Vraag nr. 60 van 10 januari 2003
van de heer KRIS VAN DIJCK
I n d u s t r i e zone Hoge Mauw Arendonk – Uitbrei-ding
Dat er in Vlaanderen een tekort is aan industrie-terreinen staat buiten kijf. Dat er op tal van ni-veaus initiatieven genomen worden om aan deze nood tegemoet te komen is dan ook lovenswaardig. Soms worden echter voordehandliggende oplossin-gen oplossin-genegeerd terwijl anderzijds mensen in hun di-recte leefomgeving worden bedreigd.
Zo loopt momenteel in de gemeente A r e n d o n k een dossier om de industriezone Hoge Mauw uit te breiden met 57 ha. Niet alleen moeten daarvoor een twintigtal woningen worden onteigend, m a a r zal de uitgebreide industriezone ook een extra be-lasting leggen op de woonzone Berendonk (hon-derd woningen). Het goedgekeurde ruimtelijk structuurplan van de provincie Antwerpen zegt daarentegen op bladzijde 191 : "Uitbreiding van woongebieden en van bedrijventerreinen wordt niet gestimuleerd in het rustig grensgebied". H e t rustig grensgebied waarvan de gemeente A r e n-donk deel uitmaakt.
Ook de lokale bevolking gaat tegen deze uitbrei-ding in het verzet.
Enkele kilometers ten zuiden ervan liggen 9 km nucleaire zone. De gemeente Dessel is reeds jaren-lang vragende partij om deze voor een gedeelte om te zetten in bedrijventerreinen. Dessel stuit echter op een niet-aflatend njet, omdat het in het buiten-gebied ligt. ( Waarschijnlijk destijds slecht gelobbyd bij het provinciebestuur ... ).
1. Wat is de stand van zaken van het dossier inza-ke de uitbreiding van de Hoge Mauw in A r e n-d o n k ? Welke instantie heeft n-dit n-dossier in han-den ? Hoever staat men in de procedure ? 2. Is het niet veeleer logisch om eerst die gebieden
aan te snijden waarover een lokale consensus bestaat en die maatschappelijk gedragen wor-den ?
3. Waarom blijft men zich verzetten tegen een ver-soepeling van de ruimtelijke draagkracht door een nucleaire zone om te zetten in een ambach-telijke zone ?
Antwoord
De vragen van de Vlaamse volksvertegenwoordi-ger handelen in hoofdzaak over twee vraagstukken inzake de uitbreiding van regionale bedrijventer-r e i n e n . Enebedrijventer-rzijds wobedrijventer-rdt infobedrijventer-rmatie gevbedrijventer-raagd ovebedrijventer-r het regionaal bedrijventerrein "Hoge Mauw" te A r e n d o n k . Anderzijds wordt gepeild naar de mo-gelijkheden in de nucleaire zone te Dessel.
Beide zones vormen momenteel het onderwerp van overlegprocessen, geïnitieerd door de provin-c i e. Deze overlegproprovin-cessen voor het eprovin-conomisprovin-ch knooppunt Arendonk en de afbakening van het kleinstedelijk gebied Mol geven uitvoering aan de opties in het goedgekeurde ruimtelijk structuur-plan van de provincie A n t w e r p e n . Volgens het sub-sidiariteitsbeginsel betreffen beide aangelegenhe-den een provinciale bevoegdheid.
De beslissingen over het economisch knooppunt Arendonk en het kleinstedelijk gebied Mol worden bijgevolg genomen door de bestendige deputatie. De door de Vlaamse volksvertegenwoordiger ge-suggereerde verschuivingen tussen Arendonk en het kleinstedelijk gebied Mol zijn aldus evenzeer een provinciale bevoegdheid.
In mijn antwoord beperk ik mij dan ook tot de op-gave van een louter informatieve stand van zaken van het provinciaal planningswerk, zoals opgege-ven door de ambtenaren van de provincie A n t w e r-pen.
1. De uitbreiding van het bedrijventerrein Hoge Mauw kadert in de ontwikkeling van het econo-misch knooppunt Arendonk.
Na een eerste onderzoeksfase met zoekzones voor bijkomende bedrijventerreinen werd op provinciaal niveau beslist een provinciaal ruim-telijk uitvoeringsplan op te maken voor de uit-breiding van Hoge Mauw. Het voorontwerp werd besproken met diverse instanties. Voor de start van de decretale procedure werden infor-m a t i e-avonden georganiseerd voor de betrok-ken bewoners in december 2002.
2. Het provinciebestuur van Antwerpen zal bepa-len welke bijkomende gebieden voor aansnij-ding in aanmerking komen.
3. Met betrekking tot de mogelijkheden voor de uitbreiding van het bedrijventerrein te Dessel in de nucleaire zone, kan worden vastgesteld dat deze optie ten gronde werd besproken in het af-bakeningsproces voor het kleinstedelijk gebied Mol.
