Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 2021–2022
35 925 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022
Nr. 130 MOTIE VAN HET LID WESTERVELD C.S.
Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 29 november 2021 De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er een tekort is aan pleegouders;
constaterende dat pleegouders naast de pleegvergoeding een toeslag en een vergoeding voor bijzondere kosten kunnen krijgen, maar dat het onduidelijk is welke kosten voor vergoeding in aanmerking komen;
constaterende dat al in 2018 de motie-Westerveld werd aangenomen waarin de regering werd verzocht samen met gemeenten richtlijnen op te stellen;
overwegende dat er onderzoek is gedaan naar pleegzorgtarieven en dat het ministerie in gesprek gaat met de VNG, de Nederlandse Vereniging voor Pleeggezinnen en Jeugdzorg Nederland met als inzet te komen tot een handreiking;
verzoekt de regering dit gesprek op korte termijn te voeren en hierin verder te gaan dan een handreiking en samen richtlijnen op te stellen, en daarin te expliciteren welke zaken betaald moeten worden uit de
pleegvergoeding en welke zaken en bedragen vallen onder de toeslag en de vergoeding voor bijzondere kosten, met behoud van de mogelijkheid tot maatwerk;
verzoekt de regering tevens met de gemeenten en pleegzorgorganisaties afspraken te maken over de naleving hiervan,
kst-35925-XVI-130 ISSN 0921 - 7371
’s-Gravenhage 2021 Tweede Kamer, vergaderjaar 2021–2022, 35 925 XVI, nr. 130 1
en gaat over tot de orde van de dag.
Westerveld Van der Staaij Kuiken Sahla
Tweede Kamer, vergaderjaar 2021–2022, 35 925 XVI, nr. 130 2