanderen door middel van een tentoon-stelling van het Vlaamse culturele erfgoed. De doelgroep van deze campagne die mede voor een bescheiden deel door de V l a a m s e overheid werd gefinancierd, was de Bulgaarse bevolking.
2. In het kader van dergelijke evenementen wordt voornamelijk toegezien op het bekendmaken van de sponsoring door Vlaanderen en niet zo-zeer op het taalgebruik, omdat dit geen organi-satie van de Vlaamse overheid zelf was en omdat dit niet tot de doelstellingen van de steun b e h o o r d e. N o g m a a l s, met die steun wou de Vlaamse overheid een tegemoetkoming bieden om de Vlaamse werken bij het Bulgaarse pu-bliek bekend te maken.
De administratie Cultuur hanteert deze politiek ook ter gelegenheid van andere evenementen ( b v. de Biënnale in Venetië) waar men een bui-tenlands publiek wil bereiken en men zich tot dat publiek wendt in de eigen taal van het land en in het Engels als meest gebruikte internatio-nale taal.
3. Indien de Vlaamse overheid zelf evenementen organiseert of ook daadwerkelijk meewerkt aan a c t i v i t e i t e n , worden die wel in brochures of uit-nodigingen in het Nederlands aangekondigd. In casu valt echter te betreuren dat de ambassa-deur bij het versturen van de uitnodigingen (die oorspronkelijk bestemd waren voor de Bulga-ren) geen begeleidend schrijven in het Neder-lands heeft gericht aan de geadresseerden. 4. Het lijkt me hier excessief om van