BEELDVORMEND RAADSVOORSTEL
Onderwerp: Transitie NRIJ College Albrandswaard: Agendapunt:
Commissie:
Beraad en Advies
e-mailadres opsteller:
h.v.d.linden@bar- organisatie.nl
Portefeuillehouder: de Leeuwe, J Openbaar
BBVnummer: 1194610
ONDERWERP
Afwikkeling Natuur- en Recratieschap IJsselmonde.
KENNISNEMEN VAN
De verkenning van scenario´s voor de afwikkeling van het Natuur- en Recreatieschap IJsselmonde
INLEIDING
Alle deelnemende gemeenten van de gemeenschappelijke regeling Natuur- en Recreatieschap IJsselmonde (NRIJ) hebben in december 2016 een besluit genomen rond het NRIJ. Voor de toekomst is van belang dat er financieringsovereenkomsten met de provincie Zuid-Holland en met de gemeente Rotterdam komen.
Met de provincie Zuid-Holland is in 2016 een uittredingsovereenkomst gesloten waarmee de financiering gedurende een aantal jaren verzekerd is.
Met Rotterdam moet een vergelijkbare overeenkomst nog worden gesloten.
De reden om tot het uittredingsbesluit te komen was niet een gewenste stopzetting van de samenwerking tussen de gemeenten op IJsselmonde, maar het streven naar een gelijke onderhandelingspositie ten aanzien van Rotterdam.
Hiermee is de opheffing van het NRIJ geen feit. De rechten en plichten die deelname aan het NRIJ met zich meebracht moeten nog worden afgewikkeld.
Indien de deelnemers niet voor 1 juni 2017 tot een overeenkomst met Rotterdam zijn gekomen, bestaat het risico van dure en langdurige juridische procedures rond een mogelijke liquidatie.
Er moet in ieder geval voor alle gronden die door het NRIJ werden beheerd, worden gekomen tot een duurzame vorm van eigendom en beheer.
KERNBOODSCHAP
Wij verkennen de mogelijkheden om te komen tot een nieuwe, afgeslankte vorm van samenwerking met gemeenten op IJsselmonde. Hierbij is subsidiëring vanuit provincie en Rotterdam nodig. Liquidatie van het NRIJ zonder overeenstemming tussen partijen is duur en nadelig voor landschap, natuur en recreatie.
TOELICHTING
Om de onderlinge gesprekken een basis te geven is gestart met de inventarisatie van de gronden:
areaal, bodemgesteldheid en financiën van het beheergebied van het NRIJ. Er worden nieuwe beheermodellen verkend.
In theorie zijn er twee hoofdscenario’s, te weten liquidatie of voortzetting van de huidige
gemeenschappelijke regeling in aangepaste vorm. Het lijkt er inmiddels op dat ook de gemeente Rotterdam aan de voortzettingsoptie een bijdrage wil leveren.
Beide scenario’s bieden mogelijkheden, kansen en risico’s voor natuur en recreatie in Albrandswaard en op de rest van het eiland IJsselmonde.
De tijd om tot overeenstemming te komen is, gezien de complexiteit van de situatie, erg kort. We streven naar een intentieovereenkomst met de overige partijen die ziet op eigendom, verevening, beheer, milieurisico’s en financiën.
Indien samenwerking wordt voortgezet tussen de gemeenten Zwijndrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Ridderkerk, Barendrecht, en Albrandswaard blijven deze gemeenten gezamenlijk betrokken bij landschappelijk beheer die de gemeentegrenzen overschrijdt. Bijdragen vanuit de provincie en Rotterdam blijven nodig. Natuurterreinen kunnen in beheer worden ondergebracht bij natuur beherende organisaties zoals bijvoorbeeld Zuid-Hollands Landschap of Staatsbosbeheer.
Indien tot liquidatie wordt overgegaan, besluit het AB van het NRIJ over de afwikkeling.
In beide scenario’s zal een verband met de Landschapstafel moeten worden gezocht.
CONSEQUENTIES
De huidige gemeenschappelijke regeling zal bij instemming door de vijf partijen, Zwijndrecht, Hendrik- Ido-Ambacht Ridderkerk, Barendrecht en Albrandswaard in afgeslankte en aangepaste vorm worden doorgezet onder subsidiering door provincie en Rotterdam.
VERVOLG
Aan uw raad zal in april een voorstel worden voorgelegd dat voortvloeit uit de verkenning van de scenario’s voor de afwikkeling van het Natuur en Recreatieschap IJsselmonde. Intrekking van het besluit tot opheffing/uittreding van 19 december 2017 kan onderdeel uit maken van dit voorstel.
Poortugaal, 7 maart 2017
Met vriendelijke groet,
het college van de gemeente Albrandswaard, de secretaris, de burgemeester,
Hans Cats drs. Hans-Christoph Wagner
