• No results found

1. Inleiding BESLUIT Nederlandse Mededingingsautoriteit

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "1. Inleiding BESLUIT Nederlandse Mededingingsautoriteit"

Copied!
9
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BESLUIT

Nummer 104184 / 13.BT1649

Betreft zaak: Toepassing Diazed patronen

Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot wijziging van de voorwaarden als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel b, van de Elektriciteitswet 1998.

1. Inleiding

1. Bij brief van 9 juli 20121 hebben de gezamenlijke netbeheerders namens de Vereniging

Meetbedrijven Nederland (hierna: VMNED) aan de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hierna: de Raad) een voorstel gezonden, met kenmerk BR-12-745, tot wijziging van de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel b, van de Elektriciteitswet 1998 (hierna: E-wet).

2. Het codewijzigingsvoorstel behelst het aanpassen van de artikelen B16.2.4.16 en B16.3.3.82 van bijlage 16 van de Meetcode Elektriciteit in zoverre dat bestaande

inrichtingen met een aansluiting op het hoogspanningsnet gebruik mogen blijven maken van Diazed-patronen, in plaats van de voorgeschreven mespatronen, voor zover het maximum aan spanningsverlies zoals omschreven in artikel B.16.3.3.8 niet wordt overschreden.

3. In dit besluit wordt het voorstel beoordeeld en wordt aangegeven op welke wijze de voorwaarden als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel b van de E-wet worden gewijzigd.

1 Ontvangen op 11 juli 2012.

2 Na inwerkingtreden van besluit 103897 worden de artikelen B16.2.4.16 en B16.3.3.8 omgenummerd naar

(2)

2. Wettelijk kader

4. De voorwaarden, bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel b, van de E-wet, bevatten voorwaarden over de wijze waarop netbeheerders en afnemers alsmede netbeheerders zich jegens elkaar gedragen ten aanzien van het meten van gegevens betreffende het transport van elektriciteit en de uitwisseling van meetgegevens.

5. Op grond van artikel 32, eerste lid, van de E-wet, kunnen de gezamenlijke netbeheerders voorstellen indienen tot het wijzigen van de door hen jegens afnemers te hanteren voorwaarden, zoals genoemd in artikel 31 van de E-wet.

6. Op grond van artikel 33, eerste lid, van de E-wet voeren de gezamenlijke netbeheerders over deze voorstellen overleg met representatieve organisaties van partijen op de

elektriciteitsmarkt. In de voorstellen, die aan de Raad worden gezonden, is op grond van artikel 33, tweede lid, van de E-wet vermeld welke gevolgtrekkingen zijn verbonden aan de zienswijzen die deze organisaties naar voren hebben gebracht.

7. De Raad dient op grond van artikel 36, eerste lid, onderdeel b tot en met g, van de E-wet de voorwaarden vast te stellen met inachtneming van:

a. het voorstel van de gezamenlijke netbeheerders als bedoeld in artikel 31 of 32 van de E-wet en de resultaten van het overleg van de gezamenlijke netbeheerders met representatieve organisaties van partijen op de elektriciteitsmarkt bedoeld in artikel 33, eerste lid, van de E-wet;

b. het belang van het betrouwbaar, duurzaam, doelmatig en milieuhygiënisch verantwoord functioneren van de elektriciteitsvoorziening;

c. het belang van de bevordering van de ontwikkeling van het handelsverkeer op de elektriciteitmarkt;

d. het belang van de bevordering van het doelmatig handelen van afnemers; e. het belang van een goede kwaliteit van dienstverlening van netbeheerders;

f. het belang van een objectieve, transparante en niet-discriminatoire handhaving van de energiebalans op een wijze die de kosten weerspiegelt;

(3)

3. Procedure

8. De gezamenlijke netbeheerders geven aan dat het voorstel van 11 juli 2012 op grond van artikel 33 van de E-wet ter overleg is voorgelegd aan het Gebruikersplatform elektriciteits- en gasnetten (hierna: GEN) op 14 juni 2012. Naar aanleiding van dit voorstel is geen

commentaar ontvangen. De relevante passage uit het verslag van het GEN overleg is bij het voorstel gevoegd.

9. Bij email van 10 juli 2012 heeft Liander VMNED gewezen op een kennelijke verschrijving in het voorstel inhoudende dat onder het kopje ‘gevolgde procedure’ wordt verwezen naar artikel 12d van de Gaswet. Dit moet worden gewijzigd in artikel 33 van de E-wet. 10. De Raad heeft geen wijzigingsopdracht aan de gezamenlijke netbeheerders gegeven als

bedoeld in artikel 36, derde lid, E-wet.

11. De Raad heeft voorts geconstateerd dat het wijzigingsvoorstel niet ter notificatie hoeft te worden voorgelegd aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen.3 Reden hiervoor

is dat het wijzigingsvoorstel geen voorwaarden stelt aan producten of diensten zoals omschreven in artikel 1 van de Notificatierichtlijn.4 Het voorstel voorziet slechts in het

versoepelen van het uitfaseren van het gebruik van mespatronen bij grootverbruikers die zijn aangesloten op het hoogspanningsnet. Derhalve hoeven deze voorschriften niet ter

notificatie te worden voorgelegd.

12. Op de voorbereiding van dit besluit tot wijziging van de Meetcode Elektriciteit is de reguliere voorbereidingsprocedure van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

3 Zie artikel 36, tweede lid, E-wet.

(4)

4. Overwegingen

a. Achtergrond van het codevoorstel

13. Aanleiding tot onderhavig codevoorstel is dat Diazed-patronen thans nog worden toegepast in bestaande spanningmeetcircuits van meetinrichtingen aangesloten op het

hoogspanningsnet. Het vroegtijdig vervangen van Diazed-patronen door de voorgeschreven mespatronen leidt voor bestaande meetinrichtingen tot hoge vervangingskosten. Versnelde vervanging is niet noodzakelijk aangezien uit een inventarisatie die is uitgevoerd door enkele leden van de VMNED is gebleken dat het spanningsverlies van Diazed-patronen zelden de maximaal toelaatbare afwijking van 10 mV overschrijdt. Daarom is het kostenefficiënt de Diazed-patronen in bestaande meetinrichtingen pas te vervangen indien de meetinrichting wordt vervangen of het spanningsverlies hoger is geworden dan hetgeen maximaal is toegestaan.

14. Onderhavig codevoorstel is er op gericht om de toepassing van Diazed-patronen toe te blijven staan bij bestaande meetinrichtingen die zijn aangesloten op het hoogspanningsnet, voor zover geen sprake is van overschrijding van het maximaal toelaatbare spanningsverlies van 10 mV bij een meetspanning van 60 V en 20 mV bij een meetspanning van 130 V. 15. In de navolgende randnummers bespreekt de Raad achtereenvolgens (b) de financiële

consequenties van het vervangen van Diazed-patronen door mespatronen met verzilverde contacten bij meetinrichtingen aangesloten op hoogspanningsniveau; (c) het

spanningsverlies bij toepassing van Diazed-patronen bij meetinrichtingen aangesloten op hoogspanningsniveau, (d) de uitfasering van Diazed-patronen en (e) het wijzigingsvoorstel in relatie tot de wettelijke belangen. Hierna volgt de conclusie in (f).

b. Financiële consequenties vervangen Diazed-patronen

16. De gezamenlijke netbeheerders hebben gemotiveerd gesteld dat hoge kosten zijn gemoeid met het vervangen van bestaande Diazed-patronen door mespatronen. Aangevoerd wordt dat de gemiddelde kosten voor het vervangen van een eenheid bestaande uit drie Diazed-patronen (driefasensysteem) EUR 1400 bedraagt. Dit bedrag is opgebouwd uit posten voor organisatie, uitvoering waaronder het spanningloos maken van de transformator, het

toezicht houden op de werkzaamheden, de inzet van een noodaggregaat en materiaalkosten. 17. De kosten voor het vervangen van Diazed-patronen door mespatronen kunnen door de

meetbedrijven worden doorbelast aan grootzakelijke afnemers aangezien de meettarieven voor grootzakelijke afnemers niet zijn gereguleerd.

(5)

onderdelen van een meetinstallatie om de installatie geschikt te maken voor de toepassing van mespatronen. Per geval kan dit leiden tot extra vervangingskosten per eenheid die kunnen oplopen tot duizenden Euro’s. Voorts is hierbij geen rekening gehouden met eventuele schadeclaims van grootzakelijke afnemers aan meetbedrijven wegens schade die verband houdt met het stilleggen van het productieproces, aldus de gezamenlijke

netbeheerders.

19. VMNED heeft op basis van een inventarisatie onder haar leden een schatting gemaakt van het aantal nog te vervangen Diazed-patronen bij bestaande meetinrichtingen aangesloten op het hoogspanningsnet. Naar schatting zijn momenteel circa 4.100 eenheden met Diazed-patronen in gebruik. Een eenheid bestaat uit drie individuele Diazed-Diazed-patronen. Het aantal Diazed-patronen dat momenteel nog in gebruik is bedraagt dientengevolge circa

12.300 stuks. Uitgaande van gemiddelde vervangingskosten per eenheid van EUR 1400, bedragen de totale vervangingskosten circa EUR 5,7 miljoen. Zoals eerder opgemerkt zijn de kosten voor overige noodzakelijke aanpassingen aan meetinrichtingen hierbij niet

opgenomen evenals indirecte schade bij afnemers indien het vervangen van de patronen zou leiden tot schade bij een grootzakelijke afnemer en het meetbedrijf hiervoor aansprakelijk zou zijn.

20. De Raad acht aannemelijk dat met het thans vervangen van Diazed-patronen door mespatronen een bedrag van ten minste EUR 5,7 miljoen is gemoeid.

c. Spanningsverlies bij toepassing van Diazed-patronen

21. De gezamenlijke netbeheerders hebben gemotiveerd gesteld dat het maximale spanningsverlies over smeltzekerheden bij toepassing van Diazed-patronen in

meetinrichtingen aangesloten op het hoogspanningsnet niet hoger is dan het maximaal toegestane spanningsverlies als bepaald in artikel B3.3.3.8 van de Meetcode Elektriciteit. Hierin is opgenomen dat het totale spanningsverlies van deze meetinrichtingen bij een nominale secundaire meetspanning van circa 60 V niet meer dan 10 mV bedraagt en bij 130 V niet meer dan 20 mV.

22. Om het spanningsverlies in de praktijk te onderzoeken heeft VMNED een inventarisatie gehouden onder haar leden. Vijf leden hebben informatie verstrekt over het gemeten spanningsverlies bij bestaande meetinrichtingen die zijn aangesloten op het

(6)

toepassing van Diazed-patronen onder het maximaal toegestane blijft op grond van artikel B3.3.3.8 van de Meetcode Elektriciteit.

23. Ingevolge het voorstel dienen Diazed-patronen te worden vervangen door mespatronen indien het meetbedrijf bij de periodieke, zesjaarlijkse controle van de meetinrichtingen constateert dat het totale spanningsverlies hoger is dan hetgeen maximaal is toegestaan ingevolge artikel B.3.3.3.8 van de Meetcode Elektriciteit.

24. De Raad acht aannemelijk dat het voortgezet gebruik van Diazed-patronen bij bestaande meetinrichtingen conform het voorstel niet zal leiden tot een significante overschrijding van het maximaal toelaatbare spanningsverlies.

d. Uitfasering van Diazed-patronen

25. Het wijzigingsvoorstel leidt tot het uitfaseren van Diazed-patronen bij meetinrichtingen aangesloten op het hoogspanningsnet. De gezamenlijke netbeheerders verwachten dat het uitfaseren van Diazed-patronen als gevolg van het voorstel tien tot twintig jaar zal duren. VMNED baseert deze schatting op ervaringen van haar leden met het onderhouden van meetinrichtingen. In de praktijk worden Diazed-patronen vervangen door mespatronen indien een aansluiting op enig moment spanningloos moet worden gemaakt. Daarnaast zullen Diazed-patronen worden vervangen indien bij de periodieke, zesjaarlijkse controle blijkt dat het spanningsverlies hoger is dan het maximaal toegestane. Ten slotte zullen in nieuwe meetinrichtingen slechts mespatronen worden toegepast.

26. De Raad acht aannemelijk dat het voorstel leidt tot het uitfaseren van Diazed-patronen bij meetinrichtingen aangesloten op het hoogspanningsnet in een periode van tien tot twintig jaar.

e. Het wijzigingsvoorstel in relatie tot de wettelijke belangen

27. Ingevolge artikel 36 E-wet stelt de Raad voorwaarden vast met inachtneming van de in dat artikel genoemde wettelijke belangen. In het onderstaande bespreekt de Raad de relevante bepalingen.

(7)

langer kunnen worden gebruikt en doelmatig worden uitgefaseerd.

29. Daarnaast overweegt de Raad dat het wijzigingsvoorstel tevens het belang dient van het doelmatig handelen van afnemers. Immers, ingevolge het wijzigingsvoorstel zullen afnemers slechts bij vervanging van de meetinrichting of het vervangen van Diazed-patronen waarbij het spanningsverlies hoger is opgelopen dan het maximaal toegestane, kosten hoeven te voldoen ter installatie van mespatronen.

30. De Raad heeft zich voorts vergewist dat het wijzigingsvoorstel in overeenstemming is met de doelstellingen van interoperabiliteit van de netten en objectief, evenredig en

niet-discriminatoir is.

31. De Raad onderschrijft de aanbeveling van VMNED om in de werkinstructies die betrekking hebben op testen van meetinstallaties, de wijze waarop spanningsverliezen worden gemeten te benadrukken. Hierbij is het van belang dat de spanningsverliezen worden gemeten voordat de Diazed-patronen worden schoongemaakt en de contactdruk wordt verbeterd.

f. Conclusie

32. De Raad gaat akkoord met het ingediende voorstel nu dit voldoet aan artikel 36, eerste lid, onderdeel a tot en met h van de E-wet. De Raad heeft zich ervan vergewist dat het

wijzigingsvoorstel de interoperabiliteit van het elektriciteitsnet garandeert, objectief, evenredig en niet-discriminatoir is en voorts niet ter notificatie hoeft te worden voorgelegd aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen.

5. Besluit

33. Met inachtneming van het voorgaande stelt de Raad, gelet op artikel 36 van de E-wet, de wijziging van de voorwaarden vast overeenkomstig de in de bijlage bij dit besluit opgenomen tekst.

(8)

34. Van dit besluit wordt mededeling gedaan in de Staatscourant. Voorts zal dit besluit worden gepubliceerd op de website van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, www.nma.nl. 35. Dit besluit treedt in werking op de dag na kennisgeving ervan in de Staatscourant.

Den Haag,

Datum: 18 december 2012

De Raad van Bestuur van de NMa, namens deze

W.g. Chris Fonteijn,

voorzitter van de Raad van Bestuur

(9)

Bijlage I behorende bij het besluit nr. 104184/13.BT1649 van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot wijziging van de Meetcode Elektriciteit ex artikel 31, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998.

De Meetcode Elektriciteit wordt als volgt gewijzigd: A

Artikel B3.2.4.16 luidt thans:

De spanningsmeetcircuits van meetinrichtingen aangesloten op hoogspanningsniveau zijn beveiligd met 6A-smeltveiligheden in de vorm van mespatronen met verzilverde contacten. Artikel B3.2.4.16 komt te luiden:

De spanningsmeetcircuits van meetinrichtingen aangesloten op hoogspanningsniveau zijn beveiligd met 6A-smeltveiligheden in de vorm van mespatronen met verzilverde contacten. Indien voldaan wordt aan B3.3.3.8, behoeven bij bestaande meetinrichtingen 6A-smeltveiligheden niet zijnde mespatronen met verzilverde contacten niet te worden vervangen door mespatronen met verzilverde contracten.

B

Artikel B3.3.3.8 luidt thans:

De meetverantwoordelijke controleert of de spanningsverliezen over de smeltveiligheden in de spanningsmeetcircuits van meetinrichtingen aangesloten op hoogspanningsniveau bij een nominale secundaire meetspanning van circa 60 V niet meer dan 10 mV bedragen en bij een nominale secundaire meetspanning van circa 130 V niet meer dan 20 mV.

Artikel 3.3.3.8 komt te luiden:

De meetverantwoordelijke controleert of de spanningsverliezen over de smeltveiligheden (inclusief de zekeringhouder) in de spanningsmeetcircuits van meetinrichtingen aangesloten op hoogspanningsniveau bij een nominale secundaire meetspanning van circa 60 V niet meer dan 10 mV bedragen en bij een nominale secundaire meetspanning van circa 130 V niet meer dan 20 mV.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In dit besluit wordt geconcludeerd dat de schildersbedrijven Dusol, Kuiten, Van de Looij en het calculatiebureau Spegelt het kartelverbod zoals neergelegd in artikel 6 Mw hebben

Het staat vast dat geen van de leidinggevenden dit heeft gedaan en dat zij aldus hun positie, naar het oordeel van de Raad ten onrechte, niet hebben aangewend om de overtreding

Het staat vast dat geen van de leidinggevenden dit heeft gedaan en dat zij aldus hun positie, naar het oordeel van de Raad ten onrechte, niet hebben aangewend om de overtreding

De Raad constateert dat [leidinggevende C] heeft nagelaten de gedragingen van Wegener in strijd met het voorschrift te (doen) eindigen en ook op die wijze beboetbaar leiding heeft

Het staat vast dat geen van de leidinggevenden dit heeft gedaan en dat zij aldus hun positie, naar het oordeel van de Raad ten onrechte, niet hebben aangewend om de overtreding

In het kader van de overdracht van de hoogspanningsnetten heeft de DTe op 28 februari 2007 tijdens een bijeenkomst met netbeheerders en afnemersorganisaties aan de

huisartsen met hun zorgverzekeraars afspraken dienen te maken over hun betrokkenheid bij vestiging van een nieuwe huisarts in hun verzorgingsgebied – is besproken tijdens

klachtoplossende handelingen worden gedacht, maar ook aan mededelingen aan de klager over de voortgang van de afhandeling van zijn klacht. Essentieel is voorts dat de